Regeling vervallen per 29-06-2013

Subsidieverordening welzijnswerk gemeente Cromstrijen 2011

Geldend van 01-01-2011 t/m 28-06-2013

Intitulé

Subsidieverordening welzijnswerk gemeente Cromstrijen 2011

gezien het voorstel van burgemeester en wethouders d.d. 4 november 2010;

gelet op de Wet Maatschappelijke Ondersteuning, de Gemeentewet en de Algemene wet

bestuursrecht;

vast te stellen de volgende Subsidieverordening welzijnswerk gemeente Cromstrijen 2011

besluit:

De raad van de gemeente Cromstrijen;

Hoofdstuk 1 - Algemene bepalingen

Tenzij in deze verordening uitdrukkelijk anders wordt vermeld, is de Algemene wet bestuursrecht

onverminderd van toepassing.

ARTIKEL 1

Begripsomschrijvingen

Deze verordening verstaat onder:

  • a.

    raad:

    de gemeenteraad van Cromstrijen;

  • b.

    college:

    het college van burgemeester en wethouders van Cromstrijen;

  • c.

    subsidie:

    de aanspraak op financiële middelen, door een bestuursorgaan verstrekt voor bepaalde

    activiteiten van de aanvrager, anders dan als betaling voor aan het bestuursorgaan

    geleverde goederen of diensten;

  • d.

    structurele subsidie:

een subsidie, niet zijnde een waarderingssubsidie die aan de subsidieontvanger wordt

verstrekt om gedurende een of meerdere kalenderjaren bepaalde vooraf vastgestelde

activiteiten te verrichten;

e.waarderingssubsidie:

een subsidie voor activiteiten die in het algemeen belang van de inwoners van Cromstrijen

worden geacht, zonder deze naar aard en inhoud te willen beïnvloeden; in beginsel bestaat

daarbij geen verband tussen de kosten die de aanvrager maakt voor de activiteit en de

subsidie die hij ontvangt;

f.incidentele subsidie:

een subsidie die ten behoeve van een eenmalige activiteit wordt verstrekt;

g.instelling:

een rechtspersoonlijkheid bezittende organisatie waarvan de gesubsidieerde hoofdactiviteit

niet gericht is op het maken van winst en/of op het uitdragen van levensbeschouwelijke en

politieke opvattingen;

  • h.

    welzijnswerk:

    • -

      openbaarbibliotheekwerk;

    • -

      vormings- en ontwikkelingswerk;

    • -

      opbouwwerk;

    • -

      jeugd- en jongerenwerk;

    • -

      jeugdhulpverlening;

    • -

      peuterspeelzaalwerk;

    • -

      amateur kunstbeoefening en kunstzinnige vorming;

    • -

      algemeen maatschappelijk werk;

    • -

      vrijwilligersinitiatieven zorg;

    • -

      ouderenbeleid;

    • -

      ontwikkelingssamenwerking;

    • -

      culturele en museale activiteiten;

    • -

      sportactiviteiten.

  • i.

    subsidienota:

een door de gemeenteraad vastgestelde nota waarin de kaders over de verstrekking van

subsidies zijn opgenomen;

ARTIKEL 2

Reikwijdte van de verordening

Deze verordening is van toepassing op subsidiëring van het door de gemeenteraad aangewezen

terrein van het welzijnswerk, zoals genoemd in artikel 1, sub h.

ARTIKEL 3

Bevoegdheid college

  • 1.

    Het college is bevoegd te besluiten over het verstrekken van subsidies met in achtneming van de in de gemeentebegroting opgenomen financiële middelen of het subsidieplafond en – indien de begroting nog niet is vastgesteld, dan wel goedgekeurd – onder de voorwaarde dat voldoende gelden ter beschikking worden gesteld.

  • 2.

    Het college is bevoegd om voorwaarden aan de beschikking tot subsidieverlening te verbinden.

ARTIKEL 4

Uitvoering van de verordening

1.Het college is belast met de uitvoering van deze verordening. Uitvoering houdt mede in het

verlenen en vaststellen van subsidies binnen de kaders van het door de gemeenteraad

vastgestelde subsidienota en binnen het door de gemeenteraad vastgestelde subsidieplafond.

  • 2.

    Het college kan binnen de kaders van de subsidienota beleidsregels over de verstrekking van de subsidie vaststellen.

  • 3.

    Het college is bevoegd deze verordening geheel of gedeeltelijk buiten toepassing te laten of

daarvan af te wijken:

  • a.

    indien en voor zover het rijks- of provinciale subsidie op andere dan in deze verordening gestelde voorwaarden afhankelijk wordt gesteld van verlening van een gemeentelijk subsidie;

  • b.

    voor subsidies, binnen de kaders van de subsidienota welke worden verleend voor een

eenmaal plaatsvindende, incidentele en/of regionale gebeurtenis;

ARTIKEL 5

Subsidieplafond en begrotingsvoorbehoud

  • 1.

