Regeling vervallen per 01-01-2016

Financieel besluit maatschappelijke ondersteuning Zoeterwoude 2016

Geldend van 01-01-2016 t/m 31-12-2015

Intitulé

Financieel besluit maatschappelijke ondersteuning Zoeterwoude 2016

Hoofdstuk 1 Begripsomschrijvingen

In dit Financieel besluit is zoveel mogelijk de volgorde van de artikelen in de Verordening maatschappelijke ondersteuning 2015 Zoeterwoude (hierna: Verordening 2015) aangehouden.

Alle begrippen die in dit Financieel besluit worden gebruikt hebben dezelfde betekenis als in de Wet maatschappelijke ondersteuning, de Verordening, het Besluit maatschappelijke ondersteuning, de Beleidsregels maatschappelijke ondersteuning Zoeterwoude 2016 (hierna: Beleidsregels 2016) en de Algemene wet bestuursrecht.

Hoofdstuk 2 Bedragen persoonsgebonden budget

Artikel 1. Bedragen persoonsgebonden budget voor maatwerkvoorziening huishoudelijke ondersteuning

De bedragen voor het persoonsgebonden budget voor huishoudelijke ondersteuning basis, speciaal en speciaal plus luiden per periode van vier weken:

Type ondersteuning

Professional

Non-professional

Huishoudelijke ondersteuning basis

€ 292,00

€ 224,00

Huishoudelijke ondersteuning speciaal

€ 261,00

€ 201,00

Huishoudelijke ondersteuning speciaal plus

€ 391,50

€ 301,50

Artikel 2. Bedragen persoonsgebonden budget voor maatwerkvoorziening begeleiding individueel

  • Lid 1.

    De bedragen voor het persoonsgebonden budget voor begeleidingindividueel basis luiden per periode van vier weken:

    Begeleiding individueel basis

    Intensiteit 1 (normaal)

    Intensiteit 2 (intensief)

    Professional

    € 193,50

    € 580,50

    Non-professional

    € 129,00

    € 387,00

  • Lid 2.

    De bedragen voor het persoonsgebonden budget voor begeleidingindividueel speciaal luiden per periode van vier weken:

    Begeleiding individueel speciaal

    Intensiteit 1 (normaal)

    Intensiteit 2 (intensief)

    Professional

    € 249,00

    € 747,00

    Non-professional

    n.v.t.

    n.v.t.

Artikel 3. Bedragen persoonsgebonden budget voor maatwerkvoorziening begeleiding groep

  • Lid 1.

    De bedragen voor het persoonsgebonden budget voor Begeleiding groep basis luiden per periode van vier weken:

    Begeleiding groep basis A / B

    Intensiteit 1 (normaal)

    Intensiteit 2 (intensief)

    Professional

    € 276,00

    € 690,00

    Professional + vervoer

    € 327,00

    € 817,50

    Non-professional

    € 228,00

    € 570,00

    Non-professional + vervoer

    € 279,00

    € 697,50

  • Lid 2.

    De bedragen voor het persoonsgebonden budget voor Begeleiding groep speciaal luiden per periode van vier weken:

    Begeleiding groep speciaal A/ B

    Intensiteit 1 (normaal)

    Intensiteit 2 (intensief)

    Professional

    € 420,00

    € 1.050,00

    Professional + vervoer

    € 480,00

    € 1.200,00

    Non-professional

    n.v.t.

    n.v.t.

    Non-professional + vervoer

    n.v.t.

    n.v.t.

  • Lid 3.

