Regeling vervallen per 01-01-2020

VERORDENING LIJKBEZORGINGSRECHTEN GEMEENTE GELDERMALSEN 2018

Geldend van 28-12-2017 t/m 31-12-2019

Intitulé

VERORDENING LIJKBEZORGINGSRECHTEN GEMEENTE GELDERMALSEN 2018

De raad van de gemeente Geldermalsen;

gelezen het voorstel van het college van burgemeester en wethouders van 14 november 2017, nummer 009;

gelet op artikel 229, eerste lid, aanhef en onderdelen a en b, van de Gemeentewet;

besluit:

vast te stellen de:

VERORDENING op de heffing en de invordering van lijkbezorgingsrechten gemeente Geldermalsen 2018.

Artikel 1 Begripsomschrijvingen

Voor de toepassing van deze verordening wordt verstaan onder:

  • a.

    algemeen graf: een graf, algemeen kindergraf, algemeen urnengraf en algemene urnennis daaronder begrepen, bij de gemeente in beheer waarin aan een ieder gelegenheid wordt geboden tot het doen begraven van lijken;

  • b.

    algemeen kindergraf: een graf bij de gemeente in beheer waarin aan een ieder gelegenheid wordt geboden tot het doen begraven van lijken van levenloos geboren kinderen, alsmede van kinderen tot 12 jaar;

  • c.

    algemeen urnengraf: een graf bij de gemeente in beheer waarin aan een ieder gelegenheid wordt geboden tot het doen plaatsen van asbussen met of zonder urn, bevattende de as van de overledenen;

  • d.

    algemene urnennis: een nis bij de gemeente in beheer waarin aan een ieder gelegenheid wordt geboden tot het doen plaatsen van een asbus met of zonder urn, bevattende de as van de overledene;

  • e.

    asbus: een bus ter berging van as van een overledene;

  • f.

    begraafplaatsen: de gemeentelijke begraaf¬plaatsen zoals bedoeld in de “Beheersverordening Gemeentelijke Begraafplaatsen Geldermalsen”;

  • g.

    bijzondere begraafplaats: bijzondere begraafplaats zoals bedoeld in de Wet op de lijkbezorging en dus niet behorend tot onderdeel f;

  • h.

    grafbedekking: gedenkteken en/of grafbeplanting op een graf, of gedenkplaats;

  • i.

    i. grafrecht: het uitsluitend recht op begraven en begraven houden in een particulier graf, particuliere grafkelder, particulier kindergraf of recht tot doen plaatsen en geplaatst houden in een particulier urnengraf of particuliere urnennis van asbussen met of zonder urn, bevattende de as van de overledene(n);

  • j.

    groenraam: een raamwerk rond de grafopening die het zicht op het gedolven graf tijdens de plechtigheid onttrekt;

  • k.

    particulier graf: een particulier volwassen graf, particuliere grafkelder, particulier kindergraf, particulier urnengraf en particuliere urnennis daaronder begrepen, waarvoor aan een natuurlijk persoon of rechtspersoon grafrecht is verleend;

  • l.

    parcticulier volwassengraf : een graf waarvoor aan een natuurlijk persoon of rechtspersoon een grafrecht is verleend tot het begraven en begraven houden van lijken van natuurlijke personen, die niet begraven worden in een particulier kindergraf;

  • m.

    particulier keldergraf: een betonnen of gemetselde ruimte, waarvoor aan een natuurlijk persoon of rechtspersoon grafrecht is verleend;

  • n.

    particulier kindergraf: een graf, waarvoor aan een natuurlijk persoon of rechtspersoon grafrecht is verleend tot:

    • -

      het doen begraven en begraven houden van lijken van levenloos geboren kinderen, alsmede kinderen tot 12 jaar;

    • -

      het doen plaatsen en geplaatst houden van asbussen met of zonder urn van levenloos geboren kinderen, alsmede van kinderen tot 12 jaar;

  • o.

    particulier urnengraf: een graf waarvoor aan een natuurlijk persoon of rechtspersoon grafrecht is verleend tot het doen plaatsen en geplaatst houden van asbussen met of zonder urn, bevattende de as van de overledenen;

  • p.

    particuliere urnennis: een nis waarvoor aan een natuurlijk persoon of rechtspersoon grafrecht recht is verleend tot het daarin doen plaatsen en geplaatst houden van een asbus met of zonder urn, bevattende de as van de overledene;

  • q.

    urn: een siervoorwerp ter berging van een asbus;

  • r.

    rechthebbende: een natuurlijk persoon of een rechtspersoon die het uitsluitend recht heeft verkregen tot het doen begraven of het doen bijzetten in een particulier graf;

  • s.

    belanghebbende: een natuurlijk persoon of een rechtspersoon aan wie een recht tot gebruik van een ruimte in een algemeen graf of een algemeen urnengraf is verleend, dan wel degene die redelijkerwijs geacht kan worden in diens plaats te zijn getreden.

Artikel 2 Belastbaar feit

Op basis van deze verordening worden rechten geheven voor het gebruik van de begraafplaatsen, en voor het door de gemeente verlenen van diensten in verband met de begraafplaatsen.

Artikel 3 Belastingplicht

De rechten worden geheven van degene op wiens aanvraag dan wel ten behoeve van wie de dienst wordt verricht of van degene die van de bezittingen, werken of inrichtingen gebruik maakt.

