Regeling vervallen per 27-09-2019

Besluit van Gedeputeerde Staten van de provincie Flevoland tot Openstelling POP3 maatregel Niet-productieve investeringen voor biodiversiteit, natuur en landschap, juni 2019 (Niet-productieve investeringen voor biodiversiteit juni 2019)

Geldend van 28-12-2019 t/m 26-09-2019 met terugwerkende kracht vanaf 26-06-2019

Intitulé

Besluit van Gedeputeerde Staten van de provincie Flevoland tot Openstelling POP3 maatregel Niet-productieve investeringen voor biodiversiteit, natuur en landschap, juni 2019 (Niet-productieve investeringen voor biodiversiteit juni 2019)

Gedeputeerde Staten van Flevoland, gelet op artikel 1.3 en hoofdstuk 2, paragraaf 5 van de Subsidieverordening POP3 Flevoland 2014-2020;

Overwegende dat:

  • -

    Biodiversiteit op alle niveaus en in alle processen binnen een landbouwbedrijf een belangrijke rol speelt: de bodem, het gewas, het dier en de omgeving;

  • -

    Versterking van biodiversiteit veel oplevert voor de agrarische sector: een efficiëntere benutting van input, weerbaardere productiefactoren, een stabielere productie, een evenwichtiger bedrijfssysteem, en een gevarieerd landschap;

  • -

    Het wenselijk is dat partijen kunnen investeren voor biodiversiteit, natuur en landschap in Flevoland;

  • -

    het voor het behoud van de biodiversiteit in de provincie Flevoland van belang is om natuurgebieden te versterken en uitwisseling tussen populaties in (natuur)gebieden te verbeteren;

Besluiten het volgende vast te stellen:

Artikel 1 Definities:

In dit besluit wordt verstaan onder:

  • 1)

    Subsidieverordening: Subsidieverordening POP3 Flevoland;

  • 2)

    Versterking habitats: investeringen in versterking van natuurgebieden;

  • 3)

    ontsnipperingsmaatregelen; het realiseren van zowel droge als natte faunapassages;

  • 4)

    niet-productieve investering: investering die niet leidt tot een aanzienlijke stijging van de waarde of rentabiliteit van het ( Landbouwbedrijf of een andere onderneming.

  • 5)

    vigerend beleid: met het vigerende beleid worden de volgende beleidsdocumenten bedoeld

    • a.

      Ontwikkelvisie Nationaal Park NieuwLand;

    • b.

      Flevoland verrassend groen (natuurvisie);

    • c.

      Beheerplan Natura 2000 Oostvaardersplassen;

    • d.

      Beheerplan Natura 2000 Lepelaarplassen;

    • e.

      Visbeleid waterschap Zuiderzeeland;

Artikel 2. Subsidiabele activiteiten

  • 1) Subsidie kan worden verstrekt voor niet productieve investeringen voor herstel- of inrichtingsmaatregelen voor natuur, landschap, biodiversiteit.

  • 2) Voor wat betreft niet productieve investeringen voor herstel en inrichting van natuur, landschap, biodiversiteit, kan subsidie worden verstrekt voor maatregelen die gericht zijn op het ontsnipperen en versterken van de in bijlage 1 genoemde geografische gebieden, zoals genoemd in het vigerende natuurbeleid van Flevoland benoemd onder artikel 1.

Artikel 3. Geografisch selectiecriterium

  • 1) Aanvragen voor subsidie worden beoordeeld op basis van een geografisch selectiecriterium, op basis van de subsidieverordening artikel 2.5.5. Rangschikking vindt plaats op basis van artikel 1.15c van de subsidieverordening.

    De activiteiten dienen plaats te vinden in de gebieden die zijn begrensd zoals is weergegeven op de kaart in bijlage 1 van deze openstelling.

  • 2) Op basis van het vigerend beleid zoals genoemd in artikel 1, lid 5, is een prioritering van de geografische gebieden benoemd. In volgorde van prioriteit gaat het om de volgende gebieden:

    • 1.

