Subsidieverordening particulier landschapsbeheer gemeente Bladel

Geldend van 01-01-2003 t/m heden

Intitulé

Subsidieverordening particulier landschapsbeheer gemeente Bladel

De gemeenteraad van Bladel;

gelezen het voorstel van burgemeester en wethouders d.d. 18 juni 2002;

gelet op de Gemeentewet en titel 4.2 van de Algemene Wet Bestuursrecht;

b e s l u i t :

vast te stellen de

Subsidieverordening particulier landschapsbeheer gemeente Bladel

Hoofdstuk 1 Algemene bepalingen

Artikel 1 Begripsomschrijvingen

  • a.

    Beleidsvisie Natuur en Landschap: zoals nader beschreven in het Landschapsbeleidsplan sub 3.2. en nader aangeduid op de aan deze verordening gehechte en daarvan deel uitmakende kaart "Beleidsvisie Natuur en Landschap".

  • b.

    Agrarisch ondernemer: een persoon die zijn inkomen geheel of gedeeltelijk verkrijgt door het uitoefenen van een agrarisch bedrijf hetgeen moet worden aangetoond met de door Laser geregistreerde omvang van het agrarische bedrijf (zgn. "meitelling") en welke persoon tevens beschikt over een agrarisch bebouwingsvlak of een kassenperceel ingevolge het bestemmingsplan Buitengebied.

  • c.

    Activiteiten: aanleg landschapselement, onderhoud van een bestaand of een nieuw aangelegd landschapselement, omvorming agrarische cultuurgrond in landschapselement, waarvoor een subsidie kan worden verkregen.

  • d.

    Landschapselement: hieronder wordt verstaan bepaalde soorten beplantingen met een bepaalde afmeting, oppervlakte of hoeveelheid en poelen met een bepaalde oppervlakte, een en ander zoals is uitgewerkt in de beleidsregels ter uitvoering van artikel 4 van deze verordening.

  • e.

    Erf: tot het erf van agrarische bedrijven wordt gerekend het op de bestemmingsplankaart van het bestemmingsplan Buitengebied aangegeven (flexibel) agrarisch bebouwingsvlak of kassenperceel inclusief een zone van 10 meter rondom;

    bij een flexibel agrarisch bebouwingsvlak of kassenperceel wordt aan de zijde van de uitbreidingsrichting(en) in elk geval een afstand van 50 meter vanaf de bestaande bebouwing tot het erf gerekend;

    tot het erf van een particuliere woning wordt gerekend de grond die in een straal van 75 meter rond de woning is gelegen.

  • f.

    Aandachtsgebieden: de gebieden die de landschapsstructuur versterken en waarvoor subsidie wegens inkomstenderving mogelijk is; deze gebieden zijn nader aangeduid op de kaart Beleidsvisie Natuur en Landschap.

  • g.

    Landschapsbeleidsplan: het gemeentelijk Landschapsbeleidsplan zoals dat op 31 mei 2001 door de gemeenteraad van Bladel is vastgesteld.

Artikel 2 Werkingssfeer verordening

Deze subsidieverordening is van toepassing op activiteiten die worden uitgevoerd in het kader van het particulier landschapsbeheer en in overeenstemming zijn met het geformuleerde beleid in de Beleidsvisie Natuur en Landschap en de nadere uitwerking daarvan.

Artikel 3 Bevoegdheid

  • 1. Burgemeester en wethouders zijn bevoegd ter zake van de besluiten betreffende de verlening of weigering, de vaststelling van de subsidie, alsmede tot wijziging of intrekking daarvan. Hieronder worden begrepen het betalen van subsidiebedragen, het terugvorderen van (onverschuldigd) betaalde subsidiebedragen en alle overige ter zake van subsidiëring te nemen uitvoeringsbeslissingen, waaronder het beslissen op bezwaarschriften en het ter zake sluiten van overeenkomsten.

  • 2. Burgemeester en wethouders kunnen de bevoegdheden als bedoeld in lid 1 met inachtneming van de beleidsregels als bedoeld in artikel 4, geheel of gedeeltelijk mandateren aan het hoofd van een gemeentelijk organisatie-onderdeel. Dit geldt niet voor de bevoegdheid tot het beslissen op bezwaarschriften.

