CVDR322672_2Beleidsregels handhaving Wet kinderopvang en kwaliteitseisen peuterspeelzalen gemeente Olst-WijhenlregelingOlst-Wijhe2018-05-08Olst-WijheGemeenteblad 2015, 65312Beleidsregels handhaving Wet kinderopvang en kwaliteitseisen peuterspeelzalen gemeente Olst-Wijhe1. Algemene wet bestuursrecht, art. 4:812. Wet kinderopvang en kwaliteitseisen peuterspeelzalen, art. 1,61, 1.65, 1.66, 1.72, 2.19, 2.23, 2.24, 2.28college van burgemeester en wethoudersmaatschappelijke zorg en welzijn2015-07-07De tekst in dit document is vrij van auteursrecht en
databankrecht2015-07-182018-05-091e wijziging15.018152GeenGeenBeleidsregels handhaving Wet kinderopvang en kwaliteitseisen peuterspeelzalen gemeente Olst-WijheBurgemeester en wethouders van Olst-WijheGelet op artikel 4:81 Algemene wet bestuursrecht;Gelet op de artikelen 1.61, eerste lid, 1.65, eerste lid, 1.66 en 1.72, eerste lid Wet kinderopvang en kwaliteitseisen peuterspeelzalen;Gelet op de artikelen 2.19, eerste lid, 2.23, eerste lid, 2.24 en 2.28, eerste lid, Wet kinderopvang en kwaliteitseisen peuterspeelzalen,besluiten:de Beleidsregels handhaving Wet kinderopvang en kwaliteitseisen peuterspeelzalen Gemeente Olst-Wijhe vast te stellen.1Algemeen1ToepassingDeze beleidsregels zijn van toepassing op de handhaving naar aanleiding van overtreding van de bij of krachtens de Wet kinderopvang en kwaliteitseisen peuterspeelzalen gestelde regelgeving.2SanctionerenBij het uitvoeren van het handhavingsbeleid heeft het college de mogelijkheid tot het opleggen van een herstelsanctie.3Kwaliteitseisen1.De kwaliteitseisen, waar aan voldaan moet worden, staan genoemd in de Wet kinderopvang en kwaliteitseisen peuterspeelzalen en alle aanverwante regelgeving. Ze worden tevens expliciet in het door de toezichthouder opgestelde rapport genoemd.2.In deze Beleidsregels Handhaving kinderopvang en peuterspeelzalen gemeente Olst-Wijhe wordt uitgegaan van deze kwaliteitseisen.3.In het afwegingsoverzicht dat als bijlage aan deze beleidsregels is toegevoegd worden voor de prioritering per domein de kwaliteitseisen geclusterd weergegeven.2Herstellend traject4Herstelsancties1.Indien gebleken is dat een houder van een kindercentrum, een gastouderbureau, voorziening voor gastouderopvang of een peuterspeelzaal niet voldoet aan één of meer kwaliteitseisen van de Wet kinderopvang en kwaliteitseisen peuterspeelzalen en alle daaruit voortvloeiende regelgeving, start het college in beginsel een herstellend traject. Dit traject is gericht op beëindiging van de overtreding(-en) en voorkoming van herhaling van de overtreding(-en)2.Bij het uitvoeren van het herstellend traject hanteert het college de volgende stappen:
stap 1: aanwijzing
stap 2: last onder dwangsom/last onder bestuursdwang,
stap 3: exploitatieverbod
stap 4: verwijdering uit het landelijk register kinderopvang of het register peuterspeelzalen
3.Indien de overtreding hiertoe aanleiding geeft, kan het college besluiten om een bepaalde stap of bepaalde stappen van het herstellende traject over te slaan dan wel meerdere keren toe te passen.4.De duur van de hersteltermijn is afhankelijk van de prioriteit die is toegekend aan de kwaliteitseis zoals afgeleid kan worden uit het afwegingsoverzicht dat als bijlage is opgenomen. 5.Bij het opleggen van een aanwijzing gelden de volgende hersteltermijnen:
prioriteit hoog: maximaal 3 maanden
prioriteit gemiddeld: maximaal 10 maanden
prioriteit laag: maximaal 10 maanden
5Indien niet (langer) wordt voldaan aan de definities van de Wet kinderopvang en kwaliteitseisen peuterspeelzalen voor wat betreft de te registreren voorzieningen (dagopvang, buitenschoolse opvang, gastouderbureau, voorziening voor gastouderopvang of peuterspeelzaal) zal de registratie worden verwijderd uit het register kinderopvang danwel peuterspeelzaalwerk.6Citeertitel en inwerkingtreding1.Deze beleidsregels worden aangehaald als “Beleidsregels handhaving Wet kinderopvang en kwaliteitseisen peuterspeelzalen gemeente Olst-Wijhe”.2.Deze beleidsregels treden in werking op de dag na publicatie.Afspraken hersteltermijnen en prioritering handhaving kinderopvang, regio IJsselland, versie maart 2015
PrioriteitHersteltermijn regio IJssellandHoog3 maandGemiddeld10 maandenLaag10 maanden
De hersteltermijn gaat in vanaf datum constatering overtreding (de inspectiedatum)Inspectie-items Kinderdagverblijf
Kinderopvang in de zin van de Wet kinderopvangPrioriteitKinderopvang in de zin van de wetDe opvang vindt bedrijfsmatig of anders dan om niet plaats.NvtGedurende de opvang wordt verzorging en opvoeding geboden en een bijdrage geleverd aan de ontwikkeling van kinderen.NvtDe opvang is gericht op kinderen in de leeftijd van 0 jaar tot de leeftijd waarop zij het basisonderwijs volgen.NvtKinderopvang en naleving wet- en regelgevingEr loopt geen handhaving in het kader van de Wet kinderopvang en kwaliteitseisen peuterspeelzalen tegen de vestiging(en) van de houder.NvtDe houder treft maatregelen om recidive van eerder geconstateerde tekortkomingen in zijn vestiging(en) te voorkomen.Nvt
Pedagogisch klimaatPrioriteitPedagogisch beleidDe houder heeft een pedagogisch beleidsplan waarin de voor dat kindercentrum kenmerkende visie op de omgang met kinderen is beschreven.HoogIn het pedagogisch beleidsplan staat in duidelijke en observeerbare termen het volgende beschreven: de wijze waarop de emotionele veiligheid van kinderen wordt gewaarborgd, de mogelijkheden voor kinderen tot de ontwikkeling van hun persoonlijke- en sociale competentie, en de wijze waarop de overdracht van normen en waarden aan kinderen plaatsvindt.HoogHet pedagogisch beleidsplan beschrijft in duidelijke en observeerbare termen de werkwijze, de maximale omvang en de leeftijdsopbouw van de stamgroep.HoogHet pedagogisch beleidsplan beschrijft in duidelijke en observeerbare termen bij welke (spel)activiteiten kinderen hun stamgroep verlaten.HoogHet pedagogisch beleidsplan beschrijft in duidelijke en observeerbare termen hoe beroepskrachten bij hun werkzaamheden worden ondersteund door andere volwassenen.HoogHet pedagogisch beleidsplan beschrijft in duidelijke en observeerbare termen hoe ondersteuning is vormgegeven indien slechts één beroepskracht in het kindercentrum aanwezig is.HoogHet pedagogisch beleidsplan beschrijft in duidelijke en observeerbare termen hoe ondersteuning is vormgegeven indien slechts één beroepskracht in het kindercentrum wordt ingezet in afwijking van de beroepskracht-kindratio.HoogHet pedagogisch beleidsplan beschrijft in duidelijke en observeerbare termen de wijze waarop kinderen kunnen wennen aan een nieuwe stamgroep waarin zij zullen worden opgevangen.HoogHet pedagogisch beleidsplan beschrijft in duidelijke en observeerbare termen het beleid ten aanzien van het gebruik maken van kinderopvang gedurende extra dagdelen.HoogHet pedagogisch beleidsplan beschrijft in duidelijke en observeerbare termen de wijze waarop het vierogenprincipe is vormgegeven.HoogPedagogische praktijkDe houder draagt zorg voor uitvoering van het pedagogisch beleidsplan.HoogDe houder draagt zorg voor het waarborgen van emotionele veiligheid.HoogDe houder draagt er zorg voor dat de kinderen de mogelijkheid krijgen om tot ontwikkeling van persoonlijke competentie te komen.HoogDe houder draagt er zorg voor dat de kinderen de mogelijkheid krijgen om tot ontwikkeling van sociale competentie te komen.HoogDe houder draagt zorg voor de overdracht van normen en waarden.HoogDe houder heeft het vierogenprincipe overeenkomstig zijn pedagogisch beleidsplan ingevoerd.HoogVoorschoolse educatieVoorschoolse educatie omvat per week ten minste vier dagdelen van ten minste 2,5 uur of