Beleidsregel van het college van burgemeester en wethouders van de gemeente Noordwijk houdende regels omtrent briefadres Regeling briefadres gemeente Noordwijk 2019

Geldend van 16-01-2019 t/m heden met terugwerkende kracht vanaf 02-01-2019

Intitulé

Beleidsregel van het college van burgemeester en wethouders van de gemeente Noordwijk houdende regels omtrent briefadres Regeling briefadres gemeente Noordwijk 2019

Het college van burgemeester en wethouders van de gemeente Noordwijk,

gelet op de artikelen 1.1, 2.23, 2.38 tot en met 2.42, 2.45, 2.27, 2.52 en 4.17 van de Wet basisregistratie personen (Wet BRP), artikel 29 van het Besluit basisregistratie personen (Besluit BRP), de artikelen 17, 18 en 19 van de Regeling basisregistratie personen (Regeling BRP), artikel 4:84 van de Algemene wet bestuursrecht, de circulaire BRP en briefadres (2016-0000656211) van de minister van BZK van 18 oktober 2016 en het Protocol voor ondersteuning door Burgerzaken aan achterblijvers in geval van vermissing (NVVB-2016);

overwegende dat het gewenst is om een beleidsregel vast te stellen met betrekking tot de aangifte en registratie van een briefadres om het oneigenlijk gebruik van het briefadres tegen te gaan en om kwetsbare groepen zonder woonadres, te registreren op een briefadres;

besluit vast te stellen:

Regeling briefadres gemeente Noordwijk 2019

Artikel 1 Begrippen

In deze regeling wordt verstaan onder:

  • a.

    Briefadres: het adres waar voor betrokkene bestemde geschriften in ontvangst worden genomen;

  • b.

    briefadresgever: de ingezetene in de Basisregistratie Personen of rechtspersoon bij wie het briefadres wordt gehouden (artikel 1.1, onder r Wet BRP);

  • c.

    briefadreshouder: de ingezetene in de basisadministratie die een briefadres houdt;

  • d.

    gezinshuishouden:

    • 1.

      twee personen die volgens de basisregistratie personen een geregistreerd partnerschap zijn aangegaan of gehuwd zijn, met of zonder kind(eren);

    • 2.

      twee personen die door het overleggen van een door een notaris opgemaakt samenlevingscontract hebben aangetoond, dat zij een gemeenschappelijke huishouding voeren, met of zonder kind(eren);

    • 3.

      een alleenstaande ouder met kind(eren).

Artikel 2 Redenen briefadres

Redenen voor de aangifte van een briefadres zijn:

  • 1.

    Het ontbreken van een woonadres vanwege:

    • a.

      dak- of thuisloosheid;

    • b.

      korte overbrugging tussen twee woonadressen, mits betrokkene niet daadwerkelijk beschikt over een woonadres.

    • c.

      de uitoefening van een ambulant beroep;

    • d.

      kort verblijf in het buitenland: gedurende een jaar ten hoogste twee derden van de tijd

    • e.

      korter dan 2 jaar verblijf in het buitenland en varend op een schip dat de thuishaven in Nederland heeft;

    • f.

      het behoren tot een kwetsbare groep, zoals verwarde personen;

    • g.

      langdurig vermiste persoon;

  • 2.

    verblijf in een instelling voor mannen- of vrouwenopvang (blijf-van-mijn-lijfhuizen);

  • 3.

    verblijf in een instelling als bedoeld in artikel 2.40 derde en vierde lid van de Wet Basisregistratie personen

  • 4.

    Als het opnemen van een woonadres naar het oordeel van de burgemeester om veiligheidsredenen niet gewenst is.

Artikel 3 voorwaarden

  • 1. De aangifte wordt gedaan in de gemeente waar het briefadres zich bevindt.

  • 2. De aangever is verplicht om bij de aangifte tot briefadres alle benodigde stukken te overleggen.

  • 3. Onder benodigde stukken als bedoeld in het tweede lid wordt in ieder geval verstaan:

    • a.

      een ingevuld en ondertekend formulier aanvraag briefadres;

    • b.

      de schriftelijke verklaring van de aangever met de reden voor de aangifte en de verwachte periode dat het briefadres noodzakelijk is;

    • c.

      een geldig identiteitsbewijs van de aangever of een kopie daarvan;

    • d.

      een geldig identiteitsbewijs of een kopie ervan en een schriftelijke verklaring van instemming van degene of de gemachtigde van de aangewezen rechtspersoon bij wie het briefadres wordt gehouden;

    • e.

      als het briefadres gevraagd wordt op grond van artikel 2, eerste lid sub a en f; een verklaring van de Binnenvest, waaruit blijkt dat er een begeleidingsplan is opgesteld en dat er een contactpersoon van de gemeente is.

