Regeling vervallen per 01-11-2020

Beleidsregel van de burgemeester van de gemeente Amsterdam houdende regels omtrent tijdelijke terassen (Beleidsregels Tijdelijke Terrassen 2020)

Geldend van 30-05-2020 t/m 31-10-2020

Intitulé

Beleidsregel van de burgemeester van de gemeente Amsterdam houdende regels omtrent tijdelijke terassen (Beleidsregels Tijdelijke Terrassen 2020)

De burgemeester van Amsterdam

Gelet op artikel 3.8, 3.11 en 3.17 Algemene plaatselijke verordening Amsterdam,

Overwegende:

Dat de burgemeester bevoegd is te beslissen op aanvragen voor een exploitatievergunning voor een horecabedrijf, inclusief het ingebruiknemen van de weg ten behoeve van het exploiteren van een terras,

Brengt ter algemene kennis dat zij op 26 mei 2020 heeft besloten:

  • I.

    Dat bij het gebruikmaken van de hierboven bedoelde bevoegdheid gebruik zal worden gemaakt van de Beleidsregels Tijdelijke Terrassen.

  • II.

    Te bepalen, dat dit besluit zal worden bekendgemaakt in afdeling 3B van het Gemeenteblad en op de dag na publicatie in werking treedt.

  • III.

    Dat deze Beleidsregels gelden tot en met 31 oktober 2020.

  • IV.

    Te bepalen dat dit besluit wordt aangehaald als:

Besluit Beleidsregels Tijdelijke Terrassen 2020

26 mei 2020

De burgemeester van Amsterdam,

Femke Halsema

Beleidsregels Tijdelijke Terrassen 2020

1. Inleiding

Op 15 maart 2020 heeft het kabinet als onderdeel van de coronamaatregelen de sluiting van de horeca afgekondigd. Per 1 juni mogen horecabedrijven weer terras gaan voeren. Terrassen zijn een belangrijk onderdeel van het gebruik van de openbare ruimte binnen de stad: ze bieden levendigheid, sfeer, gezelligheid en een plek voor ontmoeting en dragen bij aan de zichtbaarheid en levensvatbaarheid van een horecaonderneming. Horecaondernemers staan te trappelen om weer regie te krijgen over hun eigen onderneming, de gemeente probeert de ondernemers hierin te faciliteren, zonder de belangen van omwonenden en andere belanghebbenden uit het oog te verliezen. Met de Beleidsregels Tijdelijke Terrasuitbreiding wordt beoogd om ondernemers zoveel mogelijk te stimuleren en te ondersteunen en er tegelijkertijd voor te zorgen dat dit veilig en in overeenstemming gebeurt met algemene wet- en regelgeving.

De Beleidsregels Tijdelijke Terrasuitbreiding zijn in een uitzonderlijke tijd en in een zeer korte periode tot stand gekomen waarbij de belangen van verschillende partijen niet uit het oog verloren zijn. Ook bij de toepassing van de tijdelijke beleidsregels in de praktijk zullen de verschillende belangen worden meegewogen. Hoewel het belang van horecaondernemers in deze tijden zwaar wordt gewogen, worden de belangen van omwonenden gewaarborgd door te kijken naar onder andere de openingstijden, het vereiste van toestemming voor terrassen voor andermans gevel, en een snelle mediationprocedure voor geschillen op te zetten.

Bij de exploitatie van een (verruimd) terras zal de ondernemer de voorschriften die op grond van de Noodverordening Covid-19 Amsterdam Amstelland 8 mei 2020 (en haar eventuele opvolgers) alsmede de voorschriften voortvloeiend uit de Noodwet Covid-19 te allen tijde in acht moeten nemen. Naast de reguliere mogelijkheden tot handhaving van de voorschriften verbonden aan een – al dan niet tijdelijke – exploitatievergunning kan de burgemeester op grond van artikel 174 lid 2 bevelen geven om de gezondheid te beschermen.

