Regeling vervallen per 01-01-2013

Verordening op de heffing en invordering van precariobelasting 2012

Geldend van 29-12-2011 t/m 31-12-2012

Intitulé

Verordening op de heffing en invordering van precariobelasting 2012

Artikel 1 Begripsomschrijvingen

Deze verordening verstaat onder:

  • 1.

    dag: een periode van 24 uren, aanvangende te 00.00 uur, of een gedeelte daarvan;

  • 2.

    week: een periode van zeven achtereenvolgende dagen;

  • 3.

    maand: een tijdvak dat aanvangt op een bepaalde datum van een kalendermaand en eindigt op de dag, voorafgaande aan diezelfde datum van de volgende kalendermaand;

  • 4.

    jaar: een kalenderjaar.

Artikel 2 Belastbaar feit

Onder de naam precariobelasting wordt een directe belasting geheven ter zake van het hebben van voorwerpen onder, op of boven voor de openbare dienst bestemde gemeentegrond, bedoeld of genoemd in deze verordening en de daarbij behorende tarieventabel.

Artikel 3 Belastingplicht

  • 1.

    De precariobelasting wordt geheven van degene die één of meer voorwerpen onder, op of boven voor de openbare dienst bestemde gemeentegrond heeft, dan wel van degene ten behoeve van wie die voorwerpen onder, op of boven voor de openbare dienst bestemde gemeentegrond aanwezig zijn.

  • 2.

    Indien de gemeente een vergunning heeft verleend voor het hebben van het voorwerp of de voorwerpen onder, op of boven voor de openbare dienst bestemde gemeentegrond, wordt degene aan wie de vergunning is verleend aangemerkt als degene bedoeld in het eerste lid, tenzij blijkt dat hij niet het voorwerp of de voorwerpen onder, op of boven voor de openbare dienst bestemde gemeentegrond heeft.

Artikel 4 Vrijstellingen

De precariobelasting wordt niet geheven ter zake van het hebben van:

  • a.

    voorwerpen, indien de gemeente ter zake van het gebruik van de voor de openbare dienst bestemde gemeentegrond waarop het voorwerp of de voorwerpen zich bevinden een recht heft op grond van artikel 229, eerste lid, onderdeel a, van de Gemeentewet, dan wel een recognitie of privaatrechtelijke vergoeding is overeengekomen;

  • b.

    voorwerpen, waarvan de gemeente genothebbende krachtens eigendom, bezit of beperkt recht is, met uitzondering van voorwerpen die in gebruik zijn bij een derde;

  • c.

    brievenbussen en telefooncellen;

  • d.

    wegwijzers en verkeersaanwijzingen van de Koninklijke Nederlandse Toeristenbond ANWB en van andere overeenkomstige instellingen;

  • e.

    spiegels buiten het venster, vlaggenstokken en vlaggen, de laatste voor zover deze niet zijn uitgehangen met het doel reclame te maken;

  • f.

    voorwerpen welke dienen voor de afvoer van faecaliën, huishoud- of hemelwater;

  • g.

    voorwerpen welke uitsluitend in het belang van de volksgezondheid voorzien of welke uitsluitend worden gebezigd voor weldadige doelen die zijn voorzien van het keurmerk van het Centraal Bureau Fondsenwerving;

  • h.

    voorwerpen bestaande uit onverlichte naamborden mits de grootste afmeting net meer bedraagt dan 0,60 m en het bord niet meer vermeldt dan de naam, het beroep of de aard van het bedrijf, eventueel aangevuld met enige zakelijke mededelingen, hierop betrekking hebbend, waarmede geen reclame wordt beoogd betreffende de persoon of onderneming, gevestigd in het perceel, waartegen het bord is aangebracht;

  • i.

    voorwerpen bestaande uit kabels en andere apparatuur, behorende bij een centraal televisie-antennesysteem;

  • j.

    voorwerpen op de openbare weg bij kleinschalige niet-commerciële buurtactiviteiten;

  • k.

    voorwerpen die in het kader van activiteiten van sociale of culturele aard zonder commercieel oogmerk aanwezig zijn.

Artikel 5 Maatstaf van heffing en belastingtarief

De precariobelasting wordt geheven naar de maatstaven en de tarieven opgenomen in de bij deze verordening behorende tarieventabel, met inachtneming van het overigens in deze verordening bepaalde.

Artikel 6 Berekening van de precariobelasting

  • 1.

    Voor de berekening van de precariobelasting wordt met betrekking tot een in de tarieventabel genoemde lengte- of oppervlaktemaat een gedeelte daarvan als een volle eenheid aangemerkt.

  • 2.

    Indien een tarief per oppervlakte is vastgesteld, wordt de precariobelasting berekend naar de oppervlakte van de horizontale projectie van de voorwerpen, tenzij anders is bepaald.

  • 3.

    De oppervlakte van andere dan rechthoekige voorwerpen wordt gesteld op het product van de twee aangrenzende zijden van een om het voorwerp geplaatste denkbeeldige rechthoek.

