Regeling vervallen per 01-01-2016

Legesverordening 2015

Geldend van 01-01-2015 t/m 31-12-2015

Intitulé

Legesverordening 2015

De raad van de gemeente Zevenaar;

gezien het voorstel van de burgemeester en wethouders van 11 november 2014, nr. 14-067;

gelet op de artikelen 156, eerste en tweede lid, aanhef en onder h, 229, eerste lid, aanhef en onder b, 255 van de Gemeentewet en artikel 1 van de Wet van 13 oktober 2011, houdende regeling van een grondslag voor de heffing van rechten voor de Nederlandse identiteitskaart (Stb. 2011, 440);

besluit:

vast te stellen de:

Verordening op de heffing en de invordering van leges 2015

Artikel 1 Begripsomschrijvingen

Deze verordening verstaat onder:

  • a.

    ’dag’: de periode van 00.00 uur tot 24.00 uur, waarbij een gedeelte van een dag als een hele dag wordt aangemerkt;

  • b.

    ’week’: een aaneengesloten periode van zeven dagen;

  • c.

    ’maand’: het tijdvak dat loopt van ne dag in een kalendermaand tot en met de (n-1)e dag in de volgende kalendermaand;

  • d.

    ’jaar’: het tijdvak dat loopt van de ne dag in een kalenderjaar tot en met de (n-1)e dag in het volgende kalenderjaar;

  • e.

    'kalenderjaar': de periode van 1 januari tot en met 31 december.

Artikel 2 Belastbaar feit

Onder de naam ‘leges’ worden rechten geheven voor:

  • a.

    het genot van door of vanwege het gemeentebestuur verstrekte diensten;

  • b.

    het verrichten van handelingen ten behoeve van een aanvraag van een Nederlandse identiteitskaart of een reisdocument;

een en ander zoals genoemd in deze verordening en de daarbij behorende tarieventabel.

Artikel 3 Belastingplicht

Belastingplichtig is de aanvrager van de dienst, de Nederlandse identiteitskaart of het reisdocument, dan wel degene ten behoeve van wie de dienst is verleend of de handelingen zijn verricht.

Artikel 4 – Vrijstellingen

Leges worden niet geheven voor:

  • a.

    diensten waarvan de kosten krachtens afdeling 6.4 van de Wet ruimtelijke ordening (grondexploitatie) zijn of worden verhaald;

  • b.

    diensten met betrekking tot een aanvraag tot verlening of gehele of gedeeltelijke intrekking van een omgevingsvergunning of wijziging van voorschriften van een omgevingsvergunning, voor zover die aanvraag betrekking heeft op een activiteit met betrekking tot een inrichting als bedoeld in artikel 2.1, eerste lid, onder e, van de Wet algemene bepalingen omgevingsrecht;

  • c.

    het in behandeling nemen van een aanvraag tot verlening van een omgevingsvergunning als bedoeld in artikel 2.1, eerste lid, onderdeel i, van de Wet algemene bepalingen omgevingsrecht, voor zover het een activiteit betreft bedoeld in artikel 2.2a van het Besluit omgevingsrecht (omgevingsvergunning beperkte milieutoets).

Artikel 5 – Maatstaven van heffing en tarieven

  • 1. De leges worden geheven naar de maatstaven en tarieven, opgenomen in de bij deze verordening behorende tarieventabel.

  • 2. Voor het in behandeling nemen van een aanvraag tot het nemen van een projectuitvoeringsbesluit als bedoeld in artikel 2.10 van de Crisis- en herstelwet bedraagt het tarief de som van de bedragen die op grond van deze verordening verschuldigd zouden zijn voor het in behandeling nemen van een aanvraag tot het verkrijgen van een vergunning, ontheffing, vrijstelling of enig ander besluit in het kader van de ontwikkeling en verwezenlijking van het project, voor zover het projectuitvoeringsbesluit strekt ter vervanging van deze besluiten, zoals bedoeld in artikel 2.10, derde lid, van de Crisis- en herstelwet.

  • 3. Voor de berekening van de leges wordt een gedeelte van een in de tarieventabel genoemde eenheid als een volle eenheid aangemerkt.

Artikel 6 – Wijze van heffing

De leges worden geheven door middel van een mondelinge dan wel een gedagtekende schriftelijke kennisgeving, waaronder mede wordt begrepen een stempelafdruk, zegel, nota of andere schriftuur. Het gevorderde bedrag wordt mondeling, dan wel door toezending of uitreiking van de schriftelijke kennisgeving aan de belastingschuldige bekendgemaakt.

Artikel 7 – Termijnen van betaling

  • 1. In afwijking van artikel 9, eerste lid, van de Invorderingswet 1990 moeten de leges worden betaald ingeval de kennisgeving als bedoeld in artikel 6:

    • a.

      mondeling wordt gedaan, op het moment van het doen van de kennisgeving;

    • b.

      schriftelijk wordt gedaan, op het moment van uitreiken van de kennisgeving, dan wel in geval van toezending daarvan, binnen 30 dagen na de dagtekening van de kennisgeving.

  • 2. De Algemene termijnenwet is niet van toepassing op de in het eerste lid gestelde termijnen.

Artikel 8 – Kwijtschelding

Bij de invordering van leges wordt geen kwijtschelding verleend.

Artikel 9 – Vermindering of teruggaaf

Gehele of gedeeltelijke vermindering of teruggaaf van leges voor een in de bij deze verordening behorende tarieventabel omschreven dienst wordt verleend overeenkomstig een met betrekking tot die dienst in die tarieventabel opgenomen bepaling.

Artikel 10 – Overdracht van bevoegdheden

Het college is bevoegd tot het wijzigen van deze verordening in de loop van het kalenderjaar, indien de wijzigingen:

  • a.

    van zuiver redactionele aard zijn;

  • b.

    een gevolg zijn van nieuwe of gewijzigde rijksregelgeving die in werking treedt binnen drie maanden na de officiële inwerkingtreding ervan in het Staatsblad of de Staatscourant en het de volgende hoofdstukken of onderdelen van titel 1 van de tarieventabel betreft:

    • 1.

      hoofdstuk 2 (reisdocumenten);

    • 2.

      hoofdstuk 3 (rijbewijzen);

    • 3.

      onderdeel 1.4.5 (verstrekkingen uit de basisregistratie personen met behulp van alternatieve media of schriftelijk);

    • 4.

      hoofdstuk 6 (verstrekkingen op grond van de Wet bescherming persoonsgegevens);

    • 5.

      onderdeel 1.9.1 (verklaring omtrent het gedrag);

    • 6.

      hoofdstuk 16 (kansspelen);

een en ander voor zover met deze wijzigingen niet reeds bij het vaststellen of latere wijziging van deze verordening bij raadsbesluit rekening is gehouden.

Artikel 11 – Nadere regels door het college van burgemeester en wethouders

Het college van burgemeester en wethouders kan nadere regels geven met betrekking tot de heffing en invordering van de leges.

Artikel 12 – Overgangsrecht

  • 1. De ‘Legesverordening 2014’ van 18 december 2013 wordt ingetrokken met ingang van de in artikel 13, tweede lid, genoemde datum van ingang van de heffing, met dien verstande dat zij van toepassing blijft op de belastbare feiten die zich voor die datum hebben voorgedaan.

  • 2. Indien de datum van inwerkingtreding van deze verordening ligt na de in artikel 13, tweede lid, opgenomen datum van ingang van de heffing, blijft de in het eerste lid genoemde verordening gelden voor de inde tussenliggende periode plaatsvindende belastbare feiten voor zover de heffing van de leges hiervoor in die periode plaatsvindt.

Artikel 13 – Inwerkingtreding

  • 1. Deze verordening treedt in werking met ingang van de dag na die van de bekendmaking.

  • 2. De datum van ingang van de heffing is 1 januari 2015.

Artikel 14 – Citeertitel

Deze verordening kan worden aangehaald als “Legesverordening 2015”.

Ondertekening

Aldus besloten in de openbare vergaderingen van de raad van de gemeente Zevenaar, gehouden op 17 december 2014.

De griffier, De voorzitter

Tarieventabel, behorende bij de Legesverordening 2015

Titel 1 Algemene dienstverlening

Hoofdstuk 1 Burgerlijke stand

Hoofdstuk 2 Reisdocumenten

Hoofdstuk 3 Rijbewijzen

Hoofdstuk 4 Verstrekkingen uit de Gemeentelijke basisadministratie persoonsgegevens

Hoofdstuk 5 Verstrekkingen uit het Kiezersregister

Hoofdstuk 6 Verstrekkingen op grond van de Wet bescherming persoonsgegevens

Hoofdstuk 7 Bestuursstukken

Hoofdstuk 8 Vastgoedinformatie

Hoofdstuk 9 Overige publiekszaken

Hoofdstuk 10 Gemeentearchief

Hoofdstuk 11 n.v.t.