per week ten minste 10 uur aan activiteiten gericht op het stimuleren van de ontwikkelingsdomeinen taal, rekenen, motoriek en de sociaal-emotionele ontwikkeling.HoogDe verhouding tussen het aantal beroepskrachten en het feitelijk aantal aanwezige kinderen in de groep bedraagt ten minste één beroepskracht per acht kinderen.HoogDe groep bestaat uit ten hoogste 16 feitelijk aanwezige kinderen.HoogDe beroepskrachten voorschoolse educatie zijn in het bezit van een getuigschrift van met gunstig gevolg afgelegd examen van één van de bij ministeriële regeling vastgelegde diploma’s.HoogOnderdeel van de beroepsopleiding waarvoor het getuigschrift is behaald, vormt ten minste één module over het verzorgen van voorschoolse educatie.OFDe beroepskracht bezit een bewijs dat met gunstig gevolg scholing is afgerond specifiek gericht op het vroegtijdig bestrijden van achterstanden bij jonge kinderen of het werken met voor- en vroegschoolse educatieprogramma’s.HoogDe houder stelt jaarlijks een opleidingsplan op.HoogVoor de voorschoolse educatie wordt een programma gebruikt waarin op gestructureerde en samenhangende wijze de ontwikkeling wordt gestimuleerd op het gebied van taal, rekenen, motoriek en sociaal-emotionele ontwikkeling.Hoog
Personeel en groepenPrioriteitVerklaring omtrent het gedragDe verklaring omtrent het gedrag van de houder is bij het indienen van de aanvraag tot exploitatie aan het college van B&W overgelegd en op dat moment niet ouder dan twee maanden.HoogEen verklaring omtrent het gedrag van een persoon werkzaam bij de onderneming is vóór aanvang van de werkzaamheden bij het kindercentrum overgelegd.HoogDe verklaring omtrent het gedrag van een persoon werkzaam bij de onderneming is bij aanvang van de werkzaamheden niet ouder dan twee maanden.HoogDe verklaringen omtrent het gedrag die zijn afgegeven vóór 1 maart 2013 zijn niet ouder dan twee jaar.HoogPassende beroepskwalificatieAlle beroepskrachten beschikken over de voor de werkzaamheden passende beroepskwalificatie zoals in de cao kinderopvang is opgenomen.HoogOpvang in groepenDe opvang vindt plaats in stamgroepen.HoogDe stamgroep bestaat uit maximaal 12 kinderen tot 1 jaar.OFDe stamgroep bestaat uit maximaal 16 kinderen van 0 tot 4 jaar waarvan maximaal 8 kinderen tot 1 jaar.HoogIndien een kind in een andere stamgroep dan de vaste stamgroep wordt opgevangen, dan duurt dat niet langer dan de tussen houder en ouder schriftelijk overeengekomen periode.HoogIeder kind heeft maximaal drie vaste beroepskrachten waarvan er dagelijks minimaal één werkzaam is op de groep van het kind.HoogIeder kind maakt van maximaal twee stamgroepruimtes gebruik gedurende een week.HoogBeroepskracht-kindratioDe verhouding tussen het aantal beroepskrachten en het aantal feitelijk gelijktijdig aanwezige kinderen in de groep bedraagt ten minste: - 1 beroepskracht per 4 aanwezige kinderen tot 1 jaar; - 1 beroepskracht per 5 aanwezige kinderen van 1 tot 2 jaar; - 1 beroepskracht per 6 aanwezige kinderen van 2 tot 3 jaar; - 1 beroepskracht per 8 aanwezige kinderen van 3 tot 4 jaar. Bij kinderen van verschillende leeftijden in één groep wordt het minimale aantal beroepskrachten berekend met de rekentool op www.rijksoverheid.nl.HoogDe houder heeft geregeld dat een andere volwassene telefonisch bereikbaar is en binnen 15 minuten aanwezig kan zijn in geval van een calamiteit, indien conform de beroepskracht-kindratio slechts één beroepskracht in het kindercentrum aanwezig is.HoogBij een openingstijd van 10 uur of langer kunnen ten hoogste drie uur per dag, niet aaneengesloten, minder beroepskrachten ingezet worden dan volgens de beroepskracht-kindratio vereist is.HoogDe drie uur afwijkende inzet betreft uitsluitend de tijd voor 9.30 en na 16.30 uur en tijdens de voor dat kindercentrum gebruikelijke middagpauze.HoogDe afwijking betreft maximaal anderhalf aaneengesloten uren voor 9.30 en na 16.30 uur en tijdens de voor dat kindercentrum gebruikelijke middagpauze gedurende maximaal twee uur aaneengesloten.HoogMinstens de helft van het aantal vereiste beroepskrachten wordt ingezet wanneer er tijdelijk wordt afgeweken van de beroepskracht-kindratio.HoogIndien als gevolg van het afwijken van de beroepskracht-kindratio slechts één beroepskracht in het kindercentrum ingezet wordt, dan is er ten minste één andere volwassene in het kindercentrum aanwezig.HoogGebruik van de voorgeschreven voertaalDe voorgeschreven voertaal wordt gebruikt.OFEr wordt een andere taal als voertaal gebezigd, omdat de herkomst van de kinderen in deze specifieke omstandigheid daartoe noodzaakt, overeenkomstig een door de houder vastgestelde gedragscode.Hoog
Veiligheid en gezondheidPrioriteitRisico-inventarisatie veiligheid en gezondheidDe houder heeft een risico-inventarisatie veiligheid van maximaal een jaar oud.HoogDe houder heeft een risico-inventarisatie veiligheid betreffende de actuele situatie.HoogDe houder beschrijft de veiligheidsrisico’s op de thema’s: verbranding, vergiftiging, verdrinking, valongevallen, verwondingen, beknelling, botsen, stoten, steken en snijden.HoogIn het plan van aanpak geeft de houder aan welke maatregelen op welk moment zijn, respectievelijk worden genomen in verband met de veiligheidsrisico’s, alsmede de samenhang tussen de veiligheidsrisico’s en de maatregelen.HoogDe registratie van ongevallen bevat per ongeval de aard en plaats van het ongeval, het jaar waarin het ongeval zich heeft voorgedaan en een overzicht van getroffen maatregelen.HoogDe houder zorgt ervoor dat personen werkzaam bij het kindercentrum kennis kunnen nemen van de vastgestelde risico-inventarisatie veiligheid.HoogDe houder heeft een risico-inventarisatie gezondheid van maximaal een jaar oud.HoogDe houder heeft een risico-inventarisatie gezondheid betreffende de actuele situatie.HoogDe houder beschrijft de gezondheidsrisico’s op de thema’s: ziektekiemen, binnenmilieu, buitenmilieu en medisch handelen.HoogIn het plan van aanpak geeft de houder aan welke maatregelen op welk moment zijn respectievelijk worden genomen in verband met de gezondheidsrisico’s, alsmede de samenhang tussen de gezondheidsrisico’s en de maatregelen.HoogDe houder zorgt ervoor dat personen werkzaam bij het kindercentrum kennis kunnen nemen van de vastgestelde risico-inventarisatie gezondheid.HoogMeldcode kindermishandelingDe houder heeft een meldcode kindermishandeling vastgesteld welke voldoet aan de beschreven eisen.HoogDe houder bevordert de kennis en het gebruik van de meldcode.HoogDe houder handelt overeenkomstig de wettelijke meldplicht en bevordert de kennis en het gebruik ervan.HoogVierogenprincipeDe houder organiseert de opvang op zodanige wijze, dat de beroepskracht of de beroepskracht in opleiding de werkzaamheden uitsluitend kan verrichten terwijl hij gezien of gehoord kan worden door een andere volwassene.Hoog
Accommodatie en inrichtingPrioriteitBinnenruimteElke stamgroep beschikt over een afzonderlijke vaste groepsruimte.HoogPer aanwezig kind in het kindercentrum is ten minste 3,5 m² binnenspeelruimte beschikbaar, waaronder mede begrepen passend voor spelactiviteiten ingerichte ruimtes buiten de groepsruimte.HoogDe binnenruimte is passend ingericht in overeenstemming met het aantal en de leeftijd van de op te vangen kinderen.HoogEr is een afzonderlijke slaapruimte voor in ieder geval kinderen tot anderhalf jaar.HoogDe slaapruimte is afgestemd op het aantal op te vangen kinderen.HoogBuitenspeelruimtePer aanwezig kind in het kindercentrum is ten minste 3 m² buitenspeelruimte beschikbaar.HoogDe buitenspeelruimte is voor kinderen toegankelijk.HoogDe buitenspeelruimte is aangrenzend aan het kindercentrum.HoogDe buitenspeelruimte is passend ingericht in overeenstemming met de leeftijd van de op te vangen kinderen.Hoog
