Regeling vervallen per 18-01-2018

Beleidsregels parkeerontheffingen Blauwe zone gemeente Beuningen

Geldend van 18-04-2007 t/m 17-01-2018 met terugwerkende kracht vanaf 18-04-2007

Intitulé

Beleidsregels parkeerontheffingen Blauwe zone gemeente Beuningen

Het college van burgemeester en wethouders heeft op 10 april 2007 (BW07.00464) beleidsregels in de zin van artikel 4:81 van de Algemene wet bestuursrecht vastgesteld.

Burgemeester en wethouders van Beuningen,

gelet op artikel 149 van de Wegenverkeerswet 1994 (nader te noemen: Wegenverkeerswet) en artikel 87 van het Reglement Verkeersregels en Verkeerstekens 1990 (nader te noemen: RW),

overwegende:

-dat krachtens het verkeersbesluit van 10 april 2007, langs of achter de blauwe streep in de parkeerschijfzone van het hele centrumkerngebied, dat afgebakend wordt door de Wilhelminalaan - Burg.Gerardtslaan - Johan Friso/Schoolstraat en het Kerkplein en op de Emmastraat, Amaliaplein, Alexiastraat en de Burgemeester Gerardtslaan (uitbreiding blauwe zone d.d. 22 mei 2012;

(zie de kaart)Blauwe zone gemeente Beuningen, kaart 2007

maximaal twee uur achtereen geparkeerd mag worden met gebruikmaking van een parkeerschijf op de volgende tijden:

maandag tot en met donderdag: 9.00 - 18.00 uur;

vrijdag: 9.00 - 21.00 uur;

zaterdag: 9.00 -17.00 uur;

-dat het gewenst is om het voor bepaalde bewoners en bedrijven in de parkeerschijfzone mogelijk te maken om ook op genoemde tijden vrij (zonder parkeerschijf) te parkeren langsdeze blauwe streep;

-dat het op grond daarvan noodzakelijk is dat van die regels

ontheffing kan worden verleend;

besluiten:

de navolgende beleidsregels vast te stellen voor de beoordeling van aanvragen om ontheffing op grond van artikel 149 van de Wegenverkeerswet en artikel 87 van het RW:

Artikel 1. Begripsbepaling.

Ontheffing: de ontheffing van het verbod om op de in aanhef genoemde tijden zonder gebruik te maken van een parkeerschijf te parkeren bij de blauwe streep in de daar genoemde parkeerschijfzone.

Artikel 2. Doelgroepen ontheffingen

Een ontheffing voor maximaal één jaar tegen een in de gemeentelijke legesverordening bepaald tarief kan worden, onder de volgende voorwaarden, worden verleend aan:

Bewoners :

  • -

    bewoners van huizen in het centrumkerngebied zonder parkeerplaats op eigen terrein of zonder het exclusief gebruik van een parkeerplaats elders;

  • -

    per woonadres kan één ontheffing worden verleend;

  • -

    bewonersontheffing kan één of meerdere voertuigen op kenteken betreffen met een maximum van twee;

  • -

    de bewonersontheffing kan per keer voor slechts één voertuig worden gebruikt;

Bedrijven

  • -

    het bedrijf oefent zijn werkzaamheden uit binnen het centrumkerngebied;

  • -

    het gebruik dient noodzakelijk te zijn voor de primaire bedrijfsvoering, dat wil zeggen de hoofdactiviteiten van het bedrijf.

(als noodzakelijk voor bedrijfsuitoefening wordt in ieder geval niet aangemerkt woon/werkverkeer, laden en lossen van goederen en het vervoeren van de financiële dagopbrengst en andere geldtransporten);

  • -

    voor een bedrijfsontheffing dient door het bedrijf schriftelijke aangegeven te worden waarom zij vinden dat een bedrijfsontheffing noodzakelijk is (laden en lossen is altijd mogelijk binnen de parkeerplaatsen van de parkeerschijfzone)

  • -

    de werkzaamheden in het kader waarvan de ontheffing wordt verleend keren vrijwel dagelijks

terug;

  • -

    medewerkers komen niet in aanmerking voor ontheffing

  • -

    een bedrijfsontheffing wordt niet verleend indien aanvrager over voldoende niet-openbare parkeergelegenheid in de omgeving van zijn werkadres beschikt of indien de openbare parkeergelegenheid in de omgeving van het werkadres een redelijk alternatief biedt.

Artikel 3. Aanvraag vereisten

De aanvraag moet worden ingediend door gebruikmaking van het bij dit besluit vastgesteldeaanvraagformulier (bijlage). Bij de aanvraag voor een ontheffing als bedoeld in artikel 2, dient een kopie te worden overgelegd van het kentekenbewijs van de bewuste voertuigen.

Artikel 4. Voorwaarden ontheffing; intrekkingsgronden

  • 1. De ontheffingskaart dient, zolang van de ontheffing gebruik wordt gemaakt, achter de voorruit op een van buitenaf zichtbare plaats te zijn aangebracht.

  • 2. De houder van de ontheffing is verplicht eventuele schade, die hij door het gebruik van de ontheffing veroorzaakt, te vergoeden en redelijkerwijs mogelijke maatregelen te nemen om te voorkomen dat de gemeente dan wel derden ten gevolge van het gebruik van de ontheffing schade lijden.

  • 3. Bij niet-nakoming van de voornoemde voorwaarden wordt de ontheffing ingetrokken.

  • 4. Aan de ontheffing kunnen geen rechten worden ontleend voor de periode na afloop van de ontheffingstermijn.

  • 5. De ontheffing garandeert niet dat voor de ontheffinghouder langs of achter de blauwe streep in de parkeerschijfzone parkeerruimte beschikbaar is.

Artikel 5. Weigeringsgronden

Een ontheffing wordt geweigerd indien:

  • 1.

    niet voldaan wordt aan het bepaalde in dit besluit;

  • 2.

    de ontheffinghouder de voorwaarden van een eerder verleende ontheffing niet heeft nageleefd.

Artikel 6. Inwerkingtreding

Dit besluit treedt in werking nadat het is bekend gemaakt.

Bekendgemaakt, Koerier, 18 april 2008