Verordening materiële financiële gelijkstelling onderwijs gemeente Delfzijl

Geldend van 31-03-2011 t/m 19-06-2013

De raad van de gemeente Delfzijl;

gelezen het voorstel van het college van 22 februari 2011;

gelet op artikel 140 /141 van de Wet op het primair onderwijs, artikel 134 /135 van de Wet op de expertisecentra en artikel 96g /96h van de Wet op het voortgezet onderwijs;

gelet op de artikelen XIII , XV en XVII van de Wet dualisering gemeentelijke medebewindsbevoegdheden; 

gelet op artikel 5 van de Gemeentewet; 

gelet op hoofdstuk 4 van de Algemene wet bestuursrecht; 

besluit vast te stellen de

 

Verordening materiële financiële gelijkstelling onderwijs gemeente Delfzijl

Hoofdstuk 1 Algemene bepalingen

Artikel 1 Begripsbepaling

In deze verordening wordt verstaan onder:

  • a.

    het college: het college van burgemeester en wethouders van de gemeente Delfzijl;

  • b.

    schoolbestuur: bevoegd gezag van een volgens de Wet op het primair onderwijs, de Wet op de expertisecentra  en de Wet op het voortgezet onderwijs  bekostigde in de gemeente gelegen openbare of bijzondere school, of, voor zover in deze verordening is bepaald, van een nevenvestiging waarvan de hoofdvestiging is gelegen in een andere gemeente;

  • c.

    school: school voor basisonderwijs, school voor (voortgezet) speciaal onderwijs of school voor voortgezet onderwijs;

    • -

      school voor basisonderwijs: een basisschool of een speciale school voor basisonderwijs als bedoeld in artikel 1 van de Wet op het primair onderwijs;

    • -

      school voor (voortgezet) speciaal onderwijs: een school voor speciaal onderwijs of een school voor speciaal en voortgezet speciaal onderwijs als bedoeld in artikel 1 van de Wet op de expertisecentra, een instelling voor speciaal en voortgezet speciaal onderwijs als bedoeld in artikel 8 van de Wet op de expertisecentra en een school voor voortgezet speciaal onderwijs als bedoeld in artikel 1 van de Wet op de expertisecentra ;

    • -

      school voor voortgezet onderwijs: school of scholengemeenschap voor voorbereidend wetenschappelijk onderwijs, voor hoger en middelbaar algemeen voortgezet onderwijs, voor voorbereidend beroepsonderwijs en voor praktijkonderwijs.

  • d.

    nevenvestiging: deel van een school dat door de minister ingevolge artikel 85 van de Wet op het primair onderwijs , artikel 76a of artikel 76b van de Wet op de expertisecentra, artikel X van de wet van 31 mei 1995 (Stb. 319) of artikel 75 van de Wet op het voortgezet onderwijs voor bekostiging in aanmerking is gebracht;

  • e.

    voorziening: een voorziening zoals opgenomen in de bijlage Voorzieningen van deze verordening;

  • f.

    aanvullende voorziening: een door het college vastgestelde nieuwe voorziening waarmee de verordening tijdelijk wordt aangevuld;

  • g.

    indieningsdatum: uiterste moment zoals opgenomen in de bijlage Voorzieningen van deze verordening, waarvoor een aanvraag voor een voorziening voor het eerste daaropvolgende tijdvak moet zijn ingediend;

  • h.

    toekenningscriteria: de omstandigheden zoals opgenomen in de bijlage Voorzieningen van deze verordening, waaronder een schoolbestuur in aanmerking komt voor een voorziening of een aanvullende voorziening;

  • i.

    tijdvak: periode zoals opgenomen in de bijlage Voorzieningen van deze verordening, waarvoor een voorziening wordt toegekend;

  • j.

    subsidieplafond: een bedrag zoals bedoeld in artikel 4:22 van de wet, dat beschikbaar is voor een voorziening, of een aanvullende voorziening;

  • k.

    feitelijke beschikbaarstelling: de beschikking van het college waarbij een voorziening of aanvullende voorziening in natura beschikbaar wordt gesteld;

  • l.

    subsidievaststelling: een beschikking zoals bedoeld in artikel 4:42 van de wet;

  • m.

    wet: de Algemene wet bestuursrecht.

