Regeling vervallen per 01-01-2022

Verordening Jeugdhulp gemeente Hendrik Ido Ambacht 2018

Geldend van 10-04-2019 t/m 31-12-2021 met terugwerkende kracht vanaf 01-07-2018

Intitulé

Verordening Jeugdhulp gemeente Hendrik Ido Ambacht 2018

De raad van de gemeente Hendrik Ido Ambacht

Gezien het voorstel van het college van burgemeester en wethouders van Hendrik Ido Ambacht met nummer 2198965.

Gelet op artikel 2.9, 2.10, 2.12 en 8.1.1, derde lid, van de Jeugdwet.

Besluit

vast te stellen de navolgende Verordening Jeugdhulp gemeente Hendrik Ido Ambacht

Artikel 1 Begripsbepalingen

In deze verordening en de daarop berustende bepalingen wordt verstaan onder:

Actieplan:

plan opgesteld door een jeugdprofessional in het kader van de toegang tot jeugdhulp;

Algemene voorziening:

de vrij-toegankelijke voorziening als bedoeld in artikel 2., eerste lid van deze verordening, waarvoor geen beschikking door het college wordt afgegeven;

Andere voorziening:

voorziening op het gebied van zorg, onderwijs, maatschappelijke ondersteuning of werk en inkomen, anders dan in het kader van de Jeugdwet;

Familiegroepsplan:

als bedoeld in artikel 1.1 van de wet;

hulpverleningsplan of plan van aanpak opgesteld door de ouders, samen met bloedverwanten, aanverwanten of anderen die tot de sociale omgeving van de jeugdige behoren;

Individuele voorziening:

een op de jeugdige of zijn ouder toegesneden, niet vrij toegankelijke voorziening als bedoeld in artikel 2., tweede lid van deze verordening, waarvoor het college een beschikking afgeeft;

Jeugdhulp:

als bedoeld in artikel 1.1 van de wet;

  • 1.

    ondersteuning van en hulp en zorg, niet zijnde preventie, aan jeugdigen en hun ouders bij het verminderen, stabiliseren, behandelen en opheffen van of omgaan met de gevolgen van psychische problemen en stoornissen, psychosociale problemen, gedragsproblemen of een verstandelijke beperking van de jeugdige, opvoedingsproblemen van de ouders of adoptiegerelateerde problemen;

  • 2.

    het bevorderen van de deelname aan het maatschappelijk verkeer en van het zelfstandig functioneren van jeugdigen met een somatische, verstandelijke, lichamelijke of zintuiglijke beperking, een chronisch psychisch probleem of een psychosociaal probleem en die de leeftijd van achttien jaar nog niet hebben bereikt, en

  • 3.

    het ondersteunen bij of het overnemen van activiteiten op het gebied van de persoonlijke verzorging gericht op het opheffen van een tekort aan zelfredzaamheid bij jeugdigen met een verstandelijke, lichamelijke of zintuiglijke beperking of een somatische of psychiatrische aandoening of beperking, die de leeftijd van achttien jaar nog niet hebben bereikt, met dien verstande dat de leeftijdgrens van achttien jaar niet geldt voor jeugdhulp in het kader van jeugdstrafrecht;

Jeugdhulpaanbieder:

  • 1.

    natuurlijke persoon die, het verband van natuurlijke personen dat of de rechtspersoon die bedrijfsmatig jeugdhulp doet verlenen onder verantwoordelijkheid van het college;

  • 2.

    solistisch werkende jeugdhulpverlener onder verantwoordelijkheid van het college als bedoeld in artikel 1.1. van de wet;

Jeugdige:

Persoon die:

  • 1.

    de leeftijd van achttien jaar nog niet heeft bereikt,

  • 2.

    de leeftijd van achttien jaar heeft bereikt en ten aanzien van wie op grond van artikel 77c van het Wetboek van Strafrecht recht is gedaan overeenkomstig de artikelen 77g tot en met 77gg van het Wetboek van Strafrecht, of

  • 3.

    de leeftijd van achttien jaar doch niet de leeftijd van drieëntwintig jaar heeft bereikt en ten aanzien van wie op grond van deze wet:

    • is bepaald dat de voortzetting van jeugdhulp als bedoeld in onderdeel 1°, waarvan de verlening was aangevangen vóór het bereiken van de leeftijd van achttien jaar, noodzakelijk is;

    • vóór het bereiken van de leeftijd van achttien jaar is bepaald dat jeugdhulp noodzakelijk is, of

    • is bepaald dat na beëindiging van jeugdhulp die was aangevangen vóór het bereiken van de leeftijd van achttien jaar, binnen een termijn van een half jaar hervatting van de jeugdhulp noodzakelijk is; als bedoeld in artikel 1.1 van de wet, en die woonachtig is in de gemeente;

Jeugdprofessional:

een medewerker in dienst van de Stichting Jeugdteams;

Jeugdteam:

een op gebiedsniveau georganiseerd, multidisciplinair team van medewerkers van jeugdhulpaanbieders dat de hulpvraag voor jeugdhulp van de jeugdige of zijn ouder als algemene voorziening afhandelt;

Hulpvraag:

behoefte van een jeugdige of zijn ouder aan jeugdhulp in verband met opgroei- en opvoedingsproblemen, psychische problemen en stoornissen, als bedoeld in artikel 2.3, eerste lid, van de wet.;

Ouder:

de gezaghebbende ouder, adoptiefouder, stiefouder of een ander die een jeugdige als behorend tot zijn gezin verzorgt en opvoedt, niet zijnde een pleegouder; als bedoeld in artikel 1.1 van de wet;

Pgb:

persoonsgebonden budget als bedoeld in artikel 8.1.1 van de wet, zijnde een door het college verstrekt budget aan een jeugdige, dat de jeugdige in staat stelt de jeugdhulp die tot de individuele voorziening behoort van derden te betrekken;

Vertrouwenspersoon:

vertrouwenspersoon als bedoeld in artikel 2.6 lid 2 van de wet;

Wet:

Jeugdwet

Zorgprogramma:

set van een aantal samenhangende voorzieningen jeugdhulp;

Zorgprofiel:

beschrijving van aard en ernst van problematiek van de jeugdige en zijn ouder en doel(-en) waarvoor jeugdhulp wordt ingezet

Artikel 2 Vormen van Jeugdhulp

  • 1.

    De gemeente biedt als algemene voorziening:

    • 1.

      Jeugdhulp geleverd door het Jeugdteam;

    • 2.

      Behandeling van Ernstige Enkelvoudige Dyslexie.

  • 2.

    De gemeente biedt als individuele voorziening:

    • 1.

      Individuele voorzieningen jeugdhulp:

      • a.

        Begeleiding: hulp en ondersteuning ter bevordering van de deelname aan het maatschappelijk verkeer en het zelfstandig functioneren, zoals beschreven in artikel 10.1 lid 1.a. van de wet;

      • b.

        Persoonlijke verzorging: gericht op het opheffen van een tekort aan zelfredzaamheid bij algemene dagelijkse levensverrichtingen (ADL), zoals beschreven in artikel 10.1. lid 1.d. van de wet;

      • c.

        Jeugd- en opvoedondersteuning op locatie bij de jeugdige: hulp en ondersteuning bij psychosociale en/of gedragsproblemen bij de jeugdige en/of opvoedingsproblemen bij de ouder op locatie bij de jeugdige;

      • d.

        Jeugd- en opvoedondersteuning op locatie van de aanbieder: hulp en ondersteuning bij psychosociale en/of gedragsproblemen bij de jeugdige en/of opvoedingsproblemen bij de ouder op locatie bij de aanbieder;

      • e.

        Behandeling (l)vb: behandelen van problemen vanwege een (licht) verstandelijke beperking;

      • f.

        Generalistische Basis GGZ: behandeling van psychische problemen met een laag tot matig risico;

      • g.

        Specialistische GGZ: behandeling van psychi(atri)sche problemen met een hoog risico;

      • h.

        Dagbesteding: vervangende daginvulling voor onderwijs of werk met een therapeutisch doel;

      • i.

        Kortdurend verblijf: verblijf op locatie van de aanbieder voor maximaal 3 etmalen per week zoals beschreven in artikel 10.1 lid 1.c van de wet;

      • j.

        Beschermd wonen en opvang: begeleid wonen in een instelling of wooninitiatief vanwege psychische en/of psychosociale problematiek;

      • k.

        Pleegzorg: wonen in een pleeggezin;

      • l.

        Verblijf in een gezinsvervangende voorziening: wonen in een instelling zoveel mogelijk gelijkend op een gezinssituatie;

      • m.

        Verblijf in een residentiële voorziening: wonen in een jeugdhulpinstelling;

      • n.

        Gesloten plaatsing in een voorziening: wonen in een jeugdhulpinstelling met vrijheid beperkende maatregelen in de zin van hoofdstuk 6 van de wet.

Andere individuele voorzieningen:

  • 2.

    Vervoersdiensten: vervoer naar en van een locatie waar jeugdhulp door een jeugdhulpaanbieder wordt geboden.

  • 3.

    Bij de individuele voorzieningen, zoals benoemd in lid 2. sub 1. van dit artikel, kan vervoer van en naar de locatie waar de jeugdhulp wordt geboden, worden toegekend, voor zover het naar het oordeel van het college noodzakelijk wordt geacht in verband met een medische noodzaak of beperkingen in de zelfredzaamheid van de betreffende jeugdige.