OuderrechtPrioriteitInformatieDe houder informeert de ouders over het te voeren beleid.Hoog (ivm vierogenprincipe)De houder informeert de ouders en de kinderen in welke stamgroep het kind verblijft en welke beroepskrachten op welke dag bij welke groep horen.LaagDe houder informeert ouders en personeel over het inspectierapport door het zo spoedig mogelijk na ontvangst op de eigen website te plaatsen. Indien geen website aanwezig is legt de houder een afschrift van het inspectierapport op een voor ouders en personeel toegankelijke plaats.LaagOudercommissieDe houder heeft een reglement oudercommissie vastgesteld.LaagHet reglement omvat regels omtrent het aantal leden.LaagHet reglement omvat regels omtrent de wijze van kiezen van de leden.LaagHet reglement omvat regels omtrent de zittingsduur van de leden.LaagHet reglement omvat geen regels omtrent werkwijze van de oudercommissie.LaagDe houder wijzigt het reglement na instemming van de oudercommissie.LaagDe houder heeft een oudercommissie ingesteld.LaagDe houder en personen werkzaam bij het kindercentrum, zijn geen lid.LaagDe leden worden gekozen uit en door de ouders.LaagDe houder stelt de oudercommissie in de gelegenheid haar eigen werkwijze te bepalen.LaagDe houder stelt de oudercommissie in staat haar advies uit te brengen over elk voorgenomen besluit met betrekking tot de genoemde onderwerpen in artikel 1.60 van de Wet kinderopvang en kwaliteitseisen peuterspeelzalen.Hoog (ivm vierogenprincipe)De houder verstrekt de oudercommissie tijdig en desgevraagd schriftelijk alle informatie die deze voor de vervulling van haar taak redelijkerwijs nodig heeft.GemiddeldVan een gevraagd advies van de oudercommissie wijkt de houder alleen af indien hij schriftelijk en gemotiveerd aangeeft dat het belang van de kinderopvang zich tegen het advies verzet.GemiddeldKlachtenDe houder treft een regeling voor de behandeling van klachten van ouders die voldoet aan de beschreven eisen.LaagDe houder brengt de klachtenregeling voor ouders op passende wijze bij hen onder de aandacht.LaagDe houder ziet erop toe dat de klachtencommissie voor ouders werkt met een reglement.LaagDe houder hanteert de termijn waarbinnen schriftelijk wordt gereageerd naar aanleiding van een oordeel van de klachtencommissie.LaagDe houder leeft geheimhoudingsplicht na.LaagDe houder draagt er zorg voor dat over elk kalenderjaar een openbaar klachtenverslag van ouders wordt opgesteld, waarin ten minste een aantal vaste onderdelen wordt aangegeven.LaagDe houder zendt het klachtenverslag van ouders voor 1 juni van het daaropvolgende kalenderjaar aan de GGD.LaagDe houder treft een regeling voor de behandeling van klachten van de oudercommissie over een door hem genomen besluit als bedoeld in artikel 1.60, eerste lid die voldoet aan de beschreven eisen.LaagDe houder brengt de klachtenregeling oudercommissie op passende wijze bij hen onder de aandacht.LaagDe houder zorgt voor naleving van de klachtenregeling oudercommissie.LaagDe houder draagt er zorg voor dat over elk kalenderjaar een openbaar klachtenverslag oudercommissie wordt opgesteld, waarin ten minste een aantal vaste onderdelen wordt aangegeven.LaagDe houder zendt het klachtenverslag oudercommissie voor 1 juni van het daaropvolgende kalenderjaar aan de GGD.Laag
Inspectie-items Buitenschoolse opvang
Kinderopvang in de zin van de Wet kinderopvangPrioriteitKinderopvang in de zin van de wetDe opvang vindt bedrijfsmatig of anders dan om niet plaats.NvtGedurende de opvang wordt verzorging en opvoeding geboden en een bijdrage geleverd aan de ontwikkeling van kinderen.nvtDe opvang is gericht op kinderen in de leeftijd dat ze naar het basisonderwijs kunnen gaan.nvtKinderopvang en naleving wet- en regelgevingEr loopt geen handhaving in het kader van de Wet kinderopvang en kwaliteitseisen peuterspeelzalen tegen de vestiging(en) van de houder.nvtDe houder treft maatregelen om recidive van eerder geconstateerde tekortkomingen in zijn vestiging(en) te voorkomen.nvt
Pedagogisch klimaatPrioriteitPedagogisch beleidDe houder heeft een pedagogisch beleidsplan waarin de voor dat kindercentrum kenmerkende visie op de omgang met kinderen is beschreven.HoogIn het pedagogisch beleidsplan staat in duidelijke en observeerbare termen het volgende beschreven: de wijze waarop de emotionele veiligheid van kinderen wordt gewaarborgd, de mogelijkheden voor kinderen tot de ontwikkeling van hun persoonlijke- en sociale competentie, en de wijze waarop de overdracht van normen en waarden aan kinderen plaatsvindt.HoogHet pedagogisch beleidsplan beschrijft in duidelijke en observeerbare termen de werkwijze, de maximale omvang en de leeftijdsopbouw van de basisgroep.HoogHet pedagogisch beleidsplan beschrijft in duidelijke en observeerbare termen bij welke (spel)activiteiten kinderen hun basisgroep verlaten.HoogBij activiteiten in groepen groter dan dertig kinderen besteedt de houder in het pedagogisch beleidsplan aantoonbaar extra aandacht aan de omgang met de basisgroep.HoogHet pedagogisch beleidsplan beschrijft in duidelijke en observeerbare termen hoe beroepskrachten bij hun werkzaamheden worden ondersteund door andere volwassenen.HoogHet pedagogisch beleidsplan beschrijft in duidelijke en observeerbare termen hoe ondersteuning is vormgegeven indien slechts één beroepskracht in het kindercentrum aanwezig is.HoogHet pedagogisch beleidsplan beschrijft in duidelijke en observeerbare termen hoe ondersteuning is vormgegeven indien slechts één beroepskracht in het kindercentrum wordt ingezet in afwijking van de beroepskracht-kindratio.HoogHet pedagogisch beleidsplan beschrijft in duidelijke en observeerbare termen de wijze waarop kinderen kunnen wennen aan een nieuwe basisgroep waarin zij zullen worden opgevangen.HoogHet pedagogisch beleidsplan beschrijft in duidelijke en observeerbare termen het beleid ten aanzien van het gebruik maken van kinderopvang gedurende extra dagdelen.HoogPedagogische praktijkDe houder draagt zorg voor uitvoering van het pedagogisch beleidsplan.HoogDe houder draagt zorg voor het waarborgen van emotionele veiligheid.HoogDe houder draagt er zorg voor dat de kinderen de mogelijkheid krijgen om tot ontwikkeling van persoonlijke competentie te komen.HoogDe houder draagt er zorg voor dat de kinderen de mogelijkheid krijgen om tot ontwikkeling van sociale competentie te komen.HoogDe houder draagt zorg voor de overdracht van normen en waarden.Hoog