Hoofdstuk 12 Leegstandwet

Hoofdstuk 13 Gemeentegarantie

Hoofdstuk 14 n.v.t.

Hoofdstuk 15 Winkeltijdenwet

Hoofdstuk 16 Kansspelen

Hoofdstuk 17 Telecommunicatie

Hoofdstuk 18 Verkeer en vervoer

Hoofdstuk 19 Diversen

Titel 2 Dienstverlening vallend onder fysieke leefomgeving/omgevingsvergunning

Hoofdstuk 1 Begripsomschrijvingen

Hoofdstuk 2 Beoordeling conceptaanvraag

Hoofdstuk 3 Omgevingsvergunning

Hoofdstuk 4 Vermindering

Hoofdstuk 5 Teruggaaf

Hoofdstuk 6 Intrekking omgevingsvergunning

Hoofdstuk 7 Wijziging omgevingsvergunning als gevolg van wijziging project

Hoofdstuk 8 Bestemmingsaanpassingen

Hoofdstuk 9 vervallen

Hoofdstuk 10 In deze titel niet benoemde beschikking

Titel 3 Dienstverlening vallend onder Europese dienstenrichtlijn en niet vallend onder titel 2

Hoofdstuk 1 Horeca

Hoofdstuk 2 Organiseren evenementen, markten, e.d.

Hoofdstuk 3 Prostitutiebedrijven

Hoofdstuk 4 Brandbeveiligingsverordening

Hoofdstuk 5 In deze titel niet benoemde vergunning, ontheffing of andere beschikking

Bijlage: Kosten advisering per 1-1-2015 van het Gelders Genootschap

Titel 1 Algemene dienstverlening

Hoofdstuk 1 Burgerlijke stand

1.1.1

Het tarief bedraagt voor de voltrekking van een huwelijk of registratie van een partnerschap op:

1.1.1.1

de in de "Regeling burgerlijke stand" voor maandag tot en met zaterdag vastgestelde uren, behalve de ingevolge de wet van 23 april 1879 aangewezen dagen en tijden voor kosteloze huwelijksvoltrekking, registratie van een partnerschap of omzetting van een geregistreerd partnerschap of van een huwelijk en de hierna onder 1.1.1.2 genoemde dagen

a.in het gemeentehuis

€ 300,-

b.alle overige aangewezen trouwlocaties

€ 250,-

1.1.1.2

de in de "Regeling burgerlijke stand" voor zaterdag vastgestelde uren en de door het college van burgemeester en wethouders in het kader van arbeidsduurverkorting aangewezen brugdagen

a.in het gemeentehuis

€ 550,-

b.alle overige aangewezen trouwlocaties

€ 350,-

1.1.1.3

Het tarief voor een verzoek tot benoeming van een reeds beëdigde buitengewoon ambtenaar van de burgerlijke stand voor een eenmalige voltrekking van een huwelijk of partnerregistratie bedraagt

€ 50,-

1.1.1.4

Het tarief bedraagt voor het doen bespelen van het carillon tijdens de huwelijksvoltrekking of de vastlegging van een partnerregistratie als bedoeld in 1.1.1.1, sub a en 1.1.1.2, sub a

€ 50,-

1.1.2

Voor de voltrekking van een huwelijk of de registratie van een partnerschap in een bijzonder huis op grond van artikel 64, Boek 1 van het Burgerlijk Wetboek gelden dezelfde tarieven als genoemd onder 1.1.1.1, sub a en 1.1.1.2, sub a.

1.1.3

Het tarief bedraagt voor het verstrekken van:

1.1.3.1

een trouwboekje of partnerschapboekje in een normale uitvoering

€ 20,-

1.1.3.2

een duplicaat trouwboekje of partnerschapboekje

€ 20,-

1.1.3.3

een gekalligrafeerd trouwboekje of partnerschapboekje

€ 36,-

1.1.3.4

Het tarief voor het bijschrijven van een kind in een gekalligrafeerd trouwboekje of partnerschapboekje bedraagt per kind

€ 7,-

1.1.4

Het tarief bedraagt voor het in behandeling nemen van een aanvraag tot het verstrekken van een lijst waarop zijn vermeld:

1.1.4.1

alle op één dag, in één week of in één maand geborenen en overledenen, voor zover voor plaatsing op die lijst toestemming is verleend, voor elk op die lijst vermelde aangifte

€ 9,-

1.1.4.2

alle op één dag, in één week of in één maand ondertrouwde en getrouwde paren of geregistreerde partners, als voor plaatsing op die lijst toestemming is verleend, voor elk op die lijst vermeld paar

€ 9,-

1.1.5

Het tarief bedraagt voor het in behandeling nemen van een aanvraag tot het afsluiten van een abonnement op het wekelijks verstrekken van lijsten als bedoeld in de subonderdelen 1.1.4.1 en 1.1.4.2:

1.1.5.1

voor een lijst met de geborenen

€ 750,-

1.1.5.2

voor een lijst met de overledenen

€ 750,-

1.1.5.3

voor een lijst van de huwelijksaangiften

€ 750,-

1.1.5.4

voor een lijst van de huwelijksvoltrekkingen en partnerregistraties

€ 750,-

1.1.5.5

voor een lijst met alle opgaven

€ 1.500,-

1.1.6

Het tarief bedraagt voor het doen van naspeuringen in de registers van de burgerlijke stand, voor ieder daaraan besteed kwartier

€ 12,-

1.1.7

Voor het in behandeling nemen van een aanvraag tot het verstrekken van een stuk als bedoeld in artikel 2 van de Wet rechten burgerlijke stand geldt het tarief zoals dat is opgenomen in het Legesbesluit akten burgerlijke stand.

Hoofdstuk 2 Reisdocumenten en Nederlandse identiteitskaart

1.2.

Het tarief bedraagt voor het verrichten van handelingen ten behoeve van een aanvraag:

1.2.1

van een nationaal paspoort:

1.2.1.1

voor een persoon die op het moment van de aanvraag 18 jaar of ouder is

€ 67,10

1.2.1.2

voor een persoon die op het moment van de aanvraag de leeftijd van 18 jaar nog niet

heeft bereikt

€ 51,20

1.2.2

van een nationaal paspoort, een groter aantal bladzijden bevattende dan een :

nationaal paspoort als bedoeld in onderdeel 1.2.1 (zakenpaspoort)

1.2.2.1

voor een persoon die op het moment van de aanvraag 18 jaar of ouder is

€ 67,10

1.2.2.2

voor een persoon die op het moment van de aanvraag de leeftijd van 18 jaar nog niet heeft bereikt

€ 51,20

1.2.3

van een reisdocument ten behoeve van een persoon die op grond van de Wet

betreffende de positie van Molukkers als Nederlander wordt behandeld

(faciliteitenpaspoort):

1.2.3.1

voor een persoon die op het moment van de aanvraag 18 jaar of ouder is

€ 67,10

1.2.3.2

voor een persoon die op het moment van de aanvraag de leeftijd van 18 jaar nog niet

heeft bereikt

€ 51,20

1.2.4

van een reisdocument voor vluchtelingen of een reisdocument voor vreemdelingen

€ 51,20

1.2.5

van een Nederlandse identiteitskaart:

1.2.5.1

voor een persoon die op het moment van de aanvraag 18 jaar of ouder is

€ 53,05

1.2.5.2

voor een persoon die op het moment van de aanvraag de leeftijd van 18 jaar nog niet

heeft bereikt

€ 28,45

1.2.6

voor een spoedlevering van de in de onderdelen 1.2.1 tot en met 1.2.5 genoemde

documenten, de in die onderdelen genoemde leges vermeerderd met een bedrag

van

€ 47,30

Hoofdstuk 3 Rijbewijzen

1.3.1

Het tarief bedraagt voor het in behandeling nemen van een aanvraag tot het afgeven, vernieuwen of omwisselen van een rijbewijs

€ 38,45

1.3.2

Het tarief genoemd in onderdeel 1.3.1 wordt bij een spoedlevering vermeerderd met

€ 34,10

Hoofdstuk 4 Verstrekkingen uit de Gemeentelijke basisadministratie persoonsgegevens

1.4.1

Voor de toepassing van dit hoofdstuk, met uitzondering van de onderdelen 1.4.3 en 1.4.4, wordt onder één verstrekking verstaan één of meer gegevens omtrent één persoon waarvoor de basisregistratie personen moet worden geraadpleegd.

