Regeling vervallen per 30-11-2023

Verordening geurhinder en veehouderij gemeente Landerd, partiële wijziging 2021

Geldend van 08-02-2021 t/m 29-11-2023

Intitulé

Verordening geurhinder en veehouderij gemeente Landerd, partiële wijziging 2021

Artikel 1: Begripsbepaling

In deze verordening wordt verstaan onder:

  • -

    Veehouderij: inrichting die tot een krachtens artikel 1.1, derde lid, van de Wet milieubeheer aangewezen categorie behoort en is bestemd voor het fokken, mesten, houden, verhandelen, verladen of wegen van dieren.

  • -

    Wet: de Wet geurhinder en veehouderij.

  • -

    Geurbelasting: de waarde ter plaatse van de gevel van het gevoelige object, berekend met V-Stacks, uitgedrukt in Europese odour units per tijdseenheid.

  • -

    Geurgevoelig object: zoals bedoeld in artikel 1 van de Wet geurhinder en veehouderij.

  • -

    Odour units (ouE/m3. P98): geurconcentratie als aantallen Europese odour units in een volume-eenheid lucht (ouE/m3), gemeten volgens de NEN-EN 13725:2003 “Luchtbepaling van de geurconcentratie door dynamische olfactometrie”. In deze verordening wordt voor de geurbelasting uitgegaan van het gebruikelijke 98-percentiel geurconcentratie. Dat betekent dat de – met een verspreidingsmodel – berekende geurconcentratie gedurende 98 procent van de tijdseenheid niet wordt overschreden.

  • -

    Traditionele huisvesting: huisvesting als bedoeld in de Regeling ammoniak en veehouderij onder A 1.100, met uitzondering van de afkalfstal, de ziekenstal en aparte huisvesting voor hoogdrachtige koeien.

  • -

    Emissiearme huisvesting: ammoniakemissiearme stallen opgenomen in de Regeling ammoniak en veehouderij anders dan categorie A 1.100, met uitzondering van de afkalfstal, de ziekenstal en aparte huisvesting voor hoogdrachtige koeien.

Artikel 2: Aanwijzing gebieden

  • 1. Als gebied als bedoeld in artikel 6 lid 1, 3 en 4 van de Wet wordt aangewezen het volgende gebied: het gehele grondgebied van de gemeente Landerd.

  • 2. Het gebied als bedoeld in lid 1 wordt aangegeven op de bij deze verordening behorende en als zodanig gewaarmerkte Geurgebiedsvisie 2014 gemeente Landerd en bijbehorende gewaarmerkte kaart (Normenkaart behorende bij de Verordening geurhinder en veehouderij 2014 gemeente Landerd). Voor de gebiedsindeling zoals onderscheiden in de artikelen 3 en 4 van deze verordening wordt verwezen naar de Normenkaart behorende bij de Verordening geurhinder en veehouderij 2014 gemeente Landerd.

Artikel 3: Andere waarden voor de geurbelasting

In afwijking van artikel 3, lid 1 van de Wet bedraagt de maximale waarde voor de geurbelasting van een veehouderij op een geurgevoelig object in het gebied als genoemd in artikel 2 lid 1 van deze verordening:

  • A.

    Woonkern Zeeland 1,0 odour units.

  • B.

    Woonkernen Reek, Schaijk, ‘t Oventje 2,0 odour units.

  • C.

    Bedrijventerrein Voederheil II 6,0 odour units.

  • D.

    Bedrijventerrein Voederheil, De Roskam 1,0 odour units.

  • E.

    Bedrijventerrein De Louwstraat 2,0 odour units.

  • F.

    Buitengebied 9,0 odour units.

Artikel 4: Andere waarden voor de afstanden

  • 1. In overeenstemming met artikel 4, eerste lid van de Wet, bedraagt de afstand tussen een veehouderij waar dieren worden gehouden van een diercategorie waarvoor niet bij ministeriële regeling een geuremissiefactor is vastgesteld – met uitzondering van melk-, kalf-, zoogkoeien, fokstieren en overig rundvee ouder dan 2 jaar (categorieën A1, A2 en A7 uit de Regeling geurhinder en veehouderij) en nertsen – en een geurgevoelig object:

    • a.

      binnen gebied A ten minste 100 meter;

    • b.

      binnen gebied B ten minste 100 meter;

    • c.

      binnen gebied D ten minste 100 meter;

    • d.

      binnen gebied E ten minste 100 meter;

    • e.

      binnen gebied F ten minste 50 meter.