    Indien met de bedragen genoemd in artikelen 1, 2, en 3 niet het gewenste resultaat bereikt wordt binnen de maximaal gestelde omvang in uren dan wel dagdelen, kan op basis van individueel maatwerk tot een oplossing worden gekomen. Hiervoor worden de tarieven verhoogd met de volgende tarieven per uur dan wel dagdeel:

    Type ondersteuning

    Professional

    Non-professional

    Huishoudelijke Ondersteuning basis

    € 18,25

    € 14,00

    Huishoudelijke ondersteuning speciaal

    € 21,75

    € 16,75

    Huishoudelijke ondersteuning speciaal plus

    € 21,75

    € 16,75

    Begeleiding individueel basis

    € 32,25

    € 21,50

    Begeleiding individueel speciaal

    € 41,00

    n.v.t.

    Begeleiding groep basis

    € 23,00

    € 19,00

    Begeleiding groep basis met vervoer

    € 27,25

    € 23,25

    Begeleiding groep speciaal

    € 35,00

    n.v.t.

    Begeleiding groep speciaal met vervoer

    € 40,00

    n.v.t.

Artikel 4. Bedragen persoonsgebonden budget voor overige maatwerkvoorzieningen

  • Lid 1.

    Het persoonsgebonden budget voor maatwerkvoorziening kortdurend verblijf bedraagt € 95,00 per etmaal met een maximum van 52 etmalen per kalenderjaar.

  • Lid 2.

    Het persoonsgebonden budget voor maatwerkvoorziening lijfgebonden Wmo-verzorging bedraagt per uur:

    Type ondersteuning

    Professional

    Non-professional

    Lijfgebonden Wmo-verzorging

    € 32,25

    € 21,5

  • Lid 3.

    Het persoonsgebonden budget voor maatwerkvoorziening maaltijdvoorbereiding bedraagt per uur:

    Type ondersteuning

    Professional

    Non-professional

    Maaltijdvoorbereiding

    € 21,75

    € 16,75

  • Lid 4.

    Het persoonsgebonden budget voor maatwerkvoorziening kindverzorging bedraagt per uur:

    Type ondersteuning

    Professional

    Non-professional

    Kindverzorging

    € 21,75

    € 16,75

Artikel 5. Bedragen persoonsgebonden budget bij koop en huur van rolstoel en scootmobiel

  • Lid 1.

    Het persoonsgebonden budget voor een rolstoel en scootmobiel omvat twee bestanddelen: een eenmalige vergoeding voor de aanschaf inclusief standaard fabrieksopties (A) en een jaarlijkse tegemoetkoming in de kosten van onderhoud, reparatie en eventueel verzekering (B).

    Het persoonsgebonden budget bedraagt, rekening houdend met de kosten voor verzekering en onderhoud voor de gehele gebruiksperiode, als bedoeld in het tweede lid, ten hoogste:

    Type voorziening

    Aanschaf (A)

    Verzekering en

    onderhoud voor

    gehele periode (B)

    Totaal (A+B)

    1

    Duwwandelwagen voor continu

    gebruik

    € 2.950,00

    € 500,00

    € 3.450,00

    2

    Handbewogen rolstoel voor

    Incidenteel / kortdurend gebruik

    € 400,00

    € 125,00

    € 525,00

    3

    Handbewogen rolstoel voor (semi-)permanent / algemeen gebruik

    € 1.125,00

    € 250,00

    € 1.375,00

    4

    Handbewogen rolstoel voor

    actief gebruik

    € 2.100,00

    € 500,00

    € 2.600,00

    5

    Elektrische rolstoel voor

    (semi-)permanent gebruik; primair binnen, maar ook om het huis

    € 6.600,00

    € 2.400,00

    € 9.000,00

    6

    Elektrische rolstoel voor

    (semi-)permanent gebruik; primair buiten, maar ook binnenshuis

    € 7.900,00

    € 2.350,00

    € 10.250,00

    7

    Scootmobiel voor gebruik in de woonomgeving (8 km/uur)

    € 2.350,00

    € 950,00

    € 3.300,00

    8

    Scootmobiel voor gebruik in de woonomgeving (10 km/uur)

    € 2.700,00

    € 1.100,00

    € 3.800,00

    9

    Scootmobiel voor langere afstanden en intensief gebruik (15 km/uur)

    € 3.600,00

    € 1.350,00

    € 4.950,00

  • Lid 2.

