Regeling vervallen per 10-03-2016

Uitvoeringsbesluit Afvalstoffenverordening Breda 2009

Geldend van 01-04-2011 t/m 09-03-2016

Het college van Breda,

overwegende dat het in het belang van een doelmatige verwijdering van huishoudelijke afvalstoffen wenselijk is nadere regels te stellen omtrent de dagen, tijden, plaatsen en wijze waarop afvalstoffen kunnen worden overgedragen of ter inzameling aangeboden aan de bij dit besluit aan te wijzen inzameldienst en andere inzamelaars, als bedoeld in de Afvalstoffenverordening Breda 2009;

gelet op de bepalingen van de Afvalstoffenverordening Breda 2009;

B E S L U I T:

  • I.

    In te trekken het Uitvoeringsbesluit Afvalstoffenverordening Breda 2004;

  • II.

    Vast te stellen het volgende Uitvoeringsbesluit Afvalstoffenverordening Breda 2009.

Artikel 1. Begripsomschrijvingen

In dit uitvoeringsbesluit wordt verstaan dan wel mede verstaan:

  • a.

    verordening: Afvalstoffenverordening Breda 2009;

  • b.

    inzamelmiddel: een voor de inzameling van afvalstoffen bestemd hulp- of bewaarmiddel, bijvoorbeeld een minicontainer, huisvuilzak, afvalemmer, kca-box of big bag, ten behoeve van één huishouden;

  • c.

    inzamelvoorziening: een voor de inzameling van afvalstoffen bestemd(e) bewaarmiddel of -plaats, bijvoorbeeld een verzamelcontainer, wijkcontainer, milieustation of brengdepot, ten behoeve van meerdere huishoudens.

  • d.

    Afvalkalender (Bredakalender): kalender uitgegeven door de gemeente waarin jaarlijks de inzameldata van verschillende categorieën afval en informatie over afvalscheiding en -inzameling wordt gegeven.

Artikel 2. Aanwijzing inzamelende instanties

  • 1. Als inzameldienst, belast met de inzameling van huishoudelijke afvalstoffen als bedoeld in artikel 2, eerste lid, van de verordening is aangewezen de afdeling Afvalservice van gemeente Breda gevestigd te Breda.

  • 2. Als inzamelaar belast met afzonderlijke inzamelen van componenten uit het huishoudelijk afval op afroep en op de Milieustations en herbruikbare goederen als bedoeld in artikel 2, tweede lid, van de verordening is aangewezen:

    • a.

      de gemeente Breda.

Artikel 3. Afzonderlijke inzameling

De volgende omschrijvingen van categorieën huishoudelijke afvalstoffen worden op grond van artikel 3, tweede lid, van de verordening vastgesteld:

  • 1.

    asbest en asbesthoudend materiaal: afval waarin zich asbest bevindt;

  • 2.

    banden: schone banden van motoren en personenauto’s, zonder velgen;

  • 3.

    bouw- en sloopafval: harde steenachtige materialen, zoals gipsplaten, gasbeton, dakpannen, sloophout en isolatiematerialen;

  • 4.

    bruikbare huisraad; bruikbare meubelen, huishoudelijke artikelen, elektrische apparaten, platen, boeken, kleding, fietsen etc.

  • 5.

    dakleer; dakbedekkingsmaterialen, bestaand uit beplatingsmateriaal van hout of kunststof, voorzien van een laag koolteer of bitumen. Ook dakgrind, waaraan zich teer of bitumen bevinden valt hieronder.

  • 6.

    elektrische en elektronische apparatuur: de producten zoals genoemd in de Regeling beheer elektrische en elektronische apparatuur;

  • 7.

    frituurvet en -olie; gebruikte dan wel ongebruikte dierlijke of plantaardige olie om voedsel in te bereiden;

  • 8.

    glas: op kleur gescheiden eenmalige glasverpakkingen zoals flessen, potten en andere glazen verpakkingen, met uitzondering van vlakglas, (glas)keramiek, gloei- en spaarlampen, TL-lampen, nagellakflesjes, stenen kruiken, porselein, kristal, spiegels, doppen van flessen, kunststofflessen en kurken;

  • 9.

    groente-, fruit- en tuinafval: dat deel van de huishoudelijke afvalstoffen dat van organische oorsprong is, beperkt is van omvang en apart wordt ingezameld;

  • 10.

    grof huishoudelijk afval: volumineus of zwaar huishoudelijk afval dat door afmeting of gewicht niet in een inzamelmiddel of via een inzamelvoorziening ter inzameling kan worden aangeboden;

  • 11.

    grof tuinafval/snoeihout: plantaardige of organische afvalstoffen door aard, samenstelling of omvang niet vallend onder gft-afval en vrijkomend bij de aanleg, het onderhoud of verwijdering van particulier groen, zoals grof loofafval, snoeihout etc., met uitzondering van bielzen, tuinhekken en tuinschuttingen;

  • 12.

    hout A (pallethout);massief hout dat geen oppervlakte behandeling heeft ondergaan.