1.4.2

Het tarief bedraagt voor het in behandeling nemen van een aanvraag:

1.4.2.1

tot het verstrekken van gegevens, per verstrekking

€ 9,-

1.4.2.2

tot het afsluiten van een abonnement op het verstrekken van gegevens gedurende de periode van één jaar:

1.4.2.2.1

voor 100 verstrekkingen

€ 650,-

1.4.2.2.2

voor 500 verstrekkingen

€ 2.000,-

1.4.2.2.3

voor 1.000 verstrekkingen

€ 2.500,-

1.4.2.2.4

voor 5.000 verstrekkingen

€ 6.000,-

1.4.2.2.5

voor 10.000 verstrekkingen

€ 9.000,-

1.4.2.3

tot het verstrekken van een volledig overzicht van alle in de gemeentelijke basisadministratie persoonsgegevens opgenomen gegevens van één persoon (inzagerecht)

€ 9,-

1.4.3

Voor de toepassing van onderdeel 1.4.4 wordt onder één verstrekking verstaan één of meer gegevens omtrent één persoon die niet zijn opgenomen in de basisregistratie personen.

1.4.4

Het tarief bedraagt voor het in behandeling nemen van een aanvraag:

1.4.4.1

tot het verstrekken van gegevens: per verstrekking

€ 9,-

1.4.4.2

tot het afsluiten van een abonnement op het verstrekken van gegevens gedurende de periode van één jaar:

1.4.4.2.1

voor 100 verstrekkingen

€ 650,-

1.4.4.2.2

voor 500 verstrekkingen

€ 2.000,-

1.4.4.2.3

voor 1.000 verstrekkingen

€ 2.500,-

1.4.4.2.4

voor 5.000 verstrekkingen

€ 6.000,-

1.4.4.2.5

voor 10.000 verstrekkingen

€ 9.000,-

1.4.5

In afwijking van de voorgaande onderdelen bedraagt het tarief voor het in behandeling nemen van een aanvraag tot het verstrekken van gegevens met behulp van alternatieve media bedoeld in artikel 16, tweede lid, van het Besluit basisregistratie personen

€ 22,69

1.4.6

In afwijking van de voorgaande onderdelen bedraagt het tarief voor het in behandeling nemen van een aanvraag tot het verstrekken van gegevens als bedoeld in artikel 17, tweede lid, van het Besluit basisregistratie personen

€ 2,27

1.4.7

Het tarief bedraagt voor het op verzoek doornemen van de gemeentelijke basisadministratie, voor ieder daaraan besteed kwartier

€ 12,-

Hoofdstuk 5 Verstrekkingen uit het Kiezersregister

1.5

Het tarief bedraagt voor het in behandeling nemen van een aanvraag tot het verstrekken van een inlichting betreffende de registratie van de aanvrager als kiezer bedoeld in artikel D4 van de Kieswet

€ 9,-

Hoofdstuk 6 Verstrekkingen op grond van de Wet bescherming persoonsgegevens

1.6.1

Het tarief bedraagt voor het in behandeling nemen van een aanvraag tot het verstrekken van een bericht als bedoeld in artikel 35 van de Wet bescherming persoonsgegevens:

1.6.1.1

bij verstrekking op papier, indien het afschrift bestaat uit:

1.6.1.1.1

ten hoogste 100 pagina’s, per pagina

€ 0,23

met een maximum per bericht van

€ 5,15

1.6.1.1.2

meer dan 100 pagina’s

€ 23,20

1.6.1.2

bij verstrekking anders dan op papier

€ 5,15

1.6.1.3

dat bestaat uit een afschrift van een, vanwege de aard van de verwerking, moeilijk toegankelijke gegevensverwerking

€ 23,20

1.6.2

Indien voor hetzelfde bericht op grond van de subonderdelen 1.6.1.1, 1.6.1.2 en 1.6.1.3 meerdere vergoedingen kunnen worden gevraagd, wordt slechts de hoogste gevraagd.

1.6.3

Het tarief bedraagt voor het in behandeling nemen van een verzet als bedoeld in artikel 40 van de Wet bescherming persoonsgegevens

€ 4,65

1.6.4

In afwijking van subonderdeel 1.6.1.1.1 worden geen leges in rekening gebracht bij verstrekking van 10 of minder pagina’s.

Hoofdstuk 7 Bestuursstukken

1.7.1

Het tarief bedraagt voor het in behandeling nemen van een aanvraag tot het verstrekken van:

1.7.1.1

een afschrift van de programmabegroting

€ 20,10

1.7.1.2

een afschrift van de gemeenterekening

€ 29,40

1.7.2

Het tarief bedraagt voor het in behandeling nemen van een aanvraag:

1.7.2.1

tot het verstrekken van:

1.7.2.1.1

een afschrift van de stukken – met uitzondering van de stukken als bedoeld in onderdeel 1.7.1 - behorende bij een raadsvergadering, per vergadering

€ 4,30

1.7.2.1.2

een afschrift van de stukken – met uitzondering van de stukken als bedoeld in onderdeel 1.7.1 - behorende bij een vergadering van een raadscommissie, per vergadering

€ 1,75

1.7.2.2

tot het afsluiten van een abonnement voor een kalenderjaar:

1.7.2.2.1

op de stukken – met uitzondering van de stukken als bedoeld in onderdeel 1.7.1 - behorende bij de raadsvergaderingen

€ 17,95

1.7.2.2.2

op de stukken – met uitzondering van de stukken als bedoeld in onderdeel 1.7.1 - behorende bij de vergadering van een raadscommissie

€ 4,30

Hoofdstuk 8 Vastgoedinformatie

1.8.1

Het tarief bedraagt voor het in behandeling nemen van een aanvraag:

1.8.1.1

tot het verstrekken van een uittreksel kadastrale kaart in formaat A4:

€ 14,-

Voor andere formaten wordt verwezen naar onderdeel 1.19.1.5.

1.8.2

Het tarief bedraagt voor het in behandeling nemen van een aanvraag tot het verstrekken van een afschrift van of uittreksel uit:

1.8.2.1

het gemeentelijke beperkingenregister of de gemeentelijke beperkingenregistratie, bedoeld in artikel 5, eerste lid, van de Wet kenbaarheid publiekrechtelijke beperkingen, dan wel tot het verstrekken van een aan die registratie ontleende verklaring, als bedoeld in artikel 9, eerste lid, onder c, van de Wet kenbaarheid publiekrechtelijke beperkingen

€ 14,-

1.8.2.2

de gemeentelijke basisadministratie adressen of de gemeentelijke basisadministratie gebouwen, bedoeld in artikel 2 van de Wet basisregistraties adressen en gebouwen

€ 14,-

Hoofdstuk 9 Overige publiekszaken

1.9

Het tarief bedraagt voor het in behandeling nemen van een aanvraag:

1.9.1

tot het verstrekken van een verklaring omtrent het gedrag

€ 30,50

1.9.2

tot het legaliseren van een handtekening

€ 9,-

Hoofdstuk 10 Gemeentearchief

1.10.1

Het tarief bedraagt voor het op aanvraag doen van naspeuringen in de in het gemeentearchief berustende stukken, voor ieder daaraan besteed kwartier

€ 12,-

1.10.2

Het tarief bedraagt voor het in behandeling nemen van een aanvraag tot het verstrekken van:

1.10.2.1

een afschrift of fotokopie van een in het gemeentearchief berustend stuk, voor de eerste vijftig pagina’s, per pagina

€ 0,50

voor elke volgende pagina

€ 0,07

1.10.2.2

een uittreksel uit een in het gemeentearchief berustend stuk

€ 3,20

1.10.3

In afwijking van artikel 5, derde lid, van de verordening worden geen leges in rekening gebracht indien minder dan een kwartier aan het doen van naspeuringen is besteed.

1.10.4

In afwijking van subonderdeel 1.10.2.1 worden geen leges in rekening gebracht bij verstrekking van 10 of minder pagina’s.

Hoofdstuk 11 Huisvestingswet

n.v.t.

Hoofdstuk 12 Leegstandwet

1.12

Het tarief bedraagt voor het in behandeling nemen van een aanvraag:

1.12.1

tot het verlenen van een vergunning tot tijdelijke verhuur van leegstaande woonruimte als bedoeld in artikel 15, eerste lid, van de Leegstandwet

€ 189,55

1.12.2

tot het verlengen van een vergunning tot tijdelijke verhuur van woonruimte als bedoeld in artikel 15, vijfde lid, van de Leegstandwet

€ 114,30

Hoofdstuk 13 Gemeentegarantie

1.13

Het tarief bedraagt voor het in behandeling nemen van een aanvraag:

1.13.1

tot het instemmen met het wijzigen of omzetten van een door de gemeente gegarandeerde hypothecaire geldlening

€ 24,35

Hoofdstuk 14 Marktstandplaatsen

n.v.t.

