Regeling vervallen per 01-01-2021

Verordening van de gemeenteraad van de gemeente Meppel houdende regels omtrent de heffing en invordering van binnenhavengeld (Verordening binnenhavengeld)

Geldend van 12-12-2019 t/m 31-12-2020

Intitulé

Verordening van de gemeenteraad van de gemeente Meppel houdende regels omtrent de heffing en invordering van binnenhavengeld (Verordening binnenhavengeld)

De raad van de gemeente Meppel;

gelezen het voorstel van burgemeester en wethouders d.d. 26 september 2017, nr. 1236097; 

gelet op de artikelen 216 en 229, eerste lid, aanhef en onderdelen a en b, van de Gemeentewet;

b e s l u i t :

vast te stellen de: "Verordening op de heffing en de invordering van Binnenhavengeld".  

Artikel 1 Begripsomschrijvingen

Voor de toepassing van deze verordening wordt verstaan onder:

  • -

    Haven:de voor de openbare dienst bestemde wateren en voor de openbare dienst bestemde werken of inrichtingen in de gemeente Meppel, zoals deze zijn aangegeven op de bij de verordening behorend kaart;

  • -

    Locatie: een op de bij de verordening behorende kaart specifiek aangeduid gebied van de haven;

  • -

    Ligbox: een in de haven aangebrachte inrichting voor het aanleggen van pleziervaartuigen; Vaartuig: elk drijvend lichaam dat blijkens zijn constructie is bestemd of wordt gebruikt voor het vervoer te water of voor het dragen van voorwerpen die al dan niet met het drijvende lichaam een geheel uitmaken;

  • -

    Binnenschip: een vaartuig dat hoofdzakelijk is bestemd of wordt gebruikt voor de vaart op de binnen wateren;

  • -

    Passagiersschip: een binnenschip dat hoofdzakelijk is bestemd of wordt gebruikt voor het bedrijfsmatig vervoer van personen;

  • -

    Historisch vaartuig:een vaartuig dat aanvankelijk is gebouwd als bedrijfsvaartuig, dat een leeftijd heeft van minimaal 50 jaar en dat qua uiterlijk zoveel mogelijk in oorspronkelijke staat van  bouw en uitrusting wordt gehouden en in gebruik is voor permanente bewoning;

  • -

    Hospitaalschip: een binnenschip dat is bestemd of wordt gebruikt voor het vervoer van zieken en invaliden;

  • -

    Bedrijfsvaartuig: een vaartuig, daaronder begrepen een object te water, niet-zijnde een binnenschip, hoofdzakelijk gebruikt of bestemd voor de uitoefening van enig bedrijf of beroep dan wel voor de uitoefening van sociaal-culturele activiteiten;

  • -

    Vissersschip: een binnenschip dat hoofdzakelijk is bestemd en wordt gebruikt voor het vangen van vis of andere levende rijkdommen van de wateren;

  • -

    Sleepboot: een binnenschip dat hoofdzakelijk is bestemd of wordt gebruikt voor het slepen of duwen van andere vaartuigen;

  • -

    Woonschip: een vaartuig, daaronder begrepen een object te water, dat uitsluitend of in hoofdzaak  wordt gebruikt als, of te oordelen naar zijn constructie of inrichting uitsluitend of in hoofdzaak bestemd is tot, een als hoofdverblijf geldend dag- of nachtverblijf van één  of meer personen.

  • -

    Pleziervaartuig: een vaartuig hoofdzakelijk is bestemd of wordt gebruikt voor de recreatie.

  • -

    Lading: alle door een binnenschip geloste en ingenomen goederen en verpakkingsmateriaal, containers en trailers, doch zonder daarbij in aanmerking te nemen ballast, brandstof, proviand en andere voor eigen gebruik bestemde scheepsbenodigdheden, de handbagage van opvarenden voor zover deze met de opvarenden op hetzelfde schip  vervoerd wordt, en schadelijke stoffen als bedoeld in art. 1 van de Wet voorkoming verontreiniging door die schepen (Staatsblad 1983, nr. 683);

  • -

    Meetbrief: het document als bedoeld in artikel 782, derde lid, van het Wetboek van Koophandel, juncto het besluit binnenschependocumenten van 24 oktober 1983, Stb. 548 (Besluit binnenschependocumenten);

  • -

    Laadvermogen: het in tonnen uitgedrukte laadvermogen, zoals dat blijkt uit de bij het vaartuig behorende meetbrief;

  • -

    Oppervlakte: het produkt van de lengte over alles en de grootste breedte, zoals blijkt uit de bij het vaartuig behorende meetbrief;

  • -

    Lengte: de lengte over alles, zoals blijkt uit de bij het vaartuig behorende meetbrief;

  • -

    Termijn: Een in de tarieventabel genoemd tijdvak waarin het gebruik van de haven plaats heeft;

  • -

    Ton:een massa van 1.000 kilogram;

  • -

    Havenmeester: havenmeester: de door het college als zodanig benoemde ambtenaar, alsmede diens plaatsvervanger(s).