  • 13.

    hout ongesorteerd B; hout dat een oppervlakte behandeling heeft ondergaan en is gelakt, gelijmd of geïmpregneerd.

  • 14.

    hout geïmpregneerd C; hout dat is geïmpregneerd, te herkennen aan groene of bruine kleur, zoals bielzen of tuinhout.

  • 15.

    huishoudelijk restafval: afval afkomstig uit particuliere huishoudens, dat overblijft na scheiding in andere deelstromen genoemd in artikel 3 van de verordening.

  • 16.

    klein chemisch afval: huishoudelijke afvalstoffen zoals vermeld op de KCA-lijst van het ministerie van VROM;

  • 17.

    kunststof verpakkingen: verpakkingen van kunststof zoals bedoeld in het kader van de Raamovereenkomst verpakkingen;

  • 18.

    metaal: producten met als belangrijkste bestanddeel ferro en non-ferro zoals ijzer, staal en aluminium;

  • 19.

    oud papier en karton: huishoudelijk oud papier en karton dat droog en schoon en niet vervuild is met andere afvalfracties, met uitzondering van drankenkartons voor zuivel en frisdranken, ordners en ringbanden met metaal en/of plastic onderdelen, geplastificeerd papier, sanitair papier, behang, vinyl en doorslagpapier;

  • 20.

    puin: afvalmateriaal dat bestaat uit losse brokstukken, grotendeels bestaande uit stenen en beton van gesloopte of verbouwde gebouwen;

  • 21.

    tapijt; vloerbedekking van textiel, vrij van rubber of bitumen;

  • 22.

    Eps/tempex: eps/tempex volledig vrij van verontreiniging;

  • 23.

    textiel: kleding, lakens, dekens, handdoeken en dergelijke, schoeisels, grote lappen stof en gordijnen die schoon zijn, niet vervuild met andere afvalfracties en niet eerder gebruikt als bijvoorbeeld poets- of verflappen;

  • 24.

    zand/grond: grond die niet zichtbaar vermengd is met resten puin, kool, gas, hout, ijzer of asbest, en niet verontreinigd is op basis van historisch gebruik van de locatie van herkomst of op basis van uitgevoerd milieukundig onderzoek. Onder deze categorie worden ook graszoden (afkomstig van particuliere tuinen) ingenomen;

Artikel 4. Aanwijzing inzamelmiddelen- en voorzieningen

Op grond van artikel 4, tweede lid, van de verordening worden de volgende inzamelmiddelen en inzamelvoorzieningen aangewezen:

  • a.

    voor de inzameling van huishoudelijk restafval moet gebruik worden gemaakt van het daartoe verstrekte inzamelmiddel. Indien ten behoeve van de gebruikers van percelen een inzamelvoorziening is aangewezen, moet het huishoudelijk restafval via deze voorziening aan de inzameldienst worden aangeboden.

  • b.

    voor de inzameling van groente-, fruit- en tuinafval (gft afval) moet gebruik worden gemaakt van het daartoe verstrekte inzamelmiddel. Indien ten behoeve van de gebruikers van percelen een inzamelvoorziening is aangewezen, moet het gft afval via deze voorziening aan de inzameldienst worden aangeboden.

  • c.

    voor oud papier en karton moet gebruik gemaakt worden van het daartoe verstrekte inzamelmiddel. Indien ten behoeve van de gebruikers van percelen een inzamelvoorziening is aangewezen, moet het huishoudelijk restafval via deze voorziening aan de inzameldienst worden aangeboden.

  • d.

    Voor de inzameling van klein chemisch afval (kca) moet gebruik worden gemaakt van de daartoe verstrekte inzamelmiddel welke op afroep door Afvalservice wordt ingezameld.

  • e.

    Textiel wordt ingezameld via door de aangewezen inzamelaars ter beschikking gestelde inzamelmiddelen en via de van gemeentewege daartoe geplaatste textielcontainers;

  • f.

    Voor de inzameling van glas moet gebruik gemaakt worden van de daartoe geplaatste glascontainers.

  • g.

    Voor de inzameling van kunststof verpakkingsafval moet gebruik gemaakt worden van de daartoe geplaatste kunststof verpakkingcontainers.

  • h.

    Voor de overige huishoudelijke afvalstromen en voor restafval van huishoudens worden de milieustations aangewezen.

Artikel 5. Frequentie van inzamelen

Op grond van artikel 5, derde lid van de verordening worden de volgende frequenties van inzameling vastgesteld:

  • a.