    Indien de inwoner het persoonsgebonden budget aanwendt voor het huren van een hulpmiddel ontvangt hij per kalenderjaar het in het eerste lid genoemde totaalbedrag (A+B), gedeeld door het aantal gebruiksjaren (voor een hulpmiddel betreft dit 7 jaar).

  • Lid 3.

    De restwaarde van het hulpmiddel wordt als volgt bepaald:

    Bij verhuizing of overlijden of

    niet meer adequaat zijn van de voorziening

    Restwaarde als percentage van het verstrekte aanschafgedeelte van het persoonsgebonden budget

    Eerste jaar

    85%

    Tweede jaar

    75%

    Derde jaar

    55%

    Vierde jaar

    40%

    Vijfde jaar

    30%

    Zesde jaar

    20%

    Zevende jaar

    10%

Artikel 6. Restwaarde maatwerkvoorziening in de vorm van een woningaanpassing

Indien een maatwerkvoorziening is verstrekt in de vorm van een uitbouw aan de woning, die eigendom is van de cliënt/bewoner, kan er vanuit worden gegaan dat de woning in waarde is gestegen. Daarom dienen de door de gemeente gesubsidieerde kosten bij verkoop van de woning te worden terugbetaald volgens het in artikel 5 lid 3 vermelde afschrijvingsschema.

Artikel 7. Vrij besteedbaar bedrag

  • Lid 1.

    Conform artikel 15.6 van de beleidsregels kan de cliënt gebruik maken van een vrij besteedbaar bedrag ten behoeve van de in de beleidsregels benoemde onderdelen.

  • Lid 2.

    Het vrij besteedbaar bedrag bedraagt maximaal € 240,00 per kalenderjaar. Het vrij besteedbare bedrag dat gemeld wordt aan de cliënt, is afhankelijk van de duur van de budgetperiode. Het vrij besteedbare bedrag wordt berekend vanaf de eerste dag van de maand van ingang van de budgetperiode tot en met de laatste dag van de maand van einde van de budgetperiode.

    Budgetperiode

    Vrij besteedbaar bedrag

    12 kalendermaanden

    € 240,00

    11 kalendermaanden

    € 220,00

    10 kalendermaanden

    € 200,00

    9 kalendermaanden

    € 180,00

    8 kalendermaanden

    € 160,00

    7 kalendermaanden

    € 140,00

    6 kalendermaanden

    € 120,00

    5 kalendermaanden

    € 100,00

    4 kalendermaanden

    € 80,00

    3 kalendermaanden

    € 60,00

    2 kalendermaanden

    € 40,00

    1 kalendermaand

    € 20,00

Hoofdstuk 3 Bedragen maatwerkvoorzieningen voor vervoer

Artikel 8. Bedragen Collectief Vraagafhankelijk Vervoer

  • Lid 1.

    De vergoeding voor het Collectief Vraagafhankelijk Vervoer (CVV) bedraagt op jaarbasis maximaal:

    • a.

      voor gebruik van het CVV 384 zones

    • b.

      voor vervoer vrij besteedbaar € 288,00

  • Lid 2.

    Personen die een (maatwerk)voorziening ontvangen in de vorm van de Regiotaxi, moeten een bijdrage betalen in de Regiotaxi. De hoogte van deze bijdrage is gelijk aan het OV-chip–tarief (omgerekend naar een zonetarief). Het OV chip-tarief bedraagt € 0,73 per zone voor personen jonger dan 65 jaar en € 0,48 voor personen ouder dan 65 jaar.

Artikel 9. Bedragen maatwerkvoorzieningen vervoer

  • Lid 1.