      Oostvaardersplassen (hoogste prioriteit);

    • 2.

      Lepelaarsplassen;

    • 3.

      Overige natuurgebieden;

  • De locaties zijn genummerd weergegeven op de kaart in bijlage 1.

  • 3) Als twee of meer aanvragen een gelijke prioriteit hebben gekregen en het subsidieplafond wordt met de totale som van de projecten overschreden, dan wordt de rangschikking bepaald door loting.

Artikel 4. Openstellingsperiode en wijze van indiening

  • 1) Open te stellen hoofdstuk 2, maatregel §5 'Niet-productieve investeringen voor biodiversiteit, natuur, landschap en hydrologische maatregelen PAS' van de Subsidieverordening POP3 Flevoland 2014-2020, voor de periode van maandag 1 juli 2019 09:00 uur tot en met vrijdag 27 september 2019 17:00 uur voor het indienen van aanvragen.

  • 2) Een aanvraag voor subsidie kan worden ingediend bij Gedeputeerde Staten via het web-portaal van RVO.nl.

Artikel 5. Begunstigde

Subsidie kan worden verstrekt aan:

  • a.

    landbouwers;

  • b.

    grondeigenaren;

  • c.

    grondgebruikers;

  • d.

    landbouworganisaties;

  • e.

    natuur- en landschapsorganisaties;

  • f.

    provincies;

  • g.

    waterschappen;

  • h.

    gemeenten;

  • i.

    samenwerkingsverbanden van bovenstaande partijen.

Artikel 6. Subsidieplafond

Het subsidieplafond voor de in artikel 4 genoemde openstellingsperiode bedraagt € 1.209.515,- bestaande voor 50% uit ELFPO middelen en 50% uit provinciale cofinanciering.

Artikel 7. Hoogte subsidie

De subsidie bedraagt 100% van de subsidiabele kosten. Geen subsidie wordt verleend indien de na de beoordeling berekende subsidie lager is dan € 250.000,-.

Artikel 8. Subsidiabele kosten

  • 1) Subsidiabele kosten kunnen slechts bestaan uit de volgende kostentypen:

    • a)

      personeelskosten voor zover zij zijn berekend overeenkomstig artikel 1.9 van de subsidieverordening;

    • b)

      kosten derden: kosten waarvoor een factuur of document met gelijkwaardige bewijskracht kan worden overgelegd.

  • 2) Subsidie wordt verstrekt voor de volgende kosten, voor zover de kosten direct samenhangen met de investering:

    • a)

      de kosten van de bouw of verbetering van onroerende zaken:

    • b)

      de kosten van verwerving of leasing van onroerende zaken;

    • c)

      de kosten van aankoop van grond;

    • d)

      de kosten van de koop of huurkoop van nieuwe machines en installaties tot maximaal de marktwaarde van de activa;

    • e)

      de kosten van projectmanagement en projectadministratie;

    • f)

      algemene kosten als bedoeld in artikel 1.12a;

    • g)

      voorbereidingskosten.

  • 3) De algemene kosten zoals bedoelt onder artikel 1.12a kunnen uitsluitend bestaan uit:

    • a)

      kosten van architecten, ingenieurs en adviseurs;

    • b)

      kosten van adviezen over duurzaamheid op milieu en economisch gebied;

    • c)

      kosten van haalbaarheidsstudies;

  • 4) Kosten zijn slechts subsidiabel indien zij gemaakt zijn nadat de aanvraag om subsidie is ingediend.

  • 5) In afwijking van lid 3 komen voorbereidingskosten ook voor subsidie in aanmerking indien zij gemaakt zijn binnen één jaar voordat de aanvraag om subsidie is ingediend.