  • 4.

    Indien in de tarieventabel voor een voorwerp tarieven voor verschillende tijdseenheden zijn opgenomen, wordt de precariobelasting berekend op de voor de belastingplichtige meest voordelige wijze.

  • 5.

    In afwijking van het bepaalde in artikel 1 wordt voor de berekening van de precariobelasting:

    • a.

      indien in de tarieventabel voor een voorwerp wel een weektarief, maar geen dagtarief is opgenomen, een gedeelte van een week gelijkgesteld met een week;

    • b.

      indien in de tarieventabel voor een voorwerp wel een maandtarief, maar geen dag- of weektarief is opgenomen, een gedeelte van een maand gelijkgesteld met een maand.

  • 6.

    Indien in de tarieventabel voor een voorwerp een dagtarief, weektarief of maandtarief is opgenomen en het belastingtijdvak een langere periode dan een dag, onderscheidenlijk een week of een maand omvat, gelden deze tarieven per dag, onderscheidenlijk week of maand van het belastingtijdvak.

Artikel 7 Belastingtijdvak

Het belastingtijdvak is de aaneengesloten periode gedurende welke het belastbaar feit zich voordoet of heeft voorgedaan, met dien verstande dat bij een kalenderjaaroverschrijdende periode het belastingtijdvak gelijk is aan het kalenderjaar.

Artikel 8 Wijze van heffing

De precariobelasting wordt bij wege van aanslag geheven.

Artikel 9 Ontstaan van de belastingschuld en heffing naar tijdsgelang

  • 1.

    De precariobelasting is verschuldigd bij het einde van het belastingtijdvak. Dit met uitzondering van de gevallen waar het voorwerpen betreft die naar de omstandigheden beoordeeld, bedoeld zijn het gehele jaar onder, op of boven voor de openbare dienst bestemde gemeentegrondaanwezig te zijn.

  • 2.

    Indien de belastingplicht in de loop van het belastingtijdvak aanvangt is de naar jaartarieven geheven precariobelasting verschuldigd voor zoveel twaalfde gedeelten van de voor dat tijdvak verschuldigde belasting als er in dat tijdvak, na de aanvang van de belastingplicht, nog volle kalendermaanden overblijven.

  • 3.

    Indien de belastingplicht in de loop van het belastingtijdvak eindigt, bestaat aanspraak op ontheffing voor de naar jaartarieven geheven precariobelasting voor zoveel twaalfde gedeelten van de voor dat tijdvak verschuldigde precariobelasting als er in dat tijdvak, na het einde van de belastingplicht, nog volle kalendermaanden overblijven, tenzij blijkt dat het bedrag van de ontheffing minder bedraagt dan € 10,00.

  • 4.

    Voor belastingbedragen tot € 10,00 vindt geen invordering plaats.

  • 5.

    Voor de toepassing van het vierde lid wordt het totaal van op één aanslagbiljet verenigde belastingaanslagen aangemerkt als één belastingbedrag.

Artikel 10 Termijnen van betaling

  • 1.

    De aanslag moet worden betaald binnen één maand na de dagtekening van het aanslagbiljet.

  • 2.

    De Algemene termijnenwet is niet van toepassing op de in de voorgaande leden gestelde termijnen.

Artikel 11 Kwijtschelding

Bij de invordering van de precariobelasting wordt geen kwijtschelding verleend.

Artikel 12 Nadere regels door het college van burgemeester en wethouders

Het college van burgemeester en wethouders kan nadere regels geven met betrekking tot de heffing en de invordering van de precariobelasting.13

Artikel 13 Inwerkingtreding en citeertitel

  • 1.

    De Verordening precariobelasting Zwijndrecht 2011 van 14 december 2010 wordt ingetrokken met ingang van de in het derde lid genoemde datum van ingang van de heffing, met dien verstande dat zij van toepassing blijft op de belastbare feiten die zich voor die datum hebben voorgedaan.

  • 2.

    Deze verordening treedt in werking met ingang van de achtste dag na die van bekendmaking.

  • 3.

    De datum van ingang van de heffing is 1 januari 2012.

  • 4.

    Deze verordening wordt aangehaald als `Verordening precariobelasting Zwijndrecht 2012’.

Ondertekening

Aldus besloten in de openbare raadsvergadering van 8 november 2010.
 
De griffier,                                                      De voorzitter,

Bijlage Tarieventabel 2012

behorende bij de

Verordening precariobelasting Zwijndrecht 2012

UITHANGBORDEN

  • 1.