    De vergoeding voor verschillende maatwerkvoorzieningen voor vervoer bedragen op jaarbasis maximaal:

    • a.

      voor vervoer per taxi € 1.884,00

    • b.

      voor een combinatie van taxi en vervoer met de eigen auto € 1.230,00

    • c.

      voor een rolstoeltaxi € 2.832,00

    • d.

      voor een voor rolstoelgebruik aangepast vervoermiddel € 576,00

    • e.

      voor een combinatie van c en d:

    voor de rolstoeltaxi (1.000 kilometer) € 1.416,00

    plus voor rolstoelgebruik aangepast vervoermiddel (1.000 kilometer) € 288,00

    f.Voor een bruikleenauto/buitenwagen met verbrandingsmotor € 240,00

  • Lid 2.

    De hoogte van de bedragen wordt voor aanvragers tot 16 jaar gesteld op een percentage van de in het eerste lid genoemde bedragen:

    • a.

      0% voor aanvragers tot 4 jaar;

    • b.

      25% voor aanvragers van 4 tot 6 jaar;

    • c.

      50% voor aanvragers van 6 tot 12 jaar;

    • d.

      75% voor aanvragers van 12 tot 16 jaar.

  • Lid 3.

    Voor zover partners beiden in aanmerking komen voor een maatwerkvoorziening vervoer dan wel voor het Collectief Vraagafhankelijk Vervoer (CVV) en tenminste één van hen geen gebruik kan maken van het CVV, wordt aan elk van hen een percentage (50% dan wel 75%, afhankelijk van de gezamenlijke vervoersbehoefte) van het maximumbedrag voor vervoer per reguliere taxi toegekend.

  • Lid 4.

    Voor zover partners beide geen gebruik kunnen maken van het regulier openbaar vervoer, maar wel van het CVV wordt aan hen ieder maximaal toegekend:

    • a.

      100% van het aantal zones voor het gebruik van het CVV; en

    • b.

      indien van toepassing, 50% van vrij besteedbaar bedrag.

  • Lid 5.

    Voor zover partners beiden geen gebruik kunnen maken van het regulier openbaar vervoer, maar wel van het CVV, en één van hen kiest voor de tegemoetkoming voor het gebruik van de eigen auto, wordt aan ieder van hen maximaal 50% toegekend van het maximumbedrag voor het gebruik van de eigen auto.

  • Lid 6.

    Indien belanghebbende gebruik maakt van een andere maatwerkvoorziening zoals een scootmobiel, dan wel een eigen verplaatsingsmiddel, kan het aantal kilometers met 50% worden verlaagd, afhankelijk van de mate waarin het andere verplaatsingsmiddel in de vervoersbehoefte voorziet.

Hoofdstuk 4 Financiële tegemoetkoming in de meerkosten

Artikel 10. Omvang van de vergoeding in de meerkosten

  • Lid 1.

    De vergoeding in de meerkosten voor:

    • a.

      vervoer per eigen auto bedraagt: € 576,00 per jaar;

    • b.

      verhuiskosten bedraagt: € 1.975,00 eenmalig;

    • c.

      aanschaf en onderhoud van een sportrolstoel bedraagt: € 2.500,00 per drie jaar.

  • Lid 2.

    De persoon, aan wie een vergoeding in de meerkosten is verleend, is geen bijdrage verschuldigd.

Hoofdstuk 5 Bijdrage in de kosten van een voorziening

Artikel 11. Bijdrage voor algemene voorzieningen

  • Lid 1.

    Voor de volgende algemene voorzieningen is een inwoner een bijdrage in de kosten verschuldigd:

    • a.

      huishoudelijke ondersteuning;

    • b.

      Collectief Vraagafhankelijk Vervoer (Regiotaxi)

  • Lid 2.

    Een inwoner is de volgende bijdrage verschuldigd in de kosten van:

    • a.

      Huishoudelijke Ondersteuning;

    • I.

      bij een inkomen tot 120% van de van toepassing zijnde bijstandsnorm: geen bijdrage;

    • II.

      bij een inkomen vanaf 120% van de van toepassing zijnde bijstandsnorm: € 12,00 per uur;

    • b.