Artikel 4 Vrijstellingen

De rechten worden niet geheven voor het op rechterlijk gezag lichten en weer in hetzelfde graf begraven van een lijk.

Artikel 5 Maatstaf van heffing en belastingtarief

  • 1. De rechten worden geheven naar de maatstaven en tarieven, opgenomen in de bij deze verordening behorende tarieventabel.

  • 2. Voor de berekening van de rechten wordt een gedeelte van een in de tarieventabel genoemde eenheid als een volle eenheid aangemerkt.

Artikel 6 Belastingtijdvak

  • 1. Met betrekking tot de rechten die per jaar worden geheven is het belastingtijdvak gelijk aan het kalenderjaar.

  • 2. Met betrekking tot de rechten genoemd in hoofdstuk 4.5 van de tarieventabel is het belastingtijdvak gelijk aan de periode waarvoor is afgekocht.

  • 3. Met betrekking tot de rechten genoemd in hoofdstuk 1 van de tarieventabel is het belastingtijdvak gelijk aan de periode waarvoor de rechten zijn verleend.

Artikel 7 Wijze van heffing

  • 1. De onderhoudsrechten, bedoeld in hoofdstuk 4.2 en 4.3 van de tarieventabel, worden geheven bij wege van aanslag.

  • 2. Andere rechten als die bedoeld in hoofdstuk 4.2 en 4.3 van de tarieventabel worden geheven door middel van een gedagtekende schriftelijke kennisgeving waarop het gevorderde bedrag is vermeld. Het gevorderde bedrag wordt door toezending of uitreiking van de schriftelijke kennisgeving aan de belastingschuldige bekend gemaakt.

Artikel 8 Ontstaan van de belastingschuld en heffing naar tijdsgelang voor de jaarlijkse verschuldigde rechten

  • 1. De onderhoudsrechten, als bedoeld in hoofdstuk 4.2 en 4.3 van de tarieventabel zijn verschuldigd bij de aanvang van het belastingtijdvak.

  • 2. Indien de belastingplicht in de loop van het belastingtijdvak aanvangt zijn de rechten als bedoeld in hoofdstuk 4.2 en 4.3 van de tarieventabel verschuldigd voor zoveel twaalfde gedeelten van het voor dat jaar verschuldigde recht als er in dat jaar, na het tijdstip van de aanvang van de belastingplicht, nog volle kalendermaanden overblijven.

  • 3. Indien de belastingplicht in de loop van het belastingjaar eindigt, bestaat aanspraak op ontheffing voor de rechten als bedoeld in hoofdstuk 4.2 en 4.3 van de tarieventabel voor zoveel twaalfde gedeelten van het voor dat jaar verschuldigde recht als er in dat jaar, na het tijdstip van de beëindiging van de belastingplicht, nog volle kalendermaanden overblijven.

Artikel 9 Ontstaan van de belastingschuld voor de overige rechten

Andere rechten als die bedoeld in hoofdstuk 4.2 en 4.3 van de tarieventabel zijn verschuldigd bij verlening van het recht, danwel in de andere gevallen, bij de aanvang van de dienstverlening of bij de aanvang van het gebruik van de bezittingen, werken of inrichtingen.

Artikel 10 Termijnen van betaling

  • 1. In afwijking van artikel 9, eerste lid, van de Invorderingswet 1990 moeten de aanslagen/gevorderde bedragen worden betaald in drie gelijke termijnen, waarvan eerste vervalt een maand na de dagtekening van de aanslag/ schriftelijke kennisgeving en elk van de volgende termijnen telkens een maand later.

  • 2. In afwijking van het eerste lid geldt, ingeval het totaalbedrag van de op één aanslag/schriftelijke kennisgeving verenigde aanslagen/gevorderde bedragen € 150,-- of minder is, dat de aanslagen/gevorderde bedragen moeten worden betaald binnen twee maanden na de dagtekening van de aanslag/schriftelijke kennisgeving.

  • 3. De Algemene termijnenwet is niet van toepassing op de in het eerste en tweede lid gestelde termijnen.

Artikel 11 Kwijtschelding

Bij de invordering van de lijkbezorgingsrechten wordt geen kwijtschelding verleend.

Artikel 12 Nadere regels door het college van burgemeester en wethouders

Het college van burgemeester en wethouders kan nadere regels geven met betrekking tot de heffing en invordering van de rechten.

Artikel 13 Overgangsrecht

De "Verordening lijkbezorgingsrechten gemeente Geldermalsen 2017" van 20 december 2016, nummer 08D, wordt ingetrokken met ingang van de in artikel 14, tweede lid, genoemde datum van ingang van de heffing, met dien verstande dat zij van toepassing blijft op belastbare feiten die zich voor die datum hebben voorgedaan.

Artikel 14 Inwerkingtreding

  • 1. Deze verordening treedt in werking met ingang van de eerste dag na die van de bekendmaking.

  • 2. De datum van ingang van de heffing is 1 januari 2018.

Artikel 15 Citeertitel

Deze verordening kan worden aangehaald als de "Verordening lijkbezorgingsrechten gemeente Geldermalsen 2018".

Ondertekening

Aldus vastgesteld in de openbare raadsvergadering
van 19 december 2017, nummer 11D,
de griffier, de voorzitter,

Bijlage 1 TARIEVENTABEL

Bijlage