    Voor het hebben van een uithangbord, uithangteken, letterreclame, (neon)lichtreclame, lichtbak, magazijndisplays, lantaarn, en andere tot reclame dienende voorwerpen met uitzondering van reclameborden;

    indien dit voorwerp verder dan 0,30 m, doch niet verder dan 0,60 m uitsteekt:

    indien de oppervlakte niet meer bedraagt dan 0,5 m2

    per voorwerp: per jaar € 7,79

    indien de oppervlakte groter is dan 0,5 m2 doch niet groter is dan 1 m2

    per voorwerp: per jaar € 10,73

    indien de oppervlakte meer bedraagt dan 1 m2

    per m2 per jaar: € 15,43

    indien dit voorwerp verder dan 0,60 m uitsteekt:

    indien de oppervlakte niet meer bedraagt dan 0,5 m2

    per voorwerp: per jaar € 10,05

    indien de oppervlakte groter is dan 0,5 m2 doch niet groter is dan 1 m2

    per voorwerp: per jaar € 14,91

    indien de oppervlakte meer bedraagt dan 1 m2

    per m2 per jaar: € 20,02

    De in lid 1. genoemde tarieven worden berekend over de frontoppervlakte.

UITSTALLINGEN, UITSTALKASTEN, RECLAMEBORDEN EN -TEGELS

  • 2.

    a) Voor het uitstallen van goederen en/of waren, uitstalkasten, het plaatsen van reclameborden en dergelijke, andere dan die bedoeld in sub b., en dergelijke voorwerpen, welke dienen voor reclamedoeleinden,

    per m2:

    per week € 2,06

    per maand € 5,56

    per jaar € 27,72

    een en ander met een minimum van € 15,49

    b) Voor een reclamezuil, reclamebord met inbegrip van de daarbij behorende schoren en palen,

    per m2:

    per maand € 5,85

    per jaar € 69,19

    een en ander met een minimum van € 15,49

    c) Voor een reclametegel

    per 900 cm2 of gedeelte daarvan

    per jaar € 16,77

    een en ander met een minimum van € 15,49

STANDPLAATSEN

  • 3.

    Standplaatsen ingenomen (bijv. door een demonstratiebus, een kraam, een rij- of voertuig, tafel, tent, bank of stoel) ten behoeve van de verkoop van goederen, waren, of het aanbieden van diensten, anders dan op de daarvoor aangewezen markten,

    per m2 in gebruik genomen oppervlakte:

    a. per dag:

    € 0,75

    een en ander met een minimum van € 15,49

    b. per jaar:

    voor een dag per week: € 35,45

    voor twee dagen per week: € 39,05

    voor drie dagen per week: € 44,70

    voor vier dagen per week: € 48,88

    voor vijf dagen per week: € 52,54

    voor zes dagen per week: € 58,94

    voor zeven dagen per week: € 63,17

    een en ander met een minimum van € 678,43

KABELS EN LEIDINGEN

  • 4.

    a) Voor het hebben van een antenne, kabel, draag- of andere verbinding of overspanning, niet zijnde een leiding zoals bedoeld in b),

    per strekkende meter per jaar € 0,47

    per strekkende meter per maand € 0,10

    een en ander met een minimum van € 17,04

    b) Voor het hebben van een buis-, pijp of andere leiding,

    per strekkende meter, per jaar € 2,23

    een en ander met een minimum van € 41,83

KIOSKEN, WALHUIZEN, SCHAFTKETEN E.D.

  • 5.

    Voor het plaatsen van een kiosk, walhuis, wachtlokaal, directiekeet, schaftkeet, nissenhut en andere dergelijke voorwerpen

    per m2:

    per week € 1,61

    per maand € 4,27

    per jaar € 37,41

    een en ander met een minimum van € 15,49

KADEGELDEN

  • 6.

    a) Voor goederen of voorwerpen welke gelost zijn uit of bestemd zijn om te worden geladen in schepen waarvoor oppervlakte in gebruik is genomen in de onmiddellijke nabijheid van de plaats van hun lossing of lading,

    per m2 in gebruik genomen oppervlakte per week

    per week € 0,83

    b) Voor zandtrechters en kranen,

    per m2 in gebruik genomen oppervlakte

    per week € 1,94

KERMISSEN

  • 7.

    Voor het innemen van gemeentegrond ten behoeve van kermissen

    per m2:

    per dag € 0,77

    per week € 2,98

TERRASSEN

  • 8.

    Voor het hebben van banken, stoelen, tafels, tochtschermen en dergelijke

    per m2:

    per week € 2,05

    per maand € 5,52

    per jaar € 27,58

    een en ander met een minimum van € 15,49

DIVERSE VOORWERPEN

  • 9.

    Voor zover daaromtrent in voorgaande bepalingen niet uitdrukkelijk tarieven zijn vastgesteld (zoals bijv. containers, winkelwagens, tribunes, braderieën, circussen, rails, hoogwerkers, aanhangwagens en opleggers), worden de navolgende rechten geheven voor het gebruik of genot van voor de openbare Dienst bestemde gemeentewerken, bezittingen of inrichtingen en voor het hebben van voorwerpen onder, op of boven openbare gemeentegrond of openbaar gemeentewater

    per m2:

    per week € 2,03

    per maand € 5,53

    per jaar € 27,58

    een en ander met een minimum van € 15,