CVDR78312_2Afvalstoffenverordening van de gemeente Eemnes 2005nlregelingEemnes2019-01-29EemnesLaarder Courant De BEL 08-07-2010Afvalstoffenverordening Eemnes 2005Wet milieubeheer, art. 10.23, lid 1gemeenteraadopenbare orde en veiligheid2010-01-25De tekst in dit document is vrij van auteursrecht en
databankrecht2010-07-112006-01-01art. 7, lid 3Raadsbesluit 2010/05Openbare orde en veiligheidGeen.De wijzigingsverordening, ondertekend op 25-01-2010, betreft aanvulling van artikel 7, lid 3Afvalstoffenverordening van de gemeente Eemnes 2005De raad van de gemeente Eemnes;gelezen het voorstel van het college van burgemeester en wethouders d.d. 29
maart 2005;gelet op artikel 10.23, eerste lid, van de Wet milieubeheer;besluit vast te stellen de volgende Afvalstoffenverordening.1Algemene bepalingen1BegripsomschrijvingIn deze verordening wordt verstaan dan wel mede verstaan: a. wet: Wet milieubeheer; b. inzamelen: de activiteiten gericht op het ophalen of innemen van
afvalstoffen die binnen de gemeente ter inzameling worden aangeboden en
het feitelijk ophalen en innemen daarvan; c. ter inzameling aanbieden: de wijze van overdragen van afvalstoffen
aan een inzamelende persoon of instantie, inclusief het achterlaten van
afvalstoffen in daartoe door of vanwege de inzamelende persoon of
instantie geplaatste inzamelmiddelen of -voorzieningen of op een daartoe
aangewezen plaats; d. inzamelmiddel: een voor de inzameling van afvalstoffen bestemd hulp-
of bewaarmiddel, bijvoorbeeld een huisvuilzak, minicontainer,
afvalemmer, kca-box of big bag, ten behoeve van één huishouden; e. inzamelvoorziening: een voor de inzameling van afvalstoffen
bestemd(e) bewaarmiddel of -plaats, bijvoorbeeld een verzamelcontainer,
wijkcontainer of brengdepot, ten behoeve van meerdere huishoudens; f. inzameldienst: de krachtens artikel 7, eerste lid, aangewezen
inzameldienst, belast met de inzameling van huishoudelijke
afvalstoffen; g. andere inzamelaars: de krachtens artikel 7, tweede lid, aangewezen
personen en instanties, belast met het afzonderlijk inzamelen van
categorieën huishoudelijke afvalstoffen; h. inzamelvergunning: de vergunning zoals bedoeld in artikel 11; i. gebruiker van een perceel: degene die in de gemeente feitelijk
gebruik maakt van een perceel ten aanzien waarvan ingevolge artikel
10.22 van de Wet milieubeheer een verplichting tot het inzamelen van
huishoudelijke afvalstoffen geldt; j. straatafval: huishoudelijke afvalstoffen van zeer beperkte omvang en
gewicht, zoals proppen, papier, sigarettenpeuken, kauwgom, plastic
bekertjes en blikjes, verpakkingsmateriaal, etenswaren, niet zijnde
klein chemisch afval, ontstaan buiten een perceel; k. wegen: alle voor het openbaar verkeer openstaande wegen of paden met
inbegrip van de daarin liggende bruggen en duikers en de tot die wegen
behorende paden en bermen of zijkanten; l. motorrijtuigen: alle voertuigen, bestemd om anders dan langs
spoorstaven te worden voortbewogen uitsluitend of mede door een
mechanische kracht, op of aan het voertuig zelf aanwezig dan wel door
elektrische tractie met stroomtoevoer van elders.2Beslistermijn1Het college beslist op een aanvraag voor een vergunning of
ontheffing binnen 8 weken na de dag waarop de aanvraag ontvangen
is.2Het college kan zijn beslissing voor ten hoogste 8 weken
verdagen.3Indiening aanvraag1Indien een aanvraag voor een vergunning of ontheffing wordt
ingediend minder dan drie weken vóór het tijdstip waarop de
aanvrager de vergunning of ontheffing nodigt heeft, kan het college
besluiten de aanvraag niet te behandelen.2Voor bepaalde, door het college aan te wijzen, vergunningen of
ontheffingen kan de in het eerste lid genoemde termijn worden
verlengd tot ten hoogste acht weken.4Voorschriften en beperkingen1Aan een krachtens deze verordening verleende vergunning of