  • 4. Als het briefadres noodzakelijk is op grond van artikel 2, lid 1 onder f en g, dient de noodzakelijkheid te blijken uit een onderliggend dossier.

  • 5. De briefadresgever die als ingezetene in de BRP ingeschreven staat, kan maximaal aan twee gezinshuishoudens of twee alleenstaanden toestemming geven een briefadres te houden.

  • 6. Lid 5 van dit artikel is niet van toepassing indien de briefadresgever het college van burgemeester en wethouders betreft of een door dit college aangewezen rechtspersoon, bedoeld in artikel 2.42 onder b van de Wet BRP.

Artikel 4 Onvolledige aangifte

  • 1. De aangifte is volledig indien alle benodigde gegevens, zoals bedoeld in artikel 3, tweede en derde lid, zijn ingeleverd.

  • 2. Als één of meer gegevens ontbreken, dan wordt de aangever in de gelegenheid gesteld binnen veertien dagen het verzuim te herstellen en de aangifte alsnog aan te vullen.

  • 3. Indien de aangifte niet binnen de, in het vorige lid bepaalde termijn kan worden aangevuld, dan kan, op verzoek van de aangever, de termijn eenmalig verlengd worden met veertien dagen.

  • 4. Indien de aangifte niet binnen veertien dagen na aangifte, aangevuld wordt of uitstel gevraagd wordt, wordt aan de aangifte geen gevolg gegeven.

Artikel 5 Weigeringsgronden

Het is in ieder geval niet mogelijk om ingeschreven te worden op een briefadres, indien:

  • a.

    de aangever een woonadres heeft, tenzij de aanvrager in de situatie verkeert zoals beschreven in artiklel2, lid 1 sub f en lid 4;

  • b.

    de aangever, niet varend is op een schip dat zijn thuishaven in Nederland heeft, en langer dan acht maanden gedurende één jaar in het buitenland verblijft;

  • c.

    de aangever varend is op een schip dat zijn thuishaven in Nederland heeft en langer dan twee jaar in het buitenland verblijft;

  • d.

    er een onderzoek loopt naar de verblijfplaats van de briefadresgever;

  • e.

    het briefadres een adres betreft waarop al aan twee alleenstaanden of twee gezinshuishoudens een briefadres is verleend;

  • f.

    het briefadres geen bestaand adres betreft;

  • g.

    het briefadres een postbus is.

Artikel 6 Herbeoordeling briefadres

  • 1. In de situatie als bedoeld in artikel 2, eerste lid, sub a, en b wordt na 6 maanden opnieuw beoordeeld of de aanvrager van een briefadres aan de voorwaarden voldoet.

  • 2. In de situatie als bedoeld in artikel 2, eerste lid, sub c wordt na 2 jaar opnieuw beoordeeld of de aanvrager van een briefadres aan de voorwaarden voldoet.

  • 3. In de situatie als bedoeld in artikel 2, eerste lid, sub d wordt na de periode waarvan de aangever heeft aangegeven in het buitenland te verblijven beoordeeld of de of de aanvrager van een briefadres aan de voorwaarden voldoet.

  • 4. In de situatie als bedoeld in artikel 2, eerste lid, sub e wordt na 2 jaar beoordeeld of de aanvrager van een briefadres aanvrager van een briefadres aan de voorwaarden voldoet.

  • 5. De herbeoordeling van het briefadres vindt plaats met inachtneming van de artikelen 2 tot en met 5.

  • 6. Onverminderd wat is bepaald in het eerste tot en met het vijfde lid, is diegene waarop het briefadres betrekking heeft gehouden om niet eerder dan vier weken voor de beoogde datum van adreswijziging en niet later dan vijf dagen na de wijziging van zijn adres hiervan aangifte te doen bij de gemeente waar hij zijn nieuwe adres heeft.

Artikel 7 Bestuurlijke boete

  • 1. Onverminderd het gestelde in artikel 2 tot en met 6 is de zowel de briefadresgever als de briefadresnemer verplicht om op verzoek van het college van burgemeester en wethouders inlichtingen te verstrekken die van belang zijn voor de registratie van het briefadres.

  • 2. De betrokkene verschijnt hierbij desgevraagd in persoon

  • 3. Aan degene die niet voldoet aan verplichting als bedoeld in eerste lid kan een bestuurlijke boete worden opgelegd van ten hoogste 325 euro.

