Verordening eigen bijdragen Maatschappelijke Opvang en Vrouwenopvang

Geldend van 01-01-2015 t/m 16-02-2024

Intitulé

Verordening eigen bijdragen Maatschappelijke Opvang en Vrouwenopvang

De raad van de gemeente Vlissingen;

gelezen het voorstel van burgemeester en wethouders van

gelet op het bepaalde in:

  • -

    de Wet maatschappelijke ondersteuning: de artikelen 1, 15 en 16;

  • -

    het Besluit maatschappelijke ondersteuning: de artikelen 4.7 en 4.8;

  • -

    de Wet werk en bijstand: de artikelen 5 onderdeel c en 23;

  • -

    de Gemeentewet: artikel 149;

b e s l u i t :

vast te stellen de ‘Verordening eigen bijdragen Maatschappelijke Opvang en Vrouwenopvang’, waarvan de tekst luidt:

Artikel 1. Begripsomschrijvingen

In deze verordening wordt verstaan onder:

a.

Wet:

Wet maatschappelijke ondersteuning [Wmo];

b.

Besluit:

Besluit maatschappelijke ondersteuning en het Bijdragebesluit zorg in verband met het vaststellen en innen van eigen bijdragen voor Maatschappelijke Opvang en Vrouwenopvang door gemeenten

c.

College:

het college van burgemeester en wethouders van de gemeente Vlissingen;

d.

Opvang:

de onder c. en d. van artikel 1, lid 1 van de Wet gedefinieerde collectieve voorzieningen, waarin onzelfstandige opvang plaatsvindt;

e.

24-uurs verblijf of voltijd verblijf Vrouwenopvang, waaronder algemene crisisopvang

·een tijdelijk zelfstandig of onzelfstandig verblijf gedurende een volledig etmaal of langer, al of niet op een geheim adres, voor vrouwen met of zonder hun kinderen die gevlucht zijn voor mensen die bedreigd worden door geweld in afhankelijkheidssituaties, waaronder inbegrepen eerwraak, mensenhandel en seksuele uitbuiting;

·de 24-uurs voorziening omvat minimaal het bieden van onderdak, slaapgelegenheid, begeleiding op diverse aspecten en voeding;

f.

24-uurs verblijf of voltijd verblijf Maatschappelijke Opvang:

·een tijdelijk zelfstandig of onzelfstandig verblijf gedurende een volledig etmaal of langer, voor mensen die dakloos of thuisloos zijn.

·de 24-uurs voorziening omvat minimaal het bieden van onderdak, slaapgelegenheid, begeleiding op diverse aspecten en voeding;

g.

Begeleid wonen:

een woonvorm waarbij cliënten of zelfstandig wonen of in een kleine gemeenschap begeleiding en of dagbesteding krijgen van de instelling, maar [nog] geen regie hebben over een aantal aspecten van het wonen en waarbij de cliënten een bijdrage of huur aan een instelling voor opvang betalen;

h.

Nachtopvang:

een onder condities openbaar toegankelijk nachtverblijf bedoeld voor één nacht verblijf van mensen die dakloos zijn. Dit geldt voor alle leeftijden. De voorziening omvat minimaal het bieden van onderdak voor één nacht, slaapgelegenheid en voeding.

i.

Noodopvang [voltijd]

Een onder condities toegankelijke voorziening die specifiek voor nood- of eerste crisisopvang in een 24-uurs verblijf gebruikt worden met een maximum verblijf van tien etmalen. Dit geldt voor alle leeftijden. De voorziening omvat minimaal het bieden van onderdak, slaapgelegenheid en voeding.

j.

Instelling:

een rechtspersoon die opvang of trajecten voor opvang uitvoert met subsidie van een gemeente

k.

Cliënt:

een natuurlijk persoon van 18 jaar of ouder die eventueel samen met minderjarige kinderen, voor wie de eigen bijdrage niet geldt, gebruik maakt van opvang

l

Bijstandsnorm:

de van toepassing zijnde norm inclusief vakantietoeslag als bedoeld in artikel 5, onderdeel c, van de Wet werk en bijstand.

m.

Bijzondere bijstand:

de in de gemeente Vlissingen van toepassing zijnde beleidsregels bijzondere bijstand.

n.

Norm persoonlijke uitgaven:

de van toepassing zijnde normbedragen inclusief vakantietoeslag op grond van artikel 23 van de Wet werk en bijstand bij verblijf in een inrichting [het zak- en kleedgeld].

o.

Eigen bijdrage:

de bijdrage die de cliënt verschuldigd is voor enige vorm van opvang op basis van deze verordening.

Artikel 2. Reikwijdte

Deze verordening is van toepassing op de instellingen die in Zeeland een voorziening voor opvang exploiteren of trajecten uitvoeren.

Artikel 3. Eigen bijdragen voor opvang

  • 1. Er is een eigen bijdrage verschuldigd indien een persoon van 18 jaar of ouder gebruik maakt van de volgende voorzieningen:

    • a.

      24-uurs- of voltijd verblijf Vrouwenopvang of algemene crisisopvang

    • b.

