Regeling vervallen per 27-03-2018

Vordening intergemeentelijke onafhankelijke bezwarencommissie

Geldend van 22-11-2006 t/m 26-03-2018

Intitulé

Vordening intergemeentelijke onafhankelijke bezwarencommissie

De raad van de gemeente Scherpenzeel,

gelezen het voorstel van het college van burgemeester en wethouders van 22 augustus 2006,

gelet op de bepalingen in de Algemene wet bestuursrecht en de Gemeentewet,

besluit

1.Vast te stellen de verordening intergemeentelijke onafhankelijke bezwarencommissie.

hoofdstuk 1 begripsbepalingen

Artikel 1

In deze verordening wordt verstaan onder:

  • a.

    verwerend orgaan: bestuursorgaan dat het bestreden besluit heeft genomen;

  • b.

    commissie: commissie van advies voor de bezwaarschriften;

  • c.

    gemeente: elke gemeente die op basis van de intergemeentelijke samenwerkingsovereenkomst heeft ingestemd met gebruikmaking van de diensten van de commissie;

  • d.

    raad, college en burgemeester: de raden, de colleges van burgemeester en wethouders en de burgemeesters van de deelnemende gemeenten.

hoofdstuk 2 behandeling van de bezwaarschriften

Paragraaf 1 De commissie

Artikel 2 Inleidende bepaling

  • 1. Er is een intergemeentelijke commissie ter voorbereiding van de beslissing op bezwaren als bedoeld in artikel 1:5,eerste lid, van de Awb tegen besluiten van de raad, het college en de burgemeester.

  • 2. De commissie is niet bevoegd ten aanzien van bezwaarschriften die zijn ingediend tegen besluiten op grond van:

    • a.

      een wettelijk voorschrift inzake belastingen of de Wet waardering onroerende zaken;

    • b.

      Algemene Wet Rijksbelastingen.

Artikel 3 Samenstelling van de commissie

  • 1 De commissie bestaat uit een voorzitter en tenminste zeven leden.

  • 2 De voorzitter en de leden worden door het college benoemd, geschorst en ontslagen.

  • 3 De commissie regelt de vervanging van de voorzitter.

Artikel 4 Secretaris

  • 1. De secretaris van de commissie is een door het college aangewezen ambtenaar.

  • 2. Het college wijst tevens één of meer plaatsvervangers van de secretaris aan.

Artikel 5 Zittingsduur

  • 1 De voorzitter en de leden van de commissie treden af op de dag van het aftreden van de raad. Herbenoeming is mogelijk.

  • 2 De voorzitter en de leden van de commissie kunnen op ieder moment ontslag nemen.

  • 3 De aftredende voorzitter en de aftredende leden van de commissie blijven hun functie vervullen totdat in de opvolging is voorzien.

Paragraaf 2 Procedure

Artikel 6 Ingediend bezwaarschrift

  • 1 Op het ingediende bezwaarschrift wordt de datum van ontvangst aangetekend.

  • 2 Het bezwaarschrift met de daarbij overgelegde stukken wordt zo spoedig mogelijk, in handen van de commissie gesteld.

  • 3 Bij het bericht van ontvangst als bedoeld in artikel 6:14 van de Awb wordt vermeld dat een onafhankelijke commissie over de te nemen beslissing op het bezwaar zal adviseren.

Artikel 7 Uitoefening bevoegdheden

De bevoegdheden ingevolge de hierna genoemde artikelen van de Awb worden voor de toepassing van deze verordening uitgeoefend door de voorzitter van de commissie:

  • -

    2:1, tweede lid;

  • -

    6:6, wat betreft het de indiener stellen van een termijn;

  • -

    6:17, voorzover het de verzending van stukken betreft tijdens de behandeling door de commissie;

  • -

    7:4, tweede lid;

  • -

    7:6, vierde lid.

Artikel 8 Vooronderzoek

  • 1. De voorzitter van de commissie is in verband met de voorbereiding van de behandeling van het bezwaarschrift bevoegd rechtstreeks alle gewenste inlichtingen in te winnen of te laten inwinnen.

  • 2. De voorzitter kan uit eigen beweging of op verlangen van de commissie bij deskundigen advies of inlichtingen inwinnen en hen zo nodig uitnodigen daartoe op de hoorzitting te verschijnen. Indien daaraan kosten zijn verbonden, is vooraf machtiging van het college vereist.

Artikel 9 Hoorzitting

  • 1. De voorzitter van de commissie bepaalt plaats en tijdstip van de zitting waarin de belanghebbenden en het verwerend orgaan in de gelegenheid worden gesteld zich door de commissie te laten horen.

  • 2. De voorzitter beslist over de toepassing van artikel 7:3 van de Awb.

  • 3. Indien de voorzitter op grond van het tweede lid besluit van het horen af te zien, doet hij daarvan mededeling aan de belanghebbenden en het verwerend orgaan.

Artikel 10 Uitnodiging zitting

  • 1. De voorzitter deelt de belanghebbenden en het verwerend orgaan ten minste twee weken voor de zitting schriftelijk mee, dat zij in de gelegenheid worden gesteld te worden gehoord.

  • 2. Binnen drie dagen na de verzending van de uitnodiging kunnen de belanghebbenden of het verwerend orgaan onder opgaaf van redenen de voorzitter verzoeken het tijdstip van de zitting te wijzigen.