Hoofdstuk 15 Winkeltijdenwet

1.15

Het tarief bedraagt voor het in behandeling nemen van een aanvraag:

1.15.1

tot het verlenen van een ontheffing in het kader van de Winkeltijdenwet

€ 53,10

1.15.2

tot het wijzigen van een in onderdeel 1.15.1 bedoelde ontheffing

€ 53,10

Hoofdstuk 16 Kansspelen

1.16.1

Het tarief bedraagt voor het in behandeling nemen van een aanvraag tot het verlenen van een aanwezigheidsvergunning als bedoeld in artikel 30b van de Wet op de kansspelen:

1.16.1.1

voor een periode van twaalf maanden voor één kansspelautomaat

€ 56,50

1.16.1.2

voor een periode van twaalf maanden voor twee of meer kansspelautomaten, voor de eerste kansspelautomaat

€ 56,50

en voor iedere volgende kansspelautomaat

€ 34,00

1.16.2

Het tarief bedraagt voor het in behandeling nemen van een aanvraag tot het verlenen van een vergunning als bedoeld in artikel 3 van de Wet op de kansspelen (loterijvergunning)

€ 53,10

Hoofdstuk 17 Telecommunicatie

1.17.1

Het tarief bedraagt voor het in behandeling nemen van een melding in verband met het verkrijgen van instemming omtrent plaats, tijdstip en wijze van uitvoering van werkzaamheden als bedoeld in artikel 5.4, eerste lid, van de Telecommunicatiewet

€ 129,30

1.17.1.1

indien het betreft werkzaamheden in tegel-, klinker- en sierbestratingen, alsmede gesloten verhardingen, voor zover de werkzaamheden plaatsvinden in of op openbare gemeentegrond, per strekkende meter sleuf verhoogd met

€ 1,30

1.17.1.2

indien het betreft werkzaamheden in bermen, groenstroken en dergelijke, voor zover de werkzaamheden plaatsvinden in of op openbare gemeentegrond, per strekkende meter sleuf verhoogd met

€ 1,30

1.17.1.3

indien met betrekking tot een melding overleg moet plaatsvinden tussen gemeente, andere beheerders van openbare grond en de aanbieder van het netwerk, verhoogd met

€ 283,-

1.17.1.4

indien met betrekking tot een melding onderzoek naar de status van de kabel plaatsvindt, verhoogd met het bedrag van de voorafgaand aan het in behandeling nemen van de melding aan de melder meegedeelde kosten, blijkend uit een begroting die door het college van burgemeester en wethouders is opgesteld.

1.17.2

Indien een begroting als bedoeld in subonderdeel 1.17.1.4 is uitgebracht, wordt een melding in behandeling genomen op de vijfde werkdag na de dag waarop de begroting aan de melder ter kennis is gebracht, tenzij de melding voor deze vijfde werkdag schriftelijk is ingetrokken.

1.17.3

Het tarief bedoeld in onderdeel 1.17.1 wordt verminderd met de van de melder verkregen of te verkrijgen privaatrechtelijke vergoeding voor beheerskosten in verband met de werkzaamheden, met dien verstande dat de uitkomst van de vermindering niet minder dan nihil kan bedragen.

Hoofdstuk 18 Verkeer en vervoer

1.18

Het tarief bedraagt voor het in behandeling nemen van een aanvraag:

1.18.1.1

tot het verlenen van een ontheffing als bedoeld in artikel 87 van het Reglement verkeersregels en verkeerstekens 1990

€ 31,30

1.18.1.2

tot het verlenen van een ontheffing als bedoeld in artikel 87 van het Reglement verkeersregels en verkeerstekens 1990 om met een motorvoertuig het autoluwe gebied als bedoeld in de Verordening selectieve toegang binnen te rijden, voor de duur van maximaal een jaar

€ 16,15

1.18.1.3

tot het verlengen van de ontheffing als bedoeld in subonderdeel 1.18.1.2 met een jaar

€ 8,-

1.18.2

tot het verlenen van een ontheffing als bedoeld in artikel 9.1 van de Regeling voertuigen (exceptioneel landbouwverkeer)

€ 34,50

1.18.3

tot het verlenen van een gehandicaptenparkeerkaart als bedoeld in artikel 49 van het Besluit administratieve bepalingen inzake het wegverkeer (BAWB) of een plaatselijke parkeerontheffing op grond van artikel 87 Reglement verkeersregels en verkeertekens 1990

1.18.3.1

geldig voor één jaar of korter

€ 20,60

1.18.3.2

geldig voor vijf jaar

€ 103,-

1.18.3.3

tot het verstrekken van een duplicaat van een gehandicaptenparkeerkaart of een plaatselijke parkeerontheffing in het geval van diefstal of vermissing

€ 8,-

1.18.4

tot het wijzigen van een parkeervergunning of het verstrekken van een duplicaat in het geval van diefstal of vermissing

€ 8,-

1.18.5

tot het wijzigen van een ontheffing als bedoeld in subonderdeel 1.18.1.2 of het verstrekken van een duplicaat in het geval van diefstal of vermissing

€ 8,-

Hoofdstuk 19 Diversen

1.19.1

Het tarief bedraagt voor het in behandeling nemen van een aanvraag tot het verstrekken van:

1.19.1.1

gewaarmerkte afschriften van stukken, voor zover daarvoor niet elders in deze tabel of in een andere wettelijke regeling een tarief is opgenomen:

voor de eerste vijftig pagina’s per pagina

€ 0,50

voor elke volgende pagina

€ 0,07

1.19.1.2

afschriften, doorslagen of fotokopieën van stukken, voor zover daarvoor niet elders in deze tabel of in een andere wettelijke regeling een tarief is opgenomen:

voor de eerste vijftig pagina’s, per pagina

€ 0,50

voor elke volgende pagina

€ 0,07

1.19.1.3

waarbij in afwijking van de subonderdelen 1.19.1.1 en 1.19.1.2 geen leges in rekening worden gebracht bij verstrekking van 10 of minder pagina’s.

1.19.1.4

kleurenfotokopieën van stukken, voor zover daarvoor niet elders in deze tabel of in een andere wettelijke regeling een tarief is opgenomen

voor de eerste vijftig pagina’s, per pagina

€ 1,-

voor elke volgende pagina

€ 0,14

1.19.1.5

kaarten, tekeningen en lichtdrukken, al dan niet behorend bij de in de subonderdelen 1.19.1.1 en 1.19.1.2 genoemde stukken, voor zover daarvoor niet elders in deze tabel of in een andere wettelijke regeling een tarief is opgenomen, per kaart, tekening of lichtdruk, met een oppervlakte van:

a.minder dan 2.500 cm 2 (formaat A6 t/m A11)

€ 4,40

b. 2.500 cm 2 of meer, maar minder dan 10.000 cm 2 (formaat A5 t/m A0)

€ 8,35

c.10.000 cm 2 of meer (formaat 2A0 en 4A0 of groter)

€ 11,70

1.19.1.6

calques, al dan niet behorend bij de subonderdelen 1.19.1.1 en 1.19.1.2 genoemde stukken, voor zover daarvoor niet elders in deze tabel of in een andere wettelijke regeling een tarief is opgenomen, per calques met een oppervlakte van:

a.minder dan 2.500 cm 2 (formaat A6 t/m A11)

€ 12,90

b. 2.500 cm 2 of meer, maar minder dan 10.000 cm 2 (formaat A5 t/m A0)

€ 19,55

c.10.000 cm 2 of meer (formaat 2A0 en 4A0 of groter)

€ 26,65

1.19.1.7

stukken of uittreksels, welke op aanvraag van de aanvrager moeten worden opgemaakt, voor zover daarvoor niet elders in deze tabel of in een andere wettelijke regeling een tarief is opgenomen, per pagina

€ 3,20

1.19.1.8 voor het maken van kopieën en het bewerken van documenten (anonimiseren,

1. uittreksels of samenvattingen) op grond van de Wet openbaarheid van bestuur,

1. worden leges in rekening gebracht conform de artikelen 1.19.1.1. tot en met 1.19.1.7.