Artikel 2 Subsidieplafond en verdelingsregels

  • 1. De raad kan voor een voorziening een subsidieplafond vaststellen. Hierbij bepaalt de raad hoe het beschikbare bedrag wordt verdeeld.

  • 2. De raad kan voor een voorziening het gestelde in het eerste lid overdragen aan het college. Het college neemt daarbij de gemeentebegroting in acht.

  • 3. Het college maakt het subsidieplafond en de wijze van verdeling van het beschikbare bedrag, uiterlijk zes weken voor de indieningsdatum aan de schoolbesturen bekend.

Artikel 3 Aanvullende voorziening

  • 1. Het college kan bepalen dat de verordening tijdelijk wordt aangevuld met een voorziening.

  • 2. Het college stelt de toekenningscriteria vast waaronder aanspraak bestaat op de aanvullende voorziening.

Artikel 4 Jaarlijks overzicht

Jaarlijks voor 1 juli zendt het college aan de schoolbesturen een overzicht van de op basis van deze verordening toegekende voorzieningen. Het overzicht omvat de periode van 1 juni van het voorafgaande jaar tot en met 31 mei van het jaar van toezending.

Hoofdstuk 2 Procedures

Paragraaf 2.1 Aanvraag voorzieningen; weigeringsgronden

Artikel 5 Toevoegen, wijzigen en intrekken

Een wijziging van de verordening die leidt tot het toevoegen, wijzigen of intrekken van een voorziening, wordt uiterlijk zes weken voor de indieningsdatum bekendgemaakt door het college.

Artikel 6 Indiening aanvraag

  • 1. Het schoolbestuur dat een voorziening voor het eerste daaropvolgend tijdvak wenst, dient voor de indieningsdatum een aanvraag in bij het college. De indieningsdatum is niet van toepassing indien voor de voorziening is bepaald dat een indieningsdatum niet is voorgeschreven. Indien de aanvraag niet voor de indieningsdatum is ingediend, besluit het college om de aanvraag niet te behandelen.

  • 2. De aanvraag vermeldt:

    • a.

      naam en adres van het schoolbestuur;

    • b.

      de dagtekening;

    • c.

      de gewenste voorziening;

    • d.

      de naam van de school en de onderwijssoort indien de voorziening is bestemd voor een school;

    • e.

      een motivering dat wordt voldaan aan de toekenningscriteria.

    Bij het ontbreken van een of meer gegevens deelt het college dit schriftelijk mee aan het schoolbestuur. Daarbij krijgt het schoolbestuur de gelegenheid om binnen drie weken na de datum van verzending van de mededeling de gegevens schriftelijk aan te vullen. Indien het schoolbestuur de ontbrekende gegevens niet binnen deze termijn verstrekt, beslist het college de aanvraag niet te behandelen.

Artikel 7 Beslissingstermijn

  • 1. Het college besluit binnen twaalf weken na de indieningsdatum op een aanvraag. Indien ten aanzien van een voorziening geen indieningsdatum is voorgeschreven, beslist het college binnen twaalf weken na ontvangst van de aanvraag.

  • 2. Het college kan de termijn van twaalf weken met vier weken verlengen. Bij verlenging wordt uiterlijk twee weken voor het einde van de termijn van twaalf weken hiervan door het college schriftelijk mededeling gedaan aan het schoolbestuur. Hierbij geeft het college de reden voor de verlenging aan.

  • 3. Het college stelt binnen twee weken na de datum van de beschikking op de aanvraag het schoolbestuur hiervan schriftelijk in kennis.

Artikel 8 Weigeringsgronden

Het college weigert de voorziening in ieder geval indien:

  • a.

    de gewenste voorziening geen voorziening is in de zin van deze verordening;

  • b.

    niet is voldaan aan één van de toekenningscriteria;

  • c.

    door verstrekking van de subsidie het subsidieplafond zou worden overschreden.

Paragraaf 2.2 Aanvraag aanvullende voorzieningen; weigeringsgronden

Artikel 9 Indiening aanvraag

  • 1. Het schoolbestuur dat een aanvullende voorziening wenst, dient een aanvraag in bij het college.

  • 2. Op de aanvraag is artikel 6, tweede en derde lid, van toepassing.

Artikel 10 Beslissingstermijn

Het college besluit binnen vier weken na ontvangst van de aanvraag of binnen vier weken na de verstrekking van de aanvullende gegevens. Binnen twee weken na de datum van de beschikking stelt het college het schoolbestuur hiervan schriftelijk in kennis.