      24-uurs- of voltijd verblijf Maatschappelijke Opvang,

    • c.

      begeleid wonen

    • d.

      noodopvang [voltijd] of

    • e.

      nachtopvang.

  • 2. Het college stelt de hoogte van de eigen bijdrage vast op basis van de inhoud van het Besluit voorzieningen Wmo gemeente Vlissingen, hoofdstuk 2.1, opvang; bij deze vaststelling wordt rekening gehouden met het gestelde in het Besluit.

  • 3. Het college is bevoegd de uitvoering, de vaststelling van de eigen bijdrage als bedoeld in het tweede lid en de inning van de eigen bijdrage bij de cliënt te mandateren aan de instelling.

  • 4. Het college kan over de vaststelling en inning van de eigen bijdrage nader regels vaststellen. Deze nadere regels worden opgenomen in het Besluit voorzieningen Wmo gemeente Vlissingen.

  • 5. a. De hoogte van de eigen bijdrage voor 24-uurs- of voltijd verblijf worden jaarlijks op 1 januari en 1 juli opnieuw bepaald en vastgesteld op basis van de dan geldende bijstandsnormen, de norm voor persoonlijke uitgaven, de richtlijnen voor zorgverzekering en de normen van het Nationaal Instituut voor Budgetvoorlichting [Nibud]. Hierbij wordt de normentabel, die Orionis Walcheren te Vlissingen periodiek vaststelt en publiceert, toegepast. De bedragen in deze normentabel maken zonder nadere besluitvorming deel uit van deze verordening en worden aldus onmiddellijk toegepast.

    • b.

      De hoogte van de bijdrage voor begeleid wonen wordt jaarlijks op 1 januari verhoogd of verlaagd op basis van de feitelijke woonlasten [huur vermeerderd met directe woonlasten].

    • c.

      De bijdrage voor voltijdopvang of crisisopvang van de cliënt die een uitkering ontvangt op grond van de Wet werk en bijstand bedraagt het verschil tussen de van toepassing zijnde bijstandsnorm en de norm voor persoonlijke uitgaven, inclusief de standaardpremie zorgverzekering minus de zorgtoeslag .

    • d.

      De bijdrage voor voltijdopvang of crisisopvang van de cliënt die inkomen heeft uit arbeid of uit een UWV- of SVB-uitkering wordt vastgesteld op het bedrag van de bijstandsnorm waarop de cliënt recht zou hebben in de betreffende instelling, onder aftrek van de norm persoonlijke uitgaven, waarbij het volgende in acht wordt genomen:

    • I.

      indien het netto inkomen hoger is dan de WWB-uitkering waarop de cliënt recht zou hebben wordt de hoogte van de eigen bijdrage vastgesteld op de bijstandsnorm waarop de cliënt recht zou hebben verhoogd met 15% van het verschil tussen het netto inkomen en de betreffende uitkering, onder aftrek van de norm persoonlijke uitgaven;

    • II.

      indien het netto inkomen lager is dan de uitkering waarop de cliënt recht zou hebben dient hij een aanvullende uitkering op grond van de WWB aan te vragen;

    • III.

      op de cliënt met een inkomen zoals in dit artikel is omschreven is het in artikel 4 van deze verordening bepaalde mede van toepassing.

  • 6. De eigen bijdrage voor 24-uurs of voltijd opvang en begeleid wonen wordt bepaald per dag, per week of per maand. Voor de nachtopvang en de noodopvang wordt de eigen bijdrage per dag bepaald. De bijdrage is verschuldigd voor iedere dag of een gedeelte van de dag, waarop de cliënt gebruikmaakt van het aanbod van de instelling. Een gedeelte van een week of een maand wordt naar rato van het aantal dagen berekend op basis van zeven dagen per week en dertig dagen per maand.

  • 7. Voor nachtopvang resp. de noodopvang is een vaste eigen bijdrage per nacht resp. per etmaal verschuldigd. De eigen bijdrage is duidelijk zichtbaar in de betreffende voorziening aangegeven.

  • 8. De eigen bijdrage als bedoeld in het eerste lid is afhankelijk van het verschil tussen de bijstandsnorm en de norm persoonlijke uitgaven. Indien bij gehuwden een van beide partners gebruikmaakt van 24-uurs opvang of begeleid wonen wordt bij het bepalen van de bijstandsnorm de regelgeving in de Wet werk en bijstand voor opname in een inrichting gevolgd.

  • 9. Indien de instelling bij 24-uurs of voltijd opvang of begeleid wonen aan de cliënt geen voeding verstrekt, wordt de eigen bijdrage verminderd met een bedrag voor voeding. Dit bedrag is gelijk aan het bedrag dat het Nibud daarvoor berekent.

Artikel 4. Bijzondere omstandigheden

  • 1. In het geval het inkomen verminderd met de op grond van deze verordening bepaalde bijdrage, minder bedraagt dan de norm voor persoonlijke uitgaven, wordt de bijdrage zodanig verlaagd dat bedoelde norm voor persoonlijke uitgaven, beschikbaar blijft.

