Regeling vervallen per 12-02-2013

Verordening op het benoemen van openbare ruimte en het nummeren van bouwwerken, gebouwen, complexen, afgebakende terreinen, lig- en standplaatsen.

Geldend van 03-10-2002 t/m 11-02-2013

Intitulé

Verordening op het benoemen van openbare ruimte en het nummeren van bouwwerken, gebouwen, complexen, afgebakende terreinen, lig- en standplaatsen.

HOOFDSTUK 1. Algemene Bepalingen

Verordening op het benoemen van openbare ruimte en het nummeren van bouwwerken, gebouwen, complexen, afgebakende terreinen, lig- en standplaatsen.

Artikel 1

In de verordening wordt verstaan onder:

  • a.

    openbare ruimte: alle voor het openbaar rij- of ander verkeer openstaande wegen of paden, pleinen, plantsoenen en alle wateren die, al dan niet met enige beperking, voor het publiek bevaarbaar of anderszins toegankelijk zijn, alsmede daarin inbegrepen alle bouw- en kunstwerken die daar onderdeel van uitmaken;

  • b.

    bouwwerk: elke constructie van enige omvang van hout, steen, metaal of ander materiaal, die op de plaats van bestemming hetzij direct, hetzij indirect met de grond is verbonden, hetzij direct of indirect steun vindt in of op de grond en bedoeld om ter plaatse te functioneren;

  • c.

    gebouw; elk bouwwerk dat een voor mensen toegankelijk, overdekte, geheel of gedeeltelijk met wanden omsloten ruimte vormt;

  • d.

    complex; een afgebakend samengesteld geheel van onroerende zaken (industriecomplex, ziekenhuiscomplex, complex van vakantiehuisjes etc. etc.);

  • e.

    afgebakend terrein, een terrein waarop zich geen bouwwerken bevinden en dat afzonderlijk wordt gebruikt;

  • f.

    ligplaats: een deel van het openbare water dat door burgemeester en wethouders is aangewezen voor het permanent afmeren van een woonschip of een woonark;

  • g.

    standplaats; een kavel, bestemd voor het plaatsen van een woonwagen, waarop voorzieningen aanwezig zijn die op het leidingnet van de openbare nutsbedrijven, van andere instellingen of van gemeenten kunnen worden aangesloten;

  • h.

    burgemeester en wethouders: het college van burgemeester en wethouders;

  • i.

    nummer: een nummer bestaande uit een of meer Arabische cijfers, al dan niet met toevoeging van een letter of een cijfercombinatie;

  • j.

    object: een bouwwerk, gebouw, complex, afgebakend terrein, ligplaats of standplaats;

  • k.

    rechthebbende : ieder, die krachtens eigendom of een zakelijk recht zodanig beschikking heeft over een onroerende zaak, dat hij naar burgerlijk recht bevoegd is met betrekking tot die zaak te handelen als in de verordening is voorgeschreven, zomede de beheerder;

  • l.

    uitvoeringsvoorschriften: nadere bepalingen van technische en administratieve aard.

HOOFDSTUK .2 Het benoemen van openbare ruimte en het nummeren van bouwwerken,

gebouwen, complexen, afgebakende terreinen en van ligplaatsen of standplaatsen.

Artikel 2

  • 1) Burgemeester en wethouders verdelen de gemeente, al dan niet op basis van bouwblokken in wijken en buurten en duiden deze aan met nummers, zo nodig aangevuld met letters of namen.

  • 2) Burgemeester en wethouders kunnen de openbare ruimte en gemeentelijke bouwwerken benoemen.

Artikel 3

  • 1) Burgemeester en wethouders kunnen aan een object of aan een te onderscheiden deel daarvan een nummer toekennen.

  • 2) Aan een object dat een nummer heeft gekregen moet het nummer op een doeltreffende wijze zijn aangebracht.

Artikel 4

  • 1) De door burgemeester en wethouders aan delen van de openbare ruimte en aan gemeentelijke bouwwerken toegekende namen worden zichtbaar en in voldoende aantallen ter plaatse aangebracht.

  • 2) Het is een ieder, die daartoe niet bevoegd is, verboden aan delen van de openbare ruimte, aan de daaraan liggende gemeentelijke bouwwerken en aan ligplaatsen en standplaatsen namen of nummers toe te kennen door deze op zichtbare wijze aan te brengen.