    De raad bepaalt jaarlijks het subsidieplafond door het vaststellen van de bedragen, met betrekking tot het welzijnswerk, in de begroting.

  • 2.

    Het college kan – met inachtneming van de ingevolge artikel 2, door de raad vastgestelde beleidsterrein welzijnswerk – nadere regels stellen omtrent de verdeling van het beschikbare bedrag.

  • 3.

    Bij de bekendmaking van het subsidieplafond voor de structurele- en waarderingssubsidies

wordt de wijze van de verdeling vermeld, mogelijkheid van verlaging en de gevolgen daarvan voor reeds ingediende aanvragen.

4.Een subsidie ten laste van een begroting, die nog niet is vastgesteld, wordt verleend onder de voorwaarde dat voldoende middelen op de begroting beschikbaar zullen worden gesteld.

Hoofdstuk 2 - De subsidieaanvraag

ARTIKEL 6

Indienen aanvraag structurele- en waarderingssubsidie

1.Instellingen die zich richten op de onder het welzijnswerk genoemde voorzieningen, moeten vóór 1 mei van het jaar voorafgaande aan het jaar waarop de aanvraag betrekking heeft, de

subsidieaanvraag bij het college ingediend hebben.

  • 2.

    Het college kan nadere voorschriften geven voor de inrichting van de aanvraag.

  • 3.

    Aanvragen om uitstel voor indiening van de subsidieaanvraag worden tijdig maar uiterlijk vóór 15 april van het jaar voorafgaande aan het jaar waarop de aanvraag betrekking heeft met opgaaf van reden ingediend bij het college. Zij beslissen hierover binnen twee weken.

  • 4.

    Indien voor de eerste maal een structurele subsidie wordt aangevraagd, wordt ten minste

overlegd:

een afschrift van de oprichtingsakte van de rechtspersoon dan wel van de statuten zoals

deze laatstelijk zijn gewijzigd;

een overzicht van de financiële positie;

een omschrijving van de activiteit(en) waarvoor subsidie wordt aangevraagd.

5.Als een aanvraag niet volledig is ingediend kan het college besluiten deze niet in behandeling te nemen, mits de aanvrager de gelegenheid heeft gehad binnen een door het college gestelde termijn de aanvraag aan te vullen.

ARTIKEL 7

Indienen aanvraag incidentele subsidies

  • 1.

    Subsidieaanvragen ten behoeve van een incidentele activiteit dienen bij het college te worden ingediend uiterlijk twee maanden voordat met de activiteit een begin wordt gemaakt.

  • 2.

    Het college kan in bijzondere gevallen op verzoek van de aanvrager afwijken van het bepaalde in lid 1., met dien verstande dat de subsidieaanvraag altijd moet worden ingediend voordat de te subsidiëren activiteiten een aanvang nemen.

Hoofdstuk 3 – subsidieverlening

ARTIKEL 8

Algemene uitgangspunten voor het verstrekken van subsidies

  • 1.

    Subsidie wordt slechts verstrekt voor de bekostiging van activiteiten die binnen de gemeentegrens van Cromstrijen plaatsvinden en van belang zijn voor de gemeente Cromstrijen en/of haar inwoners.

  • 2.

    Subsidie voor een regionale activiteit welke plaatsvindt buiten de gemeentegrens van Cromstrijen wordt slechts verstrekt wanneer minimaal drie van de vijf gemeenten uit de Hoeksche Waard deze subsidie verstrekken.

  • 3.

    Subsidie wordt slechts verstrekt voor activiteiten die geen partijpolitieke, godsdienstige of

levensbeschouwelijke vorming beogen.

  • 4.

    Behoudens voor zover er sprake is van een op een specifieke doelgroep gerichte activiteit, wordt alleen subsidie verstrekt voor activiteiten, die open staan voor alle groeperingen of personen, zonder onderscheid naar ras, godsdienst, levensovertuiging, sekse of seksuele geaardheid.

  • 5.

    Subsidie wordt slechts verstrekt aan rechtspersonen die zonder winstoogmerk werkzaam zijn.

  • 6.

    In bijzondere gevallen kan het college subsidie verlenen aan instellingen zonder volledige

rechtspersoonlijkheid of aan natuurlijke personen.

ARTIKEL 9

Bevoegd bestuursorgaan

Het college beslist over het verlenen van subsidies, voor zover de raad voor de betreffende

subsidie een budget beschikbaar heeft gesteld.

