Verordening van de gemeenteraad van de gemeente Vijfheerenlanden houdende regels omtrent het verzoek van een burger om een concreet voorstel te plaatsen op de agenda van de raad (Verordening op het burgerinitiatief Vijfheerenlanden)

Geldend van 23-03-2021 t/m heden

Intitulé

Verordening van de gemeenteraad van de gemeente Vijfheerenlanden houdende regels omtrent het verzoek van een burger om een concreet voorstel te plaatsen op de agenda van de raad (Verordening op het burgerinitiatief Vijfheerenlanden)

De raad van de gemeente Vijfheerenlanden;

Gelet op artikel 5 van de grondwet, artikel 149 en artikel 150 van de gemeentewet;

Gelet op het aangenomen amendement (6) van 4 februari 2021;

Besluit; vast te stellen de verordening burgerinitiatief Vijfheerenlanden:

Artikel 1 Begripsbepaling

  • 1. In deze verordening en de daarop berustende bepalingen wordt verstaan onder:

    • a.

      Raad: De gemeenteraad;

    • b.

      Commissie: Een raadscommissie zoals bedoeld in artikel 82 van de gemeentewet;

    • c.

      College: Het college van burgemeester en wethouder;

    • d.

      Initiatiefnemer: Degene die de initiatiefnemer is van het burgerinitiatief;

    • e.

      initiatiefgerechtigde: Degene die op de dag van indiening kiesgerechtigd is voor de verkiezingen van de leden van de gemeenteraad van Vijfheerenlanden, alsmede degene die op de dag van indiening zestien jaar en ouder is en met uitzondering van de leeftijd, voldoet aan de vereisten voor het kiesrecht voor de leden van de gemeenteraad van Vijfheerenlanden.

    • f.

      Burgerinitiatief: Een verzoek om een concreet voorstel te plaatsen op de agenda van de raad, die hier vervolgens een besluit over neemt.

Artikel 2 Mogelijkheden indiening burgerinitiatief

  • 1. Een initiatiefnemer kan een burgerinitiatief indienen over een aangelegenheid die onder de bevoegdheid van de raad valt.

  • 2. Er kan geen burgerinitiatief worden ingediend dat een voorstel bevat:

    • a.

      Waarvan de uitvoering naar het oordeel van de raad zou leiden tot een aanzienlijke aantasting van een korter dan twee jaar voor indiening van het burgerinitiatief genomen raadsbeslissing, tenzij nieuwe argumenten tot een nieuwe afweging zouden leiden;

    • b.

      Over een geagendeerde beslissing van de raad;

    • c.

      Over beslissingen van de raad op bezwaar dan wel inzake het voeren van rechtsgedingen;

    • d.

      Over beslissingen met betrekking tot individuele kwesties, zoals benoemingen, ontslagen, schorsingen en geldelijke voorzieningen voor ambtsdragers en hun nabestaanden;

    • e.

      Over het vaststellen van de begroting en de rekening;

    • f.

      Over het vaststellen van gemeentelijke tarieven en belastingen;

    • g.

      Over beslissingen in het kader van deze verordening;

    • h.

      Over beslissingen ter uitvoering van een besluit van een hoger bestuursorgaan of de wetgever waaromtrent de raad geen beleidsvrijheid heeft;

    • j.

      Over een onderwerp dat overwegend het privébelang of een direct economisch belang van de indiener dient.

    • k.

      dat discrimineert op basis van geslacht, ras, leeftijd, (levensbeschouwelijke) achtergrond;

    • l.

      dat anderen schade toebrengt;

    • m.

      dat in strijd is met de goede zeden, de geldende normen en waarden of de openbare orde.

Artikel 3 Het burgerinitiatief

  • 1. Het burgerinitiatief wordt ingediend bij de voorzitter van de raad.

  • 2. Het burgerinitiatief bevat tenminste:

    • a.

      Een omschrijving en onderbouwing van het in het burgerinitiatief vervatte voorstel;

    • b.

      De voor- en achternaam, het adres, de geboortedatum en de handtekening van de initiatiefnemer.

  • 3. Het burgerinitiatief dient te worden ondersteund door tenminste tien initiatiefgerechtigden.

    • a.

