Regeling vervallen per 08-09-2023

Uitvoeringsbesluit graven, asbezorging, gedenkplaatsen en grafbedekkingen 2020

Geldend van 01-12-2020 t/m 07-09-2023

Intitulé

Uitvoeringsbesluit graven, asbezorging, gedenkplaatsen en grafbedekkingen 2020

Het college van burgemeester en wethouders van Grave,

gelet op de beheerverordening gemeentelijke begraafplaatsen Grave 2020;

besluit:

vast te stellen de volgende nadere regels voor openstelling, graven, asbezorging, grafbedekkingen en gedenkplaatsen.

Artikel 1. Begripsbepalingen

Deze nadere regels verstaan onder:

  • a. graf: een zandgraf of grafkelder;

  • b. grafkelder: een betonnen of gemetselde constructie waarin een of meerdere overledenen worden begraven of asbussen worden bijgezet; grafkelders kunnen onderdeel zijn van een bovengrondse muur of wand;

  • c. asbus: een bus ter berging van as van een overledene;

  • d. urn: een voorwerp ter berging van een of meer asbussen;

  • e. particulier graf: een graf waarvoor aan een natuurlijk persoon of rechtspersoon het uitsluitend recht is verleend tot:

    • 1.

      het doen begraven en begraven houden van overledenen;

    • 2.

      het doen bijzetten en bijgezet houden van asbussen met of zonder urnen;

    • 3.

      het doen verstrooien van as;

  • f. particulier urnengraf: een graf waarvoor aan een natuurlijk persoon of rechtspersoon het uitsluitend recht is verleend tot:

    • 1.

      het doen bijzetten en bijgezet houden van asbussen met of zonder urnen;

    • 2.

      het doen verstrooien van as;

  • g. particuliere urnennis: een nis waarvoor aan een natuurlijk persoon of rechtspersoon het uitsluitend recht is verleend tot het doen bijzetten en bijgezet houden van asbussen met of zonder urnen;

  • h. particuliere gedenkplaats: een plaats waarvoor aan een natuurlijk persoon of rechtspersoon het uitsluitend recht is verleend voor het plaatsen van een monument om overledenen te gedenken;

  • i. urnentuin: een gedeelte van de begraafplaats bestemd tot het doen bijzetten en bijgezet houden van asbussen in een particulier urnengraf;

  • j. particuliere gedenkplaats: een plaats waarvoor aan een natuurlijk persoon of rechtspersoon het uitsluitend recht is verleend voor het plaatsen van een monument om overledenen te gedenken;

  • k. verstrooiingsplaats: een plaats op de begraafplaats waar as wordt verstrooid;

  • l. grafbedekking: gedenkteken, belettering of grafbeplanting op een graf, op een urnengraf, op een urnennis of op een gedenkplaats;

  • m. gedenkteken: steen, zerk of ander monument, daaronder begrepen kettingen en hekwerken;

  • n. grafbeplanting: winterharde beplanting;

  • o. verstrooiingsplaats: een gedeelte op de begraafplaats aangewezen voor het verstrooien van as;

  • p. beheerder: ambtenaar die belast is met de dagelijkse leiding van de begraafplaats of degene die  hem vervangt;

  • q. rechthebbende: natuurlijk persoon of rechtspersoon aan wie een uitsluitend recht is verleend op een particulier graf, een particulier kindergraf, een particulier urnengraf, een particuliere urnennis of een particuliere gedenkplaats, dan wel degene die redelijkerwijze geacht kan worden in diens plaats te zijn getreden;

  • r. college: het college van burgemeester en wethouders van de gemeente Grave.

Artikel 2. Openingstijden

  • 1. De begraafplaatsen zijn voor bezoekers op de volgende tijden geopend:

    • a.

      van 1 april tot 1 oktober (zomertijd) van 8.30 tot 21.30 uur;

    • b.

      van 1 oktober tot 1 april (wintertijd) van 8.30 tot 17.30 uur;

  • 2. Het college kan in bijzondere situaties afwijkende tijden vaststellen.