2. Juridisch kader

Voor terrassen geldt dat het exploiteren daarvan verboden is zonder vergunning (artikel 3.17 APV). Dit is een vergunning voor de exploitatie van een horecabedrijf en deze kan door de burgemeester worden verleend (artikel 3.8 APV).

Voor het tijdelijk vergroten van een terras zou, normaal gesproken, een wijziging van een bestaande vergunning moeten plaatsvinden of een nieuwe vergunning moeten worden verleend. Dat neemt echter veel tijd in beslag en is zeer arbeidsintensief. Onderzocht is of kon worden volstaan met een minder zware constructie die ruimte biedt om snel te besluiten en te handelen. Het stellen van nadere regels door het college in de zin van art. 3.23A van de APV, zodat individuele vergunningverlening achterwege kan blijven, is om meerdere redenen niet geschikt bevonden.

Uiteindelijk is gekozen voor een tijdelijke annex op de bestaande exploitatievergunning waarbij wel een individuele toets nodig is. Hierdoor blijven snelheid in het beoordelen van het verzoek en maatwerk voldoende gewaarborgd. Alle regelgeving die van toepassing is op de bestaande exploitatievergunning blijven ook van kracht behalve als er in de Beleidsregels Tijdelijke Terrasuitbreiding een uitzondering op is gemaakt.

Op grond van artikel 3.8, 3.11 en 3.17 van de Algemene plaatselijke verordening (APV) is de burgemeester de bevoegdheid toegekend te beslissen op aanvragen om een exploitatievergunning voor een horecabedrijf en het bijbehorende terras op basis van een aantal criteria. Bij de invulling van de Beleidsregels Tijdelijke Terrasuitbreiding worden deze criteria eveneens gewogen. Deze zijn:

  • -

    Bescherming van het woon- en leefklimaat;

  • -

    De openbare orde;

  • -

    Het beoogde gebruik schade toebrengt aan de weg dan wel gevaar oplevert voor de bruikbaarheid van de weg of voor het doelmatig en veilig gebruik daarvan;

  • -

    Het beoogde gebruik een belemmering vormt voor het doelmatig beheer en onderhoud van de weg of;

  • -

    Het beoogde gebruik afbreuk doet aan andere publieke functies van de weg, inclusief de bescherming van het uiterlijk aanzien daarvan.

  • Toestemming voor een tijdelijke terrasuitbreiding maakt andere toestemmingsvereisten niet ongedaan. Het belangrijkste voorbeeld daarvoor is het gebruik van laad- en losplaatsen waarvoor een apart besluit nodig kan zijn.

  • Aan de bestaande exploitatievergunningen zijn voor het exploiteren van een terras voorschriften verbonden. Voor zover in de Beleidsregels Tijdelijke Terrasuitbreiding of in de tijdelijke wijziging van de exploitatievergunning geen afwijkende regels of voorschriften zijn opgenomen gelden de bestaande voorschriften. Bij nieuwe terrassen worden de reguliere voorschriften in de annex opgenomen.

  • De toestemming is tijdelijk en geldt voorshands tot 31 oktober 2020, dit valt samen met het einde van het terrasseizoen. Half oktober wordt bepaald of de toestemming verlengd wordt of niet. Tussentijdse wijziging van de Beleidsregels Tijdelijke Terrasuitbreiding is mogelijk. Aanpassing en intrekking van de tussentijdse vergunning is ook mogelijk: de ontwikkelingen gaan snel en we moeten met elkaar uitvinden welk effect de toepassing van deze regels hebben. Als blijkt dat de claim op de openbare ruimt van andere, geprioriteerde gebruikers toeneemt kan dat gevolgen hebben voor de beleidsregels en de op basis daarvan afgegeven toestemmingen.