ontheffing kunnen voorschriften en beperkingen worden verbonden in
het belang van de bescherming van het milieu.2De houder van een vergunning of ontheffing is verplicht de daaraan
verbonden voorschriften en beperkingen na te komen.5Persoonlijk karakter van de vergunning of ontheffingDe vergunning of ontheffing is persoonsgebonden, tenzij bij of krachtens
verordening anders is bepaald.6Intrekking of wijziging van de vergunning of ontheffingDe vergunning of ontheffing kan worden ingetrokken of gewijzigd: a. indien ter verkrijging daarvan onjuiste dan wel onvolledige gegevens
zijn verstrekt; b. indien op grond van verandering van de omstandigheden of inzichten
opgetreden na het verlenen van de vergunning of ontheffing, moet worden
aangenomen dat intrekking of wijziging moet worden gevorderd in het
belang van de bescherming van het milieu; c. indien de aan de vergunning of ontheffing verbonden voorschriften en
beperkingen niet zijn of worden nagekomen; d. indien van de vergunning of ontheffing geen gebruik wordt gemaakt
binnen een daarin gestelde termijn dan wel, bij gebreke van een
dergelijke termijn binnen een redelijke termijn; e. indien de houder dit verzoekt.2Inzameling van huishoudelijke afvalstoffen7Aanwijzing inzameldienst en andere inzamelaars1Het college wijst de inzameldienst aan, die belast is met de
inzameling van huishoudelijke afvalstoffen.2Naast de inzameldienst kan het college andere inzamelaars aanwijzen
die belast zijn met het afzonderlijk inzamelen van categorieën
huishoudelijke afvalstoffen.3Paragraaf 4.1.3.3 van de Algemene wet bestuursrecht (positieve
fictieve beschikking bij niet tijdig beslissen) is niet van
toepassing.8Afzonderlijke inzameling1Door de inzameldienst of andere inzamelaars worden de volgende
categorieën huishoudelijke afvalstoffen afzonderlijk
ingezameld: a. groente-, fruit- en tuinafval; b. glas; c. oud papier en karton; d. textiel; e. wit- en bruingoed; f. bouw- en sloopafval; g. grof tuinafval; h. grof huishoudelijk afval; i. huishoudelijk restafval; j. oud ijzer;2Het college kan een omschrijving vaststellen van de categorieën
huishoudelijke afvalstoffen als bedoeld in het eerste lid.9Inzamelmiddelen en –voorzieningen1De inzameling kan plaatsvinden via: a. een inzamelmiddel voor de gebruiker van een perceel; b. een inzamelvoorziening voor de gebruikers van een aantal
percelen; c. een inzamelvoorziening op wijkniveau; d. een brengdepot op lokaal of regionaal niveau.2Het college kan aanwijzen via welk al dan niet van gemeentewege
verstrekt inzamelmiddel of via welke inzamelvoorziening de
inzameling van een bepaalde categorie huishoudelijke afvalstoffen
ten behoeve van de gebruiker van een perceel plaatsvindt.10Frequentie van inzamelen1Huishoudelijk restafval wordt tenminste éénmaal per twee weken bij
elke perceel ingezameld.2Groente-, fruit- en tuinafval wordt tenminste éénmaal per twee weken
afzonderlijk bij elk perceel ingezameld.3In afwijking van het eerste en tweede lid wordt huishoudelijk
restafval bij gestapelde woningbouw eenmaal per week opgehaald.4Het college kan de frequentie van inzameling vaststellen van de
overige categorieën huishoudelijke afvalstoffen die afzonderlijk in
aangewezen delen van de gemeente bij elk perceel worden
ingezameld.11Inzamelverbod huishoudelijke afvalstoffen behoudens
vergunning1Het is verboden zonder inzamelvergunning van het college
huishoudelijke afvalstoffen in te zamelen.2De inzamelvergunning kan worden geweigerd in het belang van een
doelmatig beheer van huishoudelijke afvalstoffen.3Het verbod geldt niet voor de inzameldienst of andere
inzamelaars.4Het verbod geldt niet voor personen of instanties die in het kader
van producentenverantwoordelijkheid bij algemene maatregel van