Wet geluidhinder

1.19.2

Het tarief bedraagt voor het in behandeling nemen van een aanvraag om een hogere grenswaarde vast te stellen dan de ten hoogste toelaatbare geluidsbelasting op grond van artikel 83 Wet geluidhinder (HGW-procedure)

€ 1.060,-

1.19.2.1

Indien de aanvraag tot het verlenen van een ontheffing op grond van artikel 8.4 van het bouwbesluit 2012 waarbij een akoestisch onderzoeksrapport beoordeeld moet worden, wordt het overeenkomstig de subonderdelen 1.19.5 berekende bedrag verhoogd met

€ 168,70

Algemene plaatselijke verordening

1.19.3

Het tarief bedraagt voor het in behandeling nemen van een aanvraag tot het verlenen van een:

1.19.3.1.1

ontheffing van het verbod in de openlucht afvalstoffen te verbranden buiten inrichtingen in de zin van de Wet milieubeheer of anderszins vuur aan te leggen, te stoken of te hebben (artikel 5:34 Algemene plaatselijke verordening 2010 gemeente Zevenaar)

€ 73,-

1.19.3.1.2

ontheffing voor een vreugde- of kampvuur (artikel 5:34 Algemene plaatselijke verordening 2010 gemeente Zevenaar)

€ 73,-

1.19.3.1.3

doorlopende stookontheffing voor één stookseizoen voor specifieke gevallen, onderhoud landgoederen of grote agrarische percelen, waarbij sprake is van het onderhouden van meer dan één kilometer aan karakteristieke landschapselementen (artikel 5:34 Algemene plaatselijke verordening jo artikel 6.4.1 Beleidsregel resthout met beleid verbranden)

€ 73,-

1.19.3.2

ontheffing als bedoeld in artikel 4:6 Algemene plaatselijke verordening 2010 gemeente Zevenaar (overige geluidhinder)

1.19.3.2.1

geldig voor één aaneengesloten periode van 24 uur, of een gedeelte ervan, waarbinnen gebruik zal worden gemaakt van de ontheffing ten behoeve van soortgelijke activiteiten

€ 168,70

1.19.3.2.2

geldig voor meer dan één aangesloten periode van 24 uur, of een gedeelte daarvan, voor de eerste periode

€ 168,70

vermeerderd met € 13,- voor elke volgende aaneengesloten periode van 24 uur of gedeelte ervan, waarbinnen gebruik zal worden gemaakt van de ontheffing ten behoeve van gelijksoortige activiteiten, met een maximum van € 65,-.

1.19.3.2.3

Indien voor de aanvraag tot het verlenen van een ontheffing als bedoeld in de subonderdelen 1.19.3.2.1 of 1.19.3.2.2 een akoestisch rapport dient te worden beoordeeld (bijvoorbeeld overeenkomstig het "Plan van aanpak en beleidsregels inzake het beperken van geluidsoverlast van werkzaamheden vanwege de NS aan en rond de spoorlijn in Zevenaar") wordt het overeenkomstig de subonderdelen 1.19.3.2.1 of 1.19.3.2.2 berekende bedrag verhoogd met

€ 168,70

1.19.4

Persoonsgebonden gedoogbeschikking permanente bewoning recreatieverblijf

Het tarief bedraagt voor het in behandeling nemen van een aanvraag tot het verlenen van een persoonsgebonden gedoogbeschikking voor het permanent mogen bewonen van een recreatieverblijf

€ 168,70

In deze titel niet benoemde vergunning, ontheffing of andere beschikking

1.19.5

Het tarief bedraagt voor het in behandeling nemen van een aanvraag tot het verlenen van een andere, in deze titel niet benoemde vergunning, ontheffing of andere beschikking

€ 53,10

Titel 2 Dienstverlening vallend onder fysieke leefomgeving/omgevingsvergunning

Hoofdstuk 1 Begripsomschrijvingen

2.1.1

Voor de toepassing van deze titel wordt verstaan onder:

2.1.1.1

bouwkosten:

de aannemingssom exclusief omzetbelasting, bedoeld in paragraaf 1, eerste lid, van de Uniforme Administratieve Voorwaarden voor de uitvoering van werken 2012 (UAV 2012), voor het uit te voeren werk, of voor zover deze ontbreekt een raming van de bouwkosten, exclusief omzetbelasting. Indien het bouwen geheel of gedeeltelijk door zelfwerkzaamheid geschiedt wordt in deze titel onder bouwkosten verstaan: de prijs die aan een derde in het economisch verkeer zou moeten worden betaald voor het tot stand brengen van het bouwwerk waarop de aanvraag betrekking heeft. Als minimale ondergrens gelden te allen tijde de bouwkosten op basis van de serie taxatieboekjes 2014 * (een uitgave van BIM Media)

*De serie taxatieboekjes bestaat uit;

-(Her)bouwkosten woningen;

-(Her)bouwkosten bedrijfspanden;

-(Her)bouwkosten agrarische gebouwen;

-Gebouwschade

Wij maken geen gebruik van de Taxarom online.

2.1.1.2

Wabo: Wet algemene bepalingen omgevingsrecht.

2.1.2

In deze titel voorkomende begrippen die in de Wabo zijn omschreven, hebben dezelfde betekenis als bij of krachtens de Wabo bedoeld.

2.1.3

In deze titel voorkomende begrippen die niet nader in de Wabo zijn omschreven en die betrekking hebben op activiteiten waarvoor het toetsingskader in een ander wettelijk voorschrift is uitgewerkt, hebben dezelfde betekenis als in dat wettelijk voorschrift bedoeld.

Hoofdstuk 2 Beoordeling conceptaanvraag

2.2

Het tarief bedraagt voor het beoordelen van een conceptaanvraag om een omgevingsvergunning :

€ 104,55

Hoofdstuk 3 Omgevingsvergunning

2.3

Het tarief bedraagt voor het in behandeling nemen van een aanvraag tot het verlenen van een omgevingsvergunning voor een project: de som van de verschuldigde leges voor de verschillende activiteiten of handelingen waaruit het project geheel of gedeeltelijk bestaat en waarop de aanvraag betrekking heeft en de verschuldigde leges voor de extra toetsen die in verband met de aanvraag moeten worden uitgevoerd, berekend naar de tarieven en overeenkomstig het bepaalde in dit hoofdstuk en hoofdstuk 4 van deze titel. In afwijking van de vorige volzin kan ook per activiteit, handeling of andere grondslag een legesbedrag worden gevorderd.

2.3.1

Bouwactiviteiten

2.3.1.1

Indien de aanvraag tot het verlenen van een omgevingsvergunning betrekking heeft op een bouwactiviteit als bedoeld in artikel 2.1, eerste lid, onder a, van de Wabo, bedraagt het tarief, indien de bouwkosten

2.3.1.1.1

minder bedragen dan € 500.000,-, 2,5% van die bouwkosten met een minimum van

€ 172,55

2.3.1.1.2

€ 500.000,- bedragen of meer, maar minder dan € 1.000.000,-, 2,2% van die bouwkosten vermeerderd met € 1.500,-;

2.3.1.1.3

€ 1.000.000,- bedragen of meer, maar minder dan € 5.000.000,-, 1,9% van die bouwkosten vermeerderd met € 4.500,-;

2.3.1.1.4

€ 5.000.000,- bedragen of meer, 1,6 % van die bouwkosten vermeerderd met € 19.500,-.

Welstandstoets

2.3.1.2

Indien een aanvraag als bedoeld in subonderdeel 2.3.1.1 en onderdeel 2.3.15 moet worden getoetst aan de eisen van welstand waaraan het bouwplan moet voldoen, door de Commissie Ruimtelijke Kwaliteit van het Gelders Genootschap, worden de tarieven van genoemde commissie gehanteerd, zoals die blijken uit de bijgevoegde tariefregeling.

2.3.2

Aanlegactiviteiten

2.3.2.1

2.3.2.2

Indien de aanvraag tot het verlenen van een omgevingsvergunning betrekking heeft op een aanlegactiviteit als bedoeld in artikel 2.1, eerste lid, onder b, van de Wabo, bedraagt het tarief:

Indien aanlegkosten minder bedragen dan € 1.000.000,00

indien de aanlegkosten meer dan € 1.000.000 bedragen € 430,00, verhoogd met € 164,00 per € 1.000.000 of deel daarvan waarmee die aanlegkosten € 999.999 te boven gaan, met een maximum van

€ 450,-

€ 87.000,-

2.3.3

Planologisch strijdig gebruik waarbij tevens sprake is van een bouwactiviteit

Indien de aanvraag tot het verlenen van een omgevingsvergunning betrekking heeft op een activiteit als bedoeld in artikel 2.1, eerste lid, onder c, van de Wabo, en tevens sprake is van een bouwactiviteit als bedoeld in artikel 2.1, eerste lid, onder a, van de Wabo, bedraagt het tarief, onverminderd het bepaalde in onderdeel 2.3.1:

2.3.3.1

indien artikel 2.12, eerste lid, onder a, onder 1º, van de Wabo wordt toegepast (binnenplanse afwijking):

€ 618,-

2.3.3.2

indien artikel 2.12, eerste lid, onder a, onder 2º, van de Wabo wordt toegepast (buitenplanse kleine afwijking):

€ 618,-

2.3.3.3

indien artikel 2.12, eerste lid, onder a, onder 3º, van de Wabo wordt toegepast (buitenplanse afwijking) 1,85 % van de bouwkosten met een minimumtarief van € 455,- en een maximum van € 5.820,-

2.3.3.4

indien artikel 2.12, tweede lid, van de Wabo wordt toegepast (tijdelijke afwijking):

€ 383,-

2.3.3.5

indien artikel 2.12, eerste lid, onder b, van de Wabo wordt toegepast (afwijking van exploitatieplan):