3. Verruiming naar type tijdelijke locaties

Verruiming wordt overwogen op de volgende type locaties (onderstaande opsomming is niet limitatief):

  • Op pleinen; indien verkeerssituatie op en rond het plein dat toelaat;

  • langs kades en aan de overzijde van de weg: (gesplitste) terrassen en eventueel pontons/dekschuiten (omdat ook het verkeer te water weer zal toenemen zijn de mogelijkheden op dit punt zeer beperkt, zie bijlage voor verdere invulling); indien de verkeerssituatie een veilige oversteek van- en naar de horecagelegenheid toelaat;

  • parkeervakken: terras op parkeervak; wanneer de parkeerdruk dit toe laat, parkeerdruk lager dan 90%;

  • in straten: als er voldoende ruimte resteert voor voetgangers en om overige verkeersstromen veilig af te wikkelen. Dit kan ook gerealiseerd worden met flankerende maatregelen, zoals voetgangers naar de rijbaan en afsluiten voor auto en/of fietsverkeer, indien de bereikbaarheid, de toegankelijkheid van voorzieningen en het algeheel functioneren van het verkeersnetwerk daar mogelijkheid toe geven;

  • op brugvleugels; voor zo ver daarmee de doorgaande looplijn niet belemmerd wordt;

  • voor de gevel van naastgelegen panden, mits daarvoor schriftelijk toestemming van de bewoner/gebruiker van dit pand is verkregen.

4. Verruiming in gebruik van het tijdelijke terras

  • Uitgiftekasten en uitgiftepunten, mobiele tappunten en ijskasten op middenterreinen zijn in beginsel toegestaan;

  • Om minder afhankelijk te zijn van het weer zijn parasols en parasols met terrasverwarming toegestaan (losse verwarmingselementen zijn niet toegestaan);

  • Bij alcoholschenkende horecabedrijven wordt afwijking van de drank- en horecavergunning voor tijdelijk verruimde terrassen gedoogd. (Voor het overige gelden de voorschriften van de Drank- en Horecawet onverkort voor de terrasuitbreiding). Het schenken van alcohol op terrassen bij horecabedrijven zonder drank- en horecavergunning wordt niet toegestaan, ook niet als zij deelnemen aan een gezamenlijk terras.

  • In sommige bestemmingsplannen laten de bestemmingen van gronden waar een verruimd terras op zal komen te liggen het gebruik van de gronden als terras niet toe. Gedurende de periode dat de Beleidsregels Tijdelijke Terrassen van toepassing zijn kan eventuele strijdigheid met het bestemmingsplan worden gedoogd.

5. Voorwaarden voor ondernemers

  • De ondernemer moet te allen tijde voldoen aan landelijke wetgeving en de regels omschreven in de geldende noodverordening en bestaande en/of nieuwe wet- en regelgeving op het gebied van Covid-19 van Rijk, veiligheidsregio en/of gemeente. Dit betekent ook dat een ondernemer er te allen tijde rekening mee moet houden dat een verleende toestemming tussentijds kan worden gewijzigd of ingetrokken.

  • De ondernemer is ervoor verantwoordelijk dat zowel bezoekers als personeel zich aan de regels kunnen houden met in achtneming van ieders eigen verantwoordelijkheid;

  • Bij het opstellen van het verzoek voor terrasuitbreiding moet de ‘anderhalvemeterregel’ ook langs terrassen geborgd worden. Dit betekent dat de ondernemer rekening houdt met voldoende vrije doorloopruimte langs terrassen, de bereikbaarheid van de stad als geheel, de toegankelijkheid van de openbare ruimte en de volksgezondheid. (In de bijlagen is ter illustratie de rekenmethode opgenomen die het bestuur hanteert en is gebaseerd op de Menukaart Tijdelijke Maatregelen Openbare Ruimte (8 mei 2020). De ondernemer mag daarbij gebruik maken van terrasschermen langs het terras.