bestuur een inzamelplicht hebben gekregen voor categorieën van
huishoudelijke afvalstoffen.3Ter inzameling aanbieden van huishoudelijke afvalstoffen12Verbod op het ter inzameling aanbied van huishoudelijke
afvalstoffen aan anderen1Het is verboden huishoudelijke afvalstoffen ter inzameling aan te
bieden aan een ander dan de inzameldienst, andere inzamelaars en aan
de houders van een inzamelvergunning.2Het verbod geldt niet voor personen of instanties die in het kader
van producentenverantwoordelijkheid bij algemene maatregel van
bestuur een inzamelplicht hebben gekregen voor categorieën van
huishoudelijke afvalstoffen.13Verbod op het ter inzameling aanbieden van huishoudelijke
afvalstoffen door anderen dan de gebruikers van percelen1Het is anderen dan gebruikers van percelen verboden om
huishoudelijke afvalstoffen ter inzameling aan te bieden aan de
inzameldienst of de andere inzamelaars.2Het college kan besluiten dat het aan anderen dan gebruikers van
percelen verboden is om huishoudelijke afvalstoffen ter inzameling
aan te bieden aan de houder van een inzamelvergunning.14Afzonderlijk ter inzameling aanbieden1Het is verboden om de volgende categorieën huishoudelijke
afvalstoffen anders dan afzonderlijk ter inzameling aan te
bieden: a. groente-, fruit- en tuinafval; b. klein chemisch afval; c. glas; d. oud papier en karton; e. textiel; f. wit- en bruingoed; g. bouw- en sloopafval; h. grof tuinafval; i. asbest en asbesthoudend afval; j. grof huishoudelijk afval; k. huishoudelijk restafval; l. oud ijzer;2Het college kan de inzameldienst en andere inzamelaars aanwijzen aan
wie de in het eerste lid aangewezen categorieën huishoudelijke
afvalstoffen moeten worden aangeboden.3Het is verboden de aangewezen categorieën huishoudelijke
afvalstoffen aan te bieden aan anderen dan de krachtens het tweede
lid aangewezen inzameldienst en andere inzamelaars.15Ter inzameling aanbieden van huishoudelijke afvalstoffen via een
Inzamelmiddel voor de gebruiker van een perceel1Het is voor de gebruiker van een perceel ten behoeve van wie
krachtens artikel 9, tweede lid, voor een bepaalde categorie
huishoudelijke afvalstoffen een inzamelmiddel is aangewezen of van
gemeentewege is verstrekt, verboden de betreffende afvalstoffen
anders aan te bieden dan via het daartoe aangewezen of verstrekte
inzamelmiddel.2Het is voor de gebruiker van een perceel verboden andere categorieën
huishoudelijke afvalstoffen via een inzamelmiddel aan te bieden, dan
de categorie waarvoor dit inzamelmiddel krachtens artikel 9, tweede
lid, is bestemd.3Het college kan regels stellen omtrent de plaatsen en wijze waarop
huishoudelijke afvalstoffen via een inzamelmiddel ter inzameling
moeten worden aangeboden.4Het college kan regels stellen met betrekking tot het maximale
gewicht van de afvalstoffen per inzamelmiddel en het maximale aantal
inzamelmiddelen dat per keer kan worden aangeboden.5Indien van gemeentewege een inzamelmiddel aan de gebruiker van een
perceel is verstrekt kan het college regels tellen omtrent de
voorwarden waaronder het inzamelmiddel is verstrekt, het gebruik en
het reinigen daarvan.6Indien het inzamelmiddel niet van gemeentewege is verstrekt, kan het
college eisen stellen aan het te gebruiken inzamelmiddel.7Het is verboden huishoudelijke afvalstoffen op andere wijze ter
inzameling aan te bieden dan krachtens dit artikel is bepaald.8Het is verboden voor anderen dan de gebruiker van een perceel ten
behoeve van wie krachtens artikel 9, tweede lid, een inzamelmiddel
is verstrekt of aangewezen, hun afvalstoffen ter inzameling aan te
bieden via dit inzamelmiddel.16Ter inzameling aanbieden van huishoudelijke afvalstoffen via een