  • 4.

    Uitgezonderd een gesloten plaatsing kan jeugdhulp in de vorm van zorg in natura zo nodig aan een jeugdige worden toegekend in de vorm van een zorgprofiel en als zodanig worden vastgelegd in de beschikking als genoemd in artikel 10. van deze Verordening Jeugdhulp.

  • 5.

    Het college kan nadere regels stellen ten aanzien van de vormen van jeugdhulp en de uitwerking daarvan.

Artikel 3 Toegang jeugdhulp via de huisarts, medische specialist of jeugdarts

  • 1.

    Het college draagt zorg voor de inzet van jeugdhulp na een verwijzing door de huisarts, medisch specialist of jeugdarts naar een jeugdhulpaanbieder met een contract voor de levering van jeugdhulp met de regio Zuid-Holland Zuid.

  • 2.

    Het college legt de inzet van de betreffende jeugdhulp door een jeugdhulpaanbieder na een verwijzing zoals genoemd in het eerste lid van dit artikel op verzoek van de jeugdige of zijn ouder vast in een beschikking als bedoeld in artikel 10.

Artikel 4 Toegang jeugdhulp via het college

  • 1.

    De jeugdige of zijn ouder met een hulpvraag over opvoeden en opgroeien kunnen zich rechtstreeks wenden tot een algemene voorziening.

  • 2.

    De jeugdige of zijn ouder met een hulpvraag kunnen bij het college een aanvraag indienen om een besluit te nemen voor een individuele voorziening conform artikel 7.

  • 3.

    Het college kan nadere regels stellen ten aanzien van de toegang tot jeugdhulp.

Artikel 5 Onderzoek

  • 1.

    Indien een jeugdige of zijn ouder zich meldt met een hulpvraag over opvoeden en opgroeien, niet zijnde een hulpvraag die leidt tot een eenmalig advies, voert het college zo spoedig mogelijk, doch uiterlijk binnen zes weken na de melding, een onderzoek uit overeenkomstig lid tot en met lid 5. Het college bevestigt de ontvangst van de melding.

  • 2.

    Het college onderzoekt in een gesprek of gesprekken met de jeugdige of zijn ouder of de eigen mogelijkheden en het probleemoplossend vermogen van de ouder ontoereikend zijn om hulp, zorg en ondersteuning aan de jeugdige te bieden naar aard en omvang voor de tijdens het onderzoek vastgestelde problemen en stoornissen.

  • 3.

    Het college verzamelt voorafgaand aan of tijdens het gesprek, zoals bedoeld in het vorige lid, in overleg met de jeugdige of zijn ouder de noodzakelijke en toegankelijke gegevens over de jeugdige en zijn situatie.

  • 4.

    De jeugdige of zijn ouder verstrekken aan het college voorafgaand aan of tijdens het gesprek, zoals bedoeld in lid 2, alle overige gegevens, die naar het oordeel van het college voor het onderzoek nodig zijn en waarover zij redelijkerwijs de beschikking kunnen krijgen. De jeugdige of zijn ouder verstrekken in ieder geval een identificatiedocument van de jeugdige als bedoeld in artikel 1. van de Wet op de identificatieplicht ter inzage.

  • 5.

    Het college informeert de jeugdige of zijn ouder over de gang van zaken bij het gesprek, hun rechten en plichten en de vervolgprocedure en vraagt hen toestemming om hun persoonsgegevens te verwerken.

  • 6.

    De jeugdige of zijn ouder kunnen een second opinion aanvragen bij een jeugdprofessional van het jeugdteam, anders dan de behandelend medewerker of een ander jeugdteam uit de regio Zuid-Holland Zuid, onverminderd de mogelijkheden van bezwaar en beroep.

  • 7.

    Het college kan nadere regels stellen ten aanzien van het onderzoek en de uitwerking daarvan.

Artikel 6 Verslag en actieplan

  • 1.

    Het college maakt een verslag over de uitkomsten van het onderzoek en neemt daarin de afspraken op in verband met de besproken hulpvraag.

  • 2.

    Het verslag wordt uiterlijk binnen zes weken na het laatste gesprek met het jeugdteam aan de jeugdige of zijn ouder overhandigd, tenzij zij ondubbelzinnig kenbaar hebben gemaakt geen verslag te wensen.

  • 3.

    Indien het onderzoek leidt tot de aanvraag van een individuele voorziening wordt binnen zes weken na het laatste gesprek over de uitkomsten van het onderzoek een actieplan opgesteld. Bij de opstelling van het actieplan wordt, bij de aanwezigheid daarvan, het familiegroepsplan betrokken.

  • 4.

    Opmerkingen of aanvullingen van de jeugdige of zijn ouder worden aan het verslag of actieplan toegevoegd.

Artikel 7 Indienen aanvraag individuele voorziening jeugdhulp

  • 1.

    De aanvraag voor een individuele voorziening jeugdhulp kan niet eerder worden ingediend dan nadat de jeugdprofessional een schriftelijke weergave van de uitkomsten van het onderzoek in de vorm van het actieplan of een verslag aan de jeugdige of zijn ouder heeft verstrekt, tenzij het onderzoek niet is uitgevoerd binnen de in artikel 5., lid 1. genoemde termijn of het actieplan niet is opgesteld binnen de in artikel 6. lid 3. genoemde termijn.

  • 2.

    De jeugdige of zijn ouder dient een aanvraag voor een individuele voorziening jeugdhulp schriftelijk in bij het college.

  • 3.

    Een door de jeugdige of zijn ouder ondertekend actieplan, als bedoeld in artikel 6., wordt door het college als aanvraag voor een individuele voorziening beschouwd.

  • 4.

    Het college legt de beslissing op de aanvraag voor een individuele voorziening vast in een beschikking als bedoeld in artikel 10.

  • 5.

    Het college kan nadere regels stellen met betrekking tot de voorwaarden aan de aanvraag, voor toekenning en de wijze van beoordeling van, en het afwegingskader bij een individuele voorziening.

Artikel 8 Regels voor de levering van een individuele voorziening met een Pgb

  • 1.

    Het college verstrekt een Pgb in overeenstemming met artikel 8.1.1 van de wet en legt dit vast in een beschikking als bedoeld in artikel 10.

  • 2.

    De hoogte van het Pgb wordt vastgesteld per individuele voorziening.

  • 3.

    De hoogte van een Pgb wordt vastgesteld op basis van maximaal 100% van het totaal aantal eenheden (uren, dagdelen, trajecten, etc.) dat in de verleende periode van de betreffende individuele voorziening gebruik gemaakt gaat worden.

  • 4.

    De hoogte van het Pgb-tarief per eenheid van een gespecificeerde vorm van een individuele voorziening bedraagt maximaal 100% van het laagste gecontracteerde tarief van deze voorziening in Zuid-Holland Zuid van de in de betreffende situatie adequate en minst kostbare voorziening in natura.

  • 5.

    Jeugdhulp kan worden betrokken van een persoon die behoort tot het sociaal netwerk als is vastgesteld dat deze persoon behoort tot het sociaal netwerk van de jeugdige, er tevens is afgewogen of de inzet van het sociaal netwerk passend is gezien de opgroei- en opvoedingsproblemen, psychische problemen en stoornissen van de jeugdige of zijn ouder en is voldaan aan de eisen die worden gesteld aan de inzet van het sociaal netwerk.

  • 6.

    In afwijking van het bepaalde in het vierde lid, is het uurtarief voor de inzet van het sociaal netwerk als bedoeld in artikel 8.1.1 lid 3. van de wet, maximaal 20 Euro.

  • 7.

    Voor de vaststelling van het Pgb worden de tarieven gehanteerd ten tijde van de aanvraag van de individuele voorziening.

  • 8.

    Aan het Pgb wordt geen bedrag toegevoegd welke niet terug te leiden is tot de inzet van een individuele voorziening.

  • 9.

    De tarieven voor jeugdhulp voor levering met een Pgb (Pgb-tarieven) Zuid-Holland Zuid worden gepubliceerd op de website van de Serviceorganisatie Jeugd ZHZ.

  • 10.

    Het college kan nadere regels stellen

    • a.

      onder welke voorwaarden een individuele voorziening in de vorm van een Pgb wordt verstrekt;

    • b.

      ten aanzien van bepaling wie tot het sociaal netwerk behoort, de voorwaarden en de eisen aan de inzet van het sociale netwerk.

Artikel 9 Bijstorting kosten

Indien de jeugdige of zijn ouder jeugdhulp wil betrekken van een jeugdhulpaanbieder welke hogere kosten per eenheid jeugdhulp in rekening brengt dan de maximaal vastgestelde Pgb-tarieven Zuid-Holland Zuid welke voortvloeien uit artikel 8., dan wordt het Pgb slechts verleend indien de jeugdige of zijn ouder aangeeft deze extra kosten voor eigen rekening te nemen. Dit wordt vastgelegd in het actieplan.

Artikel 10 Inhoud beschikking

  • 1.

    In de beschikking tot toekenning van een individuele voorziening wordt ten minste aangegeven of de voorziening in natura wordt verleend of als Pgb wordt verstrekt.

  • 2.