  • Nooduitgangen en toegangen tot woningen en bedrijven moeten vrij blijven;

  • Er moet voldoende ruimte blijven voor nood- en hulpdiensten;

  • Het terras moet na sluiting onklaar gemaakt worden zodat het niet kan worden gebruikt door derden. Terrasmeubilair moet opgestapeld worden langs de gevels of op één aan te geven plek op een plein;

  • Gezamenlijke terrasuitbreiding van in de nabijheid van elkaar gelegen terrassen is mogelijk, waarbij steeds duidelijk moet zijn welke vergunninghouder voor welk deel van het terras verantwoordelijk is en er een plan is waaruit de instemming van alle omliggende terrasuitbaters (of horecaexploitanten) blijkt. Onderlinge afspraken van de ondernemers kunnen bij het verzoek worden toegevoegd, maar alle deelnemende horecaexploitanten krijgen bij inwilliging van een verzoek een eigen annex op hun vergunning;

  • Voor gezamenlijke terrassen geldt dat er altijd één persoon is die kan worden aangesproken op het reguleren van gezamenlijke aandachtspunten, zoals het voldoende gescheiden houden van de separaat vergunde delen van het ‘gezamenlijke’ terrassen en het voorkomen van rijvorming. Tevens dient er een telefoonnummer bekend gemaakt en beschikbaar te zijn waar omwonenden terecht kunnen met vragen en klachten;

  • Het wordt toegestaan ten behoeve van terrassen (zowel bestaande als tijdelijke terrassen) terrasschermen te plaatsen (zie voor de eisen aan de terrasschermen de bijlage)

  • Er mogen geen nieuwe permanente voorzieningen worden aangebracht; ook zijn open tenten of andere soorten bouwsels, BBQ’s, gasbranders, houtkorven etc. niet toegestaan op het terras. Onder bijzondere omstandigheden kan een permanent bemand mobiel toilet worden toegestaan.

  • De ondernemer is verantwoordelijk voor het voorkomen van een hinder veroorzakende rij.

  • Verruiming van een terras kan alleen plaatsvinden in de directe nabijheid van de horecagelegenheid. Er moet vanuit het pand waarin het horecabedrijf is gevestigd immers wel toezicht kunnen worden gehouden op het (volledige) terras.

  • De ondernemer heeft in voldoende mate overleg gepleegd met omwonenden en ondernemers in de buurt.

  • Verruiming van de bestaande vergunning m.b.t. de openingstijden is niet toegestaan; de stadsdeelvoorzitter is bevoegd om, als de omstandigheden daartoe aanleiding geven, aan de toestemming voor de uitbreiding van een terras andere, minder ruime sluitingstijden te verbinden die moeten worden nageleefd bij de exploitatie van het uitgebreide terras. (Artikel 3.14, tweede lid, artikel 3.15, eerste lid, APV).

6. Het verzoek tot uitbreiding terras

Houders van een exploitatievergunning als bedoeld in artikel 3.8 van de APV kunnen een verzoek indienen, ook als zij nog niet beschikken over een terras. Gezamenlijke verzoeken van verschillende ondernemers samen worden met voorrang behandeld. Dit om de samenwerking tussen ondernemers onderling te stimuleren. Draagvlak van de buurt en mobiliseren van buurtsamenhang zijn essentiële onderdelen van het verzoek.

Alle exploitatievergunningsvrije horeca zoals genoemd in het Besluit Exploitatievergunningsvrije horeca zijn uitgesloten van een terras op grond van de Beleidsregels Tijdelijke Terrassen.

Het Tropisch Weer Scenario is niet van toepassing, niet voor tijdelijke en ook niet voor reguliere terrassen. Onder deze beleidsregels kunnen horecaondernemers zonder regulier terras wel in aanmerking komen voor een tijdelijk terras op basis van de Beleidsregels Tijdelijke Terrasuitbreiding.

Het verzoek kan op een eenvoudige wijze worden ingediend bij het vergunningenloket van het betreffende stadsdeel. De voorzitters van de dagelijks besturen kunnen in mandaat namens de burgemeester op de aanvragen beslissen.

