Besluit van Gedeputeerde Staten en de commissaris de Koning van de provincie Zuid-Holland van 16 februari 2021, PZH-2021-765305426 (DOS-2020-0007039) houdende regels omtrent het toekennen van mandaat en volmacht aan de directeur Staatsbosbeheer (Mandaat- en volmachtbesluit provincie Zuid-Holland voor Staatsbosbeheer 2021)

Geldend van 26-02-2021 t/m heden

Intitulé

Besluit van Gedeputeerde Staten en de commissaris de Koning van de provincie Zuid-Holland van 16 februari 2021, PZH-2021-765305426 (DOS-2020-0007039) houdende regels omtrent het toekennen van mandaat en volmacht aan de directeur Staatsbosbeheer (Mandaat- en volmachtbesluit provincie Zuid-Holland voor Staatsbosbeheer 2021)

Gedeputeerde staten van Zuid-Holland en de commissaris van de Koning van Zuid-Holland;

Gelet op:

  • -

    afdeling 10.1.1 van de Algemene wet bestuursrecht;

  • -

    art. 176 van de Provinciewet;

  • -

    artikel 3, zesde lid, van de Wet verzelfstandiging Staatsbosbeheer;

  • -

    artikel 14 van de Samenwerkingsovereenkomst voor het integrale beheer en onderhoud van de provinciale recreatiegebieden.

Ieder voor zover het de eigen bevoegdheden betreft;

besluiten:

vast te stellen het Mandaat- en volmachtbesluit provincie Zuid-Holland voor Staatsbosbeheer 2021

Artikel 1 Begripsbepalingen

In dit besluit wordt verstaan onder:

  • afdelingshoofd PZH: hoofd van de afdeling Water en Groen van de provinciale organisatie Zuid-Holland;

  • commissaris van de Koning: commissaris van de Koning van Zuid-Holland;

  • directeur Staatsbosbeheer: directeur van Staatsbosbeheer als bedoeld in artikel 1, aanhef en onder d, van de Wet verzelfstandiging Staatsbosbeheer;

  • gedeputeerde staten: gedeputeerde staten van Zuid-Holland;

  • provinciale recreatiegebieden: de recreatiegebieden zoals aangegeven in de Samenwerkingsovereenkomst voor het integrale beheer en onderhoud van de provinciale recreatiegebieden;

  • portefeuillehouder: lid van gedeputeerde staten van Zuid-Holland dat zich bezig houdt met het betreffende beleidsterrein;

  • provinciale staten: provinciale staten van Zuid-Holland;

  • secretaris: secretaris van de provincie Zuid-Holland.

Artikel 2 Mandaat, volmacht, ondermandaat en ondervolmacht

  • 1. Aan de directeur Staatsbosbeheer wordt mandaat verleend overeenkomstig de bij dit besluit behorende mandaatlijst, opgenomen in bijlage 1, op voorwaarde dat hij, zo nodig met terugwerkende kracht, daarmee instemt.

  • 2. Aan de directeur Staatsbosbeheer wordt volmacht verleend voor het verrichten van privaatrechtelijke rechtshandelingen voor zover ter uitvoering van hetgeen waartoe hij in mandaat bevoegd is.

  • 3. Het mandaat en de volmacht hebben betrekking op het beheer en onderhoud van de provinciale recreatiegebieden zoals overeengekomen in de Samenwerkingsovereenkomst voor het integrale beheer en onderhoud van de provinciale recreatiegebieden met inachtneming van de kaders zoals gesteld in het uitvoeringsprogramma en de jaarlijkse uitvoeringsagenda.

  • 4. De directeur Staatsbosbeheer kan ten aanzien van het aan hem verleende mandaat en volmacht ondermandaat en subvolmacht verlenen tenzij dat ten aanzien van een concreet mandaat in de mandaatlijst is uitgesloten.

  • 5. Het mandaat houdt zowel een beslissings- als een ondertekeningsmandaat in.

  • 6. Indien ten gevolge van wijziging van wet- en regelgeving de uitoefening van bevoegdheden als bedoeld in dit besluit en de bij dit besluit behorende mandaatlijst gaan strekken ter uitvoering van andere wet- en regelgeving dan waarvan zij ten tijde van het in werking treden van dit besluit strekten, dan wel indien in de uitoefening ten gevolge van een dergelijke wijziging veranderingen optreden, blijven zij, voor zover hun strekking en omvang door die wijziging niet wezenlijk veranderen, behoren tot de bevoegdheden zoals genoemd in dit besluit en de bij dit besluit behorende mandaatlijst, die aan de directeur Staatsbeheer zijn verleend.

Artikel 3 Machtiging

  • 1. De directeur Staatsbosbeheer is gemachtigd om namens gedeputeerde staten aan de gemandateerde bevoegdheden gelieerde feitelijke handelingen te verrichten, zijnde handelingen die geen rechtsgevolg hebben.

  • 2. Onder feitelijke handelingen genoemd in het eerste lid wordt mede verstaan voorbereidings- en uitvoeringshandelingen.

Artikel 4 Kaders en beleid

  • 1. De directeur Staatsbosbeheer betrekt bij de uitoefening van de aan hem opgedragen bevoegdheden de relevante door provinciale staten vastgestelde kaders, alsmede het door gedeputeerde staten gehanteerde beleid en de door gedeputeerde staten gehanteerde bestendige gedragslijn(en).

  • 2. Het afdelingshoofd PZH zorgt ervoor dat de directeur Staatsbosbeheer over alle benodigde informatie noodzakelijk voor de uitoefening van de bevoegdheden kan beschikken.