    Bij het verlenen van een voorziening in natura wordt in de beschikking ten minste vastgelegd:

    • a.

      op basis van welk advies of verwijzing de verlening heeft plaatsgevonden;

    • b.

      welke de te verlenen voorziening is of;

    • c.

      hoe de voorziening wordt verleend;

    • d.

      voor hoe lang de voorziening wordt verleend.

  • 3.

    Bij het verstrekken van een voorziening in de vorm van een Pgb wordt in de beschikking ten minste vastgelegd:

    • a.

      op basis van welk advies de verlening heeft plaatsgevonden;

    • b.

      welke de te verlenen voorziening is;

    • c.

      voor welke periode de voorziening en het pgb wordt verstrekt;

    • d.

      wat per voorziening het maximum tarief per eenheid jeugdhulp is op basis van waarvan het Pgb is berekend;

    • e.

      wat de hoogte van het Pgb per voorziening is.

Artikel 11 Nieuwe feiten, omstandigheden, herziening, intrekking of terugvordering

  • 1.

    Onverminderd artikel 8.1.2 van de wet doen een jeugdige of zijn ouder op verzoek of onverwijld uit eigen beweging aan het college mededeling van alle feiten en omstandigheden, waarvan hun redelijkerwijs duidelijk moet zijn dat deze aanleiding kunnen zijn tot heroverweging van een beslissing aangaande een individuele voorziening.

  • 2.

    Onverminderd artikel 8.1.4 van de wet kan het college een besluit aangaande een individuele voorziening herzien dan wel intrekken indien het college vaststelt dat:

    • a.

      de jeugdige of zijn ouder onjuiste of onvolledige gegevens hebben verstrekt en de verstrekking van juiste of volledige gegevens tot een andere beslissing zou hebben geleid;

    • b.

      de jeugdige of zijn ouder niet langer op de individuele voorziening en/of het Pgb zijn aangewezen;

    • c.

      de individuele voorziening en/of het Pgb niet meer toereikend is te achten;

    • d.

      de jeugdige of zijn ouder niet voldoen aan de voorwaarden van de individuele voorziening en/of het Pgb;

    • e.

      de jeugdige of zijn ouder de individuele voorziening en/of het Pgb niet of voor een ander doel gebruiken dan waarvoor het is bestemd.

  • 3.

    Als het college een besluit heeft ingetrokken, omdat de jeugdige of zijn ouder onjuiste of onvolledige gegevens hebben verstrekt en de verstrekking van juiste of volledige gegevens tot een andere beslissing zou hebben geleid, kan het college geheel of gedeeltelijk de geldwaarde invorderen van de jeugdige of zijn ouder, van de ten onrechte genoten individuele voorziening of het ten onrechte genoten pgb.

  • 4.

    Het college onderzoekt uit het oogpunt van kwaliteit van de geleverde jeugdhulp, al dan niet steekproefsgewijs, de bestedingen van Pgb’s.

Artikel 12 Fraudepreventie en controle

  • 1.

    Het college wijst personen aan die belast zijn met het houden van toezicht op de naleving van het bepaalde bij of krachtens de wet en deze verordening.

  • 2.

    De toezichthoudende ambtenaren zijn, voor zover dat voor de vervulling van hun taak noodzakelijk is, bevoegd tot inzage van dossiers.

  • 3.

    Voor zover de toezichthoudende ambtenaar door inzage in bescheiden bij de vervulling van zijn taak dan wel door verstrekking van gegevens in het kader van een melding gegevens, daaronder begrepen bijzondere persoonsgegevens als bedoeld in de Algemene verordening gegevensbescherming, heeft verkregen, ter zake waarvan de beroepskracht uit hoofde van zijn beroep tot geheimhouding verplicht is, geldt gelijke verplichting voor de toezichthoudende ambtenaar.

  • 4.

    Het college voert een actief fraudepreventiebeleid. Onderdeel van dit beleid is dat het college cliënten en betrokken derden informeert over de rechten en plichten die aan het ontvangen van een individuele voorziening zijn verbonden en over de consequenties van misbruik en oneigenlijk gebruik daarvan. Ter controle van het beroep op algemene en individuele voorzieningen wordt onder meer gebruik gemaakt van bestandsvergelijkingen met actuele gegevens en van de samenloopsignalen die daaruit voortkomen.

  • 5.

    Het college doet onderzoek naar de rechtmatigheid van de individuele voorziening en kan daarbij onder meer gebruikmaken van huisbezoeken, risicoprofielen en bestandsvergelijkingen en de samenloopsignalen die daaruit voortkomen. Het college kan daarnaast overige signalen en tips die relevant zijn voor de aanspraak op een individuele voorziening onderzoeken.

  • 6.

    De aanvrager en ontvanger van de individuele voorziening en eventueel betrokken derden verstrekken aan het college alle medewerking en informatie die benodigd is voor het onderzoek als bedoeld in het vorige lid.

  • 7.

    Het college kan onderzoek doen naar de reden van de beëindiging van de aanspraak op een voorziening en op basis daarvan besluiten nemen met betrekking tot de rechtmatigheid van de voorziening en de wederzijds tussen het college en de jeugdige of zijn ouder resterende verplichtingen en de afhandeling daarvan.

  • 8.

    Het college kan een materiële controle en fraudeonderzoek doen bij jeugdhulpaanbieders die werken onder een contract van het college of met een contract welke is aangegaan door een jeugdige of zijn ouder voor de uitvoering van een Pgb om te bepalen of de door de aanbieder in rekening gebrachte prestatie is geleverd.

  • 9.

    Het college kan ten aanzien van het bepaalde in dit artikel Nadere Regels stellen.

Artikel 13 Verhouding prijs en kwaliteit aanbieders jeugdhulp en uitvoerders kinderbeschermingsmaatregelen en jeugdreclassering

Het college houdt in het belang van een goede prijs-kwaliteitverhouding bij de vaststelling van de tarieven die het hanteert voor door derden te leveren jeugdhulp of uit te voeren kinderbeschermingsmaatregelen of jeugdreclassering, rekening met:

  • a.

    de aard en omvang van de te verrichten taken;

  • b.

    de voor de sector toepasselijke CAO-schalen in relatie tot de zwaarte van de functie

  • c.

    een redelijke toeslag voor overheadkosten;

  • d.

    een voor de sector reële mate van non-productiviteit van het personeel als gevolg van verlof, ziekte, scholing en werkoverleg; en

  • e.

    kosten voor bijscholing van het personeel.

Artikel 14 Vertrouwenspersoon

Het college zorgt ervoor dat jeugdigen, ouders en pleegouders een beroep kunnen doen op een onafhankelijke vertrouwenspersoon.

Artikel 15 Klachtregeling

Het college draagt zorg voor een behoorlijke en transparante procedure ten behoeve van de afhandeling van klachten van jeugdigen en ouders die betrekking hebben op de wijze van afhandeling van meldingen en aanvragen als bedoeld in deze verordening.

Artikel 16 Inspraak en medezeggenschap

  • 1.

    Het college betrekt de ingezetenen van de gemeente bij de voorbereiding van het beleid betreffende jeugdhulp overeenkomstig de krachtens artikel 150. van de Gemeentewet gestelde regels met betrekking tot de wijze waarop inspraak wordt verleend.

  • 2.

    Het college stelt cliënten en vertegenwoordigers van cliëntgroepen omtrent jeugdhulp vroegtijdig in de gelegenheid voorstellen voor het beleid betreffende jeugdhulp te doen, advies uit te brengen bij de besluitvorming over verordeningen en beleidsvoorstellen betreffende jeugdhulp, en voorziet hen van ondersteuning om hun rol effectief te kunnen vervullen.

  • 3.

    Het college zorgt ervoor dat ingezetenen kunnen deelnemen aan periodiek overleg, waarbij zij onderwerpen voor de agenda kunnen aanmelden, en dat zij worden voorzien van de voor een adequate deelname aan het overleg benodigde informatie en ondersteuning.

  • 4.

    Het college kan nadere regels stellen vast ter uitvoering van het tweede en derde lid.

Artikel 17 Evaluatie

Het college evalueert eenmaal per vier jaar het gevoerde beleid, dan wel zoveel eerder als nodig als gevolg van wijziging van de wet. Het college zendt het evaluatieverslag na vaststelling daarvan naar de gemeenteraad, die op basis van het evaluatieverslag kan beoordelen of de verordening doeltreffend is en wat de effecten van het werken met de verordening in de praktijk zijn.

Artikel 18 Hardheidsclausule

Het college kan in bijzondere gevallen ten gunste van de jeugdige of zijn ouder afwijken van de bepalingen in deze verordening, wanneer toepassing van deze verordening of van de hieruit voortvloeiende Nadere Regels, wanneer toepassing ervan, leidt tot onbillijkheden van overwegende aard.

Artikel 19 Inwerktreding, intrekking oudere Verordening Jeugdhulp en citeertitel

  • 1.

    Deze verordening treedt in werking op de dag na de bekendmaking ervan en werkt terug tot 1 juli 2018;

  • 2.

    De Verordening Jeugdhulp gemeente Hendrik Ido Ambacht laatstelijk vastgesteld op 1 januari 2016 in te trekken.

  • 3.

    Deze verordening wordt aangehaald als: Verordening Jeugdhulp Hendrik-Ido-Ambacht 2018.

