CVDR33601_2Verordening Langdurigheidstoeslag Veldhoven 2009nlregelingVeldhoven2017-05-02VeldhovenDe Ahrenberger, 12-06-2013Verordening Langdurigheidstoeslag Veldhoven 2009Wet werk en bijstand, art. 8 lid 1Wet werk en bijstand, art. 36gemeenteraadmaatschappelijke zorg en welzijn2013-05-28De tekst in dit document is vrij van auteursrecht en
databankrecht2013-06-132015-01-01Wijziging, art. 2 lid 113.059GeenGeen
Verordening Langdurigheidstoeslag Veldhoven 2009
IALGEMENE BEPALINGEN1BegripsbepalingenIn deze verordening wordt verstaan onder:
wet: Wet werk en bijstand;
college: het college van burgemeester en wethouders van de gemeente Veldhoven;
bijstandsnorm: de op de persoon of het gezin van toepassing zijnde bijstandsnorm zoals bedoeld in artikel 21 van de wet vermeerderd met de volledige gemeentelijke toeslag, exclusief eventuele heffingskortingen;
langdurigheidstoeslag: toeslag zoals bedoeld in artikel 36 van de wet;
vermogen: vermogen als bedoeld in artikel 34 van de wet;
langdurig: gelijk aan de duur van de referteperiode;
referteperiode: 36 maanden voorafgaand aan de peildatum;
peildatum: de datum waarop in enig jaar het recht op de langdurigheidstoeslag ontstaat;
IIVOORWAARDEN2Doelgroep
Overeenkomstig het bepaalde in artikel 36 van de wet en met inachtneming van de bepalingen in deze verordening wordt een langdurigheidstoeslag op aanvraag verleend aan een persoon van 21 jaar of ouder doch jonger dan de pensioengerechtigde leeftijd, die langdurig een laag inkomen en geen in aanmerking te nemen vermogen als bedoeld in artikel 34 en geen uitzicht heeft op inkomensverbetering;;
Geen recht op de langdurigheidstoeslag hebben personen die op de peildatum of inde referteperiode een uitkering op grond van de Wet op de Studiefinanciering of de Wet Tegemoetkoming Onderwijsbijdrage en Schoolkosten hebben genoten;
Indien één van de gehuwden op de peildatum is uitgesloten van het recht op langdurigheidstoeslag ingevolge artikel 11 of artikel 13 lid 1 van de wet komt de rechthebbende echtgenoot in aanmerking voor een langdurigheidstoeslag naar de hoogte die voor hem als alleenstaande of alleenstaande ouder zou gelden.
3Laag inkomenAls laag inkomen in de zin van artikel 36 van de wet wordt aangemerkt een netto inkomen dat gedurende de referteperiode gemiddeld niet meer bedraagt dan 105% van de van toepassing zijnde bijstandsnormen en de maximale gemeentelijke toeslag. 4Hoogte langdurigheidstoeslag
De hoogte van de langdurigheidstoeslag is gelijk aan 40% van de van toepassingzijnde bijstandsnorm en de maximale gemeentelijke toeslag per maand;
De onder lid 1 genoemde bijstandsnorm worden onderscheiden in die voor:
gehuwden
alleenstaande ouders
alleenstaanden
De hoogte van de langdurigheidstoeslag wordt op grond van de per 1 januari van elk kalenderjaar doorgevoerde norm berekend en geldt voor het gehele kalenderjaar.
IIISLOTBEPALINGEN5UitvoeringHet college stelt beleidsregels vast met betrekking tot de uitvoering van deze regeling. 6HardheidsclausuleHet college kan in bijzondere gevallen ten gunste van de belanghebbende de bepalingen van deze verordening buiten toepassing laten of daarvan afwijken, voor zover toepassing gelet op het doel en de strekking van de regeling leidt tot onbillijkheden van overwegende aard7InwerkingtredingDeze verordening treedt met terugwerkende kracht in werking met ingang van 1 januari 2009.8CiteertitelDeze verordening wordt aangehaald als: Verordening Langdurigheidstoeslag Veldhoven 2009.