CVDR386203_1Verordening op de heffing en de invordering van marktgelden Zundert 2016nlregelingZundert2017-11-14Zundertwww.officielebekendmakingen.nl, 16-12-2015Verordening marktgelden Zundert 2016Gemeentewet, art. 229, lid 1, sub a en bgemeenteraadfinanciën en economie2015-12-08De tekst in dit document is vrij van auteursrecht en
databankrecht2016-01-012017-01-01Nieuwe regeling2015/13995financiën en economieGeenGeenVerordening tot heffing en invordering van marktgelden Zundert 2016. De raad van de gemeente Zundert;gelezen het voorstel van het college van burgemeester en wethouders d.d.
3-11-2015;gehoord het advies van de Ronde d.d. 18-11-2015;gelet op artikel 229, eerste lid, aanhef en onderdeel a en b van de
Gemeentewet;b e s l u i t :vast te stellenVerordening tot heffing en invordering van marktgelden Zundert 2016.1BegripsomschrijvingenDeze verordening verstaat onder:
markt: de door het college ingestelde
weekmarkt;
standplaats: een aan de belastingplichtige ter
beschikking gestelde plaats op de markt;
vaste standplaats: de standplaats die voor onbepaalde
tijd ter beschikking is gesteld aan een vergunninghouder;
dagplaats: de standplaats die per marktdag
ter beschikking wordt gesteld aan een vergunninghouder, omdat
deze niet als vaste standplaats is toegewezen dan wel ingenomen;
vergunninghouder: degene aan wie door het college
vergunning is verleend voor het innemen van een
standplaats.
2Aard van de heffing / belastbaar feitOnder de naam ‘marktgeld’ wordt een recht geheven voor:
het innemen van een standplaats op de weekmarkt;
het gebruik maken van door of vanwege het gemeentebestuur
verstrekte diensten ten behoeve van reclame- en
promotieactiviteiten.
3BelastingplichtHet marktgeld wordt geheven van de vergunninghouder.4Maatstaf van heffing en tariefHet recht wordt geheven naar de maatstaven en de tarieven opgenomen in
de bij deze verordening behorende tarieventabel.5BelastingtijdvakHet belastingtijdvak voor het innemen van een:
dagstandplaats is gelijk aan een dag
vaste standplaats is gelijk aan een kalenderkwartaal.
6Ontstaan van de belastingschuld en heffing naar
tijdgelang1.Het marktgeld voor een vaste plaats is verschuldigd bij het begin
van het belastingtijdvak of, zo dit later is, bij de aanvang van de
belastingplicht.2.Indien de belastingplicht ter zake van een vaste plaats in de loop
van het belastingtijdvak aanvangt, is het marktgeld verschuldigd
voor zoveel derde gedeelten van dat belastingtijdvak verschuldigde
marktgeld als er in dat belastingtijdvak, na de aanvang van de
belastingplicht, nog volle kalendermaanden overblijven.3.Indien de belastingplicht ter zake van een vaste plaats in de loop
van het belastingtijdvak eindigt, bestaat aanspraak op ontheffing
voor derde zoveel gedeelten van het voor dat belastingtijdvak
verschuldigde marktgeld, als er in dat belastingtijdvak, na het
einde van de belastingplicht nog volle kalendermaanden overblijven,
tenzij het bedrag van de ontheffing minder bedraagt dan €
10,00.4.Het marktgeld voor een dagplaats is verschuldigd bij de aanvang van
het innemen van een standplaats.5.Wanneer de belastingplichtige die gebruik maakt van een vaste
standplaats gedurende meer dan vijf weken aantoonbaar buiten
zijn/haar wil niet in staat geweest is de weekmarkt te bezoeken en
evenmin gebruik heeft gemaakt van de mogelijkheid zich te laten
vervangen, bestaat aanspraak op ontheffing voor zoveel derde
gedeelten van het voor dat belastingtijdvak verschuldigde marktgeld
als er volle kalendermaanden zijn, gedurende welke van de
standplaats geen gebruik is gemaakt.7Wijze van heffing1.Het marktgeld voor een vaste standplaats wordt bij wege van aanslag
geheven.2.Het marktgeld voor een dagplaats wordt geheven door middel van een
mondelinge of schriftelijke gedagtekende kennisgeving waarop het
gevorderde bedrag is vermeld.8Termijnen van betaling1.In afwijking van artikel 9, eerste lid, van de Invorderingswet 1990
moet het marktgeld worden betaald:
binnen 14 dagen na de dagtekening van het
aanslagbiljet;
ingeval de kennisgeving als bedoeld in artikel 7, tweede
lid:
mondeling wordt gedaan, op het moment van het doen
van de kennisgeving;
schriftelijk wordt gedaan, op het moment van het
uitreiken van de kennisgeving, dan wel ingeval van
toezending daarvan, binnen 14 dagen na de
dagtekening van de kennisgeving.
2.De Algemene termijnenwet is niet van toepassing op de in het eerste
lid gestelde termijnen.9KwijtscheldingBij de invordering van marktgeld wordt geen kwijtschelding
verleend.10Nadere regelsHet Dagelijks Bestuur van de Belastingsamenwerking West-Brabant kan
nadere regels geven met betrekking tot de heffing en invordering van
marktgelden.11Overgangsrecht en inwerkingtreding1.De “Verordening marktgelden Zundert 2015” vastgesteld bij besluit
van 9 december 2014 wordt ingetrokken met ingang van de in het derde
lid genoemde datum van ingang van heffing met dien verstande dat zij
van toepassing blijft op de belastbare feiten die zich voor die
datum hebben voorgedaan.2.Deze verordening treedt in werking met ingang van de eerste dag na
die van de bekendmaking.3.De datum van ingang van heffing is 1 januari 2016.12CiteertitelDeze verordening wordt aangehaald als “Verordening marktgelden Zundert
2016”.Aldus besloten in zijn openbare vergadering van 8 december 2015.De raad voornoemd.De griffier, drs. J.J. RochatDe voorzitter, L.C. Poppe-de Looff