  • 2. Het eerste lid wordt niet toegepast wanneer de cliënt naar het oordeel van het college verzuimt om, waar mogelijk, gebruik te maken van wetten en regelingen om het inkomen aan te vullen.

  • 3. Het college kan besluiten om de bijdrage te verminderen als het, gelet op de persoonlijke omstandigheden van de cliënt, de hoogte van bedoelde bijdrage onredelijk vindt.

Artikel 5. Hardheidsclausule

Het college kan in bijzondere gevallen afwijken van de bepalingen van deze verordening, indien toepassing van deze verordening tot onbillijkheden van overwegende aard leidt.

Artikel 6. Inwerkingtreding

  • 1. Deze verordening treedt in werking op de dag waarop de Wet maatschappelijke ondersteuning [wetsvoorstel 32439] in werking treedt.

  • 2. Met de inwerkingtreding van deze verordening wordt de Eigen Bijdragen Regeling voor de Maatschappelijke Opvang, raadsbesluit 25 september 1997, nr. 6-4, ingetrokken.

Artikel 7. Citeertitel

Deze verordening wordt aangehaald als: Verordening eigen bijdragen Maatschappelijke Opvang en Vrouwenopvang.

Aldus vastgesteld in de openbare raadsvergadering van Vlissingen op 18 december 2014.

De gemeenteraad voornoemd,

de griffier, de voorzitter,

Algemene toelichting

In aansluiting op de Wet maatschappelijke ondersteuning is de verordening alleen van toepassing op natuurlijke personen van 18 jaar en ouder. Met de begripsbepaling van de cliënt is de verordening daarmee tot deze groep personen beperkt. Dit betekent niet dat personen jonger dan 18 jaar uitgesloten zijn van het gebruik van het aanbod van opvang door instellingen, maar voor hen geldt geen eigen bijdrage.

Bij het bepalen van de bijstandsnorm is rekening gehouden met de afwijkende bepalingen in de Wet werk en bijstand voor personen van 18 tot 21 jaar. Voor de berekening van de eigen bijdrage wordt de bijzondere bijstand, die aanvullend op de Bijstandsnorm wordt verstrekt voor de algemeen noodzakelijke kosten van het bestaan wel meegerekend.

De norm voor de persoonlijke uitgaven, zoals deze op grond van de Wet werk en bijstand wordt bepaald, wordt verhoogd met de standaardpremie zorgverzekering, zoals deze jaarlijks in de Staatscourant wordt bekendgemaakt, minus de zorgtoeslag.

Zowel bij de bijstandsnorm als bij de norm voor persoonlijke uitgaven wordt de vakantietoeslag buiten beschouwing gelaten. Deze toeslag is voor de cliënt noodzakelijk voor bijzondere uitgaven zoals schuldaflossing en om te sparen voor grotere uitgaven.

Artikelsgewijze toelichting

Artikel 1, onder d. en g.:

Bij zelfstandig wonen of begeleid zelfstandig wonen waarbij de cliënt zelf de huur betaalt, betaalt de cliënt geen eigen bijdrage Maatschappelijke Opvang/Vrouwenopvang [MOVO]. De cliënt is dan zelf verantwoordelijk voor de huisvestingskosten. Deze cliënten dienen dus wel een eventuele bijdrage voor bijvoorbeeld ondersteunende begeleiding of dagbesteding of voor huishoudelijke hulp te betalen. Anticumulatie is dan niet aan de orde.

In de andere gevallen, maar ook in de situatie van begeleid onzelfstandig wonen betaalt de cliënt een eigen bijdrage voor de huisvestingslasten aan de instelling. In dat geval is de anticumulatieregeling wel van toepassing.

artikel 1, onder h.:

De condities voor de toegang tot dagopvang, nachtopvang en noodbed kunnen per instelling verschillen. De condities zijn hier niet ingevuld. De condities worden door de instelling ingevuld. De condities zijn beperkt en vormen geen blokkade voor een laagdrempelige toegang tot de opvang.

De eigen bijdrage MOVO is zodanig, dat de cliënt de normatieve persoonlijke uitgaven moet overhouden en premie zorgverzekering, rekening houdend met de zorgtoeslag en zak- en kleedgeld. Bij de Vrouwenopvang zal het regelmatig voorkomen dat de cliënt of het cliëntsysteem naast zak- en kleedgeld ook de kosten voor voeding [normen van het Nationaal Instituut voor Budgetvoorlichting Nibud] moet kunnen overhouden.

artikel 2, lid 3.:

In dit artikel is de mogelijkheid van mandatering van de uitvoering van de verordening nadrukkelijk genoemd. Het is wenselijk met de opvanginstellingen afspraken te maken, dat de instelling de eigen bijdragen berekenen en gelijk deze eigen bijdragen met de cliënten afrekenen. Omdat de vaststelling en de inning van eigen bijdragen op grond van de verordening een overheidstaak is alleen mandatering van die taken aan een instelling mogelijk. Hierdoor blijft de formele verantwoordelijkheid voor de uitvoering bij het college liggen. Daarmee is ook het handhaven van de bezwaar- en beroepsmogelijkheid gegarandeerd.