inzamelvoorziening ten behoeve van een groep percelen1Het is de gebruiker van een perceel voor wie krachtens artikel 9,
tweede lid, mede ten behoeve van zijn perceel een inzamelvoorziening
voor een bepaalde categorie huishoudelijke afvalstoffen is
aangewezen, verboden de betreffende afvalstoffen anders aan te
bieden dan via de betreffende inzamelvoorziening.2Het is verboden andere categorieën huishoudelijke afvalstoffen via
een inzamelvoorziening voor een aantal percelen aan te bieden, dan
de categorie waarvoor deze inzamelvoorziening krachtens artikel 9,
tweede lid, is bestemd.3Het college kan regels tellen ten aanzien van de wijze waarop
huishoudelijke afvalstoffen via een inzamelvoorziening ten behoeve
van een groep percelen moet worden aangeboden.4Het is verboden huishoudelijke afvalstoffen op andere wijze aan te
bieden via een inzamelvoorziening ten behoeve van een groep percelen
dan krachtens het derde lid is bepaald5Het is verboden voor anderen dan de gebruikers van percelen voor wie
krachtens artikel 9, tweede lid, een inzamelvoorziening is
aangewezen, huishoudelijke afvalstoffen aan te bieden via deze
inzamelvoorziening.17Ter inzameling aanbieden van huishoudelijke afvalstoffen via
inzamelvoorzieningen op wijkniveau1Het is verboden andere categorieën huishoudelijke afvalstoffen via
een inzamelvoorziening op wijkniveau aan te bieden dan de categorie
waarvoor de inzamelvoorziening krachtens artikel 9, tweede lid, is
bestemd.2Het is verboden andere categorieën huishoudelijke afvalstoffen via
een inzamelvoorziening op wijkniveau aan te bieden dan de categorie
waarvoor de inzamelvoorziening krachtens artikel 9, tweede lid, is
bestemd.3Het is verboden huishoudelijke afvalstoffen op andere wijze via een
inzamelvoorziening op wijkniveau ter inzameling aan te bieden dan
krachtens het tweede lid is bepaald.4Het verbod in artikel 15, zevende lid, en artikel 16, vierde lid,
geldt niet voor het aanbieden van huishoudelijke afvalstoffen via
inzamelvoorzieningen op wijkniveau overeenkomstig dit artikel.18Ter inzameling aanbieden van huishoudelijke afvalstoffen via een
brengdepot op lokaal of regionaal niveau1Het is verboden andere categorieën huishoudelijke afvalstoffen via
een brengdepot op lokaal of regionaal niveau aan te bieden dan de
categorieën waarvoor het brengdepot krachtens artikel 9, tweede lid,
is bestemd.2Het college kan regels stellen omtrent de wijze waarop
huishoudelijke afvalstoffen ter inzameling kunnen worden aangeboden
bij het brengdepot op lokaal of regionaal niveau.3Het is verboden huishoudelijke afvalstoffen op andere wijze via een
brengdepot op lokaal of regionaal niveau ter inzameling aan te
bieden dan krachtens het derde lid is bepaald.4Het verbod in artikel 15, zevende lid, en artikel 16, vierde lid,
geldt niet voor het aanbieden van huishoudelijke afvalstoffen via
een brengdepot op lokaal of regionaal niveau overeenkomstig dit
artikel.19Ter inzameling aanbieden van huishoudelijke afvalstoffen zonder
Inzamelmiddel1Het college kan categorieën huishoudelijke afvalstoffen aanwijzen
die zonder inzamelmiddel als bedoeld in artikel 9 van deze
verordening ter inzameling kunnen worden aangeboden.2Het college kan regels stellen over de wijze waarop deze categorieën
huishoudelijke afvalstoffen ter inzameling moeten worden
aangeboden.3Het college kan regels stellen over het maximale gewicht, de
afmetingen en het volume waarop deze categorieën huishoudelijke
afvalstoffen ter inzameling moeten worden aangeboden.4Het is verboden deze categorieën huishoudelijke afvalstoffen op
andere wijze ter inzameling aan te bieden dan krachtens dit artikel
is bepaald.20Dagen en tijden voor het ter inzameling aanbieden1Het college stelt de dagen en tijden vast waarop categorieën
huishoudelijke afvalstoffen ter inzameling kunnen worden