  • 2. In afwijking van artikel 4, eerste lid van de Wet, bedraagt de afstand tussen een veehouderij waar dieren worden gehouden van een diercategorie waarvoor niet bij ministeriële regeling een geuremissiefactor is vastgesteld – met uitzondering van melk-, kalf-, zoogkoeien, fokstieren en overig rundvee ouder dan 2 jaar (categorieën A1, A2 en A7 uit de Regeling geurhinder en veehouderij) en nertsen – en een geurgevoelig object:

    • a.

      In gebied C ten minste 50 meter.

  • 3. In afwijking van artikel 4, eerste lid van de Wet, bedraagt de minimale afstand tussen een melkrundveehouderij met melk-, kalf-, zoogkoeien, fokstieren en overig rundvee ouder dan 2 jaar (categorieën A1, A2 en A7 uit de Regeling geurhinder en veehouderij) en een geurgevoelig object de in tabel 1 genoemde waarde.

    Tabel 1: andere vaste afstanden

    totaal aantal melk-, kalf-, zoogkoeien, fokstieren en overig rundvee ouder dan 2 jaar (categorieën A1, A2 en A7 uit de Regeling geurhinder en veehouderij)

    afstand tot object gebied C (Voederheil II) & gebied F (buiten de kom)

    afstand tot object gebieden A, B, D en E (binnen de kom)

    traditionele huisvesting

    meer dan 50% van de ouderdieren emissiearm gehuisvest*

    alle ouderdieren emissiearm gehuisvest*

    traditionele huisvesting

    meer dan 50% van de ouderdieren emissiearm gehuisvest*

    alle ouderdieren emissiearm gehuisvest*

    100

    50 m

    50 m

    50 m

    100 m

    100 m

    100 m

    101 – 200

    65 m

    50 m

    50 m

    200 m

    100 m

    100 m

    201 – 300

    100 m

    75 m

    50 m

    250 m

    200 m

    125 m

    301 – 500

    300 m

    225 m

    150 m

    900 m

    675 m

    450 m

    > 500

    500 m

    375 m

    250 m

    1.300 m

    975 m

    650 m

    * Bij het bepalen van dit percentage worden de afkalfstal, de ziekenstal en aparte huisvesting voor hoogdrachtige koeien (zie Artikel 1: Begripsbepaling) buiten beschouwing gelaten.

  • 4. In afwijking van artikel 4, lid 2 van de Wet bedraagt de afstand tussen een veehouderij waar nertsen worden gehouden, waarvoor niet bij ministeriële regeling een geuremissiefactor is vastgesteld, en een geurgevoelig object de in tabel 2 genoemde waarden. In de berekening worden jongen en reuen buiten beschouwing gelaten. Indien meer dan 12.000 fokteven worden gehouden wordt de afstand voor elke extra 3.000 fokteven met 25 meter vergroot.

    Tabel 2: vaste afstanden nertsen

    Rav-nr

    diercategorie

    aantal fokteven

    H 1

    Nertsen

    1-1000

    1001-1500

    1501-3000

    3001-6000

    6001-9000

    9001-12000

    geurgevoelig object

    gebieden A, B, D en E

    (binnen de kom)

    175

    200

    225

    250

    275

    300

    geurgevoelig object

    gebied C (Voederheil II) en

    gebied F (buiten de kom) traditionele huisvesting

    100

    125

    150

    175

    200

    225

    geurgevoelig object

    gebied C (Voederheil II) en gebied F

    (buiten de kom)

    emissiearme huisvesting

    75

    100

    125

    150

    185

    219

Artikel 5: Citeertitel

Deze verordening kan worden aangehaald als de “Gewijzigde Verordening geurhinder en veehouderij 2014 gemeente Landerd”.

Artikel 6: Inwerkingtreding

Deze verordening treedt in werking met ingang van de dag na bekendmaking.

Artikel 7: Overgangsrecht

De “Verordening geurhinder en veehouderij 2014 gemeente Landerd” vervalt op het moment dat de “Gewijzigde Verordening geurhinder en veehouderij 2014 gemeente Landerd” in werking treedt.

Ondertekening