Personeel en groepenPrioriteitVerklaring omtrent het gedragDe verklaring omtrent het gedrag van de houder is bij het indienen van de aanvraag tot exploitatie aan het college van B&W overgelegd en is op dat moment niet ouder dan twee maanden.HoogEen verklaring omtrent het gedrag van een persoon werkzaam bij de onderneming is vóór aanvang van de werkzaamheden bij het kindercentrum overgelegd.HoogDe verklaring omtrent het gedrag van een persoon werkzaam bij de onderneming is bij aanvang van de werkzaamheden niet ouder dan twee maanden.HoogDe verklaringen omtrent het gedrag die zijn afgegeven vóór 1 maart 2013 zijn niet ouder dan twee jaar.HoogPassende beroepskwalificatieAlle beroepskrachten beschikken over de voor de werkzaamheden passende beroepskwalificatie zoals in de cao kinderopvang is opgenomen.HoogOpvang in groepenIeder kind behoort bij een basisgroep.HoogDe basisgroep bestaat uit maximaal twintig kinderen in de leeftijd van 4 jaar tot de leeftijd waarop het basisonderwijs voor die kinderen eindigt.OFDe basisgroep bestaat uit maximaal dertig kinderen in de leeftijd van 8 jaar tot de leeftijd waarop het basisonderwijs voor die kinderen eindigt.HoogEen kind kan in één andere basisgroep dan de vaste basisgroep worden opgevangen, indien de ouder hiertoe/daarvoor schriftelijk toestemming heeft gegeven voor een bepaalde periode.HoogBeroepskracht-kindratioDe verhouding tussen het aantal beroepskrachten en het aantal feitelijk gelijktijdig aanwezige kinderen in de groep bedraagt ten minste: - 1 beroepskracht per 10 aanwezige kinderen in de leeftijd vanaf 4 jaar. - 1 beroepskracht per 10 aanwezige kinderen in de leeftijd vanaf 8 jaar. Bij kinderen van verschillende leeftijden in één groep wordt het minimale aantal beroepskrachten berekend met de rekentool op www.rijksoverheid.nl.OFDe verhouding tussen het aantal beroepskrachten en het aantal feitelijk gelijktijdig aanwezige kinderen in de groep bedraagt ten minste: - 2 beroepskrachten en een extra volwassene per 30 aanwezige kinderen in de leeftijd vanaf 8 jaar.HoogDe houder heeft geregeld dat een andere volwassene telefonisch bereikbaar is en binnen 15 minuten aanwezig kan zijn in geval van een calamiteit, indien conform de beroepskracht-kindratio slechts één beroepskracht in het kindercentrum aanwezig is.HoogBij buitenschoolse opvang gedurende schooldagen kunnen ten hoogste een half uur per dag minder beroepskrachten ingezet worden dan volgens de beroepskracht-kindratio vereist is.HoogBij buitenschoolse opvang gedurende vrije dagen kunnen ten hoogste drie uur per dag minder beroepskrachten ingezet worden dan volgens de beroepskracht-kindratio vereist is. Deze inzet betreft de tijd voor 9.30 en na 16.30 uur en tijdens de voor dat kindercentrum gebruikelijke middagpauze.HoogDe afwijking op vrije dagen of tijdens schoolvakanties betreft maximaal anderhalf aaneengesloten uren voor 9.30 en na 16.30 uur en tijdens de voor dat kindercentrum gebruikelijke middagpauze gedurende maximaal twee uur aaneengesloten.HoogMinstens de helft van het aantal vereiste beroepskrachten wordt ingezet wanneer er tijdelijk wordt afgeweken van de beroepskracht-kindratio.HoogIndien als gevolg van het afwijken van de beroepskracht-kindratio slechts één beroepskracht in het kindercentrum ingezet wordt, dan is er ten minste één andere volwassene in het kindercentrum aanwezig.HoogGebruik van de voorgeschreven voertaalDe voorgeschreven voertaal wordt gebruikt.OFEr wordt een andere taal als voertaal gebezigd, omdat de herkomst van de kinderen in deze specifieke omstandigheid daartoe noodzaakt, overeenkomstig een door de houder vastgestelde gedragscode.Hoog
Veiligheid en gezondheidPrioriteitRisico-inventarisatie veiligheid en gezondheidDe houder heeft een risico-inventarisatie veiligheid van maximaal een jaar oud.HoogDe houder heeft een risico-inventarisatie veiligheid betreffende de actuele situatie.HoogDe houder beschrijft de veiligheidsrisico’s op de thema’s: verbranding, vergiftiging, verdrinking, valongevallen, verwondingen, beknelling, botsen, stoten, steken en snijden.HoogIn het plan van aanpak geeft de houder aan welke maatregelen op welk moment zijn, respectievelijk worden genomen in verband met de veiligheidsrisico’s, alsmede de samenhang tussen de veiligheidsrisico’s en de maatregelen.HoogDe registratie van ongevallen bevat per ongeval de aard en plaats van het ongeval, het jaar waarin het ongeval zich heeft voorgedaan en een overzicht van getroffen maatregelen.HoogDe houder zorgt ervoor dat personen werkzaam bij het kindercentrum kennis kunnen nemen van de vastgestelde risico-inventarisatie veiligheid.HoogDe houder heeft een risico-inventarisatie gezondheid van maximaal een jaar oud.HoogDe houder heeft een risico-inventarisatie gezondheid betreffende de actuele situatie.HoogDe houder beschrijft de gezondheidsrisico’s op de thema’s: ziektekiemen, binnenmilieu, buitenmilieu en medisch handelen.HoogIn het plan van aanpak geeft de houder aan welke maatregelen op welk moment zijn respectievelijk worden genomen in verband met de gezondheidsrisico’s, alsmede de samenhang tussen de gezondheidsrisico’s en de maatregelen.HoogDe houder zorgt ervoor dat personen werkzaam bij het kindercentrum kennis kunnen nemen van de vastgestelde risico-inventarisatie gezondheid.HoogMeldcode kindermishandelingDe houder heeft een meldcode kindermishandeling vastgesteld welke voldoet aan de beschreven eisen.HoogDe houder bevordert de kennis en het gebruik van de meldcode.HoogDe houder handelt overeenkomstig de wettelijke meldplicht en bevordert de kennis en het gebruik ervan.Hoog
Accommodatie en inrichtingPrioriteitBinnenruimtePer aanwezig kind in het kindercentrum is ten minste 3,5 m² passend ingerichte binnenspeelruimte beschikbaar.HoogDe binnenruimte is passend ingericht in overeenstemming met het aantal en de leeftijd van de op te vangen kinderen.HoogBuitenspeelruimtePer aanwezig kind in het kindercentrum is ten minste 3 m² buitenspeelruimte beschikbaar.HoogDe buitenspeelruimte is voor kinderen toegankelijk.HoogDe buitenspeelruimte is vast beschikbaar voor de buitenschoolse opvang.HoogDe buitenspeelruimte is passend ingericht in overeenstemming met het aantal en de leeftijd van de op te vangen kinderen.HoogDe niet-aangrenzende buitenspeelruimte is in de directe nabijheid van het kindercentrum.HoogDe niet-aangrenzende buitenspeelruimte is voor kinderen goed bereikbaar.HoogDe niet-aangrenzende buitenspeelruimte is voor kinderen veilig bereikbaar.Hoog
OuderrechtPrioriteitInformatieDe houder informeert de ouders over het te voeren beleid.LaagDe houder informeert ouders en personeel over het inspectierapport door het zo spoedig mogelijk na ontvangst op de eigen website te plaatsen. Indien geen website aanwezig is legt de houder een afschrift van het inspectierapport op een voor ouders en personeel toegankelijke plaats.LaagOudercommissieDe houder heeft een reglement oudercommissie vastgesteld.LaagHet reglement omvat regels omtrent het aantal leden.LaagHet reglement omvat regels omtrent de wijze van kiezen van de leden.LaagHet reglement omvat regels omtrent de zittingsduur van de leden.LaagHet reglement omvat geen regels omtrent werkwijze van de oudercommissie.LaagDe houder wijzigt het reglement na instemming van de oudercommissie.LaagDe houder heeft een oudercommissie ingesteld.LaagDe houder en personen werkzaam bij het kindercentrum zijn geen lid.LaagDe leden worden gekozen uit en door de ouders.LaagDe houder stelt de oudercommissie in de gelegenheid haar eigen werkwijze te bepalen.LaagDe houder stelt de oudercommissie in staat haar advies uit te brengen over elk voorgenomen besluit met betrekking tot de genoemde onderwerpen in artikel 1.60 van de Wet kinderopvang en kwaliteitseisen peuterspeelzalen.GemiddeldDe houder verstrekt de oudercommissie tijdig en desgevraagd schriftelijk alle informatie die deze voor de vervulling van haar taak redelijkerwijs nodig heeft.GemiddeldVan een gevraagd advies van de oudercommissie wijkt de houder alleen af indien hij schriftelijk en gemotiveerd aangeeft dat het belang van de kinderopvang zich tegen het advies verzet.GemiddeldKlachtenDe houder treft een regeling voor de behandeling van klachten van ouders die voldoet aan de beschreven eisen.LaagDe houder brengt de klachtenregeling voor ouders op passende wijze bij hen onder de aandacht.LaagDe houder ziet erop toe dat de klachtencommissie voor ouders werkt met een reglement.LaagDe houder hanteert de termijn waarbinnen schriftelijk wordt gereageerd naar aanleiding van een oordeel van de klachtencommissie.LaagDe houder leeft geheimhoudingsplicht na.LaagDe houder draagt er zorg voor dat over elk kalenderjaar een openbaar klachtenverslag van ouders wordt opgesteld, waarin ten minste een aantal vaste onderdelen wordt aangegeven.LaagDe houder zendt het klachtenverslag van ouders voor 1 juni van het daaropvolgende kalenderjaar aan de GGD.LaagDe houder treft een regeling voor de behandeling van klachten van de oudercommissie over een door hem genomen besluit als bedoeld in artikel 1.60, eerste lid die voldoet aan de beschreven eisen.LaagDe houder brengt de klachtenregeling oudercommissie op passende wijze bij hen onder de aandachtLaagDe houder zorgt voor naleving van de klachtenregeling oudercommissie.LaagDe houder draagt er zorg voor dat over elk kalenderjaar een openbaar klachtenverslag oudercommissie wordt opgesteld, waarin ten minste een aantal vaste onderdelen wordt aangegeven.LaagDe houder zendt het klachtenverslag oudercommissie voor 1 juni van het daaropvolgende kalenderjaar aan de GGD.Laag