  • -

    Tabel:De als bijlage opgenomen en de van deze verordening deel uitmakende tarieventabel;

In deze tabel wordt verstaan onder:

  • -

    1 dag:  een aaneengesloten tijdvak van 24 uren beginnende op 0.00 uur;

  • -

    7,14 dagen:   een aaneengesloten tijdvak van respectievelijk 7, 14 dagen;

  • -

    1 overnachting: een aaneengesloten tijdvak van 24 uren beginnende op 16.00 uur;

  • -

    7 overnachtingen:  Een aaneengesloten tijdvak van 7 overnachtingen;

  • -

    Een maand:   het tijdvak dat loopt van de ne dag in een kalendermaand tot en met de n-1e dag in de volgende kalendermaand;

  • -

    Een kwartaal: een tijdvak van drie aaneengesloten kalendermaanden;

  • -

    Een jaar: een kalenderjaar;

  • -

    Een zomerseizoen: het tijdvak dat loopt van 1 april tot 1 oktober;

  • -

    Een winterseizoen: het tijdvak dat loopt van 1 oktober tot 1 april van het volgende jaar.

  • -

    Kortstondig gebruik haven: Vaartuigen niet zijnde pleziervaartuigen die kortstondig gebruik maken van één van de gemeentelijke havens teneinde te kunnen keren. 

  • -

    Green Award Korting: Binnenschepen die in het bezit zijn van een Green Award Certificate komen in aanmerking voor een korting van 6% op het reeds betaalde binnenhavengeld. De korting wordt op verzoek en achteraf uitgekeerd.

  • -

    Kampeerterrein: locatie Westeinde

  • -

    Passantenligplaats: Ligplaats voor pleziervaartuigen in Meppel zonder vasteplaats;

Artikel 2 Belastbaar feit

Onder de naam "binnenhavengeld" worden rechten geheven ter zake van het gebruik van de haven, overeenkomstig de bestemming daarvan, met een vaartuig en/of ter zake van het genot van door het gemeentebestuur verstrekte diensten in verband met dat gebruik.

Artikel 3 Belastingplicht

Belastingplichtig is de kapitein, de schipper, de reder, de eigenaar van het vaartuig, degene aan wie het vaartuig in gebruik is gegeven, dan wel degene die als vertegenwoordiger voor één van de genoemde partijen optreedt.  

Artikel 4 Maatstaf van heffing

Het binnenhavengeld wordt geheven naar de heffingsmaatstaf zoals aangegeven in de bij de verordening horende tabel.

Artikel 5 Tarief

  • 1. Het binnenhavengeld wordt geheven naar de in de tabel genoemde tarieven met inachtneming van de daarbij opgenomen bepalingen.

  • 2. Voor de toepassing van de tarieven:

    • a.

      geldt als laadvermogen van een vaartuig het aantal tonnen;

    • b.

      wordt de oppervlakte van een vaartuig gesteld op het product van de lengte over alles en de grootste breedte;

    • c.

      wordt de lengte van een vaartuig gesteld op de lengte over alles;

    • d.

      wordt een gedeelte van een eenheid laadvermogen of oppervlakte voor een volle eenheid gerekend;

    • e.

      wordt de termijn steeds op de kortste van de in de tabel voor het betreffende soort vaartuig genoemde termijnen gesteld, tenzij voor een langere termijn aangifte is gedaan.

    • f.

      wordt het bedrag bij contante betaling op de gebruikelijke wijze afgerond op eenheden van 5 eurocent.

  • 3. Indien geen meetbrief wordt overgelegd, wordt de inhoud van het vaartuig ambtshalve bepaald.

Artikel 6 Wijze van heffing

  • 1. Het binnenhavengeld wordt geheven bij wege van voldoening op aangifte.

  • 2. Aangifte wordt mondeling, dan wel schriftelijk gedaan.

Artikel 7 Verschuldigdheid

  • 1. Het binnenhavengeld is verschuldigd zodra het gebruik van de haven, dan wel het genot van de verstrekte diensten in verband met dat gebruik, aanvangt. 

  • 2. Het binnenhavengeld wordt binnen twee weken na het tijdstip, bedoeld in het eerste lid, voldaan.