Artikel 9. Subsidievereisten

  • 1) Bij het indienen van de subsidieaanvraag dienen de volgende documenten te worden aangeleverd:

    • a)

      een projectplan conform format zoals gepubliceerd op de website www.flevoland.nl/POP3;

    • b)

      een kaart met de locatie van het project;

    • c)

      een begroting van de kosten van het project;

    • d)

      een toelichting op de begroting;

    • e)

      een sluitend financieringsplan van de kosten van de activiteit, met inbegrip van een opgave van subsidies of vergoedingen die voor dezelfde activiteiten bij andere bestuursorganen, private organisaties of personen zijn aangevraagd, onder vermelding van de stand van zaken daarvan;

    • f)

      een verkenning of de investering mogelijke negatieve omgevingseffecten heeft.

  • 2) Een subsidieaanvraag wordt ingediend bij Gedeputeerde Staten door middel van een daarvoor ontwikkeld web-portal welke bereikbaar is via RVO.nl

Artikel 10. Uitvoeringstermijn

Het project dient uiterlijk 31 december 2022 te zijn afgerond. Een definitieve eindafrekening dient uiterlijk 1 april 2023 te zijn ingediend.

Artikel 11. Weigeringsgronden

Onverminderd het bepaalde in artikel 1.8 van de subsidieverordening wordt subsidie geheel of gedeeltelijk geweigerd indien:

  • 1.

    Niet wordt voldaan aan het geografisch selectiecriterium zoals genoemd in artikel 3;

  • 2.

    De investering betrekking heeft op een productieve investering. Mocht in de aanvraag ook niet productieve investeringen opgenomen zijn, dan is alleen dat deel subsidiabel;

  • 3.

    Indien de kosten voor begeleiding van het project, die aan te merken zijn als kosten genoemd in artikel 8 onder lid 1. e en f en lid 2 a, b en c meer dan 40% van de totale subsidiabele kosten bedragen.

Artikel 12. Inwerkingtreding

Dit besluit treedt in werking met ingang van de dag na de datum van uitgifte van het Provinciaal Blad waarin hij wordt geplaatst.

Artikel 13. Citeertitel

Dit besluit wordt aangehaald als: Niet-productieve investeringen voor biodiversiteit juni 2019.

Ondertekening

Aldus vastgesteld in de vergadering van Gedeputeerde Staten van provincie Flevoland van

18 juni 2019.

Gedeputeerde Staten van Flevoland,

de secretaris, de voorzitter,

De secretaris van Gedeputeerde Staten van Flevoland 

BIJLAGE 1: Geografisch gebied

afbeelding binnen de regeling

TOELICHTING

Doel en geografisch selectiecriterium

Doel van deze derde openstelling is versterking van biodiversiteit, natuur en landschap. Daarbij ligt de nadruk op zowel versterking van de habitats als de verbindingen tussen de (natuur)gebieden.

Voor niet-productieve investeringen in biodiversiteit is in het Plattelandsontwikkelings-comité van 25 mei 2016 door de Europese Commissie gesuggereerd om te werken met een geografisch selectiecriterium. Het is aannemelijk dat indien een gebied problemen kent op het gebied van biodiversiteit, elke activiteit die past binnen vigerend beleid zal bijdragen aan vermindering van het probleem. In dit geval is in de openstelling bepaald dat alleen maatregelen in de specifiek genoemde probleemgebieden en maatregelen in het gebied dat van directe invloed is op het vergroten van de biodiversiteit binnen het probleemgebied voor subsidie in aanmerking komt.

De provincie Flevoland heeft diverse beleidsuitgangspunten geformuleerd met betrekking tot versterking van biodiversiteit, natuur en landschap die als kader dienen voor de investeringen binnen de specifiek benoemde geografische gebieden.

1) Ontwikkelvisie Nationaal Park Nieuwland

Nationaal Park Nieuw Land bestaat uit de Oostvaardersplassen, Lepelaarplassen, Marker Wadden en het Markermeer. De gebieden vormen samen het jongste Nationaal Park van Nederland op de bodem van de voormalige Zuiderzee. Het gebied van 29.000 hectare zou nooit hebben bestaan zonder de inpoldering van Flevoland.