Artikel 11 Weigeringsgronden

Het college weigert de aanvullende voorziening in ieder geval indien:

  • a.

    de gevraagde voorziening geen aanvullende voorziening zoals bedoeld in artikel 3 is;

  • b.

    niet is voldaan aan een van de toekenningscriteria.

Paragraaf 2.3 Toekenning; uitvoering beschikking subsidieverlening) intrekking of wijziging; verbod vervreemding

Artikel 12 Inhoud beschikking tot toekenning; betaling

  • 1. De beschikking van het college tot toekenning van een voorziening of een aanvullende voorziening kan inhouden:

    • a.

      feitelijke beschikbaarstelling van de voorziening; of

    • b.

      een subsidieverlening; of

    • c.

      een subsidievaststelling.

  • 2. De beschikking bevat:

    • a.

      het tijdvak en het doel waarvoor de voorziening is toegekend;

    • b.

      de wijze waarop het schoolbestuur de voorziening dient uit te voeren.

  • 3. De beschikking tot subsidieverlening of subsidievaststelling bevat voorts:

    • a.

      het bedrag van de subsidie of indien de beschikking tot subsidieverlening het bedrag niet vermeldt, het bedrag waarop de subsidie ten hoogste wordt vastgesteld;

    • b.

      het bedrag van het voorschot of de wijze van vaststelling daarvan indien de beschikking tot subsidieverlening bepaalt dat het college een voorschot verleent;

    • c.

      voor zover van belang de wijze waarop rekening en verantwoording door het schoolbestuur wordt afgelegd aan het college;

    • d.

      de bepaling dat de wet van toepassing is en voor zover van belang welke afzonderlijke bepalingen of afwijkingen hierop van kracht zijn.

  • 4. De betaling van het subsidiebedrag vindt binnen zes weken na de subsidievaststelling plaats.

Artikel 13 Uitvoering beschikking tot subsidieverlening

  • 1. Na een beschikking tot subsidieverlening dient het schoolbestuur uiterlijk acht weken na afloop van het tijdvak waarvoor de voorziening is toegekend een aanvraag tot subsidievaststelling in. Het college stelt de subsidie ambtshalve vast indien de aanvraag achterwege blijft.

  • 2. Bij de aanvraag toont het schoolbestuur aan dat de aan de subsidieverlening verbonden verplichtingen als genoemd in artikel 12 zijn nagekomen.

  • 3. Indien het schoolbestuur niet of niet voldoende aantoont dat de verplichtingen zijn nagekomen, deelt het college dit schriftelijk mee aan het schoolbestuur. Hierbij geven zij aan op welke onderdelen het schoolbestuur aanvullende informatie moet verschaffen. Daarbij krijgt het schoolbestuur de gelegenheid om binnen drie weken na ontvangst van de mededeling de gevraagde informatie schriftelijk te verschaffen. Indien het schoolbestuur de gevraagde informatie niet binnen deze termijn verstrekt, stelt het college de subsidie ambtshalve vast.

Artikel 14 Subsidievaststelling volgend op verlening

  • 1. Het college beslist binnen acht weken na de indiening van de aanvraag als bedoeld in artikel 13 of binnen acht weken na de verstrekking van de aanvullende informatie. Binnen twee weken na de datum van de beschikking stelt het college het schoolbestuur hiervan schriftelijk in kennis.

  • 2. Het college betaalt het subsidiebedrag onder verrekening van de betaalde voorschotten, overeenkomstig de subsidievaststelling. De betaling vindt binnen zes weken na de subsidievaststelling plaats.

Artikel 15 Intrekken of wijzigen beschikking; terugvordering

Ten aanzien van het beleid tot intrekking, wijziging, stopzetting of verlaging van de afgegeven subsidiebeschikking dan wel terugvordering van gegeven subsidie is titel 4:2 van de Algemene wet bestuursrecht van toepassing.

Artikel 16 Intrekken of wijzigen beschikking tot subsidieverlening

  • 1. Zolang de subsidie niet is vastgesteld, kan het college een beschikking tot subsidieverlening intrekken of ten nadele van het schoolbestuur wijzigen, indien:

    • a.

      het schoolbestuur niet voldoet aan de in de beschikking gestelde verplichtingen;

    • b.

      de beschikking onjuist was en het schoolbestuur dit wist of behoorde te weten;

    • c.

      de voorziening niet of niet geheel heeft plaatsgevonden, of zal plaatsvinden;

    • d.

      het schoolbestuur onjuiste of onvolledige gegevens heeft verstrekt en de verstrekking van juiste of volledige gegevens tot een andere beschikking zou hebben geleid.