      Vervoer zie artikel 8 lid 2 van dit besluit

Artikel 12. Bijdrage voor maatwerkvoorzieningen

  • Lid 1.

    De persoon, aan wie een maatwerkvoorziening in natura of in de vorm van een persoonsgebonden budget is verleend, is een bijdrage verschuldigd.

  • Lid 2.

    Het bepaalde in de voorgaande leden blijft buiten toepassing als:

    • a.

      de maatwerkvoorziening bestaat uit een rolstoel;

    • b.

      het een maatwerkvoorziening betreft in gemeenschappelijke ruimten van wooncomplexen;

    • c.

      de maatwerkvoorziening, een hulpmiddel is voor een belanghebbende jonger dan 18 jaar;

  • Lid 3.

    De hoogte van de bijdrage voor een maatwerkvoorziening wordt vastgesteld overeenkomstig het bepaalde in artikel 3.1, lid 1 van het Uitvoeringsbesluit maatschappelijke ondersteuning 2015, zoals jaarlijks aangepast door de Minister van Volksgezondheid, Welzijn en Sport, en bedraagt nooit meer dan:

    • a.

      de kostprijs van de maatwerkvoorziening in natura;

    • b.

      de hoogte van het persoonsgebonden budget voor een maatwerkvoorziening;

  • Lid 4.

    De termijn van de inning van bijdrage voor een maatwerkvoorziening is:

    • a.

      gelijk aan de verstrekkingsduur van een maatwerkvoorziening in natura, anders dan in eigendom;

    • b.

      gelijk aan de verstrekkingsduur van een periodiek persoonsgebonden budget;

    • c.

      gelijk aan de termijn die geldt tot de kostprijs van de voorziening is betaald. Deze termijn wordt in de toekenningsbeschikking van het persoonsgebonden budget voor een maatwerkvoorziening vermeld.

  • Lid 5.

    De inning van de bijdrage voor een maatwerkvoorziening stopt te allen tijde bij het overlijden van belanghebbende of bij beëindiging van de maatwerkvoorziening.

Artikel 13. Hoogte van de kostprijs voor berekening van de bijdrage maatwerkvoorzieningen in natura

  • Lid 1.

    De hoogte van de kostprijs voor berekening van de bijdrage, als bedoeld in artikel 5.2 van de Verordening 2015 voor de maatwerkvoorziening huishoudelijke ondersteuning in natura bedraagt voor:

    • -

      Huishoudelijke ondersteuning basis: € 20,- per uur;

    • -

      Huishoudelijke ondersteuning speciaal: € 24,- per uur;

    • -

      Huishoudelijke ondersteuning speciaal plus € 24,- per uur.

  • Lid 2.

    De hoogte van de kostprijs voor berekening van de bijdrage, als bedoeld in artikel 5.2 van de Verordening 2015, voor de maatwerkvoorziening begeleiding individueel in natura bedraagt voor:

    • -

      Begeleiding individueel basis: € 20,- per uur;

    • -

      Begeleiding individueel speciaal: € 20,- per uur.

  • Lid 3.

    De hoogte van de kostprijs voor berekening van de bijdrage, als bedoeld in artikel 5.2 van de Verordening 2015, voor de maatwerkvoorziening begeleiding groep in natura bedraagt voor:

    • -

      Begeleiding groep basis: € 20,- per dagdeel;

    • -

      Begeleiding groep speciaal: € 20,- per dagdeel;

  • Lid 4.

    De hoogte van de kostprijs voor berekening van de bijdrage, als bedoeld in artikel 5.2 van de Verordening 2015, voor de maatwerkvoorzieningkortdurend verblijf in natura bedraagt voor:

    -Inwoners die aanspraak maken op een maatwerkvoorziening voor kortdurend verblijf op basis van de Verordening 2015 € 40,00 per etmaal met een maximum van 52 etmalen per kalenderjaar.