Artikel 4 Beleidsregels

Burgemeester en wethouders kunnen met inachtneming van het bepaalde in deze subsidieverordening bij beleidsregels nader bepalen op welke wijze invulling gegeven wordt aan de hen toekomende of onder hun verantwoordelijkheid uitgeoefende bevoegdheden waaronder in elk geval:

  • ·

    de verdeling van de beschikbare gelden, waarbij rekening wordt gehouden met de bestaande subsidieverplichtingen en de te verwachten effectiviteit van de subsidie. Tussentijds zijn onderlinge verschuivingen mogelijk;

  • ·

    de activiteiten waarvoor subsidie kan worden verleend en/of vastgesteld of worden geweigerd, de subsidie-normbedragen, alsmede de criteria en randvoorwaarden voor de verlening en/of vaststelling of weigering van subsidie;

  • ·

    het inrichten van een subsidie-aanvraag;

  • ·

    de voorwaarden en/of verplichtingen die verbonden kunnen worden aan het verlenen van de subsidie; de voorwaarden en verplichtingen kunnen ook betrekking hebben op de wijze waarop of de middelen waarmee de gesubsidieerde activiteit wordt verricht; de subsidieontvanger kan worden verplicht tot het aangaan van een overeenkomst waarin afspraken worden gemaakt over de aanleg en instandhouding van de landschapselementen en het onderhoud ervan;

  • ·

    de inrichting van het verzoek tot het vaststellen en/of uitbetalen van de subsidie, het tijdstip en de wijze van uitbetaling;

  • ·

    de nadere uitwerking van de Beleidsvisie Natuur en Landschap in een kaart waarop is aangegeven voor welke activiteiten in welke gebieden subsidie kan worden verleend.

Hoofdstuk 2 Het subsidieplafond

Artikel 5 Vaststellen subsidieplafond

  • 1. Burgemeester en wethouders stellen een subsidieplafond vast met inachtneming van de desbetreffende begrotingspost en/of het beschikbare krediet.

  • 2. Het subsidieplafond geldt voor het tijdvak van een kalenderjaar.

  • 3. Het subsidieplafond en de wijze van verdeling worden jaarlijks door burgemeester en wethouders bekend gemaakt vóór de aanvang van of aan het begin van het kalenderjaar waarvoor het is vastgesteld.

Artikel 6 Overschrijding subsidieplafond

  • 1. Indien het subsidieplafond dreigt te worden overschreden geven burgemeester en wethouders onverminderd het bepaalde bij of krachtens artikel 4 bij de verdeling van de beschikbare middelen die aanvragen voorrang, waarvan de inwilliging in vergelijking met andere aanvragen naar verwachting:

    • a.

      van meer belang is voor het natuur- en landschapsbeleid van de gemeente Bladel;

    • b

      meer zal bijdragen aan verwezenlijking van het doel van de subsidie.

  • 2. De subsidie wordt geweigerd voor zover door verlening van de subsidie het subsidieplafond zou worden overschreden.

Hoofdstuk 3 Het aanvragen en verlenen van subsidie

Artikel 7 Subsidiejaar

  • 1. Subsidie wordt per boekjaar, voor een aantal boekjaren of incidenteel verleend.

  • 2. Een boekjaar is gelijk aan het kalenderjaar.

Artikel 8 Indienen aanvraag om subsidie

Een aanvraag voor het verlenen van subsidie wordt ingediend bij burgemeester en wethouders overeenkomstig hetgeen daaromtrent is bepaald in de beleidsregels als bedoeld in artikel 4.

Artikel 9 Subsidiabele activiteiten

  • 1. Burgemeester en wethouders kunnen subsidie verlenen voor activiteiten die passen binnen de doelstellingen van het particulier landschapsbeheer zoals aangegeven in de Beleidsvisie Natuur en Landschap en de nadere uitwerking daarvan, welke activiteiten kunnen bestaan uit:

    • a.

      het aanleggen van landschapselementen buiten het erf, aanvullend op de subsidiëring ingevolge de “Verordening subsidies kwaliteits- en structuurverbetering Landelijk Gebied provincie Noord-Brabant 2001” of aanvullend op subsidiëring in het kader van de landinrichting;

    • b.

      het omzetten van agrarische cultuurgrond in landschapselement in de "aandachtsgebieden", zijnde de gebieden waarin de landschapsstructuur/het landschap met name moet worden versterkt; in deze gebieden kan inkomstenderving worden gesubsidieerd;

    • c.

      het onderhoud van een bestaand of een nieuw aangelegd landschapselement buiten het erf;

    een en ander met inachtneming van het bepaalde in of krachtens deze subsidieverordening.

