Uitvoeringsregeling marktgelden Den Haag 2018

Geldend van 01-01-2018 t/m heden

Intitulé

Uitvoeringsregeling marktgelden Den Haag 2018

Het college van burgemeester en wethouders van Den Haag,

overwegende dat:

  • -

    op 2 november 2017 de Verordening marktgelden Den Haag 2018 is vastgesteld;

gelet op:

  • -

    de artikelen 29 en 31 van de Invorderingswet 1990 in verbinding met artikel 231, tweede lid, onderdeel a en derde lid van de Gemeentewet en

  • -

    artikel 9 van de verordening marktgelden Den Haag 2018;

  • -

    de artikelen 3:22 en 3:23 van de Organisatieregeling Gemeente Den Haag in verbinding met het Uitvoeringsbesluit Gemeentebelastingen;

besluit vast te stellen de Uitvoeringsregeling marktgelden Den Haag 2018:

Artikel 1 Rente

  • 1. het percentage van de invorderingsrente volgt het percentage dat op grond van artikel 29 van de Invorderingswet 1990 voor het betreffende kalenderkwartaal voor de rijksbelastingen is vastgesteld;

  • 2. bij de invordering van de gemeentelijke belastingen vindt de ministeriële regeling bedoeld in artikel 31 van de Invorderingswet 1990 overeenkomstige toepassing;

  • 3. ingeval op grond van artikel 25 van de Invorderingswet 1990 uitstel van betaling is verleend wordt geen invorderingsrente in rekening gebracht indien deze in totaal een bedrag van €23,00 niet te boven gaat.

Artikel 2 Slotbepalingen

  • 1.

    de Uitvoeringsregeling rechten markten Den Haag 2013 word ingetrokken , met dien verstande dat deze van toepassing blijft voor belastbare feiten die betrekking hebben op de periode vóór 1 januari 2018;

  • 2.

    deze regeling treedt in werking met ingang van 1 januari 2018

  • 3.

    deze regeling wordt aangehaald als: Uitvoeringsregeling marktgelden Den Haag 2018.

Den Haag, 14 november 2017

Het college van burgemeester en wethouders,

de secretaris,

Koen de Snoo

de burgemeester,

Pauline Krikke