Inspectie-items Peuterspeelzaal
Peuterspeelzaal in de zin van de Wet kinderopvang en kwaliteitseisen PSZPrioriteit Peuterspeelzaal in de zin van de wetGedurende het verblijf in de peuterspeelzaal wordt verzorging en opvoeding geboden en wordt een bijdrage geleverd aan de ontwikkeling van kinderen.NvtHet verblijf in de peuterspeelzaal is uitsluitend bestemd voor kinderen in de leeftijd van twee jaar tot het tijdstip waarop die kinderen kunnen deelnemen aan het basisonderwijs.NvtPeuterspeelzaalwerk en naleving wet- en regelgevingEr loopt geen handhaving in het kader van de Wet kinderopvang en kwaliteitseisen peuterspeelzalen tegen de vestiging(en) van de houder.NvtDe houder treft maatregelen om recidive van eerder geconstateerde tekortkomingen in zijn vestiging(en) te voorkomen.Nvt
Pedagogisch klimaatPrioriteitPedagogisch beleidDe houder heeft een pedagogisch beleidsplan waarin de voor die peuterspeelzaal kenmerkende visie op de omgang met kinderen is beschreven.HoogIn het pedagogisch beleidsplan staat in duidelijke en observeerbare termen het volgende beschreven: de wijze waarop de emotionele veiligheid van kinderen wordt gewaarborgd, de mogelijkheden voor kinderen tot de ontwikkeling van hun persoonlijke- en sociale competentie, en de wijze waarop de overdracht van normen en waarden aan kinderen plaatsvindt.HoogHet pedagogisch beleidsplan beschrijft in duidelijke en observeerbare termen de werkwijze, de maximale omvang en de leeftijdsopbouw van de peuterspeelzaalgroep.HoogHet pedagogisch beleidsplan beschrijft in duidelijke en observeerbare termen bij welke (spel)activiteiten kinderen de peuterspeelzaalgroep dan wel de peuterspeelzaalgroepsruimte verlaten.HoogHet pedagogisch beleidsplan beschrijft in duidelijke en observeerbare termen de wijze waarop beroepskrachten bij hun werkzaamheden met kinderen worden ondersteund door andere niet structureel ingezette personen.HoogHet pedagogisch beleidsplan beschrijft in duidelijke en observeerbare termen hoe de achterwacht is geregeld indien slechts één beroepskracht in de peuterspeelzaal aanwezig is.HoogHet pedagogisch beleidsplan beschrijft in duidelijke en observeerbare termen hoe beroepskrachten in een peuterspeelzaal bijzonderheden in de ontwikkeling van kinderen of andere problemen signaleren en ouders doorverwijzen naar passende instanties die hierbij verdere ondersteuning kunnen bieden.HoogHet pedagogisch beleidsplan beschrijft in duidelijke en observeerbare termen hoe beroepskrachten in een peuterspeelzaal toegerust worden voor de taak van signaleren en doorverwijzen en op welke wijze zij daarbij ondersteund worden.HoogPedagogische praktijkDe houder draagt zorg voor uitvoering van het pedagogisch beleidsplan.HoogDe houder draagt zorg voor het waarborgen van emotionele veiligheid.HoogDe houder draagt er zorg voor dat de kinderen de mogelijkheid krijgen om tot ontwikkeling van persoonlijke competentie te komen.HoogDe houder draagt er zorg voor dat de kinderen de mogelijkheid krijgen om tot ontwikkeling van sociale competentie te komen.HoogDe houder draagt zorg voor de overdracht van normen en waarden.HoogVoorschoolse educatieVoorschoolse educatie omvat per week ten minste vier dagdelen van ten minste 2,5 uur of per week ten minste 10 uur aan activiteiten gericht op het stimuleren van de ontwikkelingsdomeinen taal, rekenen, motoriek en de sociaal-emotionele ontwikkeling.HoogDe verhouding tussen het aantal beroepskrachten en het feitelijk aantal aanwezige kinderen in de groep bedraagt ten minste één beroepskracht per acht kinderen.HoogDe groep bestaat uit ten hoogste 16 feitelijk aanwezige kinderen.HoogDe beroepskrachten voorschoolse educatie zijn in het bezit van een getuigschrift van met gunstig gevolg afgelegd examen van één van de bij ministeriële regeling vastgelegde diploma’s.HoogOnderdeel van de beroepsopleiding waarvoor het getuigschrift is behaald, vormt ten minste één module over het verzorgen van voorschoolse educatie.OFDe beroepskracht bezit een bewijs dat met gunstig gevolg scholing is afgerond specifiek gericht op het vroegtijdig bestrijden van achterstanden bij jonge kinderen of het werken met voor- en vroegschoolse educatieprogramma’s.HoogDe houder stelt jaarlijks een opleidingsplan op.HoogVoor de voorschoolse educatie wordt een programma gebruikt waarin op gestructureerde en samenhangende wijze de ontwikkeling wordt gestimuleerd op het gebied van taal, rekenen, motoriek en sociaal-emotionele ontwikkeling.Hoog
Personeel en groepenPrioriteitVerklaring omtrent het gedragDe verklaring omtrent het gedrag van de houder is bij het indienen van de aanvraag tot exploitatie aan het college van B&W overgelegd en op dat moment niet ouder dan twee maanden.HoogEen verklaring omtrent het gedrag van een persoon werkzaam bij de onderneming is vóór aanvang van de werkzaamheden bij de peuterspeelzaal overgelegd.HoogDe verklaring omtrent het gedrag van een persoon werkzaam bij de onderneming is bij aanvang van de werkzaamheden niet ouder dan twee maanden.HoogDe verklaringen omtrent het gedrag die zijn afgegeven vóór 1 maart 2013 zijn niet ouder dan twee jaar.HoogPassende beroepskwalificatieAlle beroepskrachten beschikken over de voor de werkzaamheden passende beroepskwalificatie zoals in de CAO Welzijn en Maatschappelijke dienstverlening is opgenomen.HoogVrijwilligersbeleidDe houder heeft een vrijwilligersbeleid, wat tot uitdrukking komt in een beleidsplan.GemiddeldIn het vrijwilligersbeleid staan minimumeisen waar een in de peuterspeelzaal werkzame vrijwilliger aan dient te voldoen.GemiddeldIn het vrijwilligersbeleid staan afspraken die de houder met vrijwilligers maakt.GemiddeldIn het vrijwilligersbeleid staan de taakomschrijvingen waarin wordt omschreven welke bijdrage aan het werk in de peuterspeelzaal van de vrijwilligers wordt verwacht en op welke wijze dit samenhangt met het pedagogisch beleid.GemiddeldDe houder draagt er zorg voor dat alle vrijwilligers werkzaam bij de peuterspeelzaal tegen wettelijke aansprakelijkheid verzekerd zijn.HoogOpvang in groepenDe opvang vindt plaats in peuterspeelzaalgroepen.HoogDe peuterspeelzaalgroep bestaat uit maximaal 16 kinderen.HoogIeder kind heeft maximaal drie vaste beroepskrachten waarvan er dagelijks minimaal één werkzaam is op de groep van het kind.HoogBeroepskracht/vrijwilliger-kindratioHet aantal beroepskrachten en vrijwilligers per groep bedraagt:- in een groep met maximaal 8 kinderen ten minste 1 beroepskracht; - in een groep met 9 t/m 16 kinderen ten minste 1 beroepskracht, en een vrijwilliger of tweede beroepskracht.HoogDe houder heeft geregeld dat een andere volwassene telefonisch bereikbaar is en binnen 15 minuten aanwezig kan zijn in geval van een calamiteit, indien conform de beroepskracht/vrijwilliger-kindratio slechts één beroepskracht in de peuterspeelzaal aanwezig is.HoogGebruik van de voorgeschreven voertaalDe voorgeschreven voertaal wordt gebruikt.OFEr wordt een andere taal als voertaal gebezigd, omdat de herkomst van de kinderen in deze specifieke omstandigheid daartoe noodzaakt, overeenkomstig een door de houder vastgestelde gedragscode.Hoog
