Mandaatbesluit beschermd wonen en maatschappelijke opvang 2017

Geldend van 07-09-2017 t/m heden met terugwerkende kracht vanaf 01-01-2017

Intitulé

Mandaatbesluit beschermd wonen en maatschappelijke opvang 2017

Het college van burgemeester en wethouders en de burgemeester van de gemeente Lochem, ieder voor zover het zijn bevoegdheid betreft;

overwegende dat:

• op 19 juli 2014 de Wet maatschappelijke ondersteuning 2015 (hierna: de Wet) inwerking is getreden, welke gemeenten opdracht geeft per 1 januari 2015 zorg te dragen voor ondersteuning, waaronder onder meer het bieden van beschermd wonen en maatschappelijke opvang wordt verstaan;

• naast de verantwoordelijkheid voor de uitvoering van de Wet, het college van burgemeester en wethouders (hierna: het college) verantwoordelijk is voor het toezicht en de handhaving van de kwaliteit van de ondersteuning;

• de Wet voor onder meer het bieden van beschermd wonen en maatschappelijk opvang geen formeel onderscheid meer kent tussen centrumgemeenten en regiogemeenten;

• voor beschermd wonen en maatschappelijke opvang tussen de gemeenten Deventer, Lochem, Olst-Wijhe, Raalte en Zutphen is afgesproken dat er wordt gewerkt met een constructie van een centrumgemeente;

• voormelde gemeenten een samenwerkingsconvenant beschermd wonen en maatschappelijke opvang hebben afgesloten waarbij de uitvoering van de Wet voor wat betreft beschermd wonen en maatschappelijke opvang is opgedragen aan de gemeente Deventer, hierna te noemen: centrumgemeente;

• de centrumgemeente bij de uitoefening van zijn bevoegdheden rekening houdt met de afspraken zoals deze zijn gemaakt in het Samenwerkingsconvenant beschermd wonen en maatschappelijke opvang van de gemeenten Deventer, Lochem, Olst-Wijhe, Raalte en Zutphen;

• de colleges en de burgemeesters van de in de samenwerkingsconvenant genoemde gemeenten een schriftelijk mandaat, met de mogelijkheid van ondermandaat, volmacht , machtiging en opdracht moeten verlenen om de centrumgemeente bevoegd te maken om, namens hen, publiek- en privaatrechtelijke rechtshandelingen en feitelijke handelingen inzake beschermd wonen en maatschappelijke opvang uit te voeren;

gelet op afdeling 10:3, eerste lid en artikel 10:4, eerste lid van de Algemene wet bestuursrecht en artikel 160, eerste lid, onder e. en artikel 171, tweede lid van de Gemeentewet;

besluiten vast te stellen het:

Mandaatbesluit beschermd wonen en maatschappelijke opvang 2017

Artikel 1 Mandaat, volmacht en machtiging

  • 1.

    De uitoefening van de bevoegdheid tot het nemen van besluiten, daaronder begrepen van alle noodzakelijke voorbereidingshandelingen en –beslissingen, evenals de bevoegdheid te besluiten tot het niet behandelen van aanvragen of verzoeken te mandateren aan de algemeen directeur (gemeentesecretaris) van de centrumgemeente en ter zake van dit mandaat in te stemmen met het verlenen van ondermandaat, met betrekking tot:

    • a.

      aanvragen om verstrekking van een maatwerkvoorziening beschermd wonen en maatschappelijke opvang;

    • b.

      verzoeken om inzage, correctie of het uitoefenen van het recht op verzet ingevolge de Wet bescherming persoonsregistratie, voor zover de persoonsgegevens betrekking hebben op beschermd wonen en maatschappelijke opvang en feitelijk berusten bij de centrumgemeente;

    • c.

      verzoeken ingevolge de Wet openbaarheid van bestuur, voor zover de informatie betrekking heeft op beschermd wonen en maatschappelijke opvang en feitelijk berust bij de centrumgemeente;

    • d.

      besluiten tot het aangaan van overeenkomsten met betrekking tot de inkoop van beschermd wonen, maatschappelijke opvang, verslavingszorg en openbare geestelijke gezondheidszorg en het terzake vertegenwoordigen van de gemeenten buiten rechte;

    • e.

      tot het voeren van rechtsgedingen, (instellen) bezwaarprocedures, eventueel hoger beroep, (volmacht tot) vertegenwoordiging daaronder begrepen, voor zover dit betrekking heeft op (de inkoop van) beschermd wonen, maatschappelijke opvang, verslavingszorg en openbare geestelijke gezondheidszorg, ex art. 160, eerste lid onder e van de Gemeentewet;

    • f.

      het behandelen van klachten conform hoofdstuk 9 Awb, voor zover deze betrekking hebben op gedragingen van personen die op grond van artikel 9:1 Awb in het kader van beschermd wonen, maatschappelijke opvang, verslavingszorg of openbare geestelijke gezondheidszorg werkzaam zijn onder de verantwoordelijkheid van het college van de centrumgemeente;

    • g.

      het aanwijzen van personen die belast zijn met het houden van toezicht op de naleving van het bepaalde bij of krachtens de Wet als bedoeld in artikel 6.1 daarvan, ten aanzien van beschermd wonen en maatschappelijke opvang.

  • 2.

    De uitoefening van de bevoegdheid te beslissen op een bezwaar, gericht tegen de in het eerste lid onder a., b. en c. vermelde besluiten te mandateren aan het college van de centrumgemeente en ter zake van dit mandaat in te stemmen met het verlenen van ondermandaat.

Artikel 2 Intrekking oude mandaatbesluit

Eerdere mandaatbesluiten, die betrekking hebben op de aan de bestuursorganen van de centrumgemeente of aan onder hun verantwoordelijkheid werkzame personen verleend mandaat, volmacht, machtiging en opdracht inzake beschermd wonen en maatschappelijke opvang, worden ingetrokken.

Artikel 3 Inwerkingtreding

Dit besluit treedt in werking op de dag na de datum van bekendmaking en werkt terug tot en met 1 januari 2017.

Artikel 4 Citeertitel

Dit besluit wordt aangehaald als: Mandaatbesluit beschermd wonen en maatschappelijke opvang 2017.

Ondertekening

Aldus vastgesteld in de vergadering van B&W van 13 maart 2017, waarbij op 15 mei 2017 is voldaan aan de voorwaarde van vaststelling van de regiovisie door de raad.
Burgemeester en wethouders van de gemeente Lochem,
De burgemeester, de secretaris,
De burgemeester van Lochem,