  • 2. De intrekking of wijziging werkt terug tot en met het tijdstip van toekenning van de voorziening, tenzij bij de intrekking of wijziging anders is bepaald.

Artikel 17 Verbod tot vervreemding

Vervreemding door het schoolbestuur van op basis van deze verordening toegekende voorzieningen, is niet toegestaan zonder toestemming van het college tenzij sprake is van een overdracht van voorzieningen aan een ander schoolbestuur als gevolg van samenvoeging van het betreffende schoolbestuur met een ander schoolbestuur.

HOOFDSTUK 3 Slotbepalingen

Artikel 18 Informatieverstrekking

Het schoolbestuur verstrekt op verzoek van het college nadere gegevens die noodzakelijk zijn voor de uitvoering van het bepaalde in deze verordening.

Artikel 19 Beslissing van het college in gevallen waarin de verordening niet voorziet

In gevallen, de uitvoering van de verordening betreffende, waarin deze verordening niet voorziet, beslist het college.

Artikel 20 Citeertitel; inwerkingtreding

  • 1. De verordening kan worden aangehaald als: Verordening materiële financiële gelijkstelling onderwijs gemeente Delfzijl.

  • 2. De verordening treedt in werking met ingang van 31 maart 2011.

Ondertekening

Delfzijl, 24 maart 2011

 

De raad voornoemd,

 

voorzitter.

(E.A. Groot)

 

griffier.

(O. Rijkens)

Bijlage 1 ”Voorzieningen ten behoeve van energiebesparing en binnenmilieu in scholen voor basisonderwijs (EBA-voorzieningen)”;

I Aanduiding van de voorziening

Het bevoegd gezag van een school kan een aanvraag indienen voor één of meer van de volgende voorzieningen gericht op energiebesparing of verbetering van het binnenmilieu:

 

 

Verbetermaatregel

1

Vervangen van enkel glas door HR glas

2

Isoleren van plat dak

3

Isoleren van hellend dak

4

Vervangen van een conventionele CV-ketel door HR-CV-ketel

5

Plaatsen van thermostatische radiatorkranen

6

Plaatsen van een mechanisch luchttoe- en afvoersysteem met WTW

7

Plaatsen van een (wand) CO2 indicator

8

Plaatsen van buitenzonwering op zonbelaste gevels

9

Vervangen van conventionele TL’s door HF spiegelarmaturen

10

Aanbrengen van daglichtafhankelijke (dim) regeling

II Indieningdatum

De aanvraag dient te worden ingediend binnen zes weken na bekendmaking van dit besluit op de wijze zoals voorgeschreven in artikel 140, vierde lid WPO en artikel 134, vierde lid WEC.

III Tijdvak waarvoor voorziening wordt toegekend

Deze bijlage is van toepassing voor de periode vanaf de bekendmaking van dit besluit tot 4 september 2011.

 

IV Toekenningcriteria op grond waarvan een schoolbestuur in aanmerking komt voor een voorziening

Voor alle voorzieningen gelden de volgende algemene toekenningcriteria:

  • 1.

    De scholen c.q. gevraagde voorzieningen dienen te voldoen aan de randvoorwaarden die gesteld worden in de Regeling verbetering binnenklimaat huisvesting primair onderwijs 2009 van 11 september 2009, Staatscourant 13525.

  • 2.

    De gevraagde voorzieningen moeten blijkens een als bijlage bij de aanvraag gevoegd Energie en Binnenmilieu Advies (EBA) dat voldoet aan de voorwaarden die daaraan gesteld zijn in de Regeling verbetering binnenklimaat huisvesting primair onderwijs 2009 van 11 september 2009, Staatscourant 13525 nodig of wenselijk zijn.

 

IVa Schoolsoort

De voorzieningen staan open voor scholen voor basisonderwijs en speciaal basisonderwijs.