Veiligheid en gezondheidPrioriteitRisico-inventarisatie veiligheid en gezondheidDe houder heeft een risico-inventarisatie veiligheid van maximaal een jaar oud.HoogDe houder heeft een risico-inventarisatie veiligheid betreffende de actuele situatie.HoogDe houder beschrijft de veiligheidsrisico’s op de thema’s: verbranding, vergiftiging, verdrinking, valongevallen, verwondingen, beknelling, botsen, stoten, steken en snijden.HoogIn het plan van aanpak geeft de houder aan welke maatregelen op welk moment zijn, respectievelijk worden genomen in verband met de veiligheidsrisico’s, alsmede de samenhang tussen de veiligheidsrisico’s en de maatregelen.HoogDe registratie van ongevallen bevat per ongeval de aard en plaats van het ongeval, het jaar waarin het ongeval zich heeft voorgedaan en een overzicht van getroffen maatregelen.HoogDe houder zorgt ervoor dat personen werkzaam bij de peuterspeelzaal kennis kunnen nemen van de vastgestelde risico-inventarisatie veiligheid.HoogDe houder heeft een risico-inventarisatie gezondheid van maximaal een jaar oud.HoogDe houder heeft een risico-inventarisatie gezondheid betreffende de actuele situatie.HoogDe houder beschrijft de gezondheidsrisico’s op de thema’s: ziektekiemen, binnenmilieu, buitenmilieu en medisch handelen.HoogIn het plan van aanpak geeft de houder aan welke maatregelen op welk moment zijn respectievelijk worden genomen in verband met de gezondheidsrisico’s, alsmede de samenhang tussen de gezondheidsrisico’s en de maatregelen.HoogDe houder zorgt ervoor dat personen werkzaam bij de peuterspeelzaal kennis kunnen nemen van de vastgestelde risico-inventarisatie gezondheid.HoogMeldcode kindermishandelingDe houder heeft een meldcode kindermishandeling vastgesteld welke voldoet aan de beschreven eisen.HoogDe houder bevordert de kennis en het gebruik van de meldcode.HoogDe houder handelt overeenkomstig de wettelijke meldplicht en bevordert de kennis en het gebruik ervan.Hoog
Accommodatie en inrichtingPrioriteitBinnenruimteEr is ten minste 3,5 m² bruto oppervlakte in de groepsruimte beschikbaar per kind.HoogDe binnenruimte is ingericht in overeenstemming met het aantal op te vangen kinderen.HoogDe binnenruimte is passend ingericht in overeenstemming met de leeftijd van de op te vangen kinderen en het pedagogisch beleid.HoogBuitenspeelruimteEr is ten minste 3 m² bruto buitenspeelruimte beschikbaar per aanwezig kind.HoogDe buitenspeelruimte is voor kinderen toegankelijk en veilig bereikbaar.HoogDe buitenspeelruimte is aangrenzend aan het kindercentrum.HoogDe buitenspeelruimte is passend ingericht in overeenstemming met de leeftijd van de op te vangen kinderen en het pedagogisch beleid.Hoog
OuderrechtPrioriteitInformatieDe houder informeert de ouders over het te voeren beleid.LaagDe houder informeert de ouders en de kinderen tot welke peuterspeelzaalgroep het kind behoort en welke beroepskrachten op welke dag voor welke groep verantwoordelijk zijn en welke vrijwilligers op deze dag aanwezig zijn.LaagDe houder informeert ouders en personeel over het inspectierapport door het zo spoedig mogelijk na ontvangst op de eigen website te plaatsen. Indien geen website aanwezig is legt de houder een afschrift van het inspectierapport op een voor ouders en personeel toegankelijke plaats.LaagOudercommissieDe houder heeft een reglement oudercommissie vastgesteld.LaagHet reglement omvat regels omtrent het aantal leden.LaagHet reglement omvat regels omtrent de wijze van kiezen van de leden.LaagHet reglement omvat regels omtrent de zittingsduur van de leden.LaagHet reglement omvat geen regels omtrent werkwijze van de oudercommissie.LaagDe houder wijzigt het reglement na instemming van de oudercommissie.LaagDe houder biedt aan de ouders de gelegenheid deel te nemen aan een oudercommissie.LaagDe houder en personen werkzaam bij de peuterspeelzaal, zijn geen lid.LaagDe leden worden gekozen uit en door de ouders.LaagDe houder stelt de oudercommissie in de gelegenheid haar eigen werkwijze te bepalen.LaagDe houder stelt de oudercommissie in staat haar advies uit te brengen over elk voorgenomen besluit met betrekking tot de genoemde onderwerpen in artikel 2.17 van de Wet kinderopvang en kwaliteitseisen peuterspeelzalen.GemiddeldDe houder verstrekt de oudercommissie tijdig en desgevraagd schriftelijk alle informatie die deze voor de vervulling van haar taak redelijkerwijs nodig heeft.GemiddeldVan een gevraagd advies van de oudercommissie wijkt de houder alleen af indien hij schriftelijk en gemotiveerd aangeeft dat het belang van de kinderopvang zich tegen het advies verzet.GemiddeldKlachtenDe houder treft een regeling voor de behandeling van klachten van ouders die voldoet aan de beschreven eisen.LaagDe houder brengt de klachtenregeling voor ouders op passende wijze bij hen onder de aandacht.LaagDe houder ziet erop toe dat de klachtencommissie voor ouders werkt met een reglement.LaagDe houder hanteert de termijn waarbinnen schriftelijk wordt gereageerd naar aanleiding van een oordeel van de klachtencommissie.LaagDe houder leeft geheimhoudingsplicht na.LaagDe houder draagt er zorg voor dat over elk kalenderjaar een openbaar klachtenverslag van ouders wordt opgesteld, waarin ten minste een aantal vaste onderdelen wordt aangegeven.LaagDe houder zendt het klachtenverslag van ouders voor 1 juni van het daaropvolgende kalenderjaar aan de GGD.LaagDe houder treft een regeling voor de behandeling van klachten van de oudercommissie over een door hem genomen besluit als bedoeld in artikel 2.17, eerste lid die voldoet aan de beschreven eisen.LaagDe houder brengt de klachtenregeling oudercommissie op passende wijze bij hen onder de aandacht.LaagDe houder zorgt voor naleving van de klachtenregeling oudercommissie.LaagDe houder draagt er zorg voor dat over elk kalenderjaar een openbaar klachtenverslag oudercommissie wordt opgesteld, waarin ten minste een aantal vaste onderdelen wordt aangegeven.LaagDe houder zendt het klachtenverslag oudercommissie voor 1 juni van het daaropvolgende kalenderjaar aan de GGD.Laag
Inspectie-items Gastouderbureau
Gastouderbureau in de zin van de Wet kinderopvangPrioriteitGastouderbureau en naleving wet- en regelgevingEr loopt geen handhaving in het kader van de Wet kinderopvang en kwaliteitseisen peuterspeelzalen tegen de vestiging(en) van de houder.NvtDe houder treft maatregelen om recidive van eerder geconstateerde tekortkomingen in zijn vestiging(en) te voorkomen.NvtGastouderbureau in de zin van de wetHet gastouderbureau is een organisatie die gastouderopvang tot stand brengt en begeleidt en door tussenkomst van wie de betaling van ouders aan gastouders geschiedt.Nvt
Pedagogisch beleidPrioriteitPedagogisch beleidsplanDe houder heeft een pedagogisch beleidsplan waarin de voor dat gastouderbureau kenmerkende visie op de omgang met kinderen is beschreven.HoogIn het pedagogisch beleidsplan staat in duidelijke en observeerbare termen het volgende beschreven: de wijze waarop de emotionele veiligheid van kinderen wordt gewaarborgd, de mogelijkheden voor kinderen tot de ontwikkeling van hun persoonlijke- en sociale competentie, en de wijze waarop de overdracht van normen en waarden aan kinderen plaatsvindt.HoogHet pedagogisch beleidsplan beschrijft in duidelijke en observeerbare termen de leeftijdsopbouw en aantallen van de kinderen die door een gastouder worden opgevangen.HoogHet pedagogisch plan beschrijft in duidelijke en observeerbare termen de eisen die gesteld worden aan de adressen waar opvang plaatsvindt.HoogPedagogische praktijkDe houder draagt er zorg voor dat alle bij zijn gastouderbureau aangesloten gastouders het pedagogisch beleid uitvoeren.Hoog