      Een initiatiefgerechtigde kan het burgerinitiatief ondersteunen door het plaatsen van voor- en achternaam, adres, geboortedatum en handtekening.

Artikel 4 Beoordeling voorstel

  • 1. De voorzitter van de raad bericht de raad binnen drie weken na ontvangst van een burgerinitiatief of het initiatief voldoet aan de eisen zoals gesteld in artikel 2 en artikel 3.

  • 2. Indien een burgerinitiatief niet voldoet aan de eisen, als bedoeld in artikel 4.1, geeft de voorzitter van de raad de initiatiefnemers maximaal vier weken om de vastgestelde gebreken te herstellen.

  • 3. De voorzitter van de raad doet van een besluit, als bedoeld in artikel 4.2, schriftelijk mededeling aan de initiatiefnemers en aan de raad.

Artikel 5 Behandeling in de raad

  • 1. De raad beslist in de eerstvolgende vergadering na ontvangst van het advies van de voorzitter, als bedoeld in artikel 4, over de behandeling van het initiatief.

  • 2. De raad kan besluiten om een burgerinitiatief voor advies voor te leggen aan het college. Hij stelt daarbij een termijn vast waarbinnen dit advies moet zijn uitgebracht.

  • 3. De raad kan tevens besluiten om een burgerinitiatief opiniërend voor te leggen aan een commissie. Hij stelt daarbij een termijn vast waarbinnen dit moet zijn gebeurd.

  • 4. Beraadslaging en besluitvorming in de raad vindt in ieder geval plaats binnen acht weken nadat de raad heeft besloten om het burgerinitiatief in behandeling te nemen. Deze termijn kan ten hoogste eenmaal met vier werken worden verlengd.

  • 5. Een burgerinitiatief dat ingediend wordt in de maanden juli of augustus wordt geacht te zijn binnengekomen op de eerste werkdag na het einde van het reces van de raad.

Artikel 6 Beraadslaging en besluitvorming

  • 1. De voorzitter van de raad nodigt de initiatiefnemers schriftelijk uit voor de vergadering waarvoor het burgerinitiatiefvoorstel is geagendeerd. De initiatiefnemers hebben tijdens deze vergadering de gelegenheid om het burgerinitiatief mondeling toe te lichten en eventuele vragen uit de raad te beantwoorden.

  • 2. De voorzitter van de raad kan een of meer initiatiefnemers toestemming geven om deel te nemen aan de beraadslaging in de raad over het burgerinitiatief.

  • 3. Indien de raad toepassing heeft gegeven aan artikel 5.3 zijn artikel 6.1 en 6.2 van overeenkomstige toepassing op de behandeling van het initiatief in een commissie.

  • 4. De raad stelt de initiatiefnemers binnen twee weken na de datum van de raadsvergadering waarin besluitvorming over het burgerinitiatief heeft plaatsgevonden schriftelijk in kennis van zijn besluit. Indien de raad geheel of gedeeltelijk afwijkt van het burgerinitiatief geeft hij de redenen daarvoor.

  • 5. Zo spoedig mogelijk nadat de raad over het burgerinitiatiefvoorstel een besluit heeft genomen wordt dit besluit bekendgemaakt door kennisgeving van het besluit in een van overheidswege uitgegeven blad of een dag-, nieuws- of huis-aan-huisblad, dan wel op een andere geschikte wijze.

  • 6. Indien de raad geheel of gedeeltelijk overeenkomstig het burgerinitiatief besluit, deelt het college de initiatiefnemers binnen drie weken na de raadsvergadering, waarin de besluitvorming over het burgerinitiatief heeft plaatsgevonden, mee wanneer de uitvoering van het raadsbesluit zal worden gestart en bij welke medewerker van de gemeente de initiatiefnemers nadere inlichtingen kunnen inwinnen.

Artikel 7 Slotbepaling

  • 1. De verordening treedt in werking op 5 februari 2021

  • 2. De verordening kan worden aangehaald als Verordening op het burgerinitiatief Vijfheerenlanden.

Ondertekening

Aldus besloten in zijn openbare vergadering van 4 februari 2021

De raad voornoemd,

De raadsgriffier,

K.I. (Krista) Goossens

De voorzitter,

S. (Sjors) Fröhlich