Ondertekening

Aldus besloten in de openbare vergadering van 14 januari 2019

de griffier, de voorzitter

G.H. Logt J. Heijkoop

Bijlage 1 Algemene beoordelingslijst Verordening Jeugdhulp

Algemene informatie

Onderstaande lijst ondersteunt jeugdigen, ouders en jeugdprofessionals bij de beoordeling of de hulp, zorg en ondersteuning die jeugdige en zijn ouders wensen in te zetten een individuele voorziening jeugdhulp, jeugdhulpaanbieder of jeugdhulpverlener is, zoals deze zijn gedefinieerd in resp. artikel 2 van de Verordening Jeugdhulp en hoofdstuk 1 van de Jeugdwet.

Komt een vorm van hulp, zorg of ondersteuning niet op de lijst voor, dan betekent dit niet per definitie dat deze vorm van hulp, zorg of ondersteuning kan worden toegekend. Ieder individueel geval wordt altijd afgewogen tijdens het onderzoek. De eindverantwoordelijkheid voor het toekennen of afwijzen van een voorziening ligt bij het college.

AV Zvw

-

Aanvullende verzekering Zorgverzekeringswet

BV Zvw

-

Basisverzekering Zorgverzekeringswet

WIz

-

Wet langdurige zorg

Pgb

-

Persoonsgebonden budget

Wk

-

Wet kinderopvang

Wmo

-

Wet maatschappelijke ondersteuning

ZiN

-

Zorg in natura

Legenda

Omschrijving

-

Onderwerp dat wordt toegelicht

Jeugdwet?

-

In principe geen jeugdhulp, tenzij onder de vermelde voorwaarden

Voorwaarden

-

Voorwaarden voor financiering

Extra informatie

-

Toelichting op het onderwerp

Andere of algemene voorziening

-

Toelichting welke andere of algemene voorziening kan worden benut op het gebied van zorg, onderwijs, maatschappelijke ondersteuning of werk en inkomen, anders dan in het kader van een individuele voorziening voortvloeiend uit de Jeugdwet. Deze andere of algemene voorziening kan niet worden gefinancierd met een persoonsgebonden budget onder de Jeugdwet.

Omschrijving

Jeugdwet?

Voorwaarden

Extra informatie

Andere voorziening

Acupunctuur

Geen individuele voorziening jeugdhulp onder artikel 2, Verordening jeugdhulp

Mogelijk aanvullende zorgverzekering. informeer bij de zorgverzekeraar

Administratie, overnemen van

Nee

Op grond van de nadere regels kan een pgb alleen worden aangewend ten behoeve van een individuele voorziening jeugdhulp. Daarbij moet de jeugdige of zijn ouder zelf in staat zijn de aan een Pgb verbonden taken uit te voeren.

Alarmsysteem

Nee

Au pair

Nee, tenzij

-Het jeugdteam heeft vastgesteld dat er sprake is van het bieden van jeugdhulp onder de noemer sociaal netwerk.

De au pair voldoet aan de eisen van artikel 15.

Een au pair is een persoon van niet Nederlandse nationaliteit die participeert in een cultureel uitwisselingsprogramma. De hoofddoelstelling van het verblijf is de culturele uitwisseling en de overige werkzaamheden zijn nevenactiviteiten waarbij niet concreet is geregeld welke werkzaamheden een au pair wel of niet mag doen. Het is daardoor mogelijk dat een au pair bv. een kind met een verstandelijke beperking begeleidt met een pgb. U moet wel rekening houden met bepaalde fiscale aspecten. De SVB kan u hierover informeren. (www.svb.nl)

Begeleiding bij regulier onderwijs

Nee, tenzij

Door het jeugdteam is vastgesteld dat er sprake is van een individuele voorziening jeugdhulp, namelijk begeleiding

Te denken valt hierbij aan begeleiding bij praktijklessen als schoolzwemmen of schoolgym of bij de omgang met andere kinderen, lunchpauze en/of bij spel.

De overige begeleiding is de verantwoordelijkheid van de school onder Passend Onderwijs. Ook het plannen en structureren van schoolse zaken als huiswerk is in principe de verantwoordelijkheid van de ouder.

Passend onderwijs

Begeleiding via moderne media, bijvoorbeeld Skype.

Nee, tenzij

Het jeugdteam heeft vastgesteld dat er sprake is van een individuele voorziening jeugdhulp, namelijk begeleiding

Het gaat hier bijv. om het tijdelijk ondersteunen in het aanbrengen van structuur, het stimuleren en aanzetten tot activiteit en daardoor het uitvoeren van vaardigheden die de zelfredzaamheid bevorderen

Begroting, hulp bij het opstellen van een

Nee

Op grond van de nadere regels kan een pgb alleen worden aangewend ten behoeve van een individuele voorziening. Daarbij moet de jeugdige of zijn ouder zelf in staat zijn de aan een pgb verbonden taken uit te voeren.

Beheer pgb

Nee

Op grond van de nadere regels kan een pgb alleen worden aangewend ten behoeve van een individuele voorziening. Daarbij moet de jeugdige of zijn ouder zelf in staat zijn de aan een Pgb verbonden taken uit te voeren.

Bemiddelingskosten

Nee

Op grond van de nadere regels kan een pgb alleen worden aangewend ten behoeve van een individuele voorziening. Daarbij moet de jeugdige of zijn ouder zelf in staat zijn de aan een Pgb verbonden taken uit te voeren.

Bewindvoerderkosten

Nee

Op grond van de nadere regels kan een pgb alleen worden aangewend ten behoeve van een individuele voorziening. Daarbij moet de jeugdige of zijn ouder zelf in staat zijn de aan een Pgb verbonden taken uit te voeren

Blindengeleidehond

Nee

Er is sprake van een andere voorziening

BV Zvw

Braille training

Nee

Er is sprake van een andere voorziening

BV Zvw

Buitenschoolse of naschoolse opvang

Nee

Er is sprake van een andere voorziening

Wk

Cadeau voor zorgverlener

Nee

Op grond van de nadere regels kan een pgb alleen worden aangewend ten behoeve van een individuele voorziening.

Computer, aanpassingen en onderhoud

Nee

Geen individuele voorziening jeugdhulp onder artikel 2, Verordening jeugdhulp

Consumpties

Nee

Geen individuele voorziening jeugdhulp onder artikel 2, Verordening jeugdhulp

Cursus zorgverlener

Nee

Eigen verantwoordelijkheid zorgverlener

Cursus/training opvoeden en opgroeien voor ouders/verzorgers in groepsverband, collectieve voorziening

Nee

Nee, tenzij

Er sprake is van jeugdhulp voor het omgaan met gedragsproblemen en het aanleren van opvoed- vaardigheden

Geen individuele voorziening jeugdhulp onder artikel 2, Verordening jeugdhulp

Dit wordt geboden door een andere of algemene voorziening, bijvoorbeeld CJG, jeugdgezondheidszorg of jeugdteam

Cursus voor een jeugdige

Nee

Nee, tenzij

Er sprake is van een individuele training gericht op het omgaan met psychosociale of psychische problemen

Geen individuele voorziening onder artikel 2, Verordening jeugdhulp.

Dit wordt geboden door een andere, voorliggende voorziening, bijvoorbeeld CJG, jeugdgezondheidszorg

Detentie van een jeugdige, jeugdhulp bij

Nee

Als een jeugdige in detentie is dan valt hij/zij onder Justitie en wordt geen jeugdhulp onder de Jeugdwet ingezet.

Dieren,

therapie met / begeleiding met, begeleiding bij verzorging van. Dier wordt als middel gebruikt om een doel te bereiken.

Nee, tenzij

Een jeugdhulpverlener gebruik maakt van dieren bij de begeleiding en/of ondersteuning

Dieren zijn geen jeugdhulpverlener zoals genoemd in de jeugdwet

Doventolk

Nee

Menzis regelt de vergoeding van doventolkuren in privésituaties, ongeacht waar de jeugdige is verzekerd.

Zie: http://www.menziszorgkantoor.nl/web/Consumenten/ZorgNodig/DoventolkZorg.htm

Zvw

Entreegeld jeugdige

Nee

Het eigen netwerk van de jeugdige wordt geacht de jeugdige te voorzien in de bekostiging van vrijetijdsbesteding.

Entreegeld bij begeleiding van de jeugdige

Nee

Het eigen netwerk van de jeugdige wordt geacht de jeugdige te voorzien in de (bekostiging van) begeleiding bij vrijetijdsbesteding.

Evaluatiegesprek zorgverleners

Nee

Evalueren is onderdeel van de te leveren zorg en maakt daarmee onderdeel uit van de gewerkte zorguren van de zorgverlener. Zie ook ‘Overheadkosten’.

Familiebezoek, begeleiding bij

Nee

Geen individuele voorziening jeugdhulp onder artikel 2, Verordening jeugdhulp

Het eigen netwerk van de jeugdige wordt geacht de jeugdige te voorzien in de begeleiding bij familiebezoek.

Feuerstein methode

Nee, tenzij

Onderdeel van een behandelplan van een jeugdhulpaanbieder

Vorm van psychosociale hulpverlening waarbij wordt uitgegaan van de mogelijkheden van de cliënt

Mogelijk aanvullende zorgverzekering, informeer bij uw zorgverzekeraar

Fitness (medische - , fysio - )

Nee

Geen individuele voorziening jeugdhulp onder artikel 2, Verordening jeugdhulp

Er is mogelijk een andere voorziening

AV Zvw

Gesprekken instanties, overnemen van

Nee

Geen individuele voorziening jeugdhulp onder artikel 2, Verordening jeugdhulp.