    Oud papier en karton één maal per 4 weken.

  • b.

    Textiel vier maal per jaar aan huis.

  • c.

    Klein chemisch afval maximaal 2 keer per jaar op afroep door Afvalservice ingezameld.

  • d.

    Wit- en bruingoed maximaal één maal per 4 weken op afroep door Afvalservice ingezameld.

  • e.

    Metalen maximaal één maal per 4 weken op afroep door Afvalservice ingezameld;

  • f.

    Gebundeld snoeihout maximaal één maal per 4 weken op afroep door Afvalservice ingezameld.

  • g.

    Grof restafval maximaal één maal per 4 weken op afroep door Afvalservice ingezameld;

  • h.

    Hout maximaal een maal per 4 weken op afroep door Afvalservice.

Artikel 6. Afzonderlijk ter inzameling aanbieden

Op grond van artikel 9, derde lid, van de verordening kunnen huishoudens welke woonachtig zijn in het aangewezen BAB-gebied en het Schil-gebied hun huishoudelijk afval aanbieden via de daartoe aangewezen inzamelmiddelen.

Artikel 7. Ter inzameling aanbieden van huishoudelijke afvalstoffen

  • 1. Krachtens artikel 10, derde lid, van de verordening stelt het college de volgende regels voor het gebruik van de van gemeentewege verstrekte inzamelmiddelen:

    • a.

      het beheer van de inzamelmiddelen die in bruikleen zijn verstrekt door of namens de gemeente, berust bij Afvalservice;

    • b.

      de inzameldienst is bevoegd om de container te voorzien van een sticker waarop staat vermeld: een barcode, de afvalstroom waarvoor de container is bestemd, het volume van de container, een postcode, een plaatsnaam, een straatnaam of een huisnummer.

    • c.

      de door of namens de gemeente verstrekte inzamelmiddelen behoren bij de woning;

    • d.

      de gebruiker van een perceel dient zich tot de afdeling Afvalservice van de gemeente Breda te wenden indien:

      • bij een verhuizing naar een perceel geen of een kapot, door of namens de gemeente te verstrekken inzamelmiddel, wordt aangetroffen;

      • er sprake is van verdwijning, vermissing of beschadiging van een door of namens de gemeente te verstrekken inzamelmiddel;

    • e.

      de inzamelmiddelen blijven eigendom van de inzameldienst en worden bij normale slijtage voor haar rekening technisch onderhouden;

    • f.

      de gebruiker is verantwoordelijk voor het gebruik en het onderhoud van de in bruikleen ontvangen inzamelmiddelen als ware deze zijn eigendom;

    • g.

      de gebruiker zet het inzamelmiddel alleen buiten op de daarvoor aangewezen tijden;

    • h.

      de gebruiker is verplicht de inzamelmiddelen en inzamelvoorzieningen zodanig te gebruiken dat deze geen overlast voor derden veroorzaakt;

    • i.

      de verstrekte inzamelmiddelen voor rest- en gft-afval mogen alleen worden gereinigd met water en milieuvriendelijke schoonmaakmiddelen. Indien bij reiniging een container wordt beschadigd is de gebruiker daarvoor aansprakelijk;

    • j.

      het is verboden de volgende voorwerpen c.q. stoffen in de inzamelmiddelen of -voorzieningen te deponeren:

      • brandende of gloeiende voorwerpen

      • vloeibare stoffen

      • agressieve, giftige of explosieve stoffen

      • dode dieren, beenderen of andere dierlijke resten

      • wit- en bruingoed

      • voorwerpen die schade aan de ophaalauto en /of ophaalpersoneel kunnen veroorzaken c.q. toebrengen

  • 2. Krachtens artikel 10, vierde lid, van de verordening stelt het college de volgende regels omtrent de plaats en wijze waarop huishoudelijke afvalstoffen moeten worden aangeboden:

    • het ter inzameling aanbieden van huishoudelijke afvalstoffen in containers dient ordelijk te geschieden door plaatsing van de container op het voetpad, zo dicht mogelijk bij de rijweg, of, bij het ontbreken van een voetpad, aan de kant van de openbare weg, dan wel op een inzamel- of clusterplaats, zodanig dat het voetgangers- en overige verkeer niet wordt gehinderd of in de doorgang wordt belemmerd en gevaar of schade wordt voorkomen en waarbij aanwijzingen van de inzameldienst dienen te worden opgevolgd;

    • inzamelmiddelen dienen goed gesloten te zijn en inzamelingvoorzieningen moeten na gebruik goed gesloten worden;

    • afvalstoffen welke ten onrechte of op een onjuiste wijze zijn aangeboden en welke na inzameling daardoor in de container of aan de openbare weg zijn achtergebleven, dienen onverwijld door de aanbieder te worden verwijderd;

