Regeling vervallen per 31-12-2019

Verordening op de heffing en de invordering van Forensenbelasting 2019

Geldend van 01-01-2019 t/m 30-12-2019

Intitulé

Verordening op de heffing en de invordering van Forensenbelasting 2019

De raad van de gemeente Oisterwijk,

gelezen het voorstel van het college d.d. 2 oktober 2018,

afdeling Bedrijfsvoering, KAI,

raadsvoorstel nr. 18/68;

gelet op artikel 223 van de Gemeentewet;

b e s l u i t :

de verordening op de heffing en de invordering van forensenbelasting 2019 vast te stellen.

Artikel 1 Begripsomschrijvingen

Voor de toepassing van deze verordening wordt verstaan onder woning: een gemeubileerde woning als bedoeld in artikel 223 van de Gemeentewet.

Artikel 2 Belastbaar feit en belastingplicht

Onder de naam ‘forensenbelasting’ wordt een directe belasting geheven van de natuurlijke personen, die, zonder in de gemeente hoofdverblijf te hebben, er op meer dan 90 dagen van het belastingjaar voor zich of hun gezin een gemeubileerde woning beschikbaar houden.

Of iemand in de gemeente hoofdverblijf heeft, wordt naar de omstandigheden beoordeeld.

Artikel 3 Maatstaf van heffing en tarief

Indien de woning deel uitmaakt van een onroerende zaak als bedoeld in artikel 16 van de Wet WOZ en waarvoor op grond van hoofdstuk IV van die Wet voor die onroerende zaak een waarde is vastgesteld, wordt de belasting geheven naar de heffingsmaatstaf voor de onroerende zaakbelastingen, zoals die voor het belastingobject geldt voor het tijdvak waarover de forensenbelasting wordt geheven.

De belasting als bedoeld in het eerste lid bedraagt, indien de waarde in het economische verkeer

niet meer is dan € 75.000,00 € 290,75

meer is dan € 75.000,00 doch niet meer is dan € 250.000,00 € 317,95

meer is dan € 250.000,00 doch niet meer is dan € 550.000,00 € 529,90

meer is dan € 550.000,00 € 794,90

In afwijking van het eerste lid wordt de belasting geheven naar een vast bedrag per woning, indien

de heffingsmaatstaf voor de onroerende-zaakbelastingen waarvan de woning deel uitmaakt voor het belastingjaar is vastgesteld onder toepassing van artikel 16, onderdeel e, van de Wet WOZ;

de woning geen deel uitmaakt van een onroerende zaak als bedoeld in artikel 16 van de Wet WOZ;

geen heffingsmaatstaf voor de onroerende-zaakbelastingen is of wordt vastgesteld.

Het vaste bedrag als bedoeld in het derde lid bedraagt € 290,75.

Artikel 4 Belastingjaar

Het belastingjaar is gelijk aan het kalenderjaar.

Artikel 5 Wijze van heffing

De belasting wordt geheven bij wege van kennisgeving van het gevorderde bedrag op een schriftuur, factuur of aanslagbiljet.

Artikel 6 Termijn van betaling

In afwijking van artikel 9, eerste lid, van de Invorderingswet 1990 moet de aanslag worden betaald in één termijn, welke vervalt op de laatste dag van de maand volgend op de maand van de dagtekening van het schriftuur, factuur of aanslagbiljet.

De Algemene Termijnenwet is niet van toepassing op de in het eerste lid gestelde termijn.

Artikel 7 Nadere regels door het college van burgemeester en wethouders

Het college van burgemeester en wethouders kan nadere regels geven met betrekking tot de heffing en de invordering van de forensenbelasting.

Artikel 8 Kwijtschelding

Bij de invordering van forensenbelasting wordt geen kwijtschelding verleend.

Artikel 9 Overgangsrecht, inwerkingtreding en citeertitel

De "Verordening forensenbelasting 2018" vastgesteld door de raad van de gemeente Oisterwijk op 9 november 2017, wordt ingetrokken met ingang van de in het derde lid genoemde datum van ingang van de heffing, met dien verstande dat zij van toepassing blijven op de belastbare feiten die zich voor die datum hebben voorgedaan.

Deze verordening treedt in werking met ingang van de dag na die van de bekendmaking.

De datum van ingang van de heffing is 1 januari 2019.

Deze verordening kan worden aangehaald als "Verordening forensenbelasting 2019".

Ondertekening

Aldus vastgesteld in de openbare vergadering van de raad van de gemeente Oisterwijk op

8 november 2018,

Griffier, de voorzitter,

Danielle Robijns, Hans Janssen.