Regeling van het college van burgemeester en wethouders van de gemeente Zutphen houdende bepalingen over het subsidiëren van specifieke jeugdverenigingen (Subsidieregeling specifieke jeugdverenigingen gemeente Zutphen 2019)

Artikel 1 Begripsomschrijvingen

Deze regeling verstaat onder:

• a.

  Algemene subsidieverordening: de Algemene subsidieverordening gemeente Zutphen 2019;

• b.

  bijzondere kosten: uitgaven die zijn gericht op het realiseren van de subsidiedoelen en die veelal incidenteel van aard zijn;

• c.

  college: het college van burgemeester en wethouders;

• d.

  gemeente: de gemeente Zutphen;

• e.

  huisvestingskosten: alle kosten die samenhangen met aanschaf en behoud van huisvesting voor de vereniging, zoals een clubhuis, verenigingsgebouw of andere accommodatie waar de activiteiten kunnen worden uitgevoerd;

• f.

  jeugdledenaantal: het aantal ingeschreven en contributie betalende leden tot 18 jaar, gebaseerd op het gemiddelde aantal jeugdleden van de twee jaren voorafgaand aan de aanvraagdatum, naar boven afgerond;

• g.

  specifieke jeugdvereniging: een over rechtspersoonlijkheid beschikkende niet op winst gerichte jeugdorganisatie die op regelmatige basis activiteiten aanbiedt, die zinvolle vrijetijdsbesteding, maatschappelijke participatie en ontplooiing gericht op samenwerken en sociale vaardigheden van jongeren bevorderen.

Artikel 2 Reikwijdte subsidieregeling

Subsidie op grond van deze regeling wordt uitsluitend verstrekt aan een specifieke jeugdvereniging, die in verenigingsverband in een verenigingsaccommodatie met regelmaat activiteiten aanbiedt aan jeugdigen, waarbij in enigermate wordt voldaan aan het merendeel van de volgende aspecten:

• a.

  maatschappelijke participatie, sociale binding en integratie en het bevorderen van de eigen kracht;

• b.

  een gevarieerd activiteitenaanbod;

• c.

  tegengaan van alcohol- en drugsgebruik;

• d.

  verhoging van de gezondheid en verhoging van de bewustwording van een gezonde leefstijl;

• e.

  verhoging van sport- en beweegparticipatie;

• f.

  terugdringing van overlast en bevordering van sociale cohesie;

• g.

  het doen van een appèl op zelfwerkzaamheid en creativiteit;

• h.

  kennismaking met het vrijwilligerswerk;

• i.

  hanteren en stimuleren van een open houding naar andere culturen en overtuigingen.

Artikel 3 Subsidiecriteria

• 1.

  De aanvrager moet een rechtspersoon zijn.

• 2.

  Subsidie kan enkel en alleen worden verstrekt voor activiteiten die bijdragen aan:

  • a.

    het bevorderen van zinvolle vrije tijdsbesteding,

  • b.

    maatschappelijke participatie, of

  • c.

    ontplooiing van jongeren.

Artikel 4 Aanvraag om subsidie

• 1.

  Een aanvraag om subsidie moet vóór 1 oktober van enig jaar worden ingediend. Uitsluitend compleet ingediende aanvragen worden in behandeling genomen.

• 2.

  Een aanvraag om subsidie moet met een daartoe door het college vastgesteld aanvraagformulier worden ingediend.

• 3.

  Het college kan een andere termijn stellen voor het indienen van de aanvraag.

• 4.

  Het college kan in individuele gevallen ontheffing verlenen voor het tijdstip van het indienen van de aanvraag.

Artikel 5 Bij aanvraag in te dienen gegevens

Bij de aanvraag legt de aanvrager in ieder geval de volgende gegevens over:

• a.

  een beschrijving van de activiteiten waarvoor de subsidie wordt aangevraagd;

• b.

  de doelen en resultaten die met activiteiten worden nagestreefd en hoe de activiteiten daaraan bijdragen;

• c.

  een voldoende gespecificeerd(e) en toegelicht(e) begroting van en een dekkingsplan voor de kosten van de activiteiten, waar de subsidie voor wordt aangevraagd.

Artikel 6 Subsidiabele kosten

Subsidiabele kosten zijn:

• a.

  organisatiekosten: kosten tot een normbedrag van € 750,- per specifieke jeugdvereniging per kalenderjaar;

• b.

  activiteitenkosten: kosten voor maandelijkse activiteiten (ten minste 10 x per kalenderjaar) tot een normbedrag van € 250,- per specifieke jeugdvereniging per kalenderjaar;

• c.

  uitvoeringskosten: kosten van uitvoering van activiteiten tot een normbedrag van € 250,- per specifieke jeugdvereniging per kalenderjaar.

Artikel 7 Afhandeling aanvragen, subsidieplafond

• 1.

  Het college stelt jaarlijks een subsidieplafond vast. Bij het bereiken van het subsidieplafond wordt het tekort aan financiële middelen evenredig verdeeld over het aantal aanvragen en op de te verstrekken normbedragen in mindering gebracht.

• 2.

  Het college beslist uiterlijk 31 december van enig jaar op de aanvraag om subsidie.

Artikel 8 Weigeringsgronden

Onverminderd het bepaalde in de artikelen 10 en 11 van de Algemene subsidieverordening weigert het college de subsidie in ieder geval als:

• a.

  met de activiteiten waarvoor subsidie is gevraagd, is begonnen voordat de aanvraag is ingediend;

• b.

  (jeugd-)organisaties een andere hoofddoelstelling hebben dan wat is vermeld in de artikelen 1, onder g. en 2.

Artikel 9 Hardheidsclausule

Het college kan één of meer artikelen van deze regeling buiten toepassing laten of daarvan afwijken, voor zover toepassing daarvan, gelet op het belang van het subsidiëren van zinvolle vrijetijdsbesteding, maatschappelijke participatie en ontplooiing gericht op samenwerken en sociale vaardigheden van jongeren bevorderen, leidt tot een onbillijkheid van overwegende aard.

Artikel 10 Intrekking oude regeling

De Subsidieregeling Specifieke Jeugdverenigingen, zoals vastgesteld bij besluit van 4 december 2012, wordt ingetrokken,

Artikel 11 Inwerkingtreding

Deze regeling treedt in werking op 1 januari 2020.

Artikel 12 Citeertitel

Deze regeling wordt aangehaald als: Subsidieregeling specifieke jeugdverenigingen gemeente Zutphen 2019.