  • 2. De subsidie voor de aanleg van landschapselementen bestaat uit normbedragen. De subsidie voor inkomstenderving en de subsidie voor het onderhoud van bestaande of nieuw aangelegde landschapselementen bestaat uit een jaarlijkse vergoeding.

  • 3. Burgemeester en wethouders kunnen incidenteel subsidie verlenen voor niet met name genoemde activiteiten die passen in het natuur- en landschapsbeleid van de gemeente Bladel.

Artikel 10 Nadere beperkingen en uitsluiting subsidieverlening

  • 1. Subsidie kan slechts worden verleend aan een natuurlijk persoon of een groep van natuurlijke personen die gerechtigd is tot het uitvoeren van de activiteiten waarvoor subsidie kan worden verleend; in voorkomend geval moet de eigenaar steeds schriftelijk instemmen met de activiteiten.

  • 2. Subsidie wordt niet verleend voor activiteiten die plaatsvinden op het erf.

  • 3. Subsidie wordt niet met terugwerkende kracht verleend.

  • 4. De aanvullende subsidie mag tezamen met de provinciale subsidie, de subsidiëring in het kader van de landinrichting en/of overige subsidieverstrekkingen, de kosten van de activiteiten niet overschrijden.

  • 5. Subsidie wordt niet verleend voor activiteiten die uitgevoerd moeten worden krachtens wettelijk voorschrift of krachtens een op wettelijk voorschrift gebaseerde vergunning, ontheffing of andere verplichting.

  • 6. Subsidie wordt niet verleend voor activiteiten die plaatsvinden op gronden binnen de Ecologische Hoofdstructuur (Beheers- en begrenzingenplan Beerze-Reusel)

  • 7. Subsidie wordt niet verleend aan overheden en particuliere natuurbeschermingsorganisaties.

  • 8. Subsidie voor inkomstenderving kan alleen worden verleend aan agrarische ondernemers en heeft alleen betrekking op nieuwe landschapselementen.

  • 9. Subsidie wordt niet verleend voor activiteiten binnen de bebouwde kom als bedoeld in de Wegenverkeerswet.

  • 10. Subsidie wordt alleen verstrekt voor activiteiten die plaatsvinden op gronden met een agrarische bestemming en/of natuur- landschapsbestemming zoals vastgesteld in het geldende bestemmingsplan Buitengebied.

  • 11. Subsidie wordt niet verleend wanneer de aanleg van een landschapselement reeds is of wordt uitgevoerd.

Hoofdstuk 4 Subsidievaststelling en -uitbetaling

Artikel 11

  • 1. Een aanvraag om vaststelling van de subsidie voor de aanleg van een landschapselement wordt binnen 1 maand na beëindiging van de werkzaamheden ingediend. Een aanvraag om vaststelling van de subsidie als jaarlijkse vergoeding wegens inkomstenderving en voor het onderhoud van de bestaande of nieuwe landschapselementen wordt binnen 3 maanden na afloop van het betreffende subsidiejaar ingediend.

  • 2. De aanvraag om vaststelling van de subsidie moet voldoen aan hetgeen hieromtrent is bepaald in de beleidsregels als bedoeld in artikel 4 van de verordening.

  • 3. De subsidie wordt binnen 4 weken na en overeenkomstig de subsidievaststelling betaald.

Hoofdstuk 5 Slotbepalingen

Artikel 12 Bijzondere gevallen

In de gevallen waarin deze verordening niet of onvoldoende voorziet, beslissen burgemeester en wethouders.

Artikel 13 Citeertitel en inwerkingtreding

Deze verordening kan worden aangehaald als "Subsidieverordening particulier landschapsbeheer gemeente Bladel" en treedt in werking op een door burgemeester en wethouders nader te bepalen en bekend te maken tijdstip.

Ondertekening

Aldus besloten in de openbare raadsvergadering van 27 juni 2002.
De raad voornoemd,
de wnd. griffier, de voorzitter,