De ontwikkelingen in Nationaal Park Nieuw Land dragen bij aan het creëren van een evenwichtig ecosysteem. De Oostvaardersplassen worden beter verbonden met de Lepelaarplassen en het Markermeer. Er komen meer eilanden, ondieptes, slenken en natte graslanden. Hierdoor wordt het voor de vogels makkelijker om in het ene gebied te foerageren en in het andere te rusten of te broeden.

2) Flevoland verrassend groen (natuurvisie)

In de Natuurvisie Flevoland verrassend groen is het volgende aangegeven:

Flevoland is een waterrijke provincie met hoge natuurkwaliteit. De grote wateren en randmeren zijn belangrijke pleisterplaatsen voor watervogels op hun internationale trekrouters. Regelmatig zijn hier duizenden vogels te vinden. Binnendijks versterken de aangrenzende moerasgebieden deze kwaliteit.

De Oostvaardersplassen en Lepelaarplassen, gelegen langs het Markermeer, zijn internationaal waardevolle wetlands. Zij maken onderdeel uit van het Natura 2000-netwerk. Het bestaande Natuurnetwerk vormt het fundament voor behoud van de (internationale) natuurwaarden. Wij willen het bestaande Natuurnetwerk als fundament voor de natuurkwaliteit blijven beschermen en gericht versterken. Speerpunten zijn: natte natuur, gevarieerde bosgebieden, goede verbindingen, overgangen tussen water en land en een duurzaam (natuur)beheer. Voor de Oostvaardersplassen en Lepelaarplassen zijn beheerplannen Natura 2000 opgesteld.

3) Beheerplan Oostvaardersplassen

In het beheerplan Oostvaardersplassen zijn de volgende knelpunten gesignaleerd: onvoldoende connectiviteit van wateren binnen en buiten het gebied, het ontbreken van (ondiepe) poelen en onbegraasde eilandjes. In het grazig deel wordt, om dit te verbeteren al een aantal maatregelen getroffen. Het aanleggen van vispassages zorgt voor een betere verbinding tussen de wateren binnen en buiten het gebied. De daaraan gekoppelde natte graslanden zijn perfect opgroei- en paaigebied voor vis. Daarnaast is het van belang om de foerageermogelijkheden (op onder andere stekelbaars) voor lepelaars en reigers te vergroten, door bijvoorbeeld het graven van poelen. Door de fourageer mogelijkheden binnen het gebied te vergroten, zal er minder overlast plaatsvinden in de aanliggende landbouw gebieden. Door vergroten van het aantal soorten, hoeveelheid en verscheidenheid in vissen is de verwachting dat dit een aantrekkende werking heeft voor andere dieren en planten. Hierdoor zal de biodiversiteit toenemen, wat op haar beurt een positieve invloed heeft op de algemene waterkwaliteit, waarvan de agrarische sector profiteert.

4) Beheerplan Lepelaarplassen

In het beheerplan Lepelaarplassen is gesignaleerd dat er mogelijk in het gebied en in de omgeving onvoldoende foerageermogelijkheden zijn voor de broedende lepelaar. Vooralsnog worden hier geen specifieke beheermaatregelen voor uitgevoerd. Het verbeteren van de visintrek binnen dit gebied kan een bijdrage leveren aan het verminderen van dit probleem.

5) Visbeleid waterschap Zuiderzeeland

In 2014 heeft het waterschap visbeleid vastgesteld. Dit beleid gaat over onder andere wie mag vissen (visrechten) en er staan afspraken in over de visstand en visserijbeheer, visuitzet en het binnenlaten van vis (vismigratie). Flevoland is door de mens gemaakt en ontworpen. Stuwen, dammen en gemalen houden het waterpeil in het gebied goed, maar zorgen er ook voor dat bestaande leefgebieden voor vis versnipperd raken of dat geschikte leefgebieden voor vis onbereikbaar worden. Het waterschap wil vismigratie stimuleren zodat vissen overal makkelijk naartoe kunnen. Door knelpunten op te heffen, wordt het leefgebied van vissen vergroot en kan de visstand zich beter ontwikkelen. Het aanleggen van vispassages is 1 van de mogelijkheden waarop dit gerealiseerd kan worden.

