CVDR418604_1Verordening toeristenbelasting Stein 2016nlregelingStein2018-07-03SteinDigitaal gemeenteblad, 29-12-2015Verordening toeristenbelasting Stein 2016artikel 224 van de Gemeentewetgemeenteraadfinanciën en economie2015-12-03De tekst in dit document is vrij van auteursrecht en
databankrecht2015-12-302017-01-01OnbekendOnbekendGeenGeenVerordening toeristenbelasting Stein 2016De Raad der gemeente Stein;Gezien het voorstel van het college van burgemeester en wethouders inzake
Toeristenbelasting Stein 2016 van 27 oktober
2015;(Gem. blad Afd. A 2015, no. );gelet op artikel 224 van de Gemeentewet;besluit :vast te stellen de volgende verordeningVERORDENING OP DE HEFFING EN DE INVORDERING VAN TOERISTENBELASTING STEIN
20161Belastbaar feitOnder de naam 'toeristenbelasting' wordt een directe belasting geheven voor
het houden van verblijf met overnachting binnen de gemeente tegen een
vergoeding in welke vorm dan ook door personen die niet als ingezetene
met een adres in de gemeente zijn opgenomen in de
basisregistratie personen van de gemeente.2Belastingplicht1.Belastingplichtig is degene die gelegenheid biedt tot verblijf als
bedoeld in artikel 1.2.De belastingplichtige is bevoegd de belasting als zodanig te verhalen op
degene die verblijf houdt als bedoeld in artikel 1.3.Als er geen persoon is aan te wijzen die gelegenheid biedt tot verblijf,
is degene belastingplichtig die verblijf houdt als bedoeld in artikel
1.3VrijstellingenDe belasting wordt niet geheven ter zake van het verblijf:
van degene die verblijft in een toegelaten instelling als bedoeld in
artikel 5, eerste lid, van de Wet Toelating Zorginstellingen;
van een vreemdeling als bedoeld in artikel 29, eerste lid van de
Vreemdelingenwet 2000, die rechtmatig in Nederland verblijft in de
zin van artikel 8, letters c, d , f, g, h, van voornoemde wet, en
voor zover deze persoon verblijf houdt in een gelegenheid als
bedoeld in artikel 2 van de Verordening, onder verantwoordelijkheid
van het Centraal Orgaan opvang Asielzoekers.
4Maatstaf van heffingDe belasting wordt geheven naar het aantal overnachtingen. Het aantal
overnachtingen wordt gesteld op het aantal overnachtende personen
vermenigvuldigd met het aantal nachten.5Belastingtarief1.Het tarief bedraagt per overnachting € 1,84. 2.In afwijking van het eerste lid bedraagt het tarief, indien ten aanzien
van één belastingplichtige in hoofdzaak sprake is van verblijf van
personen op een kampeerterrein/kamperen bij de boer, per persoon, per
overnachting € 0,10.6BelastingtijdvakHet belastingtijdvak is gelijk aan het kalenderkwartaal.7AangifteDe belastingplichtige aan wie niet binnen een maand na afloop van elk in
artikel 6 genoemde belastingtijdvak een aangiftebiljet is uitgereikt, is
gehouden binnen veertien dagen na afloop van die maand bij de in artikel
231, tweede lid, onderdeel b, van de Gemeentewet bedoelde gemeenteambtenaar
een schriftelijk verzoek in te dienen om uitreiking van een
aangiftebiljet.8Wijze van belastingheffingDe belasting wordt bij wege van aanslag geheven.9Betalingstermijn1.In afwijking van artikel 9, eerste lid, van de Invorderingswet 1990 moet
de (voorlopige) aanslag worden betaald:
Bij niet-automatische incasso: in twee gelijke termijnen,
waarvan de eerste termijn vervalt op de laatste dag van de maand
volgende op de maand die in de dagtekening van het aanslagbiljet
is vermeld en de tweede een maand later;
Bij automatische incasso: in zoveel gelijke termijnen als er na
de maand van dagtekening van het aanslagbiljet nog niet
geëindigde maanden in het kalenderjaar overblijven, met dien
verstande dat het aantal termijnen tenminste vier en maximaal
tien bedraagt.
2.In afwijking van het eerste lid, onder b geldt, dat de aanslagen moeten
worden betaald in twee gelijke betaaltermijnen, ingeval het totaalbedrag
van de op een aanslagbiljet verenigde aanslagen, of als het
aanslagbiljet maar een aanslag bevat, het bedrag van deze aanslag hoger
is dan € 20.000,00. De eerste termijn vervalt op de laatste dag van de
maand volgende op de maand die in de dagtekening van het aanslagbiljet
is vermeld en de tweede termijn een maand later;3.De Algemene termijnenwet is niet van toepassing op de in het eerste en
tweede lid gestelde termijnen.10KwijtscheldingBij de invordering van toeristenbelasting wordt geen kwijtschelding
verleend.11Nadere regels door het college van Burgemeester en WethoudersHet college van Burgemeester en Wethouders kan nadere regels geven met
betrekking tot de heffing en de invordering van de toeristenbelasting.12AanmeldingsplichtDe belastingplichtige bedoeld in artikel 2, eerste lid, is gehouden, voordat
hij voor de eerste maal na het in werking treden van deze verordening
gelegenheid tot overnachten verschaft, zulks schriftelijk te melden aan de
door het college van Burgemeester en Wethouders aangewezen ambtenaren,
bedoeld in artikel 231, tweede lid, onderdelen b en d van de
Gemeentewet.13Inwerkingtreding en citeertitel
De "Verordening toeristenbelasting Stein 2015,
vastgesteld bij raadsbesluit van 6 november 2014wordt
ingetrokken met ingang van de in het derde lid genoemde datum van
ingang van de heffing. Zij blijft van toepassing op de belastbare
feiten die zich voor die datum hebben voorgedaan.
Deze verordening treedt in werking met ingang van de eerste dag na
die van de bekendmaking.
De datum van ingang van de heffing is 1 januari 2016.
Deze verordening wordt aangehaald als "Verordening
toeristenbelasting Stein 2016".
Aldus vastgesteld in de openbare vergadering van
3december2015De Raad voornoemd,de Griffier, de Voorzitter,