  • Lid 5.

    De wijze van berekening van de bijdrage, als bedoeld in artikel 5.2 van de Verordening 2015, voor de maatwerkvoorzieningbeschermd wonen in natura en persoonsgebonden budget geschiedt op basis van door het ministerie van VWS bepaalde regels.

  • Lid 6.

    De bijdrage, als bedoeld in artikel 5.2 van de Verordening 2015, voor de maatwerkvoorziening vervoer in natura bedraagt voor:

    • -

      scootmobiel voor gebruik in de woonomgeving (8 km/uur) huurprijs per 4 weken: € 24,50

    • -

      scootmobiel voor gebruik in de woonomgeving (10 km/uur) huurprijs per 4 weken € 28,00

    • -

      scootmobiel voor langere afstanden en intensief gebruik (15 km/uur) huurprijs per 4 weken: € 33,25

  • Lid 7.

    De bijdrage, als bedoeld in artikel 5.2 van de Verordening 2015, bedraagt voor de maatwerkvoorziening maaltijdvoorbereiding € 20,00 per uur.

  • Lid 8.

    De bijdrage, als bedoeld in artikel 5.2 van de Verordening 2015, bedraagt voor de maatwerkvoorziening lijfgebonden Wmo-verzorging € 20,00 per uur.

  • Lid 9.

    De bijdrage op het persoonsgebonden budget is maximaal het verstrekte (jaar)budget.

Hoofdstuk 6 Overgangsrecht

Artikel 14. Begeleiding (individueel/groep) speciaal met aantekening non-professional

  • Lid 1.

    Voor bestaande cliënten met een maatwerkvoorziening begeleiding individueel speciaal die een persoonsgebonden budget non-professional verstrekt hebben gekregen, geldt tot en met uiterlijk 31 december 2016 het tarief per 4 weken uit 2015, te weten:

    • -

      € 150,00 bij begeleiding individueel speciaal normaal;

    • -

      € 450,00 bij begeleiding individueel speciaal intensief.

  • Lid 2.

    Voor bestaande cliënten met een maatwerkvoorziening begeleiding groep speciaal die een persoonsgebonden budget non-professional verstrekt hebben gekregen, geldt tot en met uiterlijk 31 december 2016 het tarief per 4 weken uit 2015, te weten:

    • -

      € 267,00 bij begeleiding groep speciaal normaal;

    • -

      € 327,00 bij begeleiding groep speciaal normaal met vervoer;

    • -

      € 667,50 bij begeleiding groep speciaal intensief;

    • -

      € 817,50 bij begeleiding groep speciaal intensief met vervoer.

  • Lid 3.

    Vanaf 1 januari 2016 zal voor de maatwerkvoorziening begeleiding individueel speciaal en de maatwerkvoorziening begeleiding groep speciaal geen persoonsgebonden budget voor een non-professional meer worden toegekend.

Hoofdstuk 7 Slotbepalingen

Artikel 15. Hardheidsclausule

Het college kan in bijzondere gevallen ten gunste van de aanvrager afwijken van de bepalingen in het

Financieel besluit maatschappelijke ondersteuning Zoeterwoude 2016, indien toepassing daarvan zou leiden tot onbillijkheden van overwegende aard.

Artikel 16. Citeertitel en inwerkingtreding

  • 1.

    Dit besluit wordt aangehaald als: 'Financieel besluit maatschappelijke ondersteuning Zoeterwoude 2016'.

  • 2.

    Dit besluit treedt in werking op 1 januari 2016.

  • 3.

    Met inwerkingtreding van dit Financieel besluit wordt het 'Financieel besluit maatschappelijke ondersteuning 2015 Zoeterwoude’ ingetrokken.

Ondertekening

Aldus vastgesteld in de vergadering van 15 december 2015.
Het College van Burgemeester en wethouders,
De secretaris,
de burgemeester,