Artikel 3. Inrichting register begraafplaatsen

  • 1. De administratie bevat een register van alle overledenen die begraven zijn op de gemeentelijke  begraafplaatsen of wier asbus is begraven, bijgezet of verstrooid, met hun namen, datum van geboorte en datum van overlijden. In dit register wordt tevens vermeld de dag van begraving of bijzetting, het gedeelte van de begraafplaats waarin dit geschied, het nummer van het graf, de datum waarop het verleende recht afloopt en de datum van ruiming. Daarnaast zijn in dit register de naam, BSN-nummer en het adres van de rechthebbende opgenomen. Het register van de rechthebbende is niet openbaar.

Artikel 4. Indeling en uitgifte van de graven

  • 1. Particuliere graven op de begraafplaats aan de Estersveldlaan in Grave zijn graven uitgegeven voor de tijd van tien, twintig of dertig jaren, bestemd voor het begraven van ten hoogste twee overledenen dan wel het plaatsen van twee asbussen met of zonder urnen of het verstrooien van de as van twee overledenen.

  • 2. Particuliere graven op de begraafplaats aan de Hogenakker in Gassel zijn graven uitgegeven voor de tijd van tien, twintig of dertig jaren, bestemd voor het begraven van ten hoogste één overledene dan wel het plaatsen van een asbus met of zonder urnen of het verstrooien van de as van een overledene.

  • 3. Gelijktijdig bij de uitgifte van een graf op de begraafplaats aan de Hogenakker in Gassel kan een direct naastgelegen graf worden gereserveerd.

Artikel 5. Aanvraag vergunning

  • 1. Bij de schriftelijke aanvraag voor vergunning tot het hebben van een gedenkteken behoort een werktekening (schaal 1:10) te worden ingediend.

  • 2. Op deze werktekening dienen tenminste voor te komen:

    • a.

      een boven-, voor- en zijaanzicht met alle hoogte-, breedte-, dikte- en lengtematen;

    • b.

      de soort, kleur en bewerking van het te gebruiken materiaal;

    • c.

      de vermelding of de letters etc. ingehakt, opgehakt of van metaal zijn;

    • d.

      de woordindeling van het opschrift en de plaats van figuratie(s);

    • e.

      het materiaal van de fundering en de wijze van bevestiging van het gedenkteken daarop;

    • f.

      de persoonsgegevens en handtekening van de rechthebbende.

Artikel 6. Beslissing

De beslissing op de aanvraag wordt door burgemeester en wethouders schriftelijk medegedeeld.

Artikel 7. De bezorging van as

  • 1. Particuliere urnengraven zijn urnengraven uitgegeven voor de tijd van tien, twintig en dertig jaar, bestemd voor het daarin bijzetten van ten hoogste twee asbussen met of zonder urn(en), dan wel het doen verstrooien van as van twee overledenen.

  • 2. De particuliere urnennissen zijn urnennissen uitgegeven voor de tijd van tien, twintig en dertig jaar, bestemd voor de bijzetting van ten hoogste twee asbussen met urnen.

Artikel 8. Verstrooiingsplaats

  • 1. Op de begraafplaatsen is een gedeelte aangewezen voor het verstrooien van as.

  • 2. Het uitstrooien van as dient in goed overleg met de beheerder te geschieden. Indien de weersomstandigheden het niet toelaten, kan de beheerder het uitstrooien uitstellen.

  • 3. Er mogen geen gedenktekens, voorwerpen of vaste beplanting op het bestrooide gedeelte worden geplaatst.

Artikel 9. Gedenkteken graven

  • 1.

    Voor de gedenktekens mogen alleen duurzame materialen worden gebruikt, zoals natuursteen, metaal, glas, keramiek, duurzame kunststoffen of een verduurzaamde houtsoort.

  • 2.

    De lengte en de breedte van het gedenkteken mogen die van het graf niet overschrijden. De lengte mag maximaal 200 centimeter bedragen, de breedte (zerk) mag maximaal 100 centimeter bedragen en de hoogte (stèle) maximaal 105 centimeter (LxBxH).

    Voor een kindergraf mag de lengte maximaal 70 centimeter bedragen, de breedte (zerk)  maximaal 50 centimeter en de hoogte (stèle) maximaal 80 centimeter (LxBxH).

  • 3.

    De onderdelen moeten vast aan het gedenkteken zijn verbonden.

  • 4.

