EILANDSVERORDENING van 30 januari 2004 no. 2 tot vaststelling van de vergoeding voor de afgifte van identiteitskaarten

1. De vergoeding voor de afgifte van een identiteitskaart als bedoeld in de Landsverordening Identiteitskaarten (P.B. 1965, no. 17) bedraagt;

• -

  aan personen in de leeftijd van 12 tot 18 jaar NAf 5,00;

• -

  aan personen van 18 jaar en ouder NAf. 15,00.

2. Voor de afgifte van identiteitskaarten ter vervanging van een identiteitskaart, welke ongeldig is geworden door beschadiging of doordat het daarop vermelde geheel of gedeeltelijke onleesbaar is geworden, of doordat in het daarop vermelde wijzigingen zijn aangebracht, welke verloren zijn gegaan of welke bij ongeldigheid niet is ingeleverd, worden de in het eerste lid bedoelde bedragen vermeerderd met NAf. 10,00.

1. De gezaghebber kan ontheffing verlenen van de betaling van de in artikel l vermelde vergoeding, indien naar het oordeel van de gezaghebber het ongeldig worden of het verloren gaan van de identiteitskaart de betrokkene niet kan worden toegerekend of de betaling in redelijkheid naar het oordeel van de gezaghebber niet kan worden gevergd.

2. Het verzoek om ontheffing dient schriftelijk en gemotiveerd bij de gezaghebber te worden ingediend.