Dit is een algemene voorziening, die wordt geboden door het jeugdteam.

Jeugdteam

Gratificatie zorgverlener

Nee

Op grond van de nadere regels kan een pgb alleen worden aangewend ten behoeve van een individuele voorziening.

Homeopathie/ homeopathisch arts

Nee

Er is sprake van een andere voorziening

Mogelijk AV Zvw

Huiswerkbegeleiding basisonderwijs en voortgezet onderwijs

Nee

Hulphonden

Nee

Nee, tenzij

-

De jeugdhulpverlener gebruik maakt van dieren bij de begeleiding en/of ondersteuning

Zie ook ‘blindegeleidehond’

Dieren zijn geen jeugdhulpverlener zoals genoemd in de jeugdwet

BV Zvw

Hulpmiddelen (zoals protheses, speciaal schoeisel, rolstoel)

Nee

Er is sprake van een andere voorziening

BV/AV Zvw

Jeugdhulp buiten Nederland

Nee

Kerstpakket

Nee

Op grond van de nadere regels kan een pgb alleen worden aangewend ten behoeve van een individuele voorziening.

Kinderopvang kind jeugdhulpverlener

Nee

Er is sprake van een andere voorziening

Wk

Kinderopvang, dagverblijf, babysit, crèche

Nee

Er is sprake van een andere voorziening

Wk

Leermiddelen, (aangepast)

Nee

Er is sprake van een andere voorziening

Passend onderwijs

Lesgeld / contributie

Nee

Geen individuele voorziening jeugdhulp onder artikel 2, Verordening jeugdhulp

Het eigen netwerk van de jeugdige wordt geacht de jeugdige te voorzien in de bekostiging van vrijetijdsbesteding.

Logeeropvang

Nee, tenzij

Er sprake is van kortdurend verblijf

Maximaal 3 etmalen per week

Lotgenotencontact

Nee

Geen individuele voorziening jeugdhulp onder artikel 2, Verordening jeugdhulp

Manicure

Nee

Geen individuele voorziening jeugdhulp onder artikel 2, Verordening jeugdhulp

Massage

Nee

Geen individuele voorziening jeugdhulp onder artikel 2, Verordening jeugdhulp

Mediërend leren

Nee

Er is sprake van een andere voorziening. Het betreft aanleren schoolse vaardigheden.

Passend Onderwijs

Meditatieve ontwikkeling

Nee

Geen individuele voorziening jeugdhulp onder artikel 2, Verordening jeugdhulp

Middelen

Nee

Dit zijn tastbare goederen, die nodig zijn bij het verlenen van jeugdhulp

Mondhygiënist

Nee

Er is sprake van een andere voorziening.

BV Zvw

Muziekles

Nee

Geen individuele voorziening jeugdhulp onder artikel 2, Verordening jeugdhulp

Het eigen netwerk van de jeugdige wordt geacht de jeugdige te voorzien in de bekostiging van vrijetijdsbesteding.

Neurofeedback

Nee

Geen individuele voorziening jeugdhulp onder artikel 2, Verordening jeugdhulp

Neurolinguïstisch programmeren (NLP)

Nee

Geen individuele voorziening jeugdhulp onder artikel 2, Verordening jeugdhulp

Dagbesteding ter vervanging van onderwijs

Nee, tenzij

De jeugdige niet meer terugkeert in het onderwijs

-Dagbesteding (tijdelijk) wordt ingezet voor het bereiken van doelen voortkomend uit problemen en/of stoornissen van de jeugdige

-Dit betreft jeugdigen die op leerplichtige leeftijd uitstromen uit het onderwijs veelal met een leerplichtontheffing.

-De jeugdige krijgt een persoonlijk plan in de vorm van een onderwijs/zorgarrangement waar dagbesteding onderdeel van uitmaakt. De dagbesteding wordt specifiek ingezet om de jeugdige te laten werken aan doelen voortkomend uit problemen en/of stoornissen ten behoeve van terugkeer in het (speciaal) onderwijs.

Opvang budgethouder (= ouder/verzorger van de jeugdige )

Nee

Er is sprake van een andere voorziening

Wmo

Overheadkosten van de jeugdhulpverlener

Nee

Is een integraal onderdeel van het uurtarief van de jeugdhulpverlener, deze kosten kunnen niet separaat worden gedeclareerd

Paardrijden

Nee, tenzij

Een jeugdhulpverlener gebruik maakt van dieren bij de begeleiding en/of ondersteuning

Dieren zijn geen jeugdhulpverlener zoals genoemd in de jeugdwet.

Pastorale hulpverlening

Nee

Geen individuele voorziening jeugdhulp onder artikel 2, Verordening jeugdhulp

Patiëntenvereniging, bijdrage

Nee

Pedicure

Nee

Geen individuele voorziening jeugdhulp onder artikel 2, Verordening jeugdhulp

Personal trainer

Nee

Geen individuele voorziening jeugdhulp onder artikel 2, Verordening jeugdhulp

Plannen en structureren

Nee, tenzij

Er door het jeugdteam is vastgesteld dat er sprake is van individuele begeleiding voor het aanleren van algemene plannings- en structurerings-vaardigheden van de dag of week in zijn totaliteit.

Reiskosten van de jeugdige naar en van de jeugdhulpinstelling

Nee

Zie de vervoersregeling op de website van de Serviceorganisatie Jeugd ZHZ

Reiskosten woon-werkverkeer jeugdhulpverlener

Nee

Reiskosten woon-werkverkeer van jeugdhulpverlener zijn voor eigen rekening

Remedial teaching

Nee

Er is sprake van een andere voorziening

Passend onderwijs

Respijtzorg

Nee, tenzij

Door het jeugdteam is vastgesteld dat er sprake is van (dreigende) overbelasting van de ouder door de zorg voor een jeugdige met een lichamelijke, zintuiglijke en/of verstandelijke beperking, en/of een psychiatrische of somatische aandoening

Jeugdhulp, die in dit kader die vergoed kan worden uit een pgb is begeleiding, dagbesteding of kortdurend verblijf bij een aanbieder of bij het sociale netwerk, niet zijnde het eigen gezin.

Sport, begeleiding bij sport en begeleiding middels sport

Nee

Geen individuele voorziening jeugdhulp onder artikel 2, Verordening jeugdhulp.

Het eigen netwerk van de jeugdige wordt geacht de jeugdige te voorzien in de bekostiging van en begeleiding bij vrijetijdsbesteding

Stage, begeleiding bij

Nee

Er is sprake van een andere voorziening

Onderwijs

Studiebegeleiding

Nee

Uitstapje jeugdige

Nee

Het eigen netwerk van de jeugdige wordt geacht de jeugdige te voorzien in de bekostiging van en begeleiding bij vrijetijdsbesteding

Uitstapjes school, begeleiding bij

Nee, tenzij

Door het jeugdteam is vastgesteld er sprake is van een vorm van jeugdhulp, zijnde begeleiding.

Er moet sprake zijn van begeleiding. De uitstapjes zelf mogen niet uit het pgb betaald worden.

Vakantie(kamp) jeugdige

Nee

Geen individuele voorziening jeugdhulp onder artikel 2, Verordening jeugdhulp.

Verpleging

Nee

Er is sprake van een andere voorziening

Wlz, Zvw

Verslaglegging, rapportage, administratieve

Handelingen

Nee

Is een integraal onderdeel van het uurtarief van de jeugdhulpverlener, deze kosten kunnen niet separaat worden gedeclareerd

Vervoer van en naar school van de jeugdige

Nee

Er is sprake van een andere voorziening

Leerlingenvervoer via gemeente

Vervoer van school naar een buitenschoolse/ naschoolse opvanginstelling van een jeugdige

Nee

Er is sprake van een andere voorziening. Vervoer moet worden geregeld via de buitenschoolse /naschoolse opvanginstelling

Wk

Vervoerskosten van een jeugdige van en/of naar de locatie van een jeugdhulpaanbieder

Nee

Zie de vervoersregeling op de website van de Serviceorganisatie Jeugd ZHZ.

Video home training

Nee

Geen losstaande individuele voorziening jeugdhulp onder artikel 2, Verordening jeugdhulp. Maakt onderdeel uit van een behandeling.

Vrijetijdsbesteding, vergoeding van

Nee

Het eigen netwerk van de jeugdige wordt geacht de jeugdige te voorzien in vrijetijdsbesteding.

Vrijetijdsbesteding, begeleiding bij

Nee

Begeleiding bij vrijetijdsbesteding mag niet vanuit het Pgb jeugdhulp gefinancierd worden wanneer het doel participatie en recreatie is. Mee gaan met winkelen kan bijv. niet vanuit het pgb gefinancierd worden

Vrijwilligersvergoeding

Nee

Weerbaarheidstraining

Nee

Geen losstaande individuele voorziening jeugdhulp onder artikel 2, Verordening jeugdhulp. Maakt onderdeel uit van een behandeling

Werving zorgverlener

Nee

Op grond van de nadere regels kan een pgb alleen worden aangewend ten behoeve van een individuele voorziening.

Zorgplan / werkplan / overeenkomsten opstellen

Nee

Er is sprake van een andere voorziening

Wmo

Zorgverleners uit het buitenland

Nee, tenzij

aan de voorwaarden wordt voldaan die de overheid stelt aan deze werknemers.