  • 3. De beslissing van de voorzitter op dit verzoek als bedoeld in het tweede lid wordt zo spoedig mogelijk, doch uiterlijk een week voor het tijdstip van de zitting aan de belanghebbenden en het verwerend orgaan meegedeeld.

  • 4. De voorzitter is bevoegd in bijzondere omstandigheden af te wijken of afwijking toe te staan van de termijnen als genoemd in het eerste tot en met het derde lid.

Artikel 11 Quorum

  • 1. De bezetting van de commissie tijdens een hoorzitting is een voorzitter en twee leden;

  • 2. Voor het houden van een zitting is vereist, dat in elk geval de voorzitter, of zijn plaatsvervanger, en één lid aanwezig zijn.

Artikel 12 Niet-deelneming aan de behandeling

De voorzitter en de leden van de commissie nemen niet deel aan de behandeling van een bezwaarschrift, indien daarbij hun onpartijdigheid in het geding kan zijn.

Artikel 13 Openbaarheid zitting

  • 1. De zitting van de commissie is openbaar.

  • 2. De deuren kunnen worden gesloten indien de voorzitter van de commissie of een van de aanwezige leden het nodig oordeelt of indien een belanghebbende daartoe een gemotiveerd verzoek doet.

  • 3. Indien de commissie vervolgens beslist dat gewichtige redenen aanwezig zijn die zich tegen openbaarheid van de zitting verzetten, vindt de zitting plaats met gesloten deuren.

Artikel 14 Schriftelijke verslaglegging

  • 1. Het verslag als bedoeld in de artikelen 7:7 van de Awb vermeldt de namen van de aanwezigen, met daarbij een vermelding van hun hoedanigheid.

  • 2. Het verslag bevat een weergave van hetgeenover en weer is gezegd en wat verder ter zitting is voorgevallen.

  • 3. Indien de zitting geheel of gedeeltelijk met gesloten deuren plaatsvond, of indien belanghebbenden respectievelijk hun gemachtigden niet in elkaars tegenwoordigheid zijn gehoord, maakt het verslag hiervan melding.

  • 4. Het verslag verwijst naar de op de zitting overgelegde bescheiden, die aan het verslag kunnen worden gehecht.

  • 5. Het verslag wordt ondertekend door de voorzitter en de secretaris van de commissie.

Artikel 15 Nader onderzoek

  • 1. Indien na afloop van de zitting maar voordat het advies wordt opgesteld, nader onderzoek wenselijk blijkt te zijn, kan de voorzitter uit eigen beweging of op verlangen van de andere commissieleden dit onderzoek houden.

  • 2. De uit het nader onderzoek verkregen informatie wordt in afschrift aan de leden van de commissie, het verwerend orgaan en de belanghebbenden toegezonden.

  • 3. De leden van de commissie, het verwerend orgaan en de belanghebbenden kunnen binnen een week na verzending van de nadere informatie aan de voorzitter van de commissie een verzoek richten tot het beleggen van een nieuwe hoorzitting. De voorzitter beslist op zo’n verzoek.

  • 4. Op een nieuwe hoorzitting, als bedoeld in het derde lid, zijn de bepalingen in deze verordening, die betrekking hebben op de hoorzitting zoveel mogelijk van overeenkomstige toepassing.

Artikel 16 Raadkamer en advies

  • 1. De commissie beraadslaagt en beslist achter gesloten deuren over het door haar uit te brengen advies.

  • a. De commissie beslist bij meerderheid van stemmen over het uit te brengen advies.

  • b. Indien bij een stemming de stemmen staken, beslist de stem van de voorzitter.

  • c. Van een minderheidsstandpunt wordt bij het advies melding gemaakt, indien die minderheid dat verlangt.

  • 2. Het advies is gemotiveerd en omvat een voorstel voor de te nemen beslissing op het bezwaarschrift.

  • 3. Het advies wordt door de voorzitter en de secretaris van de commissie ondertekend.

Artikel 17 Uitbrengen advies

Het advies wordt, onder medezending van het verslag als bedoeld in artikel 14 en eventueel door de commissie ontvangen nadere informatie, met inachtneming van het bepaalde in artikel 7:10 Awb, uitgebracht aan het bestuursorgaan dat op het bezwaarschrift dient te beslissen.

hoofdstuk 3 slotbepalingen

Artikel 18 Intrekking oude regeling

De Verordening intergemeentelijke onafhankelijke commissie behandeling bezwaarschriften, vastgesteld bij raadsbesluit d.d. 28 oktober 2004 wordt ingetrokken.

Artikel 19 Overgangsrecht

Na de inwerkingtreding van deze verordening zullen alle bezwaarschriften worden behandeld, ook die reeds ontvangen zijn, volgens deze verordening.

Artikel 20 Inwerkingtreding

Deze verordening treedt acht dagen na de datum van haar bekendmaking in werking.

Artikel 21 Citeertitel

Deze verordening kan worden aangehaald als: Verordening intergemeentelijke onafhankelijke bezwarencommissie.

Ondertekening

Aldus besloten in de openbare vergadering van de raad van 2 november 2006
A.J.E. van der Werf-Bramer J.J.H. Colijn-de Raat