Regeling vervallen per 18-04-2013

Handhavingverordening WWB en WIJ

Geldend van 01-07-2010 t/m 17-04-2013 met terugwerkende kracht vanaf 01-07-2010

Intitulé

Handhavingverordening WWB en WIJ

Handhavingverordening Wet werk en bijstand en Wet investeren in jongeren

De Raad van de gemeente Zuidhorn, gezien het voorstel van burgemeester en wethouders

gelet op artikel 8a van de Wet werk en bijstand, artikel 12, eerste lid onderdeel c van de Wet investeren in jongeren en artikel 212 van de Gemeentewet;

overwegende dat het noodzakelijk is regels te stellen voor de bestrijding van het ten onrechte ontvangen van bijstand alsmede van misbruik en oneigenlijk gebruik van de wet;

besluit vast te stellen de volgende verordening:

Handhavingverordening Wet werk en bijstand (WWB) en Wet investeren in jongeren (WIJ) van de gemeente Zuidhorn

HOOFDSTUK 1. Algemene bepalingen

Artikel 1 Begripsomschrijving

  • 1. Alle begrippen die in deze verordening worden gebruikt en die niet nader worden omschreven, hebben dezelfde betekenis als in de Wet werk en bijstand, Wet investeren in jongeren en de Algemene wet bestuursrecht.

  • 2. In deze verordening wordt verstaan onder:

    • a.

      wet: de Wet werk en bijstand en/of Wet investeren in jongeren;

    • b.

      bijstand: de bijstand zoals genoemd onder artikel 5, onder b van de wet en artikel 35, eerste lid van de wet, respectievelijk algemene bijstand en bijzondere bijstand;

    • c.

      WIJ-norm: de op grond van hoofdstuk 4 van de wet op de jongere van toepassing zijnde norm, vermeerderd of verminderd met de door het college vastgestelde verhoging of verlaging als bedoeld in de artikelen 30 tot en met 34 van de wet.

    • d.

      Werkleeraanbod: het aanbieden van algemeen geaccepteerde arbeid, een voorziening gericht op arbeidsinschakeling, waaronder begrepen scholing, opleiding of sociale activering alsmede ondersteuning bij de arbeidsinschakeling.

    • e.

      recidive: het binnen een periode van 12 maanden wederom verwijtbaar niet nakomen van de inlichtingenplicht;

    • f.

      inlichtingenplicht: de verplichtingen genoemd in artikel 17, eerste, tweede en vierde lid WWB en artikel 44 WIJ en de artikelen 28, tweede lid en 29, eerste lid van de Wet structuur uitvoeringsorganisatie werk en inkomen;

    • g.

      benadelingbedrag: het bruto of nettobedrag dat ten onrechte als uitkering is verleend op grond van de wet als gevolg van het niet- of niet-behoorlijk nakomen van de inlichtingenverplichting;

    • h.

      college: het college van burgemeester en wethouders van de gemeente Zuidhorn.

HOOFDSTUK 2. Preventie

Artikel 2 Voorlichting en communicatie

Het college stelt een beleidsplan vast, waarin onder andere aandacht wordt besteed aan voorlichting en communicatie. Onderdeel daarvan is de wijze waarop het college belanghebbenden informeert over de regelgeving en de daaraan vervatte rechten en plichten die aan het aanvragen en ontvangen van bijstand en een werkleeraanbod en een inkomensvoorziening in het kader van de WIJ verbonden zijn. Tevens worden de consequenties van misbruik en oneigenlijk gebruik van de wet hierin omschreven.

Artikel 3 Controle bij de aanvraag en tijdens en na de beëindiging van de bijstand

  • 1. Het college beschrijft in het beleidsplan de wijze van controle bij de aanvraag.

