Regeling nevenwerkzaamheden gemeente Brummen

1. Het is de medewerker overeenkomstig artikel 15:1e lid 3 CAR/UWO verboden nevenwerkzaamheden (onder werktijd) te verrichten, waardoor de goede vervulling van de functie of de goede functionering van de openbare dienst niet in redelijkheid zou zijn verzekerd.

2. De medewerker maakt melding van de start en beëindiging van de nevenwerkzaamheden op grond van artikel 15:1e, lid 1 van de CAR/UWO bij zijn of haar manager via het daartoe bestemde formulier “melding nevenwerkzaamheden” (bijlage 1) indien:

• a.

  er een relatie is, financieel of anderszins, tussen de gemeente of de functie van de medewerker en de organisatie waarvoor de nevenwerkzaamheden worden verricht, en/of

• b.

  er een risico is dat de nevenwerkzaamheden een goede functievervulling in de weg staan.

1. De registratie van nevenwerkzaamheden geschiedt door het formulier “melding nevenwerkzaamheden” op te nemen in het personeelsdossier.

2. Een door de werkgever aangewezen persoon is belast met de registratie van de nevenwerkzaamheden.

1. Indien de werkgever akkoord is met de opgegeven nevenwerkzaamheden zal dit middels een besluit aan de medewerker worden bevestigd.

2. Indien de werkgever van mening is dat de geregistreerde nevenwerkzaamheden in strijd zijn met artikel 15:1e CAR/UWO ontvangt de medewerker een gemotiveerd besluit omtrent een verbod op deze nevenwerkzaamheden.

3. De medewerker beëindigt na een besluit zoals genoemd in lid 2 met onmiddellijke ingang de nevenwerkzaamheden.

4. De werkgever kan de nevenwerkzaamheden alleen verbieden indien door het verrichten van de werkzaamheden of het uitoefenen van het bedrijf de goede vervulling van de functie of de goede functionering van de openbare dienst, voor zover deze in verband staat met de functievervulling, niet in redelijkheid is verzekerd.

5. De manager kan in plaats van het gestelde in lid 2 nadere afspraken maken met de medewerker of beperkingen opleggen aan de medewerker, zodanig dat de mogelijkheid van belangenverstrengeling zich niet meer voordoet.

6. Bij voortzetting van verboden nevenwerkzaamheden kan een disciplinaire straf worden opgelegd, op grond van hoofdstuk 16 van de CAR/UWO.

1. Indien de nevenwerkzaamheden betrekking hebben op het voeren van een eigen bedrijf, moet de medewerker zijn risico’s zodanig verzekeren, dat wordt voorkomen dat de gemeente op enigerlei wijze schade zal lijden ten gevolge van de uitoefening van de nevenwerkzaamheden.

2. De medewerker is verplicht om zich te houden aan de Arbeidstijdenwet en het Arbeidstijdenbesluit. In deze wetten zijn bepalingen opgenomen over het maximale aantal werkuren per dag en per week. Tevens zijn er regels vastgesteld over verplichte rusttijden.

3. Het is de medewerker niet toegestaan om voor nevenwerkzaamheden gebruik te maken van faciliteiten als materialen en middelen van de gemeente.

4. Het is de medewerker niet toegestaan om gebruik te maken van (voor) kennis of gegevens waarover hij/zij uit hoofde van zijn/haar functie of zijn/haar werknemerschap bij de gemeente beschikt of kan beschikken.