Regeling vervallen per 01-01-2020

Regeling lokale IKB doelen 2018

Geldend van 12-05-2018 t/m 31-12-2019 met terugwerkende kracht vanaf 01-01-2018

Intitulé

Regeling lokale IKB doelen 2018

Het college van burgemeester en wethouders van gemeente Zevenaar;

Gelet op artikel 125 van de Ambtenarenwet; artikel 160 van de Gemeentewet; Wet op de loonbelasting 1964; Uitvoeringsregeling loonbelasting 2011; Uitvoeringsbesluit loonbelasting 1965 en hoofdstuk 3 van de CAR-UWO;

Na overeenstemming in de commissie Bijzonder Georganiseerd Overleg;

BESLUIT

Vast te stellen de volgende;

REGELING LOKALE IKB DOELEN 2018

Artikel 1 Begripsomschrijving

  • 1.

    Werkgever:

    Het college van burgemeester en wethouders van de gemeente Zevenaar.

  • 2.

    Medewerker:

    De medewerker bedoeld in artikel 1:1 lid 1 sub a van de CAR-UWO.

  • 3.

    Woon-werkverkeer:

    De afstand van de woning van de medewerker tot de standplaats/werkplek is de afstand gemeten volgens de ANWB routeplanner, snelste route.

  • 4.

    Standplaats/werkplek:

    Het adres waar de medewerker zijn werkzaamheden uitoefent.

  • 5.

    Individueel Keuze Budget:

    Het budget zoals gedefinieerd in Hoofdstuk 3 § 5 van de CAR-UWO.

  • 6.

    Opleidingskosten:

    De eigen bijdrage die een medewerker betaalt conform de regeling studiefaciliteiten.

  • 7.

    Vakbond:

    Organisatie zoals bedoeld in artikel 12:1, lid 1, sub c en artikel 12:1, lid 3 van de CAR-UWO.

  • 8.

    Vakbondscontributie:

    de aan een vakbond in het lopende kalenderjaar betaalde vergoeding voor het lidmaatschap.

  • 9.

    Fiscale ruimte:

    Het verschil - met betrekking tot de vergoeding voor woon-werkverkeer - tussen het bedrag dat fiscaal onbelast mag worden vergoed aan een medewerker en het bedrag dat daadwerkelijk door de werkgever voor woon-werkverkeer wordt vergoed.

Artikel 2 Uitgesloten van deelname

De politieke ambtsdragers van de gemeente Zevenaar kunnen niet deelnemen aan de (lokale) IKB-regeling.

Artikel 3 Lokale doelen

Naast de doelen, zoals vastgelegd in art. 3:29 van de CAR-UWO kan het IKB worden ingezet voor de volgende doelen:

Het kopen van een fiets;

Fiscale uitruil reiskosten woon-werkverkeer;

Fiscale uitruil vakbondscontributie;

Voor de onderscheiden doelen zijn de hieronder beschreven voorwaarden van toepassing:

3.1 Het kopen van een fiets

  • 1. De medewerker kan 24 maanden na de datum van indiensttreding voor het eerst het IKB gebruiken voor de aanschaf van een fiets.

  • 2. Aan de medewerker, die voldoet aan de hierna in 3.1.3 gestelde voorwaarden, kan op zijn verzoek een fiets worden verstrekt.

  • 3. De voorwaarden, waaraan ingevolge lid 3.1.2 dient te worden voldaan zijn:

    • a)

      Door deze keuze te maken verklaart de medewerker dat de fiets op meer dan de helft van het aantal dagen waarop hij zijn werkzaamheden verricht wordt gebruikt voor woon-/werkverkeer.

    • b)

      De keuze van het type fiets is in die zin beperkt, dat de medewerker geen kinderfietsen of motorisch aangedreven fietsen mag kiezen. Fietsen met elektrische trapondersteuning, ook wel e-bikes genaamd, zijn toegestaan.

    • c)

      De medewerker mag eenmaal in de drie jaar voor de aanschaf van een fiets maximaal € 1150,- besteden. In dit bedrag zijn eventuele met de fiets samenhangende zaken en een fietsverzekering inbegrepen. De medewerker kan een duurdere fiets aanschaffen, het fiscaal uit te ruilen bedrag is gemaximeerd op € 1150,-.

    • d)

      De medewerker kan de keuze alleen maken indien hij voldoende IKB heeft.

  • 4. De aanschaf van de fiets en eventueel daarmee samenhangende zaken geschiedt door de medewerker. De koop kan bij elke fietshandelaar geschieden die is ingeschreven bij de Kamer van Koophandel.

  • 5. De medewerker dient bij de keuze de factuur en het betalingsbewijs van de fiets te overleggen, dit doet hij in het Flex Benefits digitale keuzesysteem.