€ 383,-

2.3.3.6

indien de aanvraag een project van provinciaal belang betreft, de activiteit in strijd is met de regels die zijn gesteld krachtens artikel 4.1, derde lid, van de Wet ruimtelijke ordening en artikel 2.12, eerste lid, onder c, van de Wabo wordt toegepast (afwijking van provinciale regelgeving):

€ 383,-

2.3.3.7

indien de aanvraag een project van nationaal belang betreft, de activiteit in strijd is met de regels die zijn gesteld krachtens artikel 4.3, derde lid, van de Wet ruimtelijke ordening en artikel 2.12, eerste lid, onder c, van de Wabo wordt toegepast (afwijking van nationale regelgeving):

€ 383,-

2.3.3.8

indien artikel 2.12, eerste lid, onder d, van de Wabo wordt toegepast (afwijking van voorbereidingsbesluit):

€ 383,-

2.3.4

Planologisch strijdig gebruik waarbij geen sprake is van een bouwactiviteit

Indien de aanvraag tot het verlenen van een omgevingsvergunning betrekking heeft op een activiteit als bedoeld in artikel 2.1, eerste lid, onder c, van de Wabo, en niet tevens sprake is van een bouwactiviteit als bedoeld in artikel 2.1, eerste lid, onder a, van de Wabo, bedraagt het tarief:

2.3.4.1

indien artikel 2.12, eerste lid, onder a, onder 1º, van de Wabo wordt toegepast (binnenplanse afwijking):

€ 618,-

2.3.4.2

indien artikel 2.12, eerste lid, onder a, onder 2º, van de Wabo wordt toegepast (buitenplanse kleine afwijking):

€ 618,-

2.3.4.3

indien artikel 2.12, eerste lid, onder a, onder 3º, van de Wabo wordt toegepast (buitenplanse afwijking):

€ 934,-

2.3.4.4

indien artikel 2.12, tweede lid, van de Wabo wordt toegepast (tijdelijke afwijking)

€ 383,-

2.3.4.5

indien artikel 2.12, eerste lid, onder b, van de Wabo wordt toegepast (afwijking van exploitatieplan):

€ 383,-

2.3.4.6

indien de aanvraag een project van provinciaal belang betreft, de activiteit in strijd is met de regels die zijn gesteld krachtens artikel 4.1, derde lid, van de Wet ruimtelijke ordening en artikel 2.12, eerste lid, onder c, van de Wabo wordt toegepast (afwijking van provinciale regelgeving):

€ 383,-

2.3.4.7

indien de aanvraag een project van nationaal belang betreft, de activiteit in strijd is met de regels die zijn gesteld krachtens artikel 4.3, derde lid, van de Wet ruimtelijke ordening en artikel 2.12, eerste lid, onder c, van de Wabo wordt toegepast (afwijking van nationale regelgeving):

€ 383,-

2.3.4.8

indien artikel 2.12, eerste lid, onder d, van de Wabo wordt toegepast (afwijking van voorbereidingsbesluit):

€ 383,-

2.3.5

In gebruik nemen of gebruiken bouwwerken in relatie tot brandveiligheid

2.3.5.1

Indien de aanvraag tot het verlenen van een omgevingsvergunning betrekking heeft op een activiteit als bedoeld in artikel 2.1, eerste lid, onder d, van de Wabo, bedraagt het tarief:

2.3.5.1.1

voor een bouwwerk met een bruto vloeroppervlakte (volgens NEN 2580):tot en met 100 m2, € 545,- vermeerderd met per m2

€ 1,50

2.3.5.1.2

voor een bouwwerk met een bruto vloeroppervlakte (volgens NEN 2580) van 101 tot en met 500 m2 € 583,40, vermeerderd met per m2

€ 1,32

2.3.5.1.3

voor een bouwwerk met een bruto vloeroppervlakte (volgens NEN 2580) van 501 tot en met 2.000 m2 € 890,60 vermeerderd met per m2

€ 0,67

2.3.5.1.4

voor een bouwwerk met een bruto vloeroppervlakte (volgens NEN 2580):van 2.001 tot en met 5.000 m2 € 1.620,- vermeerderd met per m2

€ 0,29

2.3.5.1.5

voor een bouwwerk met een bruto vloeroppervlakte (volgens NEN 2580):van 5.001 tot en met 50.000 m2 € 2.849,- vermeerderd met per m2

€ 0,02

2.3.5.1.6

voor een bouwwerk met een bruto vloeroppervlakte (volgens NEN 2580) van meer dan 50.000 m2 € 3.310,- vermeerderd met per m2

€ 0,01

2.3.5.2

Het tarief bedraagt voor het in behandeling nemen van een aanvraag tot het wijzigen van een gebruiksvergunning voor het brandveilig gebruik van een bouwwerk

2.3.5.2.1

voor een bouwwerk met een bruto vloeroppervlakte (volgens NEN 2580) tot en met 100 m2, € 257,80 vermeerderd met per m2

€ 0,75

2.3.5.2.2

voor een bouwwerk met een bruto vloeroppervlakte (volgens NEN 2580) van 101 tot en met 500 m2 € 277,- vermeerderd met per m2

€ 0,66

2.3.5.2.3

voor een bouwwerk met een bruto vloeroppervlakte (volgens NEN 2580) van 501 tot en met 2.000 m2 € 430,60 vermeerderd met per m2

€ 0,33

2.3.5.2.4

voor een bouwwerk met een bruto vloeroppervlakte (volgens NEN 2580) van 2.001 tot en met 5.000 m2 € 795,40 vermeerderd met per m2

€ 0,14

2.3.5.2.5

voor een bouwwerk met een bruto vloeroppervlakte (volgens NEN 2580) van 5.001 tot en met 50.000 m2 € 1.409,80,- vermeerderd met per m2

€ 0,01

2.3.5.2.6

voor een bouwwerk met een bruto vloeroppervlakte (volgens NEN 2580) van meer dan 50.000 m2 € 1.793,80,- vermeerderd met per m2

€ 0,01

2.3.5.3

Het tarief bedraagt voor het in behandeling nemen van een aanvraag tot het wijzigen van een gebruiksvergunning voor het brandveilig gebruik van een bouwwerk, welke een beperkte administratieve handeling vergt

€ 44,55

2.3.5.4

Het tarief bedraagt voor het in behandeling nemen van een aanvraag ingevolge de voorwaarde in de vergunning van degene op wiens naam de vergunning is gesteld, of op aanvraag van de rechtverkrijgende, tot het overschrijven op naam van een ander dan degene op wiens naam de vergunning is gesteld, voor zover er geen wijzigingen zijn opgetreden in het gebruik van het bouwwerk waarvoor de vergunning is verleend

€ 217,35

2.3.5.5

Indien een aanvraag tot het verlenen van een vergunning, als bedoeld in de subonderdelen 2.3.5.1 of 2.3.5.2 wordt geweigerd, dan wel de aanvraag door de aanvrager wordt ingetrokken, worden de volgens dat onderdeel berekende leges met 50 % verminderd.

2.3.6

Activiteiten met betrekking tot monumenten

2.3.6.1

Indien de aanvraag tot het verlenen van een omgevingsvergunning betrekking heeft op een activiteit met betrekking tot een beschermd monument als bedoeld in artikel 2.1, eerste lid, onder f, van de Wabo, of op een activiteit als bedoeld in artikel 2.2, eerste lid, onder b, van de Wabo met betrekking tot een krachtens provinciale verordening of de Monumentenverordening Zevenaar 2010 aangewezen monument, waarvoor op grond van die provinciale verordening of artikel 12, tweede lid, van die gemeentelijke verordening een vergunning of ontheffing is vereist, bedraagt het tarief:

2.3.6.1.1

voor het slopen, verstoren, verplaatsen of in enig opzicht wijzigen van een monument:

€ 53,10

2.3.6.1.2

voor het herstellen, gebruiken of laten gebruiken van een monument op een wijze waardoor het wordt ontsierd of in gevaar gebracht:

€ 53,10

2.3.6.1.3

Voor de toetsing van een aanvraag als bedoeld in artikel 2.3.6.1 door de monumentencommissie van het Gelders Genootschap, worden de tarieven van genoemde commissie gehanteerd, zoals die blijken uit de bijgevoegde tariefregeling.