PersoneelPrioriteitVerklaring omtrent het gedragDe verklaring omtrent het gedrag van de houder is bij het indienen van de aanvraag tot exploitatie aan het college van B&W overgelegd en is op dat moment niet ouder dan twee maanden.HoogEen verklaring omtrent het gedrag van personen werkzaam bij de onderneming is vóór aanvang van de werkzaamheden aan de houder van het gastouderbureau overgelegd.HoogDe verklaring omtrent het gedrag van personen werkzaam bij de onderneming is bij aanvang van de werkzaamheden niet ouder dan twee maanden.HoogDe verklaringen omtrent het gedrag die zijn afgegeven vóór 1 maart 2013 zijn niet ouder dan twee jaar.HoogPersoneelsformatie per gastouderDe houder draagt er zorg voor dat er per aangesloten gastouder op jaarbasis tenminste 16 uur wordt besteed aan begeleiding en bemiddeling.Hoog
Veiligheid en gezondheidPrioriteitRisico-inventarisatie veiligheid en gezondheidDe houder draagt er zorg voor dat samen met de gastouder op elk opvangadres in elke voor de op te vangen kinderen toegankelijke ruimte de veiligheidsrisico’s in een risico-inventarisatie vastgelegd worden.HoogDe houder draagt zorg voor een inventarisatie van de veiligheidsrisico’s door een bemiddelingsmedewerker van het bureau vóór aanvang van de opvang en daarna jaarlijks voor elke woning waar gastouderopvang plaatsvindt.HoogDe houder draagt er zorg voor dat de risico-inventarisatie de veiligheidsrisico’s die de opvang van de kinderen met zich meebrengt, beschrijft op de thema’s: verbranding, vergiftiging, verdrinking, valongevallen, verwondingen, beknelling, botsen, stoten, steken en snijden.HoogDe houder draagt er zorg voor dat samen met de gastouder in het plan van aanpak wordt aangegeven welke maatregelen binnen welke termijn zijn respectievelijk worden genomen in verband met de beschreven veiligheidsrisico's.HoogDe houder draagt er zorg voor dat de risico-inventarisatie veiligheid inzichtelijk is voor de vraagouders.HoogDe houder draagt er zorg voor dat alle bij zijn gastouderbureau aangesloten gastouders handelen volgens de opgestelde risico-inventarisatie veiligheid.HoogDe houder draagt er zorg voor dat samen met de gastouder op elk opvangadres in elke voor de op te vangen kinderen toegankelijke ruimte de gezondheidsrisico’s in een risico-inventarisatie vastgelegd worden.HoogDe houder draagt zorg voor een inventarisatie van de gezondheidsrisico’s door een bemiddelingsmedewerker van het bureau vóór aanvang van de opvang en daarna jaarlijks voor elke woning waar gastouderopvang plaatsvindt.HoogDe houder draagt er zorg voor dat de risico-inventarisatie de gezondheidsrisico’s die de opvang van de kinderen met zich meebrengt, bijschrijft op de thema’s: ziektekiemen, binnenmilieu, buitenmilieu en medisch handelen.HoogDe houder draagt er zorg voor dat samen met de gastouder in een plan van aanpak wordt aangegeven welke maatregelen binnen welke termijn zijn respectievelijk worden genomen in verband met de beschreven gezondheidsrisico's.HoogDe houder draagt er zorg voor dat de risico-inventarisatie gezondheid inzichtelijk is voor de vraagouders.HoogDe houder draagt er zorg voor dat alle bij zijn gastouderbureau aangesloten gastouders handelen volgens de opgestelde risico-inventarisatie gezondheid.HoogMeldcode kindermishandelingDe houder heeft een meldcode kindermishandeling vastgesteld welke voldoet aan de beschreven eisen.HoogDe houder bevordert de kennis en het gebruik van de meldcode bij het personeel.HoogDe houder bevordert de kennis en het gebruik van de meldcode bij alle bij zijn gastouderbureau aangesloten gastouders.HoogDe houder handelt overeenkomstig de wettelijke meldplicht en bevordert de kennis en het gebruik ervan.Hoog
OuderrechtPrioriteitInformatieDe houder laat in de schriftelijke overeenkomst met de vraagouder duidelijk zien welk deel van het betaalde bedrag naar het gastouderbureau gaat (uitvoeringskosten) en welk deel van het betaalde bedrag naar de gastouder gaat.GemiddeldDe houder informeert de vraagouders over het te voeren beleid.GemiddeldDe houder draagt zorg voor een goede bereikbaarheid van het gastouderbureau voor de vraagouder en de gastouder en informeert de vraagouders en gastouders hierover.HoogDe houder informeert vraagouders, gastouders en personeel over het inspectierapport door het zo spoedig mogelijk na ontvangst op de eigen website te plaatsen. Indien geen website aanwezig is, legt de houder een afschrift van het inspectierapport op een voor vraagouders, gastouders en personeel toegankelijke plaats.GemiddeldOudercommissieDe houder heeft een reglement oudercommissie vastgesteld.LaagHet reglement omvat regels omtrent het aantal leden.LaagHet reglement omvat regels omtrent de wijze van kiezen van de leden.LaagHet reglement omvat regels omtrent de zittingsduur van de leden.LaagHet reglement omvat geen regels omtrent werkwijze van de oudercommissie.LaagDe houder wijzigt het reglement na instemming van de oudercommissie.LaagDe houder heeft een oudercommissie ingesteld.LaagDe houder en personen werkzaam bij het gastouderbureau zijn geen lid.LaagDe leden worden gekozen uit en door de vraagouders.LaagDe houder stelt de oudercommissie in de gelegenheid haar eigen werkwijze te bepalen.LaagDe houder stelt de oudercommissie in staat haar advies uit te brengen over elk voorgenomen besluit met betrekking tot de genoemde onderwerpen in artikel 1.60 van de Wet kinderopvang en kwaliteitseisen peuterspeelzalen.GemiddeldDe houder verstrekt de oudercommissie tijdig en desgevraagd schriftelijk alle informatie die deze voor de vervulling van haar taak redelijkerwijs nodig heeft.GemiddeldVan een gevraagd advies van de oudercommissie wijkt de houder alleen af indien hij schriftelijk en gemotiveerd aangeeft dat het belang van de kinderopvang zich tegen het advies verzet.GemiddeldKlachtenDe houder treft een regeling voor de behandeling van klachten van vraagouders die voldoet aan de beschreven eisen.LaagDe houder brengt de klachtenregeling voor vraagouders op passende wijze bij hen onder de aandacht.LaagEen houder ziet erop toe dat de klachtencommissie voor vraagouders werkt met een reglement.LaagDe houder hanteert de termijn waarbinnen schriftelijk wordt gereageerd naar aanleiding van een oordeel van de klachtencommissie.LaagDe houder leeft geheimhoudingsplicht na.LaagDe houder draagt er zorg voor dat over elk kalenderjaar een openbaar klachtenverslag van vraagouders wordt opgesteld, waarin ten minste een aantal vaste onderdelen wordt aangegeven.LaagDe houder zendt het klachtenverslag van vraagouders voor 1 juni van het daaropvolgende kalenderjaar aan de GGD.LaagDe houder treft een regeling voor de behandeling van klachten van de oudercommissie over een door hem genomen besluit als bedoeld in artikel 1.60, eerste lid die voldoet aan de beschreven eisen.LaagDe houder brengt de klachtenregeling oudercommissie op passende wijze bij hen onder de aandacht.LaagDe houder zorgt voor naleving van de klachtenregeling oudercommissie.LaagDe houder draagt er zorg voor dat over elk kalenderjaar een openbaar klachtenverslag oudercommissie wordt opgesteld, waarin ten minste een aantal vaste onderdelen wordt aangegeven.LaagDe houder zendt het klachtenverslag oudercommissie voor 1 juni van het daaropvolgende kalenderjaar aan de GGD.Laag