ARTIKEL 10

Weigeringsgronden

Naast de in artikel 4.35 van de Algemene wet bestuursrecht genoemde gevallen kan subsidie

geweigerd worden:

  • a.

    indien door de subsidieverlening het ter zake vastgestelde subsidieplafond zou worden overschreden;

  • b.

    voor door een instelling ontplooide activiteiten binnen de gemeentegrens van Cromstrijen die niet direct en aantoonbaar een belang van de Cromstrijense bevolking dienen;

  • c.

    voor door een instelling ontplooide activiteiten buiten de gemeentegrens van Cromstrijen worden geen subsidies verleend, met uitzondering van regionale subsidies waarbij minimaal drie van de vijf gemeenten uit de Hoeksche Waard subsidie verstrekken.

  • d.

    indien de instelling activiteiten ontplooit die strijdig zijn met de doelstelling van de instelling of die discriminerend wegens godsdienst, levensovertuiging, politieke gezindheid, ras, geslacht of op welke gronden dan ook zijn;

  • e.

    voor het organiseren van feesten;

  • f.

    indien de gelden niet of in onvoldoende mate besteed zullen worden voor het doel waarvoor de subsidie beschikbaar wordt gesteld;

  • g.

    indien de aanvrager doelstellingen beoogt of activiteiten zal ontplooien die in strijd zijn met de wet, het algemeen belang of de openbare orde;

  • h.

    indien de aanvrager ook zonder subsidieverlening over voldoende gelden, hetzij uit eigen middelen, hetzij uit middelen van derden kan beschikken om de kosten van de activiteiten te dekken;

  • i.

    indien de subsidieverlening niet past binnen het beleid van de gemeente Cromstrijen.

ARTIKEL 11

Besluit tot subsidieverlening

  • 1.

    Het college besluit op een subsidieaanvraag als bedoeld in artikel 5 voor 1 januari van het jaar waarop de aanvraag betrekking heeft.

  • 2.

    Het college verleent subsidie maximaal voor zover de raad voor de betreffende subsidie een

budget beschikbaar heeft gesteld.

3.Het college beslist op een aanvraag als bedoeld in artikel 6 binnen 8 weken nadat de aanvraag is ontvangen.

ARTIKEL 12

Uitvoeringsovereenkomst

  • 1.

    Ter uitvoering van de beschikking tot subsidieverlening kan een overeenkomst worden gesloten tussen de gemeente en de subsidieontvanger.

  • 2.

    De overeenkomst bevat onder meer bepalingen over de inhoud, duur en wijziging van de

overeenkomst.

3.In de overeenkomst kan worden bepaald dat de subsidieontvanger verplicht is de activiteiten

te verrichten waarvoor de subsidie is verleend.

4.In geval de overeenkomst een meerjarig karakter heeft kan een percentage worden opgenomen ter compensatie van de prijsstijgingen.

Hoofdstuk 4 – subsidievaststelling

ARTIKEL 13

Structurele subsidies

1.De ontvanger van een structurele subsidie dient voor 1 mei van het jaar volgend op het jaar

waarover subsidie is verleend, een aanvraag tot subsidievaststelling in bij het college.

2.Bij de aanvraag als bedoeld in het eerste lid wordt in ieder geval een financieel- en een

activiteitenverslag gevoegd.

3.Het college kan verlangen dat het financieel verslag voorzien wordt van een verklaring van

getrouwheid, zoals bedoeld in artikel 393 boek 2 van het Burgerlijk Wetboek van een daartoe

bevoegde accountant.

4.Het college stelt de structurele subsidie definitief vast binnen 13 weken nadat de aanvraag,

inclusief de lid 2. genoemde bescheiden tot vaststelling van de subsidie zijn ingediend.

ARTIKEL 14

Incidentele subsidies

  • 1.

    De ontvanger van een incidentele subsidie dient binnen 13 weken na afloop van de activiteiten of het tijdvak waarvoor subsidie is verleend, een aanvraag tot subsidievaststelling in bij het college.

  • 2.

    Bij de aanvraag als bedoeld in het eerste lid wordt een beknopt financieel en inhoudelijk verslag gevoegd.

  • 3.

    Het college stelt de incidentele subsidie definitief vast binnen 13 weken, nadat de aanvraag tot vaststelling van de subsidie is ingediend.