Een verzoek tot tijdelijke verruiming van het terras kan door een exploitant van een horecabedrijf met exploitatievergunning worden gedaan of gezamenlijk met andere exploitatievergunninghouders. Een verzoek voor een gezamenlijk terras kan alleen worden aangevraagd als alle horeca ondernemers aan het plein/middenterreinen er mee in kunnen stemmen (ook als ze besluiten niet mee te doen). Bij het ontbreken van toestemming moet worden uitgelegd waarom.

Van de indiener wordt gevraagd zo exact mogelijk aan te geven wat de plek en de maatvoering van het aangevraagde terras is. Verder wordt de ondernemer verzocht om te beschrijven hoe hij overleg heeft gevoerd met derden, wat daarvan het resultaat is en hoe hij van plan is om aan de vereisten te gaan voldoen. Verdere informatie en instructies zijn te vinden op Amsterdam.nl.

Bij het beoordelen van verzoeken tot uitbreiding zal de voorzitter naast de bijzondere regels uit dit kader ook steeds kijken naar de belangen die op basis van de APV een rol spelen bij het verlenen van vergunningen voor de exploitatie van horecagelegenheden en terrassen. Hij kan daarbij ook een afweging van belangen maken op basis waarvan hij geen toestemming verleend voor een uitbreiding.

7. Mediation en handhavingsstrategie

Mediation

Er wordt een snelle mediationprocedure in samenwerking met de Ombudsman opgezet. Deze mediationprocedure is simpel en niet-bureaucratisch en is gericht op het adresseren van knelpunten en botsende belangen. De mediationprocedure moet snelheid brengen in het oplossen van het geschil en moet er tevens aan bijdragen dat het aantal bezwaar- en beroepsprocedures beperkt blijft. Het mediationteam bestaat uit (een medewerker van) de Ombudsman een bewoner en een ondernemer uit een ander gebied die niet betrokken zijn bij het betreffende onderwerp van geschil.

Tijdelijke handhavingsstrategie voor horeca

Er wordt een tijdelijke handhavingsstrategie voor horeca, inclusief terrassen, uitgewerkt waarin ook overtredingen gerelateerd aan de coronamaatregelen en noodverordening/noodwet een plaats krijgen. De tijdelijke handhavingsstrategie zal de Handhavingsstrategie horeca en slijterijen 2013 gedeeltelijk vervangen gedurende de periode dat de tijdelijke toestemming geldt en er noodwetgeving op de horeca van toepassing is.

De tijdelijke toestemming kan op grond van artikel 1.7 APV ingetrokken of gewijzigd worden. Dit wordt ook verder uitgewerkt in tijdelijke handhavingsstrategie.

8. Precario en leges

Precario voor terrassen wordt tot 1 juli 2020 niet geheven. Het college beraadt zich op de omgang met precario voor terrassen vanaf 1 juli 2020 en zal de raad daartoe op korte termijn een voorstel voorleggen. Leges voor het wijzigen van een exploitatievergunning op grond van de Beleidsregels Tijdelijke Terrassen worden niet geheven.

Ondertekening

26 mei 2020

De burgemeester van Amsterdam,

Femke Halsema

Bijlage

Menukaart Openbare ruimte als leidraad

De menukaart Tijdelijke Maatregelen Openbare Ruimte door het College vastgesteld op 8 mei jl. geldt steeds als leidraad bij de afweging die de voorzitter maakt wanneer hij een verzoek ter instemming krijgt voorgelegd en bij eventuele toekomstige wijzigingen van dit kader.

Indien er twijfel is over de benodigde doorloopruimte in een situatie óf het een zeer drukke voetgangersroute betreft waardoor méér voetgangersruimte nodig is, wordt de benodigde vrije doorloopruimte door het bestuur vastgesteld met behulp van advies van directie V&OR. Daarbij wordt de meetwijze gehanteerd zoals hieronder beschreven. Deze meetwijze is gebaseerd op advies van het CROW:

  • De vrije doorloopruimte wordt gemeten op basis van 150 cm afstand, van mond tot mond, tussen alle mensen op straat. Dat wil zeggen: tussen terraszitters en voetgangers, tussen voetgangers onderling en tussen voetgangers en eventuele passerende fietsers. We meten dus vanuit de as van een persoon.

