Beleidsregel Verhuiskosten

Geldend van 01-07-2016 t/m 30-06-2023

Intitulé

Beleidsregel Verhuiskosten

Bij verhuizing dient de belanghebbende een aanvraag om bijzondere bijstand in de kosten van de verhuizing (verhuisbusje en eventueel reiskosten) in te dienen bij het college van de gemeente waaruit hij vertrekt. De aanvraag om bijzondere bijstand in de kosten van woninginrichting moet worden ingediend bij het college van de gemeente waar de belanghebbende zich vestigt. Zie CRvB 16-01-2001, nr. 99/416 NABW.

* Omschrijving kosten

Bij verhuiskosten kan onderscheid gemaakt worden in directe en indirecte kosten. De directe kosten van een verhuizing zijn voornamelijk de (dubbele) huur gedurende 1 maand, het verhuisbusje, verf en behang. De indirecte kosten betreffen met name (her)inrichtingskosten. Bij deze kosten dient aansluiting gezocht te worden naar hetgeen hierover beschreven staat bij duurzame gebruiksgoederen.

* Voorliggende voorziening

Er bestaat geen recht op bijzondere bijstand als een beroep kan worden gedaan op een voorliggende voorziening (artikel 15 lid 1 Participatiewet ; zie ook Voorliggende voorzieningen ). Denk in dit geval aan:

  • een geldlening bij een kredietverlenende instantie;

  • de WMO, Zorgverzekeringswet of AWBZ. Bijvoorbeeld als de verhuizing medisch noodzakelijk is in verband met een handicap van de betrokkene;

  • de werkgever. Bijvoorbeeld als krachtens de CAO of een individuele arbeidsovereenkomst een tegemoetkoming in verhuiskosten betaald wordt door de werkgever.

* Recht op bijzondere bijstand

Als regel zal het bij een verhuizing om voorzienbare kosten gaan. Vanaf het moment, dat men op de hoogte is van de noodzaak tot verhuizen, wordt men geacht om hiervoor van zijn inkomen, ook van een bijstandsuitkering te reserveren. De kosten in verband verhuizing behoren dan ook tot de incidenteel voorkomende algemeen noodzakelijke kosten van het bestaan. Deze kunnen worden voldaan uit een inkomen ter hoogte van de toepasselijke bijstandsuitkering door middel van reservering dan wel gespreide betaling achteraf. Dit betekent dat er als regel geen bijstandsverlening mogelijk is voor deze kosten. Alleen indien er sprake is van bijzondere omstandigheden in het individuele geval kan er van deze regel worden afgeweken (zie CRvB 20-04-1999, nr. 97/6694 ABW). Bij de behandeling van een bijstandsaanvraag dient ter beoordeling of afwijking van de regel mogelijk is, allereerst de noodzaak van de verhuizing te worden vastgesteld. Alleen bij bijzondere, zich onverwacht voordoende omstandigheden kan er aanleiding zijn bijstand te verlenen als geen of onvoldoende reserveringscapaciteit aanwezig is. Voor het bepalen van de voorzienbaarheid van de verhuizing is onder andere de inschrijvingsdatum als woningzoekende van belang. Voorbeelden van bijzondere omstandigheden kunnen zijn:

  • Een verhuizing als gevolg is van een verhuisverplichting vanwege het bewonen van een woning met woonkosten die meer bedragen dan de maximale subsidiabele huur naar een woning met lagere lasten;

  • Een verhuizing om medische/sociale redenen, waarbij geen andere voorliggende voorzieningen kunnen worden aangesproken;

  • Het aanwezig zijn van een urgentieverklaring;

  • Tweede noodzakelijke verhuizing binnen 1 jaar.

* Hoogte bijzondere bijstand

De hoogte van de bijstand voor m.n. de directe verhuiskosten is gelijk aan:

  • de werkelijke gemaakte kosten van huur van een aanhanger of busje (incl. brandstofkosten);

  • de woonkosten van de nieuwe woning gedurende maximaal 1 maand, indien sprake is van dubbele lasten;

  • (in zeer bijzondere situaties) de kosten van behang en verf zoals opgenomen in de NIBUD-Prijzengids (tabel 9).

M.b.t. de indirecte verhuiskosten gaat het vooral om vloerbedekking, gordijnen etc..

Op deze voor bijstand in aanmerking komende kosten wordt de eventueel aanwezige draagkracht, overeenkomstig de regels opgenomen in de richtlijnen B063 t/m B065, in mindering gebracht.

* Vorm waarin de bijstand wordt verstrekt

  • De directe kosten van verhuizing worden in beginsel als bijstand "om niet" verleend. Bij verwijtbaar gedrag zal de bijstand als lening moeten worden verstrekt (art. 48 lid 2b Participatiewet).

  • De indirecte kosten van een verhuizing (herinrichting) dienen met inachtneming van het vorenstaande in beginsel als leenbijstand te worden verstrekt. Hierbij wordt verwezen naar de richtlijnen inzake duurzame gebruiksgoederen.

* Eigen vermogen

Als cliënt eigen vermogen heeft c.q. heeft gereserveerd komt de vraag op waarvoor het vermogen c.q. de reservering moet worden gebruikt. Het aanwezige vermogen wordt geacht gebruikt te worden voor de inrichtingskosten. Verder wordt verwezen wordt naar richtlijn 137.

Als er aanleiding is om bijstand te verlenen en er geen draagkracht is, kan voor de directe verhuiskosten bijstand om niet worden verstrekt, terwijl voor de (her)inrichtingskosten normaal gesproken alleen leenbijstand wordt verleend.

* Aan de bijstand te verbinden verplichtingen

Aan belanghebbende worden de volgende verplichtingen opgelegd:

  • De verplichting om uit de toegekende bijzondere bijstand de betreffende kosten te voldoen.

  • De verplichting om betalingsbewijzen over te leggen.

In geval van schulden of het dreigen van schulden kan op grond van belanghebbende verplicht worden mee te werken aan het verrichten van betalingen in zijn naam uit de verleende bijstand aan de leverancier van de goederen of diensten.