Kwaliteit gastouderbureauPrioriteitKwaliteitscriteriaDe houder draagt er zorg voor dat per adres waar opvang plaatsvindt beoordeeld wordt hoeveel kinderen en van welke leeftijd verantwoord opgevangen kunnen worden.HoogDe houder draagt er zorg voor dat alle bij zijn gastouderbureau aangesloten gastouders tijdens de opvang de voorgeschreven voertaal sprekenHoogDe houder draagt zorg voor een intakegesprek met de gastouder.HoogDe houder draagt zorg voor een intakegesprek met de vraagouder.HoogDe houder draagt zorg voor een koppelingsgesprek voor elke nieuwe koppeling tussen vraag- en gastouder in de woning waar de opvang plaats vindt.HoogDe houder draagt er zorg voor dat ieder opvangadres minstens twee maal per jaar wordt bezocht, waarbij het jaarlijkse voortgangsgesprek met de gastouder een onderdeel is van één van deze bezoeken.HoogDe houder evalueert jaarlijks mondeling de gastouderopvang met de vraagouders en legt deze schriftelijk vast.HoogAdministratie gastouderbureauDe administratie van het gastouderbureau bevat een schriftelijke overeenkomst per vraagouder.HoogDe administratie van het gastouderbureau bevat kopieën van de verklaringen omtrent gedrag van de gastouders en andere personen zoals huisgenoten van 18 jaar en ouder die op hetzelfde adres hun hoofdverblijf hebben, vrijwilligers en stagiar(e)s.HoogIn de administratie van het gastouderbureau is de betaling van de vraagouders aan het gastouderbureau inzichtelijk.GemiddeldIn de administratie van het gastouderbureau is de betaling van het gastouderbureau aan de gastouder inzichtelijk.GemiddeldDe administratie van het gastouderbureau bevat een door de gastouder en bemiddelingsmedewerker ondertekende versie van iedere risico-inventarisatie.HoogDe administratie van het gastouderbureau bevat één overzicht van de omvang en de samenstelling van de oudercommissie.LaagDe administratie van het gastouderbureau bevat één overzicht van alle bij dat gastouderbureau werkzame beroepskrachten.LaagDe administratie van het gastouderbureau bevat één overzicht van alle door het gastouderbureau bemiddelde kinderen.LaagDe administratie van het gastouderbureau bevat één overzicht van alle bij dat gastouderbureau aangesloten gastouders.Laag
Inspectie-items Gastouders
Gastouderopvang in de zin van de Wet kinderopvangPrioriteitGastouder en handhavingEr loopt geen handhaving in het kader van de Wet kinderopvang en kwaliteitseisen peuterspeelzalen tegen de gastouder.NvtDe gastouder treft maatregelen om recidive van eerder geconstateerde tekortkomingen in de opvangsituatie te voorkomen.NvtGastouderopvang in de zin van de wetDe opvang vindt plaats door tussenkomst van een geregistreerd gastouderbureau.NvtDe opvang vindt plaats in een gezinssituatie door een gastouder welke niet de ouder van de op te vangen kinderen is noch de partner van de vraagouder.HoogDe opvang vindt plaats op het woonadres van de gastouder of van één van de vraagouders.HoogGastouder in de zin van de wetDe gastouder is 18 jaar of ouder.HoogDe gastouder is niet inwonend bij de vraagouder.HoogDe gastouder heeft ten behoeve van de opvang van kinderen geen personeel in dienst.HoogDe gastouder heeft geen kinderen die onder (voorlopig) toezicht zijn gesteld en is niet ontheven uit of ontzet van het ouderlijk gezag.Hoog
Pedagogisch klimaatPrioriteitPedagogische praktijkDe gastouder heeft kennis van en handelt overeenkomstig het pedagogisch beleidsplan van het gastouderbureau waarbij hij is aangesloten.HoogDe gastouder waarborgt de emotionele veiligheid.HoogDe gastouder biedt de opvangkinderen de mogelijkheid om tot ontwikkeling van persoonlijke competentie te komen.HoogDe gastouder biedt de opvangkinderen de mogelijkheid om tot ontwikkeling van sociale competentie te komen.HoogDe gastouder draagt zorg voor de overdracht van normen en waarden.Hoog
Deskundigheid gastouderPrioriteitVerklaring omtrent het gedragDe verklaring omtrent het gedrag is vóór het indienen van de aanvraag tot registratie aan de houder van het gastouderbureau overgelegd.HoogEen verklaring omtrent het gedrag is op moment van de indiening van de aanvraag tot registratie niet ouder dan twee maanden.HoogBij opvang in de woning van de gastouder zijn alle huisgenoten vanaf 18 jaar, alsmede de daar werkzame vrijwilligers en stagiar(e)s in het bezit van een verklaring omtrent het gedrag die niet ouder is dan twee jaar.HoogDe verklaringen omtrent het gedrag die zijn afgegeven vóór 1 maart 2013 zijn niet ouder dan twee jaar.HoogDeskundigheid gastouderDe gastouder beschikt over een getuigschrift conform de ministeriële regeling.OFDe gastouder beschikt over een EVC-bewijsstuk afgegeven vóór 1 januari 2012 waaruit blijkt dat de gastouder voldoet aan alle competenties van de bij ministeriële regeling aangewezen MBO-2 opleiding(en).HoogDe gastouder beschikt over een geregistreerd certificaat eerste hulp aan kinderen bij ongevallen conform de ministeriële regeling.HoogGebruik van de voorgeschreven voertaalDe voorgeschreven voertaal wordt gebruikt.OFEr wordt een andere taal als voertaal gebezigd, daar de herkomst van de kinderen in deze specifieke omstandigheid daartoe noodzaakt, overeenkomstig een door de houder vastgestelde gedragscode.Hoog
Accommodatie en inrichtingPrioriteitDe woningDe woning waar gastouderopvang plaats vindt is te allen tijde rookvrij.HoogDe woning waar gastouderopvang plaats vindt, beschikt over voldoende binnenspeelruimte voor kinderen, afgestemd op het aantal en de leeftijd van de op te vangen kinderen.HoogDe woning waar gastouderopvang plaats vindt, beschikt over voldoende buitenspeelmogelijkheden voor kinderen, afgestemd op het aantal en de leeftijd van de op te vangen kinderen.HoogDe slaapruimteEr is een afzonderlijke slaapruimte voor in ieder geval kinderen tot anderhalf jaar.HoogDe slaapruimte is afgestemd op het aantal op te vangen kinderen.HoogGroepssamenstellingBij een gastouder worden maximaal 6 kinderen gelijktijdig opgevangen, waarvan maximaal 5 kinderen tot 4 jaar, waarvan maximaal 4 kinderen tot 2 jaar, waarvan maximaal 2 kinderen tot 1 jaar. Eigen kinderen tot 10 jaar worden meegerekend.HoogAchterwachtDe gastouder is goed telefonisch bereikbaar.HoogDe gastouder zorgt ervoor dat bij aanwezigheid van meer dan 3 kinderen tijdens de opvang een achterwacht beschikbaar is, die bij calamiteiten binnen 15 minuten bij het opvangadres aanwezig is. Daartoe is de achterwacht altijd telefonisch bereikbaar.Hoog
Veiligheid en gezondheidPrioriteitRisico-inventarisatie veiligheid en gezondheidDe gastouder heeft op het opvangadres een door de bemiddelingsmedewerker en de gastouder ondertekende risico-inventarisatie veiligheid, die actueel is en maximaal een jaar oud, die is toegespitst op dat specifieke adres.HoogDe gastouder draagt er zorg voor dat de veiligheidsmaatregelen uit het plan van aanpak binnen de gestelde termijn zijn respectievelijk worden genomen.HoogDe gastouder draagt er zorg voor dat de lijst van ongevallen die hebben plaatsgevonden actueel is en voldoet aan de gestelde eisen.HoogDe gastouder heeft op het opvangadres een door de bemiddelingsmedewerker en de gastouder ondertekende risico-inventarisatie gezondheid, die actueel is en maximaal een jaar oud, die is toegespitst op dat specifieke adres.HoogDe gastouder draagt er zorg voor dat de gezondheidsmaatregelen uit het plan van aanpak binnen de gestelde termijn zijn respectievelijk worden genomen.HoogMeldcode kindermishandelingDe gastouder heeft kennis van de door de houder van het gastouderbureau vastgestelde meldcode.HoogDe gastouder handelt naar de door de houder van het gastouderbureau vastgestelde meldcode.HoogDe gastouder heeft kennis van en handelt naar de wettelijke meldplicht.Hoog