Artikel 8 Hardheidsclausule

Als vanwege bijzondere omstandigheden een strikte toepassing van het bepaalde in deze regeling zou leiden tot een onbillijkheid, kan worden afgeweken van het bepaalde in deze regeling.

Artikel 11. Intrekking oude verordening/beleidsregel

De regeling briefadres gemeente Noordwijk 2017 en regeling briefadres gemeente Noordwijkerhout 2018 worden ingetrokken.

Artikel 12. Inwerkingtreding en citeertitel

  • 1. Deze beleidsregel treedt in werking op de eerste dag na publicatie en werkt terug tot 1 januari 2019.

  • 2. Deze wordt aangehaald als: Regeling briefadres gemeente Noordwijk 2019

Ondertekening

Aldus vastgesteld door het college van B&W tijdens de vergadering van 8 januari 2019

Burgemeester en wethouders van Noordwijk,

de secretaris,

C. Hof

de burgemeester

J.H.M. Hermans - Vloedbeld

Toelichting regeling briefadres gemeente Noordwijk 2019

Toelichting artikel 1, sub d, onder 3:

Onder een alleenstaande ouder wordt verstaan:

  • een ongehuwd ouder, zonder geregistreerd partnerschap,

  • een ouder wiens huwelijk of geregistreerd partnerschap is ontbonden of beëindigd,

  • een gehuwd ouder, die niet samenwoont met de echtgenoot (of echtgenote), of

  • een ouder met een geregistreerd partnerschap, die niet samenwoont met deze partner.

Toelichting artikel 2, lid 1, sub a:

Personen die niet beschikken over een woonadres, onderscheiden we in 3 groepen:

Daklozen

Definitie: personen die een zwervend bestaan leiden en de nacht op straat doorbrengen, in parken, portieken, openbare gebouwen en andere plaatsen die enige beschutting bieden tegen weer en wind.

Deze mensen zijn aangewezen op een slaapplaats buiten of op een onderkomen zonder verwarming, water en sanitair. Personen die niet beschikken over een woonadres en gebruik maken van de maatschappelijke opvang (passantenverblijven en dag- en nachtopvang) kunnen met een briefadres ingeschreven worden bij één van de opvanginstellingen. Leiden is als centrumgemeente verantwoordelijk voor de maatschappelijke opvang in de regio Zuid Holland Noord. Daklozen (met een Nederlandse verblijfsstatus) in de gemeente Noordwijk kunnen zich met een briefadres laten inschrijven op het adres van de dag- en nachtopvang in Leiden. Een verplichting hierbij is dat men in Leiden verblijft. De Binnenvest biedt begeleiding bij onder andere huisvesting en schulden en werkt nauw samen met diverse andere partners zoals de geestelijke gezondheidszorg, de woningcorporaties, de GGD, de politie, het maatschappelijk werk etc.

Thuislozen

Definitie: personen die op verschillende woonadressen verblijven; zij hebben wel een dak boven hun hoofd om te slapen en kunnen gebruik maken van sanitaire voorzieningen, maar mogen zich niet lateninschrijven op het adres. Redenen waarom iemand zich niet mag laten inschrijven op een woonadreskunnen bijvoorbeeld schulden of meervoudige problematiek zijn.

Voor deze groep kan de gemeente Noordwijk een briefadres beschikbaar stellen op een nader aan te wijzen adres. Redenen die niet gelden voor deze inschrijving zijn kwijtraken huurtoeslag, lagere bijstandsnorm en andere redenen waarbij een vermoeden is van fraude.

Tijdens een intakegesprek met een medewerker van de Binnenvest, dan wel een lid van het team Maatschapplijke Ontwikkeling, Team Jeugd of een consulent van de ISD Bollenstreek wordt in kaart gebracht of er andere zaken spelen in de persoonlijke levenssfeer waar de gemeente ondersteuning zou kunnen bieden. In gezamenlijk overleg tussen Burgerzaken en het team Maatschappelijke Ontwikkeling van de gemeente wordt besloten al dan niet een tijdelijk briefadres te verstrekken in geval van multi-problematiek. Het briefadres wordt alleen onder strikte voorwaarden verstrekt op een door de gemeente aangewezen adres. Hierbij is het uitgangspunt dat dit een tijdelijke oplossing is om te voorkomen dat personen onder de radar verdwijnen, waarbij tegelijkertijd de mogelijkheid geboden wordt om zaken op orde te krijgen.