aangeboden.2Het is verboden huishoudelijke afvalstoffen op andere dagen en
tijden ter inzameling aan te bieden dan krachtens het eerste lid is
bepaald.21Het in bijzondere gevallen ter inzameling aanbieden van
huishoudelijke afvalstoffen In afwijking van hetgeen in deze paragraaf is bepaald kan het college
regels stellen omtrent het in bijzondere gevallen ter inzameling
aanbieden van huishoudelijke afvalstoffen aan de inzameldienst of andere
inzamelaars.4Zwerfafval22Voorkomen van diffuse milieuverontreiniging1Het is verboden buiten een daarvoor door het college bestemde plaats
en buiten een inrichting in de zin van de Wet milieubeheer een
afvalstof, stof of voorwerp op of in de bodem te brengen, te
storten, te houden, achter te laten of anderszins te plaatsen op een
wijze die aanleiding kan geven tot hinder of nadelige beïnvloeding
van het milieu.2Het college kan van het verbod ontheffing verlenen.3Het verbod is niet van toepassing op: a. het overeenkomstig deze verordening ter inzameling aanbieden van
huishoudelijke afvalstoffen; b. het thuiscomposteren van groente-, fruit- en tuinafval; c. voor zover de (afval)stoffen tijdelijk op de weg geraken of
worden gebracht als onvermijdelijk gevolg van het laden, lossen of
vervoeren van afvalstoffen dan wel het verrichten van andere
werkzaamheden op of aan de weg.4Het in het eerste lid gestelde verbod geldt niet voorzover de Wet
bodembescherming of het Bouwstoffenbesluit voorziet in de beoogde
bescherming van het milieu.23Achterlaten van straatafval1Het is verboden straatafval in de openbare ruimte achter te laten
zonder gebruik te maken van de van gemeentewege of anderszins
geplaatste of voorgeschreven bakken, manden of soortgelijke
voorwerpen.2Het is verboden om andere afvalstoffen dan straatafval achter te
laten in daartoe van gemeentewege of anderszins geplaatste of
voorgeschreven bakken, manden of soortgelijke voorwerpen.24Voorkomen van zwerfafval bij ter inzameling gereed staande
afvalstoffen1Het is verboden afvalstoffen of inzamelmiddelen die ter inzameling
gereed staan te doorzoeken en te verspreiden.2Het is verboden tegen afvalstoffen of inzamelmiddelen, die ter
inzameling gereed staan, te stoten, te schoppen of deze omver te
werpen.25Afvalbakken in inrichtingen voor het verbruiken van eet- en
drinkwarenDe houder of beheerder van een inrichting waar eet- of drinkwaren worden
verkocht die ter plaatse kunnen worden genuttigd, is verplicht: a. een afvalbak, -mand of soortgelijk voorwerp in of nabij de
inrichting op een duidelijk zichtbare plaats aanwezig te hebben, waarin
het publiek afval kan achterlaten; b. zorg te dragen dat deze afvalbak, -mand of soortgelijk voorwerp van
een zodanig constructie is dat het afval daarin deugdelijk geborgen
blijft en dat die afvalbak, -mand of voorwerp steeds tijdig worden
geledigd; c. zorg te dragen dat dagelijks, uiterlijk een uur na sluiting van de
inrichting, doch in ieder geval terstond op eerste aanzegging van een
ambtenaar, belast met de toezicht op de naleving van dit artikel, in de
nabijheid van de inrichting achtergebleven afval, voorzover kennelijk
uit of van die inrichting afkomstig, wordt opgeruimd.26Wegwerpen van reclamebiljetten of ander promotiemateriaalDegene die in de openbare ruimte reclamebiljetten of dergelijke of ander
promotiemateriaal onder het publiek verspreidt, is verplicht deze of de
verpakking daarvan terstond op te ruimen of te laten opruimen, indien
deze in de omgeving van de plaats van uitreiking op de weg of een andere
voor het publiek toegankelijke plaats door het publiek worden
weggeworpen.27Zwerfafval bij vervoeren, laden en lossen of overige
werkzaamheden1Het is verboden afvalstoffen, stoffen of voorwerpen zodanig te
laden, te lossen of te vervoeren of andere werkzaamheden te