  • 3. Het afdelingshoofd PZH treedt bij voorgenomen nieuw beleid of beleidswijzigingen in overleg met de directeur Staatsbosbeheer over uitvoeringsaspecten.

  • 4. De directeur Staatsbosbeheer treedt in overleg met het afdelingshoofd PZH indien hij het noodzakelijk acht af te wijken van de in het eerste lid bedoelde kaders of beleid.

  • 5. Artikel 5 is van overeenkomstige toepassing.

Artikel 5 Informatieplicht

  • 1. De directeur Staatsbosbeheer of degene aan wie ondermandaat of subvolmacht is verleend informeert het afdelingshoofd PZH en de portefeuillehouder indien de uitoefening van een gemandateerde bevoegdheid naar verwachting politieke en maatschappelijke gevolgen kan hebben of indien een besluit tot consequentie kan hebben dat de provincie of gedeputeerde staten aansprakelijk worden gesteld of anderszins aangesproken worden.

  • 2. In de gevallen bedoeld in het eerste lid verschaft de directeur Staatsbosbeheer of degene aan wie ondermandaat of subvolmacht is verleend tijdig vooraf alle benodigde informatie en voert hij overleg met het afdelingshoofd PZH en de portefeuillehouder alvorens de bewuste bevoegdheid uit te oefenen.

Artikel 6 Ondertekening

  • 1. Indien een besluit wordt genomen op grond van artikel 2, eerste lid, wordt voor de ondertekening het volgende model gebruikt:

    Gedeputeerde Staten van Zuid-Holland,

    namens dezen,

    gevolgd door de ondertekening en naam van de functionaris;

    directeur Staatsbosbeheer.

  • 2. Indien een besluit wordt genomen krachtens artikel 2, vierde lid, wordt voor de ondertekening het volgende model gebruikt:

    Gedeputeerde Staten van Zuid-Holland,

    namens dezen,

    gevolgd door de ondertekening, naam van de functionaris, functienaam en organisatie-eenheid binnen Staatsbosbeheer.

Artikel 7 Intrekking

Het Mandaat- en volmachtbesluit provincie Zuid-Holland voor Staatsbosbeheer 2018 van 12 december 2017 (Provinciaal blad 2017, 5849) wordt ingetrokken.

Artikel 8 Inwerkingtreding

Dit besluit treedt in werking met ingang van de dag na de datum van uitgifte van het provinciaal blad waarin dit besluit wordt geplaatst.

Artikel 9 Citeertitel

Dit besluit wordt aangehaald als: Mandaat- en volmachtbesluit provincie Zuid-Holland voor Staatsbosbeheer 2021

Ondertekening

Den Haag, 16 februari 2021

Gedeputeerde Staten van Zuid-Holland,

secretaris,

drs. H.M.M.Koek,

De Commissaris van de Koning in de provincie Zuid-Holland,

drs. J. Smit

voorzitter,

drs. J. Smit

Bijlage 1 Mandaatlijst behorende bij het Mandaat- en volmachtbesluit provincie Zuid-Holland voor Staatsbosbeheer 2021

Mandaatnr.

BEVOEGDHEDEN/BESLUITEN

REIKWIJDTE/VOORWAARDEN

PZH-SBB01

Het afdoen van meldingen en klachten, waaronder klachten in de zin van artikel 9:1 van de Algemene wet bestuursrecht al dan niet op basis van een advies van de klachtenfunctionaris.

Voor zover het een klacht betreft van een onder verantwoordelijkheid van de directeur Staatsbosbeheer ressorterende functionaris.

Klachten die betrekking hebben op het onderhoudsniveau van het gebied worden, op grond van artikel 10, derde lid, van de Samenwerkingsovereenkomst voor het integrale beheer en onderhoud van de provinciale recreatiegebieden, gemeld bij de provincie en de afhandeling wordt afgestemd.

PZH-SBB02

Besluiten inzake het namens de provincie Zuid-Holland verrichten van inkopen en aanbestedingen, met uitzondering van:

  • inkoop en aanbesteding van nieuwe opdrachten voor levering en diensten met een geraamde waarde van € 1.500.000,- of meer;

  • aanbesteding van nieuwe opdrachten voor werken met een geraamde waarde van € 1.500.000,- of meer;

  • de bekrachtiging van voornoemde opdrachten, en de gunning van aanvullende opdrachten voor werken van € 1.000.000,- of meer.

Het mandaat omvat tevens het verrichten van rechtshandelingen in verband met, of voortvloeiend uit een privaatrechtelijke overeenkomst, waartoe met gebruikmaking van dit mandaat is besloten.

Het betreft rechtshandelingen als:

  • het wijzigen, beëindigen of verlengen van een overeenkomst;

  • het doen van een beroep op bepalingen in een overeenkomst, zoals een boetebeding;

  • het verlenen en bekrachtigen van een meerwerkopdracht;

  • het goedkeuren van een herziene planning.

Onder dit mandaat valt niet:

  • de afdoening van een klacht in een aanbestedingsprocedure;

  • het verrichten van rechtshandelingen in verband met buitengerechtelijke geschillen of procedures.

Alle genoemde bedragen zijn exclusief BTW.

PZH-SBB03

Het aanvragen van vergunningen, ontheffingen en vrijstellingen bij andere overheden.

 

PZH-SBB04

Het verlenen van persoonlijke gebruiksrechten anders dan huur of pacht.