2.3.7

Sloopactiviteiten anders dan bij monumenten of in beschermd stads- of dorpsgezicht

Indien de aanvraag tot het verlenen van een omgevingsvergunning betrekking heeft op het slopen van een bouwwerk in gevallen waarin dat in een bestemmingsplan, beheersverordening of voorbereidingsbesluit is bepaald, bedoeld in artikel 2.1, eerste lid, onder g, van de Wabo, bedraagt het tarief:

€ 458,-

2.3.8

Aanleggen of veranderen weg

Indien de aanvraag tot het verlenen van een omgevingsvergunning betrekking heeft op het aanleggen van een weg of verandering brengen in de wijze van aanleg van een weg waarvoor op grond van een bepaling in een provinciale verordening of artikel 2.11 van de Algemene plaatselijke verordening een vergunning of ontheffing is vereist, als bedoeld in artikel 2.2, aanhef en eerste lid, onder d, van de Wabo, bedraagt het tarief:

€ 248,-

2.3.9

Uitweg/inrit

Indien de aanvraag tot het verlenen van een omgevingsvergunning betrekking heeft op het maken, hebben, veranderen of veranderen van het gebruik van een uitweg waarvoor op grond van een bepaling in een provinciale verordening of artikel 2:12 van de Algemene plaatselijke verordening een vergunning of ontheffing is vereist, als bedoeld in artikel 2.2, eerste lid, aanhef en onder e, van de Wabo, bedraagt het tarief:

€ 76,-

2.3.10

Kappen

2.3.10.1

Indien de aanvraag tot het verlenen van een omgevingsvergunning betrekking heeft op het vellen of doen vellen van houtopstand, waarvoor op grond van een bepaling in een provinciale verordening of artikel 2, eerste lid, van de Bomenverordening Zevenaar 2007 een vergunning of ontheffing is vereist, als bedoeld in artikel 2.2, eerste lid, aanhef en onder g, van de Wabo, bedraagt het tarief:

€ 60,-

2.3.10A

Handelsreclame

Het tarief bedraagt voor het in behandeling nemen van een aanvraag tot het verstrekken van een omgevingsvergunning voor het maken of voeren van handelsreclame (artikel 4:16 Algemene Plaatselijke verordening 2010 gemeente Zevenaar)

€ 192,-

2.3.11

Opslag van roerende zaken

Indien de aanvraag tot het verlenen van een omgevingsvergunning betrekking heeft op de opslag van roerende zaken in een bepaald gedeelte van de provincie of de gemeente, waarvoor op grond van een bepaling in een provinciale verordening, artikel 2:10 van de Algemene plaatselijke verordening 2010 gemeente Zevenaar of artikel 9 van de Parkeerverordening Zevenaar 2012 een vergunning of ontheffing is vereist, bedraagt het tarief:

€ 53,10

2.3.12

Projecten of handelingen in het kader van de Natuurbeschermingswet 1998

n.v.t.

2.3.13

Handelingen in het kader van de Flora- en Faunawet

n.v.t.

2.3.14

Andere activiteiten

n.v.t.

2.3.15

Omgevingsvergunning in twee fasen

Indien de aanvraag tot het verlenen van een omgevingsvergunning op verzoek in twee fasen plaatsvindt, als bedoeld in artikel 2.5, eerste lid, van de Wabo, bedraagt het tarief:

2.3.15.1

voor het in behandeling nemen van de aanvraag tot het verlenen van een beschikking met betrekking tot de eerste fase: het bedrag dat voortvloeit uit toepassing van de tarieven in dit hoofdstuk voor de activiteiten waarop de aanvraag voor de eerste fase betrekking heeft;

2.3.15.2

voor het in behandeling nemen van de aanvraag tot het verlenen van een beschikking met betrekking tot de tweede fase: 120 % van het bedrag dat voortvloeit uit toepassing van de tarieven in dit hoofdstuk voor de activiteiten waarop de aanvraag voor de tweede fase betrekking heeft, waarbij het bedrag aan leges dat is vastgesteld voor de eerste fase in mindering wordt gebracht

2.3.16

Beoordeling bodemrapport

Onverminderd het bepaalde in de voorgaande onderdelen van dit hoofdstuk bedraagt het tarief, indien krachtens wettelijk voorschrift voor de in dat onderdeel bedoelde aanvraag een bodemrapport wordt beoordeeld:

2.3.16.1

voor de beoordeling van een milieukundig bodemrapport

€ 172,05

2.3.16.2

voor de beoordeling van een plan van aanpak betreffende archeologisch (voor)onderzoek

€ 172,05

2.13.16.3

voor de beoordeling van rapportages die voortvloeien uit archeologisch (voor)onderzoek op grond van de artikelen 39, tweede lid, 40, eerste lid of 41, eerste lid van de Monumentenwet

€ 478,-

2.3.17

Verplicht advies

2.3.17.1

Onverminderd het bepaalde in de voorgaande onderdelen van dit hoofdstuk bedraagt het tarief, indien een daartoe bij algemene maatregel van bestuur, provinciale of gemeentelijke verordening aangewezen bestuursorgaan of andere instantie advies moet uitbrengen over de aanvraag of het ontwerp van de beschikking op de aanvraag om een omgevingsvergunning, als bedoeld in artikel 2.26, derde lid, van de Wabo: het bedrag van de voorafgaand aan het in behandeling nemen van de aanvraag tot het verlenen van een omgevingsvergunning aan de aanvrager meegedeelde kosten, blijkend uit een begroting die door het college van burgemeester en wethouders is opgesteld.

2.3.17.2

Indien een begroting als bedoeld in subonderdeel 2.3.17.1 is uitgebracht, wordt een aanvraag in behandeling genomen op de vijfde werkdag na de dag waarop de begroting aan de aanvrager ter kennis is gebracht, tenzij de aanvraag voor deze vijfde werkdag schriftelijk is ingetrokken.

2.3.18

Verklaring van geen bedenkingen

2.3.18.1

Onverminderd het bepaalde in de voorgaande onderdelen van dit hoofdstuk bedraagt het tarief, indien een daartoe bij wet of algemene maatregel van bestuur aangewezen bestuursorgaan een verklaring van geen bedenkingen moet afgeven voordat de omgevingsvergunning kan worden verleend, als bedoeld in artikel 2.27, eerste lid, van de Wabo:

het bedrag van de voorafgaand aan het in behandeling nemen van de aanvraag om een omgevingsvergunning aan de aanvrager meegedeelde kosten, blijkend uit een begroting die door het college van burgemeester en wethouders is opgesteld.

2.3.18.2

Indien een begroting als bedoeld in subonderdeel 2.3.18.1 is uitgebracht, wordt een aanvraag in behandeling genomen op de vijfde werkdag na de dag waarop de begroting aan de aanvrager ter kennis is gebracht, tenzij de aanvraag voor deze vijfde werkdag schriftelijk is ingetrokken.

2.3.19

De bedragen van de artikelen 2.3.1 t/m 2.3.10A en 2.3.15, worden verhoogd met als men de 'start werkzaamheden' minimaal 7 dagen voor de aanvang ervan én vervolgens 'gereed werkzaamheden' maximaal 7 dagen na de voltooiing ervan schriftelijk meldt bij de gemeente, ontvangt men die € 50,00 terug.

Dit artikel geldt niet voor de activiteiten genoemd in de artikelen 2.3.9 en 2.3.10 voor zover de gemeente de aanvrager is

€ 50,-

2.3.20

Achteraf ingediende aanvraag

Onverminderd het bepaalde in onderdeel 2.3.1.bedraagt het tarief, indien de in dat onderdeel bedoelde aanvraag wordt ingediend na aanvang of gereedkomen van de bouwactiviteit: van de op grond van dat onderdeel verschuldigde leges.

150%

Hoofdstuk 4 Vermindering

2.4.1

2.4.2

2.4.2.1

2.4.2.2

Indien de aanvraag om een omgevingsvergunning is voorafgegaan door een beoordeling van een conceptaanvraag als bedoeld in hoofdstuk 2, waarop de eerstgenoemde aanvraag betrekking heeft, worden de ter zake van de beoordeling van de conceptaanvraag geheven leges in mindering gebracht op de leges voor het in behandeling nemen van de aanvraag om de omgevingsvergunning bedoeld in hoofdstuk 3, mits de omgevingsvergunning is aangevraagd binnen zes maanden na het verleende advies.

Vermindering tarieven omgevingsvergunning met betrekking tot artikel 3.1 tweede lid Wro

Het tarief dat voortvloeit uit de berekening genoemd onder 2.3.1.1. wordt verminderd met 10% indien de aanvraag mede dient te worden getoets aan een bestemmingsplan waarvoor niet is voldaan aan de verplichting als bedoeld in artikel 3.1 tweede lid van de Wro, met inachtnemingvan het gestelde minimum.

De artikelen 2.3.2, 2.3.3.1 en 2.3.4.1 en 2.3.7. blijven buiten toepassing indien de aanvraag dient te worden getoetst aan een bestemmingsplan waarvoor niet is voldaan aan de verplichting als bedoeld in artikel 3.1 tweede lid van de Wro.