Meer informatie over buitenlanders die in Nederland zorg verlenen vindt u op :

http://www.rijksoverheid.nl/onderwerpen/nieuw-in-nederland/vergunningen-buitenlandse-werknemers

Zwembad entree

Nee

Het eigen netwerk van de jeugdige wordt geacht de jeugdige te voorzien in de bekostiging van vrijetijdsbesteding. Zie ook de invulling van ‘gebruikelijke zorg’ op de website van de Serviceorganisatie

Zwemles

Nee

Het eigen netwerk van de jeugdige wordt geacht de jeugdige te voorzien in de bekostiging van vrijetijdsbesteding. Zie ook de invulling van ‘gebruikelijke zorg’ op de website van de Serviceorganisatie

Bijlage 2 Wijzigingsoverzicht Verordening Jeugdhulp, Nadere Regels en Beleidsregels Hendrik-Ido-Ambacht 2018

29 maart 2019

Hieronder is aangegeven welke wijzigingen zijn doorgevoerd in de Verordening Jeugdhulp, Nadere regels en de Beleidsregels:

Pagina 1. t/m 7.

Verordening Jeugdhulp

Pagina 7. en 8.

Nadere regels

Pagina 9. t/m 12.

Beleidsregels

Nieuw

Oud

Toelichting

Verordening Jeugdhulp

Overwegende 1. en 2

- Artikel 1. en 2. omgedraaid

- Ouders worden geacht de tot hun gezin behorende jeugdige(n) dagelijkse hulp, zorg en ondersteuning te bieden ook als er sprake is van een jeugdige met een ziekte, aandoening of beperking;

Tekst was opgenomen in de beleidsregels

Tekst hoort thuis in het algemene kader

Overwegende 3.

Tekst aangepast aan wet

Artikel 1. Actieplan

Plan opgesteld door een jeugdprofessional in het kader van de toegang tot jeugdhulp

Familiegroepsplan als bedoeld in artikel 1.1 van de wet

Bijgesteld in overeenstemming met gebruik van het actieplan

Artikel 1: Jeugdhulp

Jeugdhulpaanbieder

Ouder

Tekst uit Jeugdwet overgenomen

Verwijzingen naar Jeugdwet

Teksten uit de Jeugdwet zijn toegevoegd om leesbaarheid te vergroten

Artikel 1: Jeugdprofessional

Definitie toegevoegd

Geen

Definitie was nog niet opgenomen

Artikel 1: Jeugdteam

Een op gebiedsniveau georganiseerd, multidisciplinair team van medewerkers van jeugdhulpaanbieders dat de hulpvraag voor jeugdhulp van jeugdigen of hun ouders als algemene voorziening afhandelt

Een op gebiedsniveau georganiseerd, multidisciplinair team van gespecialiseerde ambulante jeugdhulpaanbieders dat de hulpvraag van jeugdigen of hun ouders als algemene voorziening afhandelt

De formulering is aangepast om aan te geven dat het medewerkers van jeugdhulpaanbieder gaat die lokaal samenwerken in een team

Artikel1.

Pgb

Aan een jeugdige

Aan de jeugdige of zijn ouder

Jeugdhulp wordt aan de jeugdige beschikt

Artikel1.

Zorgprogramma

Definitie toegevoegd

Geen

Definitie was nog niet opgenomen

Artikel1.

Zorgprofiel

Definitie toegevoegd

Geen

Definitie was nog niet opgenomen

Artikel 2. lid 1.

Jeugdhulp geleverd door het jeugdteam

Het jeugdteam

Tekstuele aanpassing

Artikel 2. lid 2.

Vervoersdiensten ondergebracht in een subonderdeel

Samen met voorzieningen

Een vervoersdienst is geen vorm van jeugdhulp

Artikel 2. lid 2. Sub 1.

Voorzieningen uitgebreid met toelichting

Voorzieningen

Toelichting toegevoegd ter verduidelijking van de inhoud van de voorzieningen

Artikel 2. lid 4.

Uitgezonderd een gesloten plaatsing kan jeugdhulp in de vorm van zorg in natura zo nodig aan een jeugdige worden toegekend in de vorm van een zorgprofiel en als zodanig worden vastgelegd in de beschikking als genoemd in artikel 10. van deze Verordening Jeugdhulp

Verplaatst uit de Nadere Regels en aangepast.

Met ingang van 2018 wordt het bieden van jeugdhulp in de vorm van een zorgprofiel de norm

Artikel 3.

Opgedeeld in twee leden

Geen opdeling

Vergroten van de leesbaarheid

Artikel 3. lid 1.

Met een contract voor de levering van jeugdhulp

Geen tekst

Het college is gehouden een voorziening te treffen als er met de betreffende aanbieder een contract is gesloten

Artikel 3. lid 2.

Het college legt de inzet van de betreffende jeugdhulp door een jeugdhulp-aanbieder na een verwijzing zoals bedoeld in lid 1. van dit artikel op verzoek van de jeugdige en/of de ouder vast in een beschikking als bedoeld in artikel 10.

En legt dit vast in een beschikking als bedoeld in artikel 10.

De afgelopen jaren is gebleken dat er in de meeste gevallen geen behoefte is aan een beschikking na verwijzing door een jeugdarts, huisarts of medisch specialist, omdat deze beschikking veelal al pas kan worden verzonden als de jeugdhulp is beëindigd

Artikel 4. lid 3.

Het college kan nadere regels stellen ten aanzien van de toegang tot jeugdhulp

Geen tekst

Mogelijkheid is toegevoegd om aanvullende regels te kunnen maken voor de toegang tot jeugdhulp

Artikel 5.

Onderzoek

Vooronderzoek Inhoud gesprek

Artikelen zijn samengevoegd en voorwaarden zijn ondergebracht in de Nadere Regels

Artikel 5. lid 1.

Niet zijnde een vraag die leidt tot een eenmalig advies

Geen tekst

Als er sprake is van een eenmalig advies kan worden afgezien van een verder onderzoek

Voert het college zo spoedig mogelijk, doch uiterlijk binnen zes weken, een onderzoek uit Overeenkomstig het tweede tot en met achtste lid. Het college bevestigt de ontvangst van de melding

Geen tekst

Termijn voor het onderzoek is overgenomen uit de Wmo

Vervallen

En maakt uiterlijk binnen twee weken een afspraak voor een gesprek

Deze termijn is beperkend in het onderzoek

Artikel 5. lid 2. (was lid 3.)

Het college onderzoekt in een gesprek of gesprekken met de jeugdige en/of de ouder of de eigen mogelijkheden en het probleemoplossend vermogen ontoereikend zijn om hulp aan de jeugdige naar aard en omvang voor de tijdens het onderzoek vastgestelde problemen en stoornissen te kunnen bieden.

Het college onderzoekt in een gesprek tussen jeugdhulpaanbieders en de jeugdige of zijn ouders, zo spoedig mogelijk en voor zover nodig:

a-i

Tekst is aangepast naar de tekst van de Jeugdwet, artikel 2.3

Artikel 5. lid 6.

De jeugdige of zijn ouder kunnen een second opinion aanvragen bij een jeugdprofessional van het jeugdteam, anders dan de behandelend medewerker of een ander jeugdteam uit de regio Zuid-Holland Zuid, onverminderd de mogelijkheden van bezwaar en beroep

Verplaatst uit de nadere regels en tekstueel aangepast

Is een essentieel recht en past binnen het kader van het onderzoek

Explicieter is beschreven dat een second opinion ook in een ander team kan worden opgevraagd

Artikel 5. lid 7.

Het college kan nadere regels stellen ten aanzien van het onderzoek en de uitwerking daarvan

Geen tekst

Mogelijkheid is toegevoegd om door het college nadere regels te kunnen maken ter uitvoering van het onderzoek

Was artikel 6. lid 2.

Vervallen

In de gevallen bedoeld in artikel 8.2.1 van de wet informeert het college de ouders dat een ouderbijdrage is verschuldigd en hoe deze bijdrage wordt geïnd

Ouderbijdrage is vervallen in de wet per 1-1-2016

Artikel 6. lid 2.

Was artikel 7. lid 2.

Zes weken

Twee weken

Termijn is om tot een verslag te komen is gelijkgesteld met het actieplan

Artikel 6. lid 3.

Was artikel 7. lid 3.

Indien het onderzoek leidt tot de aanvraag van een individuele voorziening wordt binnen zes weken na het laatste gesprek over de uitkomsten van het onderzoek een actieplan opgesteld […]

Indien het gesprek naar het oordeel van het college leidt tot de wenselijkheid van een individuele voorziening, wordt ter zake tevens binnen zes weken een actieplan opgesteld […]

Tekst is bijgesteld om aan te sluiten bij de feitelijke situatie, waarin een onderzoek kan leiden tot de aanvraag voor een voorziening.

Artikel 7. lid 1.

De aanvraag voor een individuele voorziening jeugdhulp kan niet eerder worden ingediend dan nadat de jeugdprofessional een schriftelijke weergave van de uitkomsten van het onderzoek in de vorm van het actieplan of een verslag aan de jeugdige en/of ouder heeft verstrekt, tenzij het onderzoek niet is uitgevoerd binnen de in het artikel 5., lid 1. genoemde termijn of het actieplan niet is opgesteld binnen de in het artikel 6. lid 3. genoemde termijn.