3.2 Uitruil reiskosten woon-werkverkeer

  • 1. De medewerker kan - indien hier fiscale ruimte voor is - maandelijks het IKB gebruiken voor de fiscale uitruil woon-werkverkeer.

  • 2. Hiertoe wordt fiscale ruimte bepaald die maandelijks belastingvrij kan worden uitgeruild.

  • 3. Voor de bepaling van het aantal kilometers van het woon-werkverkeer wordt de “snelste route” berekend via de routeplanner van de ANWB. De belastingdienst gaat uit van 214 werkbare dagen per jaar voor een vijfdaagse werkweek. Voor mensen die minder werken of langdurig ziek/afwezig zijn geweest (langer dan een periode van 6 aaneengesloten weken) geldt een en ander naar rato. De vergoeding per kilometer is gelijk aan de maximaal onbelaste kilometervergoeding als vastgesteld door de belastingdienst. De kilometers waarvoor de ambtenaar reeds een vergoeding ontvangt, dienen in mindering te worden gebracht.

  • 4. De medewerker kan via het digitale Flex Benefits keuzesysteem aangeven gebruik te willen maken van de fiscale uitruil woon-werkverkeer.

  • 5. In geval van verhuizing dient de medewerker dit direct digitaal via Self Service bij de werkgever door te geven.

  • 6. Bij een aanpassing van het aantal dagen waarop de medewerker werkt, wordt dienovereenkomstig het uit te ruilen bedrag aangepast.

  • 7. In geval van afwezigheid of ziekte van de medewerker van meer dan zes weken wordt de uitruil stop gezet.

  • 8. Indien de medewerker de maandelijkse uitruil wil stoppen, dan dient de medewerker dit in de IKB-module aan te geven. Het initiatief hiertoe rust uitdrukkelijk bij medewerker.

3.3 Uitruil vakbondscontributie

  • 1. De medewerker kan op zijn verzoek een deel van het IKB inzetten voor een (netto) vergoeding voor betaalde vakbondscontributie. Hierdoor heeft de medewerker een fiscaal voordeel.

  • 2. Om gebruik te kunnen maken van de uitruilmogelijkheid genoemd in 3.3.1 dient een verklaring van de vakbond te worden overlegd waaruit het vakbondslidmaatschap blijkt en waarin de hoogte van de contributie is vermeld.

  • 3. De medewerker geeft zijn keuze aan in het Flex Benefits digitale keuzesysteem.

Artikel 4 Gevolgen van de keuze

  • 1. Indien aan de belastingvrije uitbetaling van een doel door de belastingdienst bijzondere voorwaarden worden verbonden, is de medewerker gehouden aan deze voorwaarden te voldoen en dit desgewenst aan te tonen. Een eventuele naheffing als gevolg van het niet voldoen aan deze voorwaarden komt voor rekening van de medewerker.

  • 2. De medewerker verklaart in het Flex Benefits digitale keuzesysteem op de hoogte te zijn van de mogelijke consequenties die een inzet van het IKB kan hebben, doordat deze worden uitgewisseld tegen een bestedingsdoel, zoals (deze lijst is niet uitputtend):

    • een verlaging van de grondslag voor de berekening van het pensioen/FPU en de uit dien hoofde verschuldigde premies;

    • een verlaging van het loon in het kader van de sociale verzekeringswetten;

    • een verlaging van het inkomen in het kader van inkomensafhankelijke subsidies;

    • een verlaging van de grondslag voor de berekening van de diensttijdvrijstelling.

    • Deze gevolgen zijn voor rekening van de medewerker.

Artikel 5 Fiscale wijzigingen

De toepassing van deze regeling dient te passen binnen de (fiscale) wet- en regelgeving. Het college behoudt het recht de regeling aan te passen op grond van fiscale wijzigingen.

Artikel 6 Onrechtmatig gebruik

Wanneer de medewerker onjuiste gegevens verstrekt en/of onrechtmatig gebruik maakt van deze regeling, wordt de eventuele naheffingsaanslag (inclusief de boete en heffingsrente) van de belastingdienst met terugwerkende kracht op de medewerker verhaald.

Artikel 7 Inhouding bij beëindiging dienstbetrekking

Eindigt de dienstbetrekking voordat enig bedrag als bedoeld in deze regeling is verrekend, dan wordt het alsdan resterende bedrag (zonder fiscaal voordeel) als bedrag ineens ingehouden op het netto maandloon.

Artikel 8 Slotbepalingen

  • 1. Deze regeling kan worden aangehaald als: “Regeling lokale IKB doelen 2018”.

  • 2. Deze regeling treedt in werking met terugwerkende kracht per 1 januari 2018.

Ondertekening

Burgemeester en wethouders van de gemeente Zevenaar,

Michel Tromp

secretaris

Ella Schadd-de Boer

burgemeester