Regeling vervallen per 01-07-2013

Subsidieregeling dijkversterkingsprojecten en beheer en onderhoud primaire waterkeringen Provincie Zuid-Holland (Subsidieregeling dijkversterkingsprojecten en beheer en onderhoud primaire waterkeringen Provincie Zuid-Holland)

Geldend van 01-11-2012 t/m 30-06-2013

Intitulé

Subsidieregeling dijkversterkingsprojecten en beheer en onderhoud primaire waterkeringen Provincie Zuid-Holland (Subsidieregeling dijkversterkingsprojecten en beheer en onderhoud primaire waterkeringen Provincie Zuid-Holland)

Besluit van Gedeputeerde Staten van Zuid-Holland van 25 november 2008 tot vaststelling van de Subsidieregeling dijkversterkingsprojecten en beheer en onderhoud primaire waterkeringen Zuid-Holland (Prov. Blad 2008, nr. 113) en gewijzigd bij besluit van 23 oktober 2012 (Prov. Blad 2012, nr. 141).

Artikel 1 Begripsbepalingen

In deze regeling wordt verstaan onder:

  • a. primaire waterkering: waterkering, die beveiliging biedt tegen overstroming doordat deze ofwel behoort tot het stelsel dat een dijkringgebied - al dan niet met hoge gronden - omsluit, ofwel vóór een dijkringgebied is gelegen;

  • b. beheerder: overheid waarbij de primaire waterkeringen in beheer zijn, zijnde het waterschap Rivierenland;

  • c. dijkversterkingsprojecten: projecten binnen het beheergebied van het waterschap Rivierenland waarmee de beheerder van een primaire waterkering voor de eerste maal gaat voldoen aan de in de Wet op de waterkering (Staatsblad 1996, nr. 8) vastgelegde veiligheidsnorm, tenzij het een project betreft in de zin van artikel 1, onder II d, van de Deltawet (Staatsblad 1958, nr. 246); 

  • d. verordening: Algemene subsidieverordening Zuid-Holland.

Artikel 2 Projectsubsidies

Gedeputeerde Staten kunnen projectsubsidies verstrekken voor activiteiten met een voldoende regionaal of provinciaal belang, die gericht zijn op het bevorderen van de veiligheid ten behoeve van primaire waterkeringen, in het bijzonder voor:

  • a. dijkversterkingsprojecten;

  • b. versterking van primaire waterkeringen die de scheiding vormen tussen twee dijkringgebieden waarvoor niet eenzelfde veiligheidsnorm geldt.

Artikel 3 Doelgroep(en)

Subsidies als bedoeld in artikel 2 worden uitsluitend verstrekt aan een beheerder van een tot directe kering van het buitenwater bestemde primaire waterkering, niet zijnde het Rijk, die gehouden is tot het uitvoeren van een dijkversterkingsproject.

Artikel 4 Bij de aanvraag te overleggen gegevens

  In aanvulling op artikel 36, derde lid, van de verordening gaat de aanvraag voor subsidie als bedoeld in artikel 2 vergezeld van:

  • a. een overzicht van de projectonderdelen en een planning van de realisering hiervan;

  • b. een raming van de voorbereidingskosten per projectonderdeel met een duidelijke indicatie van het tijdstip waarop de kosten zullen worden gemaakt;

  • c. een raming van de uitvoeringskosten per projectonderdeel met een duidelijke indicatie van het tijdstip waarop de kosten zullen worden gemaakt; en

  • d. een kaart waarop de dijkversterkingsprojecten en de projectonderdelen zijn aangegeven.

     

Artikel 5 Indiening, behandeling en beslissing

1. In afwijking van artikel 36, eerste lid, van de verordening kan de aanvraag voor subsidie als bedoeld in artikel 2 gedurende het gehele jaar worden ingediend.2. In afwijking van artikel 38, eerste lid, van de verordening beslissen Gedeputeerde Staten uiterlijk 13 weken na ontvangst van de aanvraag.3. Gedeputeerde Staten kunnen de beslissing met ten hoogste vier weken uitstellen. Van het uitstel wordt schriftelijk en gemotiveerd mededeling gedaan.

Artikel 6 Subsidiepercentage

De subsidie bedraagt ten hoogste € 31.500.000 als bijdrage in de voorbereidings- en uitvoeringskosten van de dijkversterkingsprojecten:

  • a. Wegafbouw Gorinchem – Hardinxveld Giessendam Oost;

  • b. Dijkversterking Zederik-Hagestein-Everdingen;

  • c. Wegafbouw Lekdijk tracé Schoonhovenseveer-Lexmond (Nieuwpoort-Langerak-Zederik) en tracé A27-Fort-Everdingen;

 

  • d. Dijkversterking Diefdijklinie Everdingen- Gorinchem.

     

Artikel 7 Verplichtingen en bevoorschotting

1. De subsidieontvanger ontvangt direct bij de beschikking tot subsidieverlening een voorschot van 100% van het verleende subsidiebedrag. 2. In aanvulling op het bepaalde in de artikelen 16 en 20 van de verordening dient de subsidieontvanger uiterlijk 26 weken na de datum waarop de activiteiten moeten zijn uitgevoerd volgens de subsidieverlening of, indien dat eerder is, 26 weken na uitvoering van de activiteiten, een aanvraag tot vaststelling van de subsidie in.3. Een aanvraag tot subsidievaststelling gaat in ieder geval vergezeld van een activiteitenverslag en een financieel verslag. 4. Het financieel verslag behoeft in afwijking van artikel 42, vierde lid, van de verordening niet voorzien te zijn van een door een accountant afgegeven verklaring omtrent de getrouwheid en rechtmatigheid van dat verslag.  

Artikel 8 Bij de subsidievaststelling te overleggen gegevens

Vervalt.

Artikel 9 Zeewering Goeree

In verband met de overdracht van het Rijk aan het waterschap Goeree-Overflakkee van het beheer en onderhoud van de zeewering langs de kop van Goeree wordt aan het waterschap Hollandse Delta jaarlijks vanaf 1 januari 1997 een bijdrage verstrekt van € 283.612,63 gedurende een termijn van 20 jaar.

Artikel 10 Inwerkingtreding

1. Deze regeling wordt geëvalueerd voor 1 januari 2010.2.Deze regeling treedt in werking met ingang van 1 januari 2009 en vervalt met ingang van 1 januari 2017.

Artikel 11 Citeertitel

Deze regeling wordt aangehaald als: Subsidieregeling dijkversterkingsprojecten en beheer en onderhoud primaire waterkeringen Zuid-Holland.

Ondertekening

Den Haag, 25 november 2008 Gedeputeerde Staten van Zuid-Holland, J. FRANSSEN, voorzitter M.H.J. VAN WIERINGEN-WAGENAAR, secretaris