  • 2. Het college voert controle uit op de rechtmatigheid van de uitkering, het werkleeraanbod en de inkomensvoorziening , alsmede onderzoeken naar de reden van de beëindiging van de uitkering, werkleeraanbod en/of inkomensvoorziening. Vorm en inhoud van de onderzoeken worden door het college vastgelegd in het beleidsplan. Op basis van deze onderzoeken neemt het college een besluit met betrekking tot de rechtmatigheid van de verstrekte uitkering, werkleeraanbod en/of inkomensvoorziening en de wederzijds tussen het college en de belanghebbende resterende verplichtingen en de afhandeling daarvan.

HOOFDSTUK 3. Bestrijding van misbruik

Artikel 4 Verlaging van de uitkering

Indien belanghebbende onjuiste, onvolledige dan wel geen inlichtingen heeft verstrekt die van belang zijn of kunnen zijn voor de hoogte, de duur of de voortzetting van de bijstand, werkleeraanbod of inkomensvoorziening, verlaagt het college de bijstand of de WIJ-norm conform hetgeen hierover is bepaald in de Afstemmingsverordening Wet werk en bijstand of Wet investeren in jongeren, onverminderd de mogelijkheid tot terugvordering van de eventueel ten onrechte ontvangen bijstand.

Artikel 5 Aangifte

Indien een gedraging van belanghebbende als bedoeld in artikel 4 leidt tot een benadeling van de gemeente, doet het college, onverminderd de mogelijkheid de bijstand en de WIJ-norm te verlagen en de ten onrechte ontvangen bijstand terug te vorderen, aangifte bij het Openbaar Ministerie, in overeenstemming met de door genoemd ministerie op dit punt gehanteerde uitgangspunten.

HOOFDSTUK 4. Terugvordering en verhaal

Artikel 6 Terugvordering

  • 1. Het college vordert de kosten van bijstand en inkomensvoorziening terug in de gevallen die in paragraaf 6.4 WWB en hoofdstuk 7 WIJ zijn aangegeven, voor zover zich daartegen geen andere regeling verzet.

  • 2. De kosten van bijstand of inkomensvoorziening worden onder een nader door het college vast te stellen bedrag niet teruggevorderd, voor zover het teveel dan wel ten onrechte verstrekte bijstand of inkomensvoorziening betreft die niet het gevolg is van schending van de inlichtingenplicht.

  • 3. Van terugvordering kan worden afgezien, indien daarvoor een dringende reden aanwezig is.

  • 4. Het college stelt nadere regels vast omtrent de terugvordering van kosten van bijstand of inkomensvoorziening, kosten van invordering en wettelijke rente.

Artikel 7 Verhaal

  • 1. Het college ziet af van het verhalen van de kosten van bijstand en inkomensvoorziening waar dit verhaal op ex-partner betreft, conform artikel 13 invoeringswet WWB en artikel 57 WIJ, voor zover zich daartegen geen andere wettelijke regeling verzet.

  • 2. Van verhaal kan in ieder geval worden afgezien, indien daarvoor een dringende reden aanwezig is.

HOOFDSTUK 5. Slotbepalingen

Artikel 8 Uitvoering

  • 1. De uitvoering van deze verordening berust bij het college van burgemeester en wethouders.

  • 2. Deze verordening vormt de invulling en vervanging van artikel 19 van de Maatregelverordening waarbij substitutie op grond van de wettelijke bepalingen plaatsvindt.

Artikel 9 Onvoorziene omstandigheden

  • 1. In gevallen waarin deze verordening niet voorziet, beslist het college.

  • 2. Het college kan in bijzondere gevallen afwijken van de bepalingen in deze verordening, als toepassing tot onbillijkheden van overwegende aard leidt.

Artikel 10 Citeertitel

Deze verordening kan worden aangehaald als "Handhavingverordening WWB en WIJ".

Artikel 11 Inwerkingtreding

Deze verordening treedt in werking met ingang van 1 juli 2010.

Artikel 12 Vervallen

De verordening handhaving Wet werk en bijstand van 20 december 2004 komt te vervallen en wordt hierbij ingetrokken.

Ondertekening

Aldus vastgesteld in de raadsvergadering van 6 september 2010,

De voorzitter

, E. Fennema

De griffier

, M.J. Slopsema-Terpstra