CVDR418238_1Verordening geurhinder en veehouderij Asten 2016nlregelingAsten2017-11-23AstenGemeenteblad 2016, 123616Verordening geurhinder en veehouderij Asten 2016art. 6, 8 Wet geurhinder en veehouderijgemeenteraadmilieu2016-07-05De tekst in dit document is vrij van auteursrecht en
databankrecht2016-09-09nieuwe regeling2016/13807milieuGeenBijlagenexb-2017-56002exb-2017-56003Verordening geurhinder en veehouderij Asten 2016De raad van de gemeente Asten;gelezen het voorstel van het college van burgemeester en wethouders van 8 december 2015; gehoord het advies van de Commissie Ruimte van 14 juni 2016;gelet op artikel 6 van de Wet geurhinder en veehouderij;gelet op de door hem bij besluit van 5 juli 2016 vastgestelde gebiedsvisie als bedoeld in artikel 8 van de Wet geurhinder en veehouderij,besluit:vast te stellen de volgende verordening houdende regels met betrekking tot beslissingen inzake vergunningen krachtens de Wet algemene bepalingen omgevingsrecht, voor zover betreft geurhinder vanwege tot veehouderijen behorende dierenverblijven:Verordening geurhinder en veehouderij Asten 20161.BegripsbepalingIn deze verordening wordt verstaan onder:
Veehouderij:inrichting die tot een krachtens artikel 1.1, derde lid van de Wet algemene bepalingen omgevingsrecht aangewezen categorie behoort en is bestemd voor het fokken, mesten, houden, verhandelen, verladen of wegen van dieren.Wet:de Wet geurhinder en veehouderij.Geurgebiedsvisie:de onderbouwing van de geurverordening als bedoeld in artikel 8 van de WetGeurgevoelig object:zoals bedoeld in artikel 1 van de Wet geurhinder en veehouderij.Geurbelasting:de waarde ter plaatse van de gevel van het gevoelige object, berekend met V-Stacks, uitgedrukt in Europese odour units per tijdseenheid.Odour units (ouE/m3. P98):geurconcentratie als aantallen Europese odour units in een volume-eenheid lucht (ouE/m3), gemeten volgens de NEN-EN 13725:2003 “Luchtbepaling van de geurconcentratie door dynamische olfactometrie”. In deze verordening wordt voor de geurbelasting uitgegaan van het gebruikelijke 98-percentiel geurconcentratie. Hetgeen betekent dat de – met een verspreidingsmodel – berekende geurconcentratie gedurende 98 procent van de tijdseenheid niet wordt overschreden.Emissiearme huisvesting melkkoeien ouder dan 2 jaar:ammoniakemissiearme stallen opgenomen in de Regeling ammoniak en veehouderij anders dan categorie A 1.100.
2.Aanwijzing gebiedenAls gebieden als bedoeld in artikel 6 van de Wet worden de volgende gebieden aangewezen:
Het grondgebied van de gemeente Asten, met uitzondering van het gebied als bedoeld in lid 2.
Het (fijnstofconcentratie)gebied rondom de woonkern Heusden.
De gebieden als bedoeld in lid 1 en 2 wordt aangegeven op de bij deze verordening behorende en als zodanig gewaarmerkte Gebiedsvisie en bijbehorende gewaarmerkte kaart (Geurnormenkaart behorende bij de Verordening geurhinder en veehouderij 2016 gemeente Asten).
3.Andere waarden voor de geurbelasting1.In afwijking van artikel 3, lid 1 van de Wet bedraagt de maximale waarde voor de geurbelasting van een veehouderij op een geurgevoelig object in het gebied als genoemd in artikel 2 lid 1 van deze verordening:
Woonkernen Asten en Ommel 1,0 odour units.
Buitengebied 10,0 odour units.
2.In afwijking van artikel 3, lid 1 van de Wet bedraagt de maximale waarde voor de geurbelasting van een veehouderij op een geurgevoelig object in het gebied als genoemd in artikel 2 lid 2 van deze verordening:
Woonkern Heusden 0,5 odour units.
Buitengebied 5,0 odour units.
4Andere waarden voor de afstanden melkveehouderijIn afwijking van artikel 4, eerste lid van de Wet, bedraagt de minimale afstand tussen een melkveehouderij met melkkoeien (categorieën A1 uit de Regeling geurhinder en veehouderij) en een geurgevoelig object in het gebied als genoemd in artikel 2 lid 1 van deze verordening, de in tabel 1 genoemde waarde.Tabel 1: aan te houden afstanden melkveehouderijen tot geurgevoelige objecten in de bebouwde kom en in het buitengebied. De andere afstanden zijn van toepassing bij de bouw van nieuwe stallen.
Aantal volwassen melkkoeien0-200201- 300301-600601-900>900Afstand tot geurgevoelige objecten in de bebouwde kom100250350550700Afstand tot geurgevoelige objecten in het buitengebied50125150250300
5Andere waarden voor de afstanden pelsdierhouderijIn afwijking van artikel 4, eerste lid van de Wet, bedraagt de minimale afstand tussen een pelsdierhouderij met fokteven en een geurgevoelig object in het gebied als genoemd in artikel 2 lid 1 van deze verordening, de in tabel 2 genoemde waarde.Tabel 2: aan te houden afstanden pelsdierhouderijen tot geurgevoelige objecten in de bebouwde kom en in het buitengebied. De andere afstanden zijn van toepassing bij de bouw van nieuwe stallen.
Aantal fokteven0-20002001-40004001-60006001-80008001-10000meer dan 10000Afstand tot geurgevoelige objecten in de bebouwde kom200300400500550650Afstand tot geurgevoelige objecten in het buitengebied125175200225250300
6InwerkingtredingDeze verordening treedt in werking op de dag na publicatie.7CiteertitelDeze verordening kan worden aangehaald als de “Verordening geurhinder en veehouderijAsten 2016”. Aldus vastgesteld in de openbare vergadering van de raad van de gemeente Asten van 5 juli 2016.De raad voornoemd,griffier, mr. M.B.W. van Erp-Sonnemans voorzitter, mr. H.G. VosGeurnormenkaart Verordneing geurhinder en veehouderij Asten 2016gebiedsvisie