Beleidsprioritering

Voor provincie Flevoland heeft Natura 2000 de hoogste prioriteit. Het gaat hierbij om internationale natuurwaarden. Waarbij maatregelen in de Oostvaardersplassen nog zwaarder belang hebben, vanwege de genoemde maatregelen in het beheerplan Natura 2000. Deze maatregelen (poelen en vispassages) moeten uitgevoerd worden.

Samenvattend is de prioritering:

  • 1.

    Oostvaardersplassen,

  • 2.

    Lepelaarplassen,

  • 3.

    Overige gebieden binnen de contouren van het Binnendijkse deel Nationaal Park NieuwLand

Omschrijving maatregelen Niet-productieve investeringen voor herstel- of inrichtingsmaatregelen voor biodiversiteit 2019.

Toelichting per geografische gebied:

  • 1)

    Maatregelen Oostvaardersplassen:

    Vispassages zorgen voor een betere verbinding voor vissen zowel met de wateren buiten het Natura 2000 gebied als binnen het gebied. Dit is van belang om de foerageermogelijkheden voor met name lepelaars en reigers te vergroten. De aanleg van vispassages is bedoeld voor de intrek van meerjarige, oudere en grotere stekelbaarzen in het voorjaar, waardoor poelen en plassen (ook) in het broedseizoen voldoende voedsel bevatten voor de lepelaars en reigers. De vogels worden hierdoor minder afhankelijk van foerageergebieden in agrarisch gebied buiten de Oostvaardersplassen.

    Poelen kunnen op kleine schaal bijdragen aan het oplossen van het voedselprobleem van de lepelaars. Andere waadvogels kunnen er van meeprofiteren. Plaatselijk kunnen diepere plekken worden gecreëerd, zodat vissen kunnen overwinteren. Solitaire poelen met weinig of geen vis kunnen leiden tot een grotere rijkdom aan (larven van) libellen en groene kikkers: ook weer potentiële prooien voor dodaars, zilverreigers en lepelaar. De visroute loopt zoveel mogelijk via poelen, diep en ondiep, naar de ‘grote poel in de waterlanden’, bij de observatiehut De Zeearend. Vissen hebben zo de mogelijkheid om verschillende poelen aan te doen.

  • 2)

    Lepelaarsplassen

    Het verbeteren van de visintrek binnen dit gebied kan een bijdrage leveren aan het tekort aan fourageer mogelijkheden. Investeringen die hierop gericht zijn, zoals het aanleggen van vispassages/ het aanleggen van poelen en overige maatregels die hieraan bijdrage en de biodiversiteit in het gebied vergroten, worden vanuit het beleid aangemerkt als wenselijke ingrepen en komen voor subsidie in aanmerking.

  • 3)

    Overige gebieden binnen de contouren van het Binnendijkse deel Nationaal Park NieuwLand

    Binnen de contour van het Nationaal Park zijn er verschillende andere mogelijkheden om de biodiversiteit te versterken en verbindingen te leggen, ook met het watersysteem van het agrarisch gebied. Aanvragers kunnen hier passende projecten voor indienen.

Directe link met de landbouw

Subsidieaanvragen die onder het POP3 worden ingediend, dienen een directe link met de landbouw te hebben. In het geval van deze openstelling is die link gegarandeerd wanneer een projectplan bijdraagt aan de doelen en het geografisch selectiecriterium.

Immers, landbouw is afhankelijk van goede biodiversiteit en milieuomstandigheden. Een robuust ecosysteem c.q. biodiversiteit heeft een positieve invloed op de landbouw in de omringende gebieden. Daarmee sluiten we aan op de uitgangspunten van het Europese landbouwbeleid voor de verduurzaming en vergroening van de sector, waarmee ook versteviging van biodiversiteit wordt beoogd.