Ex-gedetineerden

Op basis van de “Handreiking bij Samenwerkingsmodel Nazorg volwassen (ex-)gedetineerde burgers gemeente – Justitie” van de VNG, zijn er afspraken over de nazorg van (ex-)gedetineerden. Iedere gedetineerde blijft bij voorkeur ingeschreven in de gemeente van herkomst. Dat is onder andere van belang voor de verworven rechten die een gedetineerde daar heeft opgebouwd, bijvoorbeeld op het gebied van huisvesting. Als de situatie zich voordoet dat een (ex-)gedetineerde vanuit de PI of vanuit andere verplichte begeleiding direct op straat staat, geen woonadres heeft en niet kan terugvallen op een eigennetwerk voor bijvoorbeeld eten, dan is een briefadres met spoed nodig; met het briefadres kan een eerste voorschot op een aanvraag voor bijstand verstrekt worden. Onder dezelfde voorwaarden als bij thuislozen, wordt een briefadres bij Stichting Welzijn Noordwijk verstrekt.

Toelichting artikel 2, lid 1, sub b:

Hierbij valt te denken aan twee echtgenoten die gaan scheiden, maar op één adres wonen. Wanneer de één op het huidige adres blijft wonen, heeft de ander (tijdelijk) geen vast woonadres. Deze laatste persoon kan ingeschreven worden op een briefadres.

Een ander voorbeeld is als een persoon een nieuwe woning heeft gekocht en de oude woning heeft verkocht. De nieuwe woning moet echter nog opgeleverd worden terwijl de oude woning al overgedragen is aan de nieuwe eigenaar.

Toelichting artikel 2, lid 1, sub d:

Als iemand naar het buitenland vertrekt, wordt gekeken voor welke periode iemand naar het buitenland gaat. Iemand moet een briefadres kiezen, wanneer hij/zij voor een kortere periode dan 8 maanden in een tijdsbestek van een jaar naar het buitenland gaat en niet meer beschikt over een woonadres.

Op grond van artikel 2.43 Wet BRP mag iemand die voor een periode van meer dan 8 maanden naar het buitenland vertrekt niet als ingezetene ingeschreven blijven in de BRP. In dat geval is de burger verplicht om aangifte te doen van zijn vertrek naar het buitenland. Op grond van de aangifte wordt de bijhouding van zijn persoonslijst een verantwoordelijkheid van de minister van BZK en ‘verhuist’ de PL naar de RNI vanwege emigratie. In dat geval kan geen briefadres gekozen worden.

Toelichting artikel 2, lid 1, sub f:

Deze kwetsbare groep kampt soms met de gevolgen van een verslaving, psychiatrische aandoeningen en verstandelijke beperkingen. Daardoor komen deze mensen hun administratieve verplichtingen en afspraken niet altijd na. Juist deze mensen hebben laagdrempelige medische basiszorg nodig die zij in de praktijk alleen krijgen na inschrijving in de BRP. Zonder zorgverzekering krijgen deze personen niet de zorg die zij nodig hebben. Dat vergroot de kans op bijvoorbeeld ernstige lichamelijke en/of psychiatrische aandoeningen. Zonder inschrijving in de BRP komen zij in de praktijk ook niet in aanmerking voor een plek op de wachtlijst voor een woning, waardoor zij gedwongen dakloos blijven. Een inschrijving op een briefadres is daarom voor deze groep noodzakelijk.

Waar nodig wordt het briefadres ambtshalve toegekend op een adres van een gemeentelijke instelling.

Toelichting artikel 2, lid 1, sub g:

Met een langdurig vermist persoon wordt bedoeld een persoon, die:

  • 1.

    tegen redelijke verwachting in afwezig is uit zijn of haar gebruikelijke en/of veilig geachte omgeving,

  • 2.

    waarvan de verblijfplaats van de persoon onbekend is, en

  • 3.

    het in diens belang is dat de verblijfplaats wordt vastgesteld.

Gemeenten kunnen te maken krijgen met de melding dat een persoon is vermist. In het protocol voor ondersteuning door Burgerzaken aan achterblijvers in geval van vermissing is vermeld dat in overleg de vermiste persoon kan worden geregistreerd met een briefadres op het adres van de melder.

Toelichting artikel 3, lid 1:

Een briefadres kan, in aanvulling op wat de wet regelt en in afwijking van een woonadres, worden gekozen binnen elke gemeente in Nederland. Het is niet verplicht om een briefadres te kiezen in de gemeente waar voor het laatst een woonadres werd gehouden. Voor gedetineerden of personen die in een psychiatrische inrichting verblijven is het advies om bij voorkeur een briefadres te kiezen in de gemeente van herkomst. Dit is onder andere van belang voor de verworven rechten die de briefadreshouder daar heeft opgebouwd, bijvoorbeeld op het gebied van huisvesting. De aangifte wordt altijd gedaan in de gemeente waar het briefadres zich bevindt.