    Alle te plaatsen gedenktekens op grondgraven moeten op zodanige wijze worden gefundeerd dat verzakken of schuinzakken niet mogelijk is.

  • 5.

    Het is niet toegestaan grafbanden naast het graf te plaatsen en deze op te vullen met kiezelstenen, houtsnippers, gras of ander materiaal.

  • 6.

    Het tijdstip van plaatsing van het gedenkteken dient tenminste twee werkdagen tevoren kenbaar gemaakt te worden aan de beheerder. Het plaatsen van de gedenktekens dient plaats te vinden van maandag tot en met vrijdag van 08.00 uur tot 16.00 uur.

Artikel 10. Gedenkteken urnentuin

  • 1.

    Binnen het urnengraf (70x70 cm) kan men naar eigen keuze een gedenkteken plaatsen.

  • 2.

    De maximale hoogte van het gedenkteken is 70 cm.

  • 3.

    De vorm, grootte, kleur en plaats van belettering zijn vrij.

  • 4.

    Er mogen in de urnentuin geen andere vaste planten en/of heesters worden geplant dan door de gemeente.

Artikel 11. Gedenkteken urnennis

  • 1.

    De urnennissen in de urnenmuur mogen uitsluitend worden afgesloten met een door de gemeente beschikbaar gestelde zwarte afdekplaat.

  • 2.

    Indien een andere dan zwarte kleur afdekplaat gewenst is worden hiervoor extra kosten in rekening gebracht.

  • 3.

    De op de afdekplaat aan te brengen belettering moet door de rechthebbende geschieden.

Artikel 12. Losse bloemen en planten

Op een graf kunnen potplanten en bloemen in vazen worden geplaatst. Het is toegestaan op een graf losse bloemen te leggen. Op een graf mogen gewassen worden geplant.

Artikel 13. Vaste en winterharde gewassen

De vaste en winterharde gewassen die op de graven worden geplant mogen bij volle wasdom de voor het graf beschikbare oppervlakte niet overschrijden of moeten door snoeien binnen de oppervlakte kunnen worden gehouden.

Artikel 14. Voorwaarden beplanting

  • 1.

    Beplanting mag uitsluitend aangebracht worden binnen de begrenzing van het grafoppervlak.

  • 2.

    Beplanting dient binnen de begrenzing van het grafoppervlak te blijven.

  • 3.

    De beplanting bij een particulier graf en een particulier kindergraf mogen niet hoger zijn dan 105 centimeter en voor een kindergraf 80 centimeter, gelijk aan de hoogte van het staande gedenkteken (stèle).

  • 4.

    De rechthebbende van een particulier graf is verantwoordelijk voor naleving van het gestelde in lid 1,2 en 3 van dit artikel.

  • 5.

    Beplanting die de genoemde afmeting in lid 3 van dit artikel te boven gaat kan door de gemeente verwijderd worden, zonder dat de gemeente tot enige vergoeding verplicht is. Dit geldt ook voor afgestorven beplanting.

Artikel 15. Afval en beschadigingen

Alle sporen van afval, ontstaan ten gevolge van werkzaamheden op of aan de gedenktekens dienen van de begraafplaats te worden meegenomen of in de daarvoor aanwezige afvalbakken te worden gedeponeerd. Beschadigingen, ontstaan ten gevolge van werkzaamheden op of aan de gedenktekens moeten worden hersteld.

Artikel 16. Slotbepalingen

  • 1.

    In alle gevallen waarin deze regels niet voorzien beslist het college.

  • 2.

    Deze nadere regels treden in de plaats van alle voorgaande voorschriften van de begraafplaatsen met betrekking tot openstelling, graven, asbezorging, gedenkplaatsen en grafbedekkingen.

  • 3.

    Deze nadere regels treden, na bekendmaking daarvan in werking gelijktijdig met de Beheerverordening begraafplaatsen gemeente Grave 2020.

  • 4.

    Deze nadere regels kunnen worden aangehaald als: Uitvoeringsbesluit, openstelling, graven, asbezorging, gedenkplaatsen en grafbedekkingen 2020.

Ondertekening

Aldus vastgesteld in de vergadering van het college van 1 september 2020. 

De secretaris

Th.M.M. Hoex MMO

De burgemeester

A.M.H. Roolvink MSc