Hoofdstuk 5 Teruggaaf en verrekening

2.5.1

Teruggaaf als gevolg van intrekking aanvraag omgevingsvergunning voor bouw-, monumenten-, aanleg- of sloopactiviteiten

2.5.1.1

Indien de aanvraag voor een omgevingsvergunning, welke wordt voorbereid met de reguliere voorbereidingsprocedure zoals bedoeld in paragraaf 3.2 van de Wet algemene bepalingen omgevingsrecht (Wabo) wordt ingetrokken binnen 4 weken na indiening van de aanvraag, is een restitutie mogelijk van

50 %

2.5.1.2

Indien de aanvraag om een omgevingsvergunning wordt voorbereid met de uitgebreide procedure, zoals bedoeld in paragraaf 3.2 van de Wabo, wordt ingetrokken binnen 8 weken na indiening van de aanvraag, is een restitutie mogelijk van

50 %

2.5.2.

Verrekening in geval van een nieuwe aanvraag

De leges die geheven zijn voor een al verleende bouwvergunning of omgevingsvergunning waarvan nog geen gebruik is gemaakt, worden verrekend met het bedrag dat verschuldigd is voor het in behandeling nemen van een aanvraag tot het verlenen van een nieuwe vergunning die betrekking heeft op een bouwactiviteit die beperkt afwijkt van de al verleende vergunning, met dien verstande dat zij niet minder zullen bedragen dan het in subonderdeel 2.3.1.1.1 genoemde minimumbedrag. De leges voor verhogingen/aanvullende leges worden niet verrekend. Het vorenstaande vindt geen toepassing indien de afwijking zodanig is dat naar de omstandigheden beoordeeld sprake is van een geheel nieuw bouwplan.

2.5.3

Minimumbedrag voor teruggaaf

Een bedrag minder dan het in subonderdeel 2.3.1.1.1 genoemde minimumbedrag wordt niet teruggegeven.

2.5.4

Geen teruggaaf legesdeel externe adviezen of verklaring van geen bedenkingen

Van de leges verschuldigd op grond van subonderdelen 2.3.1.2, 2.3.6.1.3 en de onderdelen 2.3.17 en 2.3.18 wordt geen teruggaaf verleend.

Hoofdstuk 6 Intrekking omgevingsvergunning

2.6

Het tarief bedraagt voor het in behandeling nemen van een aanvraag tot het geheel of gedeeltelijk intrekken van een omgevingsvergunning als bedoeld in artikel 2.33, tweede lid, onder b, van de Wabo, tenzij onderdeel 2.5.2 van toepassing is:

€ 50,-

Hoofdstuk 7 Wijziging omgevingsvergunning als gevolg van wijziging project

2.7

Het tarief bedraagt voor het in behandeling nemen van een aanvraag tot het wijzigen van een verleende vergunning waarvan nog geen gebruik is gemaakt, als gevolg van een, naar de omstandigheden beoordeeld, geringe wijziging in het project: 5% van de leges die verschuldigd zijn voor het in behandeling nemen van de onderliggende vergunning waarop de te wijzigen aanvraag ziet met een minimum van

€ 166,85

Hoofdstuk 8 Bestemmingswijzigingen zonder activiteiten

2.8.1

Het tarief bedraagt voor het in behandeling nemen van een aanvraag tot het vaststellen van een bestemmingsplan als bedoeld in artikel 3.1, eerste lid, van de Wet ruimtelijke ordening

De leges zijn exclusief onderzoeken en opstellen bestemmingsplan

€ 6.594,-

2.8.2

Het tarief bedraagt voor het in behandeling nemen van een aanvraag tot het wijzigen of uitwerken van een bestemmingsplan als bedoeld in artikel 3.6, eerste lid, onder a en b, van de Wet ruimtelijke ordening

€ 4.730,-

Hoofdstuk 9 vervallen

Hoofdstuk 10 In deze titel niet benoemde beschikking

2.10

Het tarief bedraagt voor het in behandeling nemen van een aanvraag tot het verlenen van een andere, in deze titel niet benoemde beschikking:

€ 53,10

Titel 3 Dienstverlening vallend onder Europese dienstenrichtlijn en niet vallend onder titel 2

Hoofdstuk 1 Horeca

3.1.1

Het tarief bedraagt voor het in behandeling nemen van

3.1.1.1

een aanvraag tot het verkrijgen van een vergunning op grond van artikel 3 van de Drank- en Horecawet

€ 493,-

3.1.1.2

een aanvraag tot het wijzigen van de vergunning als bedoeld in subonderdeel 3.1.1.1 als gevolg van wijziging van de leidinggevende

€ 172,05

3.1.1.3

een aanvraag tot het wijzigen van de vergunning als bedoeld in subonderdeel 3.1.1.1 als gevolg van wijziging van de inrichting

€ 493,-

3.1.2

Het tarief bedraagt voor het in behandeling nemen van een aanvraag tot het verlenen van een ontheffing als bedoeld in

3.1.2.1

artikel 4, vierde lid, van de Drank- en Horecawet

€ 123,10

3.1.2.2

artikel 35 van de Drank- en Horecawet

€ 123,10

3.1.2.2.1

indien er sprake is van een meerjarenvergunning als bedoeld in artikel 3.2.1.1 bedraagt het tarief voor een ‘meerjarenontheffing’ op grond van artikel 35 Drank- en Horecawet

€ 246,25

Hoofdstuk 2 Organiseren evenementen, markten, e.d.

3.2.1.

3.2.1.1

3.2.1.2

Het tarief bedraagt voor het in behandeling nemen van een aanvraag om een vergunning voor het organiseren van een niet-commercieel evenement als bedoeld in artikel 2:25 van de Algemene plaatselijke verordening 2010 gemeente Zevenaar (evenementenvergunning)

Het tarief bedraagt voor het in behandeling nemen van een aanvraag om een meerjarenvergunning voor het organiseren van een niet-commercieel evenement als bedoeld in artikel 2:25a van de Algemene plaatselijke verordening 2010 gemeente Zevenaar (evenementenvergunning)

Het tarief bedraagt voor het in behandeling nemen van een aanvraag om een vergunning voor het organiseren van een commercieel evenement als bedoeld in artikel 2:25 en 2:25a van de Algemene plaatselijke verordening 2010 gemeente Zevenaar (evenementenvergunning)

bij een aangevraagd aantal bezoekers tot 500

bij een aangevraagd aantal bezoekers van 500 tot 2000

bij een aangevraagd aantal bezoekers van 2000 tot 5000

bij een aangevraagd aantal bezoekers van 5000 tot 7500

bij een aangevraagd aantal bezoekers van 7500 of meer, per bezoeker

€ 55,85

€ 111,65

€ 152,25

€ 304,50

€ 761,25

€ 1.015,00

€ 0,40

3.2.2

Het tarief bedraagt voor het in behandeling nemen van een vergunning of ontheffing als bedoeld in:

3.2.2.1

artikel 5:18 van de Algemene plaatselijke verordening 2010 gemeente Zevenaar (standplaats)

€ 53,10

Hoofdstuk 3 Prostitutiebedrijven

3.3

Het tarief bedraagt voor het in behandeling nemen van een aanvraag voor vergunning of ontheffing als bedoeld in:

3.3.1

artikel 3:4, eerste lid, van de Algemene plaatselijke verordening 2010 gemeente Zevenaar (een seksinrichting), per jaar

€ 861,75

3.3.2

artikel 3:4, eerste lid, van de Algemene plaatselijke verordening 2010 gemeente Zevenaar (een escortbedrijf), per jaar

€ 577,55

3.3.3

artikel 3:10, eerste lid, van de Algemene plaatselijke verordening 2010 gemeente Zevenaar (een sekswinkel), per jaar

€ 282,15

Hoofdstuk 4 Brandbeveiligingsverordening

3.4.1

Het tarief bedraagt voor het in behandeling nemen van een aanvraag tot het verlenen van een vergunning, als bedoeld in artikel 2, eerste lid, van de Brandbeveiligingsverordening, voor het in gebruik hebben of houden van een inrichting gedurende een termijn van minder dan 30 dagen met een bruto vloeroppervlakte (volgens NEN 2580)

tot en met 150 m2

€ 62,85

van 151 m2 tot en met 300 m2

€ 125,70

van 301 m2 tot en met 500 m2

€ 172,05

van meer dan 500 m2

€ 277,10

3.4.2

Indien een aanvraag om een vergunning, als bedoeld in onderdeel 3.4.1 wordt geweigerd, dan wel de aanvraag door de aanvrager wordt ingetrokken, worden de volgens dat onderdeel berekende leges met 50 % verminderd.

Hoofdstuk 5 In deze titel niet benoemde vergunning, ontheffing of andere beschikking

3.5.1

Het tarief bedraagt voor het in behandeling nemen van een aanvraag tot het verlenen van een andere, in deze titel niet benoemde vergunning, ontheffing of andere beschikking

€ 53,10

Behorende bij het besluit van de raad van de gemeente Zevenaar van 17 december 2014

Mij bekend,

De griffier,