Toelichting artikel 3, lid 2 en 3:

Bij de aangifte dient een schriftelijke verklaring van instemming te worden gevoegd van degene bij wie het briefadres wordt gehouden op grond van artikel 2.45 lid 2 van de wet BRP.

Bij een adres wat is aangewezen op basis van artikel 2.42 van de Wet BRP is dit de gemachtigde van de aangewezen rechtspersoon bij wie het briefadres wordt gehouden. In de huidige situatie geldt dit voor stichting Welzijn Noordwijk.

Toelichting artikel 3, lid 5:

Als de gemeente zelf of een instelling voor maatschappelijke opvang als briefadresgever optreedt, is de beperking die lid 6 vermeldt, niet van toepassing.

Toelichting artikel 4:

Ontbreekt bij de aangifte tot briefadres één of meer van de benodigde stukken, dan wordt de aangifte behandeld als een onvolledige aangifte. De aangever wordt schriftelijk in de gelegenheid gesteld binnen veertien dagen na verzending van het verzoek het verzuim te herstellen en de aangifte alsnog aan te vullen met de ontbrekende stukken. De aangever kan echter in reactie daarop het verzoek doen de termijn om de aangifte aan te vullen eenmalig te verlengen met veertien dagen.

Wanneer de aangever niet binnen veertien dagen zijn/haar aangifte aanvult of uitstel aanvraagt, wordt een brief verstuurd over het besluit dat aan de aangifte briefadres geen gevolg wordt gegeven wegens het ontbreken van de gevraagde documenten, met inachtneming van artikel 2.60 Wet BRP. Hiertegen is bezwaar mogelijk.

Het is toegestaan om in de mededeling tot aanvulling van gegevens (4:5 Awb) al melding te maken van het voornemen om aan de aangifte geen gevolg te geven (4:7 Awb) in het geval dat niet voldaan wordt aan de aanvulling.

Toelichting artikel 5:

Het betreft hier een (niet-limitatieve) opsomming van weigeringsgronden voor de aangifte briefadres.

In de gevallen dat een briefadres wordt toegekend vanwege veiligheidsreden vastgesteld door de burgemeester (art 2, lid 4) zal de gemeente zelf altijd de afweging maken tot al dan niet toekennen van een briefadres.

Het is toegestaan om een briefadres bij inschrijving op grond van aangifte van verblijf en adres te kiezen. Dit is in niet strijd met artikel 2.38 Wet BRP.

Het permanent bewonen van een recreatiewoning wordt ook aangemerkt als woonadres en is dus geen reden om een briefadres toe te kennen. Er wordt niet voldaan aan artikel 5 onder a van deze regel.

Toelichting artikel 5 sub a:

Er kan geen briefadres gekozen worden indien de aangever een woonadres heeft. Onder woonadres wordt het adres verstaan als bedoeld in artikel 1.1 Wet BRP.

Hieronder valt ook het adres, a. indien betrokkene op meer dan één adres woont, het adres waar hij naar redelijke verwachting gedurende een half jaar de meeste malen zal overnachten; of b. het adres waar, bij het ontbreken van een adres als bedoeld onder a, betrokkene naar redelijke verwachting gedurende drie maanden ten minste twee derden van de tijd zal overnachten.

Het permanent bewonen van een recreatiewoning wordt ook aangemerkt als woonadres en is dus geen reden om een briefadres toe te kennen. Er wordt niet voldaan aan artikel 5 onder a van deze regel.

Toelichting artikel 5 sub b en c:

Er dient aangifte van vertrek uit Nederland gedaan te worden als de persoon langer buiten Nederland verblijft dan een periode van 2/3e deel van een jaar. In dat geval kan niet gekozen worden voor een briefadres. Toelichting artikel 5 sub b en c: Hierop is één uitzondering in het geval de persoon beroepshalve op een schip vaart.

Toelichting artikel 6:

De modelverordening van de VNG voorziet in de toekenning van een briefadres voor een bepaalde periode. Hier is eigenlijk geen wettelijke grondslag voor. Om toch het tijdelijke karakter te bevestigen is besloten om de verstrekking van een briefadres voor een bepaalde periode niet op te nemen maar te vervangen voor een herbeoordeling. T.b.v. de herbeoordeling dienen opnieuw bewijsstukken te worden overlegd.