verrichten dat de weg wordt verontreinigd of het milieu nadelig kan
worden beïnvloed.2Indien bij het laden of lossen of vervoeren van afvalstoffen,
stoffen of voorwerpen deze weg wordt verontreinigd of het milieu
nadelig wordt beïnvloed, is degene die genoemde werkzaamheden
verricht alsmede diens opdrachtgever verplicht deze weg te reinigen
of te laten reinigen: a. direct na het ontstaan van de verontreiniging, indien de
verontreiniging gevaar voor de veiligheid van het verkeer of
beschadiging van het wegdek oplevert; b. direct na beëindiging van de werkzaamheden, indien de
verontreiniging geen gevaar voor de veiligheid van het verkeer of
beschadiging van het wegdek oplevert; c. indien de werkzaamheden langer dan een dag duren, elke dag
direct na beëindiging van de werkzaamheden.5Overige onderwerpen die de verordening aangaan28Verbod opslag van afvalstoffen1Het is verboden afvalstoffen op voor het publiek zichtbare plaats in
de open lucht en buiten een inrichting in de zin van de Wet
milieubeheer op te slaan of opgeslagen te hebben.2Het college kan ontheffing verlenen van het in het eerste lid
gestelde verbod.3Het verbod is niet van toepassing op het overdragen of ter
inzameling aanbieden van huishoudelijke afvalstoffen aan de
inzameldienst, andere inzamelaars of aan houders van een
inzamelvergunning.29Afgifte autowrakken afkomstig uit een huishoudenHet is de eigenaar of kentekenhouder verboden zich te ontdoen van een
autowrak, dat afkomstig is van een huishouden, anders dan door afgifte
aan inrichtingen, genoemd in artikel 6 van het Besluit Beheer
Autowrakken.6Slotbepalingen30StrafbepalingEen gedraging in strijd met de volgende artikelen is een strafbaar feit
in de zin van artikel 1a, onder 3°, Wet op de economische delicten: Artikel 12: Verbod op het ter inzameling aanbieden van huishoudelijke
afvalstoffen aan anderen; Artikel 13: Verbod op het ter inzameling aanbieden van huishoudelijke
afvalstoffen door anderen dan gebruikers van percelen; Artikel 14: Afzonderlijk ter inzameling aanbieden; Artikel 15: Ter inzameling aanbieden van huishoudelijke afvalstoffen
via een inzamelmiddel voor de gebruiker van een perceel; Artikel 16: Ter inzameling aanbieden van huishoudelijke afvalstoffen
via eeninzamelvoorziening ten behoeve van een groep percelen; Artikel 17: Ter inzameling aanbieden van huishoudelijke afvalstoffen
via inzamelvoorzieningen op wijkniveau; Artikel 18: Ter inzameling aanbieden van huishoudelijke afvalstoffen
via een brengdepot op lokaal of regionaal niveau; Artikel 19: Ter inzameling aanbieden van huishoudelijke afvalstoffen
zonder inzamelmiddel; Artikel 20: Dagen en tijden voor het ter inzameling aanbieden; Artikel 22: Voorkomen van diffuse milieuverontreiniging; Artikel 23: Achterlaten van straatafval; Artikel 24: Voorkomen van zwerfafval bij ter inzameling gereed staande
afvalstoffen; Artikel 25: Afvalbakken in inrichtingen voor het verbruiken van eet- en
drinkwaren; Artikel 26: Wegwerpen van reclamebiljetten of ander
promotiemateriaal; Artikel 27: Zwerfafval bij vervoeren, laden en lossen of overige
werkzaamheden; Artikel 28: Verbod op een voor het publiek zichtbare plaats aanwezig
hebben van afvalstoffen; Artikel 29: Afgifte autowrakken afkomstig uit een huishouden.31ToezichthoudersMet het toezicht op de naleving van het bepaalde bij of krachtens deze
verordening zijn belast de krachtens artikel 18.4, derde lid, van de wet
aangewezen ambtenaren.32InwerkingtredingDeze verordening treedt in werking op de 3e dag na die waarop zij bekend
is gemaakt.33CiteerbepalingDeze verordening wordt aangehaald als: Afvalstoffenverordening Eemnes
2005.Aldus vastgesteld door de raad van de gemeente op 25 april 2005.De griffier, De voorzitter,J.A. de Bruijn H.A. Smith