Beleidsregels Wijze van korten inkomsten i.v.m. kamerhuurders/kostgangers

Geldend van 01-07-2016 t/m heden

Intitulé

Beleidsregels Wijze van korten inkomsten i.v.m. kamerhuurders/kostgangers

Commerciële relatie kostendelersnorm

Per 1 januari 2015 is een groot aantal wetswijzigingen doorgevoerd, waaronder de kostendelersnorm. De kostendelersnorm gaat uit van het principe dat naarmate er meer personen in een huishouden aanwezig zijn, de kosten van levensonderhoud ook met meer personen kunnen worden gedeeld. Op basis van dit principe wordt afhankelijk van het aantal medebewoners de individuele uitkering lager vastgesteld.

De wet heeft een aantal uitzonderingen op de kostendelersnorm vastgelegd. De kostendelersnorm wordt o.a. niet toegepast als er sprake is van een commerciële relatie tussen onderverhuurder en onderhuurder of tussen kostgever en kostganger. Er is sprake van een commerciële relatie tussen belanghebbenden als aan de volgende voorwaarden wordt voldaan:

  • -

    Er bestaat tussen belanghebbenden geen bloed – of aanverwantschap in de eerste – of tweede graad en

  • -

    Er wordt een commerciële prijs betaald voor het geleverde en

  • -

    De commerciële relatie wordt met schriftelijke bewijsstukken aangetoond.

Commerciële prijs

Er is sprake van een commerciële onderhuur- of kostgangersvergoeding:

  • -

    als in ieder geval de minimale huurprijs voor huurtoeslag wordt gehanteerd (momenteel afgerond € 227,- per maand) of

  • -

    als de maandelijkse kostgangersvergoeding tenminste € 407,- bedraagt. Dit bedrag is opgebouwd uit € 227,- huurvergoeding en afgerond € 180 p/mnd als vergoeding voor maaltijden.

Het bedrag voor voeding wordt als volgt berekend: 365 dgn x € bedrag per dag / 12 mnd = maandbedrag voeding. Voor exacte bedragen wordt verwezen naar de Nibud prijzengids (gemiddelde kosten voeding per dag) en www.toeslagen.nl.

Een commerciële relatie moet worden aangetoond met de volgende schriftelijke bewijsstukken:

  • -

    een huur- of kostgangersovereenkomst;

  • -

    betalings- of ontvangstbewijzen over de afgelopen maand (of over een kortere periode als het betreffende adres nog pas recent wordt bewoond). Als de situatie onbetrouwbaar is dan betalingsbewijzen vragen over de afgelopen drie maanden vragen.

Betalingsbewijzen bestaan uit bank- of giro-overschrijvingen.

Mochten de betalingsbewijzen van bank/giro onvoldoende duidelijkheid geven, dan kunnen ook kwitanties of andere betalingsbewijzen worden geaccepteerd als daaruit kan worden opgemaakt:

  • -

    de datum van de transactie(s); en

  • -

    de naam van de onderhuurder of kostganger en de naam van de onderverhuurder of kostgever; en

  • -

    het bedrag van de vergoeding(en).

Als niet aan de voorwaarden voor een commerciële relatie wordt voldaan of als de commerciële relatie niet of onvoldoende kan worden aangetoond, dan is de kostendelersnorm van toepassing. Verrekening van inkomsten uit onderhuur of kostganger is dan niet aan de orde.

Verrekening inkomsten uit onderverhuur of kostganger artikel 33 lid 4

Als er sprake is van een commerciële relatie (geen toepassing kostendelersnorm) tussen onderverhuurder en onderhuurder of tussen kostgever en kostganger, dan dienen de daaruit voortvloeiende inkomsten te worden verrekend als de onderverhuurder of kostgever uitkeringsgerechtigd is.

1. Inkomsten uit onderverhuur

Inkomsten uit onderverhuur worden verrekend met de uitkering van de onderverhuurder. Op het te verrekenen bedrag wordt vóór verrekening eerst een bedrag in mindering gebracht (vrijgelaten) voor het gebruik van nutsvoorzieningen (gas, water, elektra). Voor de bedragen wordt verwezen naar de Nibud prijzengids.

Volgens de meest recente richtlijn van juli 2014 wordt voor de extra kosten van nutsvoorzieningen in verband met een onderhuurder of kostganger een bedrag van € 1,99 per dag gehanteerd (€ 60,- per maand).

2. Inkomsten uit kostganger

Inkomsten uit kostganger worden verrekend met de uitkering van de kostgever. Op het te verrekenen bedrag wordt vóór verrekening eerst de volgende bedragen in mindering gebracht:

  • a.

    Een bedrag per maand voor nutsvoorzieningen (gas, water, elektra). Momenteel afgerond € 60,- per maand. Voor exacte bedragen wordt verwezen naar de Nibud prijzengids.

  • b.

    Een bedrag van voor het gebruik van maaltijden door de kostganger. Hierbij wordt uitgegaan van de gemiddelde kosten van voeding per dag volgens de richtlijn van Nibud. Voor bedragen wordt verwezen naar de Nibud prijzengids.

Niet commerciële relatie

Als er geen sprake is van een commerciële relatie dan is uiteraard de kostendelersnorm wél van toepassing.

Gemiddelde kosten voeding per dag Nibud 2014.

  •  

    ontbijt

    2e brood- maaltijd

    warme maaltijd

    tussen- doortjes

    totaal

    kind 1-3 jaar

    0,24

    0,56

    1,22

    0,64

    2,66

    kind 4-8 jaar

    0,34

    0,87

    1,78

    0,87

    3,86

    kind 9-13 jaar

    0,51

    1,18

    2,25

    1,04

    4,98

    man 14-65 jaar

    0,58

    1,42

    2,42

    1,96

    6,38

    vrouw 14-65 jaar

    0,53

    1,33

    2,35

    1,62

    5,84

    man en vrouw 65+

    0,48

    1,25

    2,11

    1,76

    5,60

    zwangere vrouw

    0,53

    1,33

    2,35

    1,51

    5,72

    moeder die borstvoeding geeft

    0,66

    1,65

    2,50

    2,24

    7,06

    *bedragen zijn gebaseerd op een tweepersoonshuishouden Bron: Referentievoedingen, Voedingscentrum 2009 Berekeningen, Nibud 2014