Regeling vervallen per 01-01-2021

Besluit van Gedeputeerde Staten van Noord-Holland van 12 maart 2019, nr. 13, tot vaststelling van de Uitvoeringsregeling subsidie bovenlokale culturele evenementen Noord-Holland 2019

Geldend van 22-03-2019 t/m 02-06-2020

Intitulé

Besluit van Gedeputeerde Staten van Noord-Holland van 12 maart 2019, nr. 13, tot vaststelling van de Uitvoeringsregeling subsidie bovenlokale culturele evenementen Noord-Holland 2019

Gedeputeerde Staten van Noord-Holland;

Gelet op artikel 2 van de Algemene subsidieverordening Noord-Holland 2011;

Overwegende dat:

op 12 november 2018 Provinciale Staten de “motie provinciale uitvoeringsregeling Cultuur Noord-Holland” aannamen waarbij de indieners het college verzochten om eenmalig met de vrijgevallen middelen een nieuwe uitvoeringsregeling op te stellen, waarop culturele instellingen en evenementen een beroep kunnen doen.

Gedeputeerde Staten in het kader van rechtvaardiging van de staatssteun, de

Verordening (EG) Nr. 1407/2013 van de Commissie van 18 december 2013 betreffende de toepassing van de artikelen 107 en 108 van het Verdrag betreffende de werking van de Europese Unie op de-minimissteun (PbEU, L 352) (De-minimisverordening) van toepassing achten;

Besluiten vast te stellen:

Uitvoeringsregeling subsidie bovenlokale culturele evenementen Noord-Holland 2019

Artikel 1

In deze regeling wordt verstaan onder:

  • a.

    Bovenlokale uitstraling: het aantrekken van publiek en deelnemers van binnen en buiten de eigen lokale gemeenschap;

  • b.

    Cultuur: zowel professionele als amateurkunsten op de terreinen: muziek, dans, toneel, beeldende kunst, media, mode, film, design, architectuur, erfgoed, vormgeving, bibliotheken, letteren, taal, literatuur, monumenten, archeologie, musea en immaterieel erfgoed of cross-overs tussen deze disciplines;

  • c.

    De-minimisverordening: Verordening (EU) Nr. 1407/2013 van de Commissie van 18 december 2013 betreffende de toepassing van de artikelen 107 en 108 van het Verdrag betreffende de werking van de Europese Unie op de-minimissteun (PbEU, L 352);

  • d.

    Evenement: een georganiseerde gebeurtenis, activiteit, manifestatie, op het gebied van cultuur open voor publiek;

Artikel 2

Subsidie wordt verstrekt aan een rechtspersoon die volgens de doelstelling van zijn statuten werkzaam is op het gebied van cultuur.

Artikel 3

Subsidie wordt verstrekt voor het organiseren van een evenement in Noord-Holland met een bovenlokale uitstraling op het gebied van cultuur.

Artikel 5

Subsidies van minder dan € 5.000,- worden niet verstrekt.

Artikel 6

Bij subsidies van minder dan € 10.000,- gaat geen subsidieverlening aan de subsidievaststelling vooraf.

Artikel 7

  • 1. Een aanvraag om subsidie wordt niet behandeld indien:

    • a.

      het evenement binnen 10 weken nadat de aanvraag is ontvangen zal plaatsvinden;

    • b.

      het evenement plaatsvindt na 31 december 2020;

    • c.

      de aanvraag na 1 november 2020 wordt ontvangen.

  • 2. Een aanvraag om subsidie bevat tenminste:

    • a.

      een inhoudelijke beschrijving van het evenement;

    • b.

      een begroting van de kosten van het evenement;

    • c.

      een financieringsplan van de kosten van het evenement;

    • d.

      statuten van de rechtspersoon;

    • e.

      indien een vergunning noodzakelijk is voor het organiseren van het evenement een afschrift van de verleende vergunning;

    • f.

      een de-minimisverklaring.

Artikel 8

Gedeputeerde Staten stellen een subsidieplafond vast.

Artikel 9

  • 1. Een aanvraag om subsidie is tijdig ingediend indien de aanvraag uiterlijk op 1 november van het lopende jaar is ontvangen.

  • 2. Gedeputeerde Staten beslissen binnen 10 weken.

Artikel 10

  • 3. Aanvragen om subsidie worden behandeld op volgorde van ontvangst.