Artikel 8 Termijnen

  • 1. Indien met een vaartuig binnen de termijn, waarover voldoening op aangifte heeft plaatsgevonden, meer dan eenmaal gebruik van de haven wordt gemaakt, geldt als tijdstip, bedoeld in artikel 7, eerste lid, de eerste maal dat gebruik wordt gemaakt van de haven.

  • 2. Indien het gebruik van de haven met een vaartuig wordt voortgezet nadat de termijn, waarover voldoening op aangifte heeft plaatsgevonden, is verstreken, vangt een nieuwe termijn aan.

  • 3. Het tweede lid is niet van toepassing indien het gebruik van de haven wordt beëindigd voor 12 uur ’s middags, volgend op de laatste dag van de termijn.

  • 4. In afwijking van het tweede lid, kan een termijn van een week worden verlengd tot een termijn van 2 weken, indien het verzoek daartoe en de betaling binnen twee weken na het tijdstip, bedoeld in artikel 7, eerste lid, plaatsvindt.

Artikel 9 Vrijstellingen

Het binnenhavengeld wordt niet geheven ter zake van het gebruik van de  haven:

  • 1.

    Met een vaartuig, in afwachting van het op of aan een scheepsreparatie-inrichting dokken of herstellen, het voor de eerste maal vaarklaar maken, het wisselen van bemanning, het ontschepen van zieken of doden, mits;

    • a.

      het gebruik niet langer duurt dan voor een en ander noodzakelijk is en de termijn van zeven dagen niet te boven gaat;

    • b.

      vooraf en onmiddellijk na afloop van de werkzaamheden hiervan aan de ambtenaar, belast met de heffing of de invordering van belastingen ingevolge artikel 231, tweede lid, onderdelen b en c, van de Gemeentewet, schriftelijk kennis is gegeven onder overlegging van een door de beheerder van de betrokken scheepsreparatie-inrichting afgegeven bevestigende schriftelijke verklaring.

  • 2.

    Met een hospitaalschip, uitsluitend als zodanig in gebruik.

Artikel 10 Restitutie en overschrijving

  • 1. Het binnenhavengeld, dat wordt betaald naar een termijn van een jaar, kan, indien het gebruik van de haven definitief is beëindigd voor het verstrijken van de termijn, op schriftelijk verzoek van de belastingplichtige worden gewijzigd in het maandtarief waarna restitutie kan worden verleend. De restitutie bedraagt het verschil tussen het betaalde jaartarief en het verschuldigde maandtarief over die maanden dat gebruik is gemaakt van de haven, met dien verstande dat het jaartarief hoger is dan het verschuldigde maandtarief. Uitgesloten is restitutie van het binnenhavengeld wanneer voor het gebruik van de haven geen maandtarief geldt.

  • 2. Van het binnenhavengeld, dat wordt betaald naar een termijn van verblijf in de haven, kan de havenmeester gedeeltelijk restitutie verlenen bij ziekte en/of ziekenhuisopname. Het recht wordt verlaagd naar het tarief zoals aangegeven in de tarieventabel voor ledige binnenschepen op aangewezen locatie **** met heffingsmaatstaf half laadvermogen.

  • 3. Indien een vaartuig wordt vervangen door een ander vaartuig, wordt het voor het vervangen vaartuig over de nog niet verstreken maanden van de lopende termijn betaalde binnenhavengeld op verzoek van de belastingplichtige verrekend met het verschuldigde binnenhavengeld over die maanden voor het vervangende vaartuig, met dien verstande, dat, indien het laatst genoemde binnenhavengeld lager is dan het betaalde, teruggaaf van het verschil niet plaatsvindt.

  • 4. Het na toepassing van de in het vorige lid bedoelde verrekening verschuldigde bedrag moet binnen 14 dagen na de vervanging overeenkomstig de aangifte worden betaald.

Artikel 11 Nadere regels

Het college van burgemeester en wethouders kan nadere regels geven met betrekking tot de heffing en invordering van de binnenhavengelden.

Artikel 12 Kwijtscheldingen

Bij de invordering van de binnenhavengelden wordt geen kwijtschelding verleend.

Artikel 13 Inwerkingtreding en citeertitel

  • 1. Deze verordening treedt in werking met ingang van de achtste dag na die van bekendmaking.

  • 2. Het tijdstip van ingang van heffing is 1 januari 2018.

  • 3. Deze verordening kan worden aangehaald als "Verordening binnenhavengeld”.

Bijlage 1 Toepassingsgebied binnenhavengelden

afbeelding binnen de regeling