ARTIKEL 15

Ambtshalve vaststellen

Het college kan de subsidie geheel of gedeeltelijk ambtshalve vaststellen indien:

  • a.

    bij de subsidieverlening een termijn is bepaald, binnen welke de subsidie ambtshalve wordt vastgesteld;

  • b.

    indien de aanvraag tot vaststelling, inclusief de in Artikel 12, lid 2. genoemde bescheiden niet binnen de daartoe gestelde termijn is ingediend of

  • c.

    de beschikking tot subsidieverlening of de beschikking tot subsidievaststelling wordt ingetrokken of ten nadele van de ontvanger wordt gewijzigd.

ARTIKEL 16

Reservering

  • 1.

    Onverlet het gestelde in lid 2. van dit artikel, is reservering door de instelling toegestaan indien en voor zover dit past binnen de door het college onderschreven doelstelling van de instelling.

  • 2.

    Indien de jaarlijkse algemene reservevorming meer dan 10% van de exploitatiekosten bedraagt, dient het meerdere bedrag teruggestort te worden naar de gemeente. Het terug te storten bedrag kan evenwel niet hoger zijn dan de in dat jaar verleende subsidie. In de

uitvoeringsovereenkomst kan van deze verplichting ontheffing worden verleend.

3.Indien een instelling gedurende een jaar geen activiteiten binnen het welzijnswerk zoals in de

verordening bedoeld uitvoert, kan het college besluiten de reserves van de instelling die mede met subsidiegelden zijn verkregen of in stand zijn gehouden terug te vorderen.

Hoofdstuk 5 - Verplichtingen instellingen

ARTIKEL 17

Statuten en bestuur

Van wijzigingen in de statuten en in de samenstelling van het bestuur doet de instelling binnen vier

weken mededeling aan het college.

ARTIKEL 18

Ontbinding instelling

  • 1.

    De instelling doet van een voorgenomen ontbinding onmiddellijk mededeling aan het college.

  • 2.

    Indien subsidiëring door de gemeente heeft geleid tot het verwerven van eigendommen of

anderszins tot een batig saldo, is de instelling bij liquidatie aan de gemeente een vergoeding

verschuldigd welke na overleg met de instelling door het college wordt vastgesteld.

3.De vorige leden zijn van overeenkomstige toepassing bij (voorgenomen) vervreemding of

bestemmingswijziging van eigendommen en beschikking over de reserves van de instelling die mede met subsidie zijn verkregen of in stand zijn gehouden.

ARTIKEL 19

Erfstellingen, legaten enzovoort

De instelling brengt door haar ontvangen erfstellingen, legaten, schenkingen en dergelijke ten bate

van de exploitatie van de instelling, tenzij zij uitdrukkelijk voor kapitaalvorming of fondsvorming

bestemd waren.

Hoofdstuk 6 – Slotbepalingen

ARTIKEL 20

Ontheffing

Het college kan van verplichtingen, gesteld bij of op grond van deze verordening, ontheffing

verlenen, voor zover hiermee geen strijd met hogere regelgeving ontstaat.

ARTIKEL 21

Rekenkamercommissie

De rekenkamercommissie Hoeksche Waard is op grond van de verordening op de rekenkamercommissie Hoeksche Waard bevoegd bij de besturen en of directies van instellingen die een subsidie van de gemeente Cromstrijen ontvangen de mondelinge en schriftelijke inlichtingen in te winnen die zij nodig heeft voor de uitvoering van een onderzoek naar de doelmatigheid en doel-treffendheid van het subsidiebeleid van de gemeente Cromstrijen.

ARTIKEL 22

Procesbeschrijvingen

Voor het innemen en beoordelen van subsidieaanvragen en aanvragen voor vaststelling van subsidies zijn procesbeschrijvingen vastgesteld. Aan de hand van de beschrijvingen zijn checklist opgesteld op grond waarvan het innemen en beoordelen wordt geregistreerd.

ARTIKEL 23

Hardheidsclausule

In gevallen, de uitvoering van het subsidiebeleid van het welzijnswerk betreffende, waarin deze verordening niet voorziet, beslist het college.

ARTIKEL 24

Overgangsbepaling

Op subsidies die voor de inwerkingtreding van deze verordening verleend zijn, blijven de bepalingen zoals opgenomen in Subsidieverordening welzijnswerk gemeente Cromstrijen 2007 van toepassing.

ARTIKEL 25

Inwerkingtreding

  • 1.

    Deze verordening treedt in werking op 1 januari 2011.

  • 2.

    Met ingang van die datum trekken wij de Subsidieverordening welzijnswerk gemeente

Cromstrijen 2007 in.

ARTIKEL 26

Citeertitel

Deze verordening kan worden aangehaald als Subsidieverordening welzijnswerk gemeente

Cromstrijen 2011.

Vastgesteld door de raad van de gemeente Cromstrijen in zijn openbare vergadering gehouden op 14 december 2010,

de griffier,

de voorzitter,