Verordening instelling Zorgconsumentenoverleg 2006

1. WMO-beleid: in dit verband wordt in het bijzonder gedacht aan de samenhangende wijze waarop de gemeente in haar WMO-beleid en verantwoordelijkheden werkt aan de verbetering van de mogelijkheden tot gelijkwaardige maatschappelijke deelname van alle burgers waaronder ouderen, gehandicapten, cliënten huishoudelijke verzorging en mantelzorgers.

2. participatie/beleidsadvisering: het bewerkstelligen dat belanghebbenden bij de WMO participeren in het vaststellen van het voor hen te voeren gemeentelijk beleid.

3. Zorgconsumentenoverleg (ZCO): door burgemeester en wethouders als zodanig te vormen adviesorgaan voor het WMO-beleid.

1. Burgemeester en wethouders dragen zorg voor het instellen en in stand houden van het Zorgconsumentenoverleg voor het gevraagd en ongevraagd adviseren aan het college over het WMO-beleid zoals omschreven in artikel 1. Benoeming van leden en ontslag van leden van dit overleg wordt ter informatie gegeven aan de gemeenteraad.

2. Het WMO-beleid bestaat uit voornemens, beleid of activiteiten van de gemeente waaronder tenminste:

• welzijn en volksgezondheid;

• voorzieningenbeleid;

• beleid op het terrein van wonen, welzijn en zorg;

• zorggerelateerde aspecten op de terreinen volkshuisvesting en verkeer.

3. Burgemeester en wethouders kunnen bij reglement nadere regels geven voor samenstelling en werkwijze van het Zorgconsumentenoverleg.

1. Het Zorgconsumentenoverleg bestaat uit maximaal 11 leden.

2. De leden dienen ingezetenen te zijn van de gemeente.

3. De samenstelling van het ZCO dient zodanig te zijn dat het een afspiegeling is van de doelgroepen ouderen, gehandicapten, cliënten van de huishoudelijke verzorging, mantelzorg, OGGZ, allochtone burgers.

4. De leden dienen kennis van en belangstelling te hebben voor de in artikel 2 genoemde beleidsterreinen en kunnen adviseren over het te voeren beleid vanuit het perspectief van regelgeving.

5. De leden dienen te beschikken over een netwerk dat relevant is voor de WMO.

6. Naast de 11 leden worden een voorzitter en een secretaris benoemd.

1. De leden (alsmede de voorzitter en secretaris) worden op voordracht van het Zorgconsumentenoverleg benoemd door burgemeester en wethouders.

2. De leden (alsmede de voorzitter en de secretaris) worden benoemd voor een periode van maximaal vier jaar. Zij kunnen éénmaal worden herbenoemd voor eenzelfde periode.

3 De leden (alsmede de voorzitter en de secretaris) worden benoemd op persoonlijke titel.

4. Het Zorgconsumentenoverleg stelt een rooster van aftreden op waarbij wordt gewaakt voor de continuïteit van de samenstelling van het adviesorgaan en legt dit ter vaststelling aan het college voor bij de voordracht voor benoeming van leden.

5. Bij de opstelling van het in lid 4 bedoelde rooster kan worden afgeweken van de maximale benoemingstermijn van 4 jaar.

1. Burgemeester en wethouders vragen het Zorgconsumentenoverleg tijdig om advies over onderwerpen met betrekking tot het in artikel 2 bedoelde beleid;

2. het Zorgconsumentenoverleg is gerechtigd uit eigener beweging advies uit te brengen aan burgemeester en wethouders. Elk advies van dit Zorgconsumentenoverleg wordt ter informatie aan de raad gestuurd. Indien het advies een raadsvoorstel of een collegevoorstel betreft, wordt te allen tijde een paragraaf aan het advies gewijd.

3. In het geval burgemeester en wethouders in een voorstel aan de gemeenteraad afwijken van het advies van het Zorgconsumentenoverleg, wordt dit bij het voorstel vermeld en gemotiveerd.

4. Het ZCO kan een lid van het college, dan wel een ambtelijk medewerker van de gemeente uitnodigen om in een vergadering toelichting te geven op het gemeentelijk beleid;

5. Van overleg en afspraken met het ZCO wordt binnen redelijke termijn door burgemeester en wethouders schriftelijk of mondeling verslag gedaan en gerapporteerd wat met de door het ZCO gegeven adviezen is gedaan.

1. Burgemeester en wethouders stellen aan het ZCO zodanige middelen en informatie ter beschikking dat het ZCO redelijkerwijze in staat kan worden geacht om de in deze verordening omschreven adviestaak uit te voeren.

2. De middelen worden jaarlijks toegekend op basis van de bepalingen van de algemene subsidieverordening van de gemeente.

1. Deze verordening kan worden worden aangehaald als Verordening instelling Zorgconsumentenoverleg 2006.

2. In alle gevallen waarin deze verordening niet voorziet, beslissen burgemeester en wethouders in overleg met het Zorgconsumentenoverleg.

3. Deze verordening treedt in werking met ingang van 1 oktober 2006.