  • 4. Wanneer een aanvrager op grond van artikel 4:5 van de Algemene wet bestuursrecht de gelegenheid heeft gehad de aanvraag aan te vullen, geldt als datum van ontvangst van de aanvraag, de datum waarop de aanvraag is aangevuld.

  • 5. Indien meerdere aanvragen op dezelfde dag worden ontvangen en door honorering van deze aanvragen het subsidieplafond wordt overschreden, wordt de aanvraag met de laagste projectkosten als eerste in behandeling genomen.

  • 6. Indien toepassing van het vorige lid er toe leidt dat aanvragen gelijk eindigen, wordt rangschikking van die aanvragen bepaald door loting.

Artikel 11

  • 1. Subsidie wordt geweigerd indien:

    • a.

      het evenement financieel niet haalbaar is;

    • b.

      het evenement naar het oordeel van Gedeputeerde Staten geen bovenlokale uitstraling heeft;

    • c.

      de voor het evenement benodigde evenementenvergunning niet is verleend;

    • d.

      het evenement plaatsvindt na 31 december 2020;

    • e.

      naar het oordeel van Gedeputeerde Staten niet aannemelijk is dat het evenement een publieksbereik zal hebben van tenminste 500 personen (bezoekers, vrijwilligers en deelnemers tezamen);

    • f.

      er geen financiële bijdrage wordt ontvangen van tenminste één gemeente voor het betreffende evenement;

    • g.

      het evenement een besloten karakter heeft;

    • h.

      het evenement wordt georganiseerd met een winstoogmerk;

    • i.

      reeds een bijdrage voor dit evenement wordt ontvangen van de Provincie Noord-Holland.

Artikel 12

Subsidie wordt verstrekt voor de direct aan de organisatie en uitvoering van een evenement verbonden kosten, die resteren na aftrek van bijdragen van derden en die naar het oordeel van Gedeputeerde Staten noodzakelijk zijn voor het realiseren van de gesubsidieerde activiteiten, en zijn gericht op één of meer van de hierna genoemde kostenposten:

  • a.

    organisatiekosten;

  • b.

    beveiliging en veiligheid;

  • c.

    marketing en communicatie;

  • d.

    programmering.

Artikel 13

  • 1. De subsidie bedraagt maximaal 50 % van de subsidiabele kosten tot maximaal € 15.000,-.

  • 2. Indien toepassing van het eerste lid zou leiden tot het overtreden van het verbod op het geven van staatssteun in de zin van artikel 107, eerste lid, van het Verdrag betreffende de werking van de Europese Unie, wordt het subsidiebedrag in afwijking van het eerste lid zodanig vastgesteld dat het totaal van alle subsidies voor het evenement niet hoger is dan het bedrag dat op grond van de De-minimisverordening van de Europese Commissie verstrekt mag worden.

Artikel 14

Aan de subsidieontvanger worden de volgende verplichtingen opgelegd:

  • a.

    In de beschikking tot subsidieverlening wordt een termijn gesteld waarbinnen het evenement moet zijn afgerond;

  • b.

    De subsidieontvanger plaatst het logo en de naam van de provincie op alle publiciteitsuitingen die betrekking hebben op het evenement.

Artikel 15

  • 1. Een aanvraag tot vaststelling wordt ingediend binnen 13 weken na voltooiing van het evenement..

  • 2. Gedeputeerde Staten stellen voor de aanvraag tot vaststelling een formulier beschikbaar op www.noord-holland.nl/Loket/Subsidies.

  • 3. Gedeputeerde Staten beslissen binnen 13 weken na ontvangst van de aanvraag tot vaststelling van de subsidie.

Artikel 16

  • 1. Deze regeling treedt in werking met ingang van de dag na de datum van uitgifte van het provinciaal blad waarin zij wordt geplaatst.

  • 2. Deze regeling vervalt met ingang van 1 januari 2021.

  • 3. Deze regeling wordt aangehaald als Uitvoeringsregeling subsidie bovenlokale culturele evenementen Noord-Holland 2019.

Ondertekening

Haarlem, 12 maart 2019

Gedeputeerde staten van Noord-Holland

A.Th.H. van Dijk, voorzitter, voorzitter.

R.M. Bergkamp, provinciesecretaris

Uitgegeven op 21 maart 2019

Namens gedeputeerde staten van Noord-Holland,

R.M. Bergkamp, provinciesecretaris