 

IVb Voorziening staat niet open voor een nevenvestiging van een hoofdvestiging in een andere gemeente

Voor nevenvestigingen op het grondgebied van deze gemeente staat de voorziening open indien de hoofdvestiging van de school, gelegen in een andere gemeente, in die gemeente geen aanspraak kan maken op deze zelfde voorzieningen, onafhankelijk van de vraag of deze aanspraken ook daadwerkelijk worden gehonoreerd.

 

IVc Hoofdgebouw/ dislocatie/ nevenvestiging

De voorziening staat uitsluitend open voor (delen van) hoofdgebouwen, dislocaties en nevenvestigingen met een permanente bouwaard, waarvan de opleveringsdatum is gelegen vóór 31 december 2003. De voorziening staat niet open voor een nevenvestiging die niet is gelegen op het grondgebied van deze gemeente.

 

IVd Overige voorwaarden op basis waarvan het schoolbestuur in aanmerking komt voor een voorziening

  • -

    Door het indienen van een aanvraag verklaart het schoolbestuur de gevraagde eenheden van de gevraagde maatregelen daadwerkelijk te realiseren vóór 4 september 2011, ongeacht de    daadwerkelijke kosten van deze maatregelen.

  • -

    Door het indienen van de aanvraag verklaart het schoolbestuur alle inlichtingen te zullen verstrekken en in goed overleg met de gemeente alle handelingen te zullen verrichten die noodzakelijk zijn om realisatie op uiterlijk 4 september 2011 te bewerkstellingen.

 

V Wijze van toekenning met eventueel daarbij behorende berekeningseenheid

Zie overzicht “aanvullende criteria, co financieringsbronnen, bekostigingsplafonds en prioriteitscriteria”

VI Subsidieplafond

Zie overzicht “aanvullende criteria, co financieringsbronnen, bekostigingsplafonds en prioriteitscriteria”

VIa Voor deze voorziening wordt een subsidieplafond gehanteerd

Zie overzicht “aanvullende criteria, co financieringsbronnen, bekostigingsplafonds en prioriteitscriteria”

VIb Verdelingsregels

Zie overzicht “aanvullende criteria, co financieringsbronnen, bekostigingsplafonds en prioriteitscriteria”

 

Het overzicht met aanvullende criteria waarnaar hierboven wordt verwezen maakt een integraal onderdeel uit van deze aanvullende voorziening.

Overzicht aanvullende criteria, cofinancieringsbronnen, bekostigingsplafond en prioriteitscriteria

 

De staatssecretaris van onderwijs en wetenschap heeft op 16 juni 2010 een beschikking afgegeven op de subsidieaanvraag voor het verbeteren van het binnenklimaat van schoolgebouwen. Het gaat hier om een bedrag van

€ 148.477,00. Dit is de maximale toekenning op grond van de subsidieregeling, gebaseerd op het totaalbedrag van de berekende projectkosten ad € 242.128,00. Voor dit bedrag kunnen 8 scholen worden aangepakt (zie onderstaand overzicht). Er geldt een verplichting dat 40% van de projectkosten via cofinanciering wordt bekostigd, hetgeen neerkomt op een bedrag van € 93.651,00. Met de schoolbesturen is overeengekomen dat zij in totaal € 32.345,00 bijdragen in de kosten. Er resteert voor de gemeente derhalve een investering van € 61.306,00. De bijdrage van zowel gemeente als rijk zullen bij voorschot aan de schoolbesturen worden uitbetaald.

 

Gespecificeerd overzicht:       

In het onderstaande staatje geven we een overzicht van de scholen die voor subsidie in aanmerking zijn gebracht:

 

School:

projectkosten

  rijksbijdrage(60%)      

bijdrage gemeente

bijdrage schoolbestuur

Rkbs Sterre der Zee

30.841

18.905 

3.075 

8.861   

Gbs Het Baken

20.662

12.797 

7.127

738

Cbs Rengersborg

23.600 

14.560

1.558 

7.482

Cbs De Blinke

35.790

21.874  

10.489 

3.427

Cbs De Zaaier 

56.058  

34.035

18.521 

3.502

Obs Tasveld

36.520

22.312

10.889    

3.319

Obs De Munte

12.727 

8.036 

2.482 

2.209

Obs Hiliglo 

25.930

15.958

7.165

2.807

Totaal

€ 242.128 

€ 148.477

€ 61.306

€ 32.345 

Delfzijl, 24 maart 2011

 

De raad voornoemd,

 

voorzitter.

(E.A. Groot)

 

griffier.

(O. Rijkens)