Geen tekst

Proces van aanvraag voor jeugdhulp is gelijkgesteld aan de wijze waarop in de Wmo wordt gekomen tot een aanvraag voor een maatwerk-voorziening.

Artikel 7. lid 2.

Was artikel 8. lid 1.

Jeugdigen en/of de ouders dient een aanvraag voor een individuele voorziening schriftelijk in bij het college.

Jeugdigen of ouders kunnen een aanvraag voor een individuele voorziening mondeling of schriftelijk indienen bij het college.

Het mondeling kunnen indienen van een aanvraag heeft bij individuele gevallen tot veel onduidelijkheid geleid. Deze onduidelijkheid is weggenomen door de mogelijkheid de aanvraag mondeling in te dienen te laten vervallen

Artikel 7. lid 3.

Was artikel 8. lid 2.

Een door de jeugdige en/of ouder ondertekend actieplan, als bedoeld in artikel 6., wordt door het college als aanvraag voor een individuele voorziening beschouwd

Een voor akkoord ondertekend verslag van het gesprek en, in voorkomend geval een ondertekend actieplan, als bedoeld in artikel 7., wordt door het college als complete aanvraag voor een individuele voorziening beschouwd

De praktijk heeft geleerd dat in het geval van een individuele voorziening er altijd een actieplan wordt gemaakt

Artikel 7. lid 5.

Het college kan nadere regels met betrekking tot de voorwaarden aan de aanvraag, voor toekenning en beoordeling van, en de afwegingsfactoren bij een individuele voorziening

Geen tekst

Mogelijkheid is toegevoegd om door het college nadere regels te kunnen maken om inhoudelijk deze artikelen te kunnen verduidelijken

Artikel 8.

Was artikel 9. lid 3.

Vervallen

Het college kan nadere regels stellen over de wijze waarop de hoogte van een pgb wordt vastgesteld.

Verplaatsing uit de Nadere regels vanwege uitspraak verboden delegatie. Uitspraak geeft aan dat verantwoordelijkheid van de wijze waarop het tarief van het pgb wordt vastgesteld bij de gemeenteraad ligt

Artikel 8. lid 3.

De hoogte van een pgb wordt vastgesteld op basis van maximaal 100% van het totaal aantal eenheden (uren, dagdelen, trajecten, etc.) dat in de verleende periode van de betreffende individuele voorziening gebruik gemaakt gaat worden

In de Nadere Regels

Verplaatsing uit de Nadere regels vanwege uitspraak verboden delegatie. Uitspraak geeft aan dat verantwoordelijkheid van de wijze waarop het tarief van het pgb wordt vastgesteld bij de gemeenteraad ligt

Artikel 8. lid 4.

De hoogte van het Pgb-tarief per eenheid van een gespecificeerde vorm van een individuele voorziening bedraagt maximaal 100% van het laagste gecontracteerde tarief van deze voorziening in Zuid-Holland Zuid van de in de betreffende situatie adequate en minst kostbare voorziening in natura

In de Nadere Regels

Verplaatsing uit de Nadere regels vanwege uitspraak verboden delegatie. Uitspraak geeft aan dat verantwoordelijkheid van de wijze waarop het tarief van het pgb wordt vastgesteld bij de gemeenteraad ligt

Artikel 8. lid 6.

Was artikel 14. lid 5. van de Nadere Regels

In afwijking van het bepaalde in het vierde lid, is het uurtarief voor de inzet van het sociaal netwerk, als bedoeld in artikel 8.1.1 lid 3. van de wet, is maximaal 20 Euro

Het tarief à maximaal 20 Euro per eenheid ontvangen, in aansluiting op artikel 9. lid 2. van de Nadere Regels

Verplaatsing uit de Nadere regels vanwege uitspraak verboden delegatie. Uitspraak geeft aan dat verantwoordelijkheid van de wijze waarop het tarief van het pgb wordt vastgesteld bij de gemeenteraad ligt

Artikel 8. lid 7.

Vervangen door lid 6 .

Voor de vaststelling van het Pgb worden de tarieven gehanteerd ten tijde van de aanvraag van de individuele voorziening

Ten tijde van het afgeven van de beschikking

Tijdens het aanvraagproces wordt een begrotingsplan gemaakt waarvan het Pgb-tarief een onderdeel is. Het tarief ten tijde van het afgeven van de beschikking is daarmee te laat.

Verplaatsing uit de Nadere Regels vanwege uitspraak verboden delegatie. Uitspraak geeft aan dat verantwoordelijkheid van de wijze waarop het tarief van het pgb wordt vastgesteld bij de gemeenteraad ligt

Artikel 8. lid 8.

Aan het Pgb wordt geen bedrag toegevoegd welke niet terug te leiden is tot de inzet van een individuele voorziening

In de Nadere Regels

Verplaatsing uit de Nadere Regels vanwege uitspraak verboden delegatie. Uitspraak geeft aan dat verantwoordelijkheid van de wijze waarop het tarief van het Pgb wordt vastgesteld bij de gemeenteraad ligt

Artikel 8. lid 9.

De tarieven voor jeugdhulp voor levering met een pgb (pgb tarieven) Zuid-Holland Zuid worden jaarlijks gepubliceerd op de website van de Serviceorganisatie Jeugd ZHZ

Geen tekst

Duidelijkheid waar de tarieven voor pgb's kenbaar worden gemaakt

Artikel 8. lid 10. sub b.

Het college kan nadere regels stellen ten aanzien van bepaling wie tot het sociaal netwerk behoort, het afwegingskader en de eisen aan de inzet van het sociale netwerk

Het college bepaalt bij nadere regeling onder welke voorwaarden de persoon aan wie een pgb wordt verstrekt, de jeugdhulp kan betrekken van een persoon die behoort tot het sociale netwerk

De bevoegdheid om voorwaarden te stellen aan de inzet van het sociaal netwerk moet worden vastgesteld in de verordening

Artikel 9.

Indien de jeugdige en/of zijn ouder jeugdhulp wil betrekken van een jeugdhulpaanbieder welke hogere kosten per eenheid jeugdhulp in rekening brengt dan de maximaal vastgestelde Pgb-tarieven Zuid-Holland Zuid welke voortvloeit uit artikel 8, dan wordt het Pgb slechts verleend indien de jeugdige en/of zijn ouders aangeven deze extra kosten voor eigen rekening te nemen. Dit wordt vastgelegd in het actieplan

In de Nadere Regels

Verplaatsing uit de Nadere regels vanwege uitspraak verboden delegatie. Uitspraak geeft aan dat verantwoordelijkheid van de wijze waarop het tarief van het pgb wordt vastgesteld bij de gemeenteraad ligt

Artikel 10. lid 2.a.

Op basis van welk advies of verwijzing de verlening heeft plaatsgevonden

Geen tekst

In de beschikking wordt opgenomen waarop de toekenning is gebaseerd

Vervallen

Wat het beoogde resultaat is

De afspraken over de in te zetten jeugdhulp staan in het actieplan

Artikel 10. lid 3.a.

Op basis van welk advies of verwijzing de verlening heeft plaatsgevonden

Geen tekst

In de beschikking wordt opgenomen op welk advies de toekenning is gebaseerd

Artikel 10. lid 3.a.

Vervallen

Voor welk resultaat het Pgb wordt aangewend

De afspraken over de in te zetten jeugdhulp staan in het actieplan

Artikel 11. lid 3.

Als het college een besluit heeft ingetrokken, omdat de jeugdige of zijn ouders onjuiste of onvolledige gegevens hebben verstrekt en de verstrekking van juiste of volledige gegevens tot een andere beslissing zou hebben geleid, kan het college geheel of gedeeltelijk de geldwaarde terugvorderen van de jeugdige of zijn ouders, van de ten onrechte genoten individuele voorziening of het ten onrechte genoten Pgb

Als het college een besluit op grond van het tweede lid heeft ingetrokken, kan het college geheel of gedeeltelijk de geldswaarde terugvorderen van de jeugdige of zijn ouders, van de ten onrechte genoten individuele voorziening of het ten onrechte genoten Pgb

Er kan slechts worden teruggevorderd als het Pgb is herzien/ingetrokken op grond van schending van sub a van artikel 8.1.4

Artikelen 11. lid 5.

Vervallen

Het Pgb binnen 12 maanden na uitbetaling niet is aangewend voor de bekostiging van de voorziening waarvoor de verlening heeft plaatsgevonden

Het is niet toegestaan om in de verordening een extra terugvorderingsgrond op te nemen

Artikel 12.

Leden 1. t/m 9.

Geen tekst

In de Jeugdwet zijn geen artikelen die invulling geven aan de bestrijding van fraude. Deze artikelen in de Verordening bieden de mogelijkheid fraudebestrijding te organiseren

Nadere regels

Artikel 1. lid 1.

Jeugdhulp in het buitenland kan alleen aan de jeugdige worden toegekend indien de betreffende jeugdhulpaanbieder gecontracteerd is om jeugdhulp te bieden aan jeugdigen uit de regio Zuid-Holland Zuid

Geen

Er wordt alleen gecontracteerd aanbod in het buitenland vergoed ter voorkoming van fraude van jeugdhulpmiddelen

Artikel 1. lid 2.