  • Daarbij moet de 150 cm afstand tot anderen onder alle omstandigheden gewaarborgd zijn. Bij terrassen waarbij de stoelen verplaatsbaar zijn en niet gegarandeerd kan worden wáár mensen de stoel plaatsen of in welke zitrichting, wordt gemeten vanaf de grens van het terras. Bij gevelbanken waarbij de terraszitters vast langs de gevel zitten is minder vrije doorloopruimte nodig omdat gemeten wordt vanaf de mond van de ‘gevelbankzitter’.

  • Omdat voetgangers niet strak langs een muur, een geparkeerde auto, een stoeprand, een fietsenrek of andere obstakels kunnen lopen, wordt voor voetgangers een manoeuvreerruimte aangehouden van 60cm breed. Ook dit wordt gemeten vanuit de as van een persoon.

  • In de drie meest voorkomende situaties betekent dit dat de volgende minimummaten voor de vrije doorloop gehanteerd worden langs een terras:

    • o

      Een gevelbank aan één zijde van het trottoir of de voetgangersruimte waar terraszitters ‘vast’ langs de gevelkant zitten: minimaal 300 cm vrije doorloopruimte, gemeten vanaf de grens van de gevelbankzone tot en met de trottoirband of tot aan een obstakel. Dit gaat uit van een standaard gevelbankzone van minimaal 90 cm diep, waarbij de mond van de gevelbankzitter zich bevindt op +/- 30 cm vanaf de gevel.

    • o

      Een terras met ‘verplaatsbare’ stoelen aan één zijde van het trottoir of de voetgangersruimte: minimaal 360 cm vrije doorloopruimte, gemeten vanaf de terrasgrens tot en met de trottoirband of tot aan een obstakel.

    • o

      Terrassen met ‘verplaatsbare’ stoelen aan beide zijden van het trottoir of de voetgangersruimte: minimaal 450 cm vrije doorloopruimte, gemeten tussen de grenzen van de twee terrassen.

  • Het wordt toegestaan ten behoeve van terrassen (zowel bestaande als tijdelijke terrassen) terrasschermen te plaatsen, onder de volgende voorwaarden:

    • o

      Een terrasscherm wordt gezien als een object waarvan passanten 6o cm afstand moeten kunnen houden (de ‘manoeuvreerruimte’), net zoals dat geldt bij muren, fietsenrekken, geparkeerde auto’s, etc. Als een scherm het terras scheidt van de passanten, hanteren we een minimale vrije doorloopruimte van 270 cm (60 cm + 150cm + 60 cm), gemeten vanaf het terrasscherm tot en met de trottoirband of tot aan een obstakel. Deze maatvoering -die alléén geldt voor situaties waarbij terrasschermen worden toegepast met voldoende hoogte (zie onderstaand)- is een uitzondering op de algemene stelregel uit de Menukaart (minimaal 300 cm vrije doorloopruimte langs een terras).

    • o

      Een terrasscherm dat fungeert als scheiding tussen terrasbezoekers en passanten moet minimaal tot ooghoogte zijn van de passanten (180 cm bij voetgangers), transparant en van glad, goed schoon te maken materiaal , mag niet verankerd worden en moet na sluitingstijd opgeruimd worden.

    • o

      Om de toegankelijkheid en doorgang voor nood- en hulpdiensten te garanderen moet er altijd, ook als er sprake is van terrasschermen, een vrije ruimte beschikbaar blijven langs het terras van minimaal 3 meter. Dat zal in straten over het algemeen de reguliere rijbaan zijn, zo lang deze wordt vrijgehouden van terrassen. In overige situaties moet een rechte strook van minimaal 3 meter breed -op bijvoorbeeld een plein- vrijgehouden worden van terrassen.