  • 3) Het is een ieder, die daartoe niet bevoegd is, verboden aan zijn onroerende zaak nummers toe te kennen door deze op zichtbare wijze aan te brengen.

HOOFDSTUK 3. Plaatsen van naam- en nummerborden

Artikel 5

  • 1) Indien burgemeester en wethouders het nodig oordelen dat borden met een wijk- of buurtaanduiding, borden met straatnamen, huisnummer-verzamelborden en verwijsaanduidingen aan een bouwwerk, een gebouw, een muur, paal schuttingen of andere soort terreinafscheiding worden aangebracht is de rechthebbende verplicht toe te laten dat de hier bedoelde borden vanwege of op verzoek van en overeenkomstig de aanwijzingen van burgemeester en wethouders worden aangebracht, onderhouden, gewijzigd of verwijderd.

  • 2) De rechthebbende dient er voor zorg te dragen dat naamborden vanaf de openbare weg duidelijk leesbaar blijven.

Artikel 6

  • 1) Tenzij anders door burgemeester en wethouders is besloten, is de rechthebbende van een object verplicht het nummer, zoals bedoeld in artikel 3, eerste lid, aan te brengen op een wijze zoals in artikel 7, eerste lid, is bepaald.

  • 2) De rechthebbende is verplicht het in het eerste lid genoemde nummer binnen vier weken na kennisgeving van het besluit van burgemeester en wethouders aan te brengen.

  • 3) Indien een object nog niet is voltooid, wordt het nummer binnen vier weken na de voltooiing aangebracht.

  • 4) Burgemeester en wethouders kunnen de in het tweede en derde lid genoemde termijn verlengen.

HOOFDSTUK 4. Uitvoeringsvoorschriften

Artikel 7

  • 1) Burgemeester en wethouders stellen nadere technische uitvoeringsvoorschriften vast voor de wijze van nummeren en voor het aanbrengen van nummerborden.

  • 2) Burgemeester en wethouders stellen, met oog op het interbestuurlijk en maatschappelijk belang van een systematische registratie van door hen uitgegeven namen en nummers, nadere voorschriften

HOOFDSTUK 5. Straf- en overgangsbepalingen

Artikel 8

  • 1) Overtreding van artikel 4, tweede en derde lid, of het niet voldoen aan de bepalingen in de artikelen 5 en 6, eerste lid, wordt gestraft met een geldboete van de eerste categorie.

  • 2) De opsporing van de in het eerste lid strafbaar gestelde feiten is, naast de in artikel 141 van het Wethoek van Strafvordering genoemde opsporingsambtenaren, opgedragen aan hen die door burgemeester en wethouders met de zorg voor de naleving van deze verordening zijn belast, ieder voor zover het feiten betreft die in de aanwijzing zijn vermeld.

Artikel 9 Inwerkingtreding

De verordening treedt in werking op de datum van publicatie. .

Artikel 10 Vervallen oude regels

Met de inwerkingtreding van deze verordening vervallen alle eerdere gemeentelijke regels en voorschriften voor het benoemen van delen van de openbare ruimte en het nummeren van de daaraan liggende objecten.

Artikel Overgangsbepalingen 11

  • 1) Namen en nummers, die op grond van de in artikel 10 genoemde regels en voorschriften zijn toegekend, blijven na het inwerking treden van deze verordening bestaan.

  • 2) Burgemeester en wethouders kunnen in afwijking van het eerste lid besluiten dat de op grond van de in het eerste lid genoemde regels en voorschriften aangebrachte namen en nummers binnen een door hen te bepalen termijn moeten worden vervangen door namen en nummers die voldoen aan de bij of krachtens deze verordening gestelde voorschriften.

  • 3) Bij het wijzigen van een naam of nummer, bedoeld in het eerste en tweede lid, zullen zowel de oude en de nieuwe naam als het oude en nieuwe nummer gedurende een jaar mogen worden gebruikt op de wijze bepaald in de uitvoeringsvoorschriften, bedoeld in artikel 7, eerste lid.

Artikel 12 Citeertitel

Deze verordening kan worden aangehaald als “Verordening straatnaamgeving en huisnummering”.

Aldus vastgesteld in de openbare raadsvergadering van 19 september 2002.

De secretaris, de voorzitter,