Besluit van het college van burgemeester en wethouders van de gemeente Westland houdende regels omtrent een steunbijdrage voor culturele organisaties (Subsidieregeling Algemene covid-19 steunmaatregel Cultuur Westland 2020)

Artikel 1 Begripsbepaling

In deze regeling wordt verstaan onder:

• 1.

  Algemene subsidieverordening: de Algemene subsidieverordening Westland 2016

• 2.

  Amateurkunstbeoefening: een verzamelnaam voor de niet-beroepsmatige en niet-commerciële beoefening van kunst binnen één van de volgende disciplines of mengvormen daarvan: beeldende kunst, architectuur, muziek, dans, zang, theater, woordkunst en (moderne) mediakunst

• 3.

  Culturele activiteit: een openbaar toegankelijke activiteit in het kader van amateurkunstbeoefening of gericht op het behoud van cultureel erfgoed, welke in Westland wordt georganiseerd en uitgevoerd en geheel of grotendeels in het belang is van de gemeente Westland en haar inwoners

• 4.

  Culturele organisatie: een vereniging of stichting zonder winstoogmerk die culturele activiteiten verricht op het gebied van amateurkunstbeoefening of activiteiten verricht die zijn gericht op het behoud van cultureel erfgoed

Artikel 2 Doelstelling

Deze regeling is erop gericht om een eenmalige steunbijdrage te verlenen als tegemoetkoming in onkosten en teruglopende inkomsten aan culturele organisaties die schade hebben ondervonden of extra onkosten hebben moeten maken vanwege de maatregelen rondom covid-19.

Artikel 3 Verhouding Algemene subsidieverordening

De Algemene subsidieverordening is van toepassing, voor zover in deze regeling daarvan niet wordt afgeweken.

Artikel 5 Subsidieplafond

Voor de Subsidieregeling Algemene covid-19 steunmaatregel Cultuur Westland 2020 is maximaal € 300.000,- beschikbaar en de aanvragen dienen vóór 1 februari 2021 te zijn ingediend. Het college behoudt zich het recht voor om het subsidieplafond te verhogen binnen de gestelde behandelingstermijn van de aanvragen.

Artikel 6 Subsidiebedrag

Het subsidiebedrag wordt bepaald aan de hand van het aantal leden wanneer het een vereniging betreft en aan de hand van de jaaromzet van een stichting. Als uitgangspunt voor de subsidie wordt bij het bepalen van de jaaromzet van een stichting de jaarrekening 2019 van de betreffende stichting gebruikt. Het college behoudt zich het recht voor onderstaande bedragen opnieuw te definiëren en aanvragen pro rato toe te kennen wanneer het aantal steunaanvragen het subsidieplafond, genoemd in artikel 5, overstijgt en verhoging van het subsidieplafond niet mogelijk is.

Verenigingen

*Het bedrag per lid neemt af wanneer er meer leden zijn. Wanneer een vereniging qua ledental in de volgende staffel komt, ontvangt deze het vaste bedrag uit deze staffel (gelijk aan het maximale bedrag uit de vorige staffel) + het aantal leden dat in de eigen staffel valt maal het bedrag per lid in de eigen staffel.

Rekenvoorbeeld:

Een vereniging heeft 45 leden. 40 leden vallen in de vorige staffel, 5 leden in de eigen staffel.

Dan ontvangt zij € 837,50 + 5x € 5,00 = € 862,50.

Stichtingen

Artikel 7 Beoordeling van de aanvraag

De beoordeling van een aanvraag voor een incidentele subsidie gebeurt met inachtneming van de Algemene subsidieverordening. In afwijking c.q. aanvulling daarop geldt:

• 1.

  Het college beslist, overeenkomstig artikel 15, eerste lid van de Algemene subsidieverordening, binnen twaalf weken, nadat de in artikel 7, tweede en derde van deze regeling genoemde termijn, waarin de subsidie kan worden ingediend, is afgelopen.

• 2.

  Indien een aanvraag om subsidie onvolledig is, wordt de aanvrager een termijn van tien werkdagen verleend om de aanvraag aan te vullen. Deze termijn gaat in op de eerste werkdag na verzending van het verzoek om aanvulling.

• 3.

  Alle aanvragen moeten ingediend worden vóór 1 februari 2021. De datum waarop de aanvraag volledig is, is de datum van binnenkomst. Alle volledige aanvragen worden tegelijk beoordeeld.

• 4.

  Alle aanvragen worden getoetst aan de hand van de criteria genoemd in artikel 4.

Artikel 8 Ambtshalve vaststelling

Het college stelt in afwijking van de artikelen 26 en 27 van de Algemene subsidieverordening de subsidie tegelijk met de verlening ambtshalve vast.

Artikel 9 Weigeringsgronden

Een subsidie wordt afgewezen indien:

• 1.

  De aanvraag niet voldoet aan de voorwaarden zoals gesteld in artikel 4;

• 2.

  De subsidieaanvraag is ontvangen buiten de periode zoals vermeld in artikel 5;

• 3.

  Activiteiten van verenigingen of stichtingen niet zijn toegestaan op grond van wet- en regelgeving of beleid.

• 4.

  De aanvrager in het kader van de aanvraag onjuiste gegevens heeft verstrekt of de aanvraag niet binnen de hersteltermijn als bedoeld in het tweede lid van artikel 7 heeft aangevuld.