Indien de jeugdige en zijn ouder(s) instemmen met het onderzoek en advies van Stichting Jeugdteams, zoals verwoord in het actieplan en met in acht name van artikel 7. lid 3l van de Verordening Jeugdhulp, wordt jeugdhulp in de vorm van een zorgprofiel beschikt

Geen

Het bieden van jeugdhulp in de vorm van een zorgprofiel vereist het vertrouwen van de jeugdige en zijn ouder dat zij instemmen met het onderzoek en advies van de jeugdprofessional

Artikel 2

Lid 3 sub d, e, f, g, h

In de beleidsregels

Uitwerking van medische noodzaak en zelfredzaamheid was opgenomen in de beleidsregels. Is verbindend voorschrift, dus hoort thuis bij de Nadere regels

Artikel 2. lid 4.

Was artikel 7. lid 3.

De vaststelling van de noodzaak van een vervoersvoorziening, zoals gesteld in artikel 5. lid 2., wordt uitgevoerd door de jeugdprofessionals van de Stichting Jeugdteams of de Gecertificeerde Instelling

De noodzaak van een vervoersvoorziening, zoals gesteld in artikel 7. lid 3., wordt getoetst door de jeugdprofessionals van de Stichting Jeugdteams

De noodzaak wordt vastgesteld, niet alleen getoest.

Ook de Gecertificeerde Instelling kan bepalen of er een vervoers-voorziening noodzakelijk is

Artikel 2. lid 6.

De aanvraag voor een vervoersvoorziening wordt gedaan door middel van een ondertekend aanvraagformulier vervoer

Geen

Er is een separaat formulier om de vervoersvoorziening aan te vragen

Artikel 2. lid 7.

De adressen en tijden die staan aangegeven op het ondertekende aanvraagformulier vervoer worden gebruikt voor de planning van het vervoer. Incidentele wijzigingen van deze adressen en tijden zijn in principe niet mogelijk, onder incidentele wijzigingen wordt verstaan: eenmalig vervoer van of naar een andere locatie of eenmalig andere vervoerstijden; in deze gevallen zorgt de jeugdige of zijn ouder zelf voor een andere oplossing

Geen

Met dit artikel wordt de status van het aanvraagformulier benadrukt.

Artikel 2. lid 8.

Bij een structurele en/of wezenlijke wijziging dient een nieuw aanvraagformulier door u te worden ingediend bij het jeugdteam

Geen

Met dit artikel wordt de status van het aanvraagformulier benadrukt

Artikel 2. lid 9.

De duur van de vervoersvoorziening is gelijk aan de duur die in de beschikking is vermeld of korter indien de betreffende individuele voorziening eerder eindigt

In de beleidsregels

Verplaatst uit de beleidsregels

Artikel 3.

Was artikel uit de beleidsregels

Opgenomen in de Nadere regels

Verplaatst

Verbindend voorschrift, hoort thuis is de Nadere Regels

Artikel 4.

Was artikel uit de Beleidsregels

Opgenomen in de Nadere Regels. Tekst is aangepast

Verplaatst

Verbindend voorschrift, hoort thuis in de nadere regels.

De vervoersvoorziening diende aanbesteed te worden en dit heeft een andere uitvoering tot gevolg gehad

Artikel 5.

De behandeling van Ernstige Enkelvoudige Dyslexie is dan pas toegankelijk voor de jeugdige nadat het verantwoordelijk samenwerkingsverband voor de uitvoering van Passend Onderwijs van de betreffende school voor primair onderwijs of voortgezet onderwijs van oordeel is dat de behandeling van Ernstige Enkelvoudige Dyslexie noodzakelijk is

Geen

Vastleggen van de route naar de diagnostiek behandeling voor Ernstige Enkelvoudige Dyslexie

Was Artikel 3. lid 1.

Geen

Een hulpvraag heeft voor een vorm van jeugdhulp, beschreven in artikel 1.1 bij de begripsbepaling jeugdhulp lid 2. en 3., die de gebruikelijke zorg overstijgt

Artikel 6.

Alle leden: 1. t/m 7.

Geen

Deze voorwaarden geven eenduidigheid voor de jeugdige en ouder wat zij kunnen verwachten als het onderzoek wordt uitgevoerd naar hun hulpvraag

Artikel 7.

Alle leden: 1. t/m 3.

Geen

Er wordt beschreven waar een aanvraag aan moet voldoen. In de praktijk kan dit betekenen dat op grond van deze beschrijving een formulier door de SOJ beschikbaar kan worden gesteld waarmee de jeugdige of zijn ouder een aanvraag kan indienen

Artikel 6. lid 4.

Was artikel 3. lid 2.

De eigen mogelijkheden en het probleemoplossend vermogen van de ouder(s) en van het sociale netwerk ontoereikend zijn om zelf de nodige hulp, zorg en ondersteuning aan de jeugdige te kunnen bieden

Op eigen kracht of met zijn ouders of andere personen uit zijn naaste omgeving geen oplossing voor zijn hulpvraag kan vinden

De tekst is gelijkgesteld aan de tekst in de Jeugdwet.

Artikel 9.

…kan bij wijze van overgangsperiode eenmalig een voorziening voor maximaal 12 weken worden verleend

kan eenmalig een overgangsperiode van maximaal 12 weken middels een beschikking worden verleend

Aanpassing zodat helder wordt dat een voorziening wordt verleend bij wijze van overgangsregeling

Artikel 10. lid 2. sub b.

Was artikel 6. lid 2.

Als de jeugdige en/of zijn ouders zich gemotiveerd op het standpunt stellen waarom zij de individuele voorziening die door middel van Zorg in Natura wordt geleverd, niet passend achten

Als de jeugdige of zijn ouders overtuigend kunnen motiveren waarom zij de individuele voorziening die door een aanbieder wordt geleverd, niet passend achten

De tekst is gelijkgesteld aan de tekst in de Jeugdwet

Artikel 10. lid 1. sub e.

Indien hetPpgb niet wordt ingezet voor betaling van jeugdhulp geleverd en/of genoten buiten Nederland

Geen

Ter voorkoming van fraude op jeugdhulpmiddelen

Artikel 11. lid 1.

Een jeugdhulpaanbieder of jeugdhulpverlener mag geen jeugdhulp bieden na onherroepelijke veroordeling, berisping en gedurende een onderzoek vanwege ondeskundige zorg, het handelen in strijd met de Jeugdwet, het Besluit en de gemeentelijke voorwaarden en beleid, misleiding, fraude en uitbuiting personeel

Geen

Is toegevoegd om de inzet van jeugdhulpaanbieder uit te sluiten, waarvan de aangeboden jeugdhulp ter discussie staat

Artikel 11. lid 3.

Jeugdhulpaanbieders en jeugdhulpverleners houden zich aan de voor hun beroepsgroep geldende richtlijnen, brancheafspraken en aanvullende openbare afspraken omtrent het leveren van jeugdhulp voor de regio Zuid-Holland Zuid

Geen

Is toegevoegd om helderheid te verschaffen over de verplichtingen van een jeugdhulpaanbieder die wordt ingeschakeld met een Pgb

Artikel 15.

Leden 1. en 2.

Geen

In aanvulling op het afwegingskader zijn de voorwaarden om het sociaal netwerk in te zetten voor het bieden van jeugdhulp nader omschreven

Bijlage

Inleidende tekst is aangepast

Beleidsregels

Artikel 1. lid 1. en 2.

(oud)

Vervallen

Gebruikelijke zorg is geen begrip uit de Jeugdwet

Artikel 2. leden 1 .t/m 5. (oud)

Vervallen

Gebruikelijke zorg is geen begrip uit de Jeugdwet

Artikel 3. (oud)

Vervallen

Gebruikelijke zorg is geen begrip uit de Jeugdwet

Artikel 4. (oud)

Vervallen

Artikel 6. (oud)

Verplaatst naar Nadere regels, zie hierboven

Artikel 7. t/m 11.

Verplaatst naar de Nadere regels, zie hierboven

Artikel 1. (nieuw)

Leden 1. en 2.

Geen

De leden zijn toegevoegd om eenduidigheid te creëren over de inhoud van het onderzoek op grond van artikel 2.3 van de Jeugdwet

Artikel 2. (Nieuw)

Leden 1., 2. en 3.

Geen

Dit artikel is toegevoegd om eenduidigheid te creëren wat wordt verstaan onder de algemeen dagelijkse levensbehoeften in het kader van persoonlijke verzorging

Artikel 3. (nieuw) lid 1.

Verstrekking van een voorziening in de vorm van een pgb vindt niet plaats indien is vastgesteld dat de jeugdige of zijn ouders problemen zal hebben met de aan een Pgb verbonden taken en zij geen hulp kunnen ontvangen van de personen als genoemd in artikel 8. lid 2. van de Nadere Regels

Verstrekking van een voorziening in de vorm van een Pgb vindt niet plaats indien het ernstige vermoeden bestaat dat de aanvrager problemen zal hebben met het omgaan met een Pgb. Hiervan is sprake:

a.als bij schulden beslaglegging op het Pgb dreigt;

b.als overigens mag worden verwacht dat het Pgb niet zal worden besteed waarvoor het is bedoeld

Tekst aangepast aan de tekst van de Jeugdwet

Artikel 3. (nieuw) lid 2.

De problemen worden vastgesteld door middel een test, zoals de pPb-test van Per Saldo.

Geen

Zo nodig kan door middel van een test worden vastgesteld dat de jeugdige of zijn ouder het pgb niet kan beheren