    • klein chemisch afval mag om veiligheidsredenen niet aan de openbare weg worden aangeboden, maar moet persoonlijk worden overhandigd aan de inzameldienst of bij het milieustation;

    • bij de afgifte van afvalstoffen op een milieustation zijn de acceptatievoorwaarden van de gemeente van toepassing;

    • de ontdoener van afvalstoffen moet zich bij of op een milieustation kunnen legitimeren met een legitimatiebewijs (rijbewijs of paspoort) en een officieel poststuk waarmee wordt aangetoond dat u inwoner bent van de gemeente Breda;

      • -

        in de door de gemeente ter beschikking gestelde containers mag maximaal 80 kg huishoudelijk afval worden gedeponeerd. Indien de inzameling plaatsvindt met vuilniszakken dient gebruik te worden gemaakt van Komokeur-zakken, dient de vuilniszak te zijn afgesloten en mag het maximale gewicht van de vuilniszak met inhoud maximaal 10 kg bedragen;

      • -

        (Gebundeld) snoeihout dient een maximale lengte van 2 m te hebben en indien samengebonden dan met sisaltouw (dus geen nylon- of ijzerdraad);

      • -

        De aanbieding van huishoudelijke afvalstoffen met een inzamelmiddel mag alleen plaatsvinden op de inzameldagen zoals die zijn aangewezen op de gemeentelijke afvalkalender (Bredakalender) of in een publicatie in het Stadsblad. De aanbieding van huishoudelijke afvalstoffen welke alleen op afroep worden ingezameld en niet zijn vermeld op de gemeentelijke afvalkalender, dient te gebeuren op de datum zoals deze door Afvalservice bij de melding is doorgegeven.

  • 3. Op grond van artikel 10, vijfde lid, van de verordening kunnen grof huishoudelijk afval, grof tuinafval, metaal, hout en elektrische en elektronische apparaten zonder inzamelmiddel maar wel gescheiden ter inzameling worden aangeboden.

Artikel 8. Dagen en tijden voor het ter inzameling aanbieden

Het college stelt de volgende regels op grond van artikel 11, eerste lid, van de verordening:

  • a.

    De inzamelmiddelen voor huishoudelijke afvalstoffen mogen alleen worden aangeboden vanaf 20.00 uur op de avond voor de inzameldag en uiterlijk 08.00 uur op de dag van inzameling en moeten zo spoedig mogelijk na de lediging, maar in ieder geval voor 20.00 uur op de inzameldag weer van de openbare weg zijn verwijderd.

  • b.

    Huishoudelijke afvalstoffen die via de door de gemeente ter beschikking gestelde inzamelmiddelen wordt aangeboden mogen op een inzameldag slechts één maal worden aangeboden.

  • c.

    Grof huishoudelijk afval wordt op afroep op de afgesproken inzameldag ingezameld.

  • d.

    De inzamelvoorzieningen voor glas mogen alleen gebruikt tussen 08:00 uur en 22:00 uur.

Artikel 9. Het in bijzondere gevallen ter inzameling aanbieden van huishoudelijke afvalstoffen

De aanbieding van huishoudelijke afvalstoffen met een inzamelmiddel mag alleen plaatsvinden op de inzameldagen zoals die zijn aangewezen op de gemeentelijke afvalkalender (Bredakalender) of in een publicatie in het Stadsblad. De aanbieding van huishoudelijke afvalstoffen welke alleen op afroep worden ingezameld en niet zijn vermeld op de gemeentelijke afvalkalender (Bredakalender), dient te gebeuren op de datum zoals deze door Afvalservice bij de melding is doorgegeven (artikel 12 van de verordening).

Artikel 10. Inzameling bedrijfsafvalstoffen door de inzameldienst

Op grond van artikel 13 van de verordening kan Afvalservice ook bedrijfsafval uit de kantoor-, winkel- en dienstensector inzamelen, mits hiervoor een overeenkomst is afgesloten.

Artikel 11. Ter inzameling aanbieden van bedrijfsafvalstoffen aan de inzameldienst

Bedrijven die krachtens artikel 14, derde lid, van de verordening bedrijfsafvalstoffen aanbieden, mits hiervoor een overeenkomst is afgesloten, dienen deze aan te bieden overeenkomstig de in de verordening en dit uitvoeringsbesluit gestelde regels met betrekking tot huishoudelijke afvalstoffen.

Artikel 12. Ter inzameling aanbieden van bedrijfsafvalstoffen aan een ander dan de inzameldienst

  • 1. Het college stelt op grond van artikel 15, eerste lid, van de verordening de volgende regels:

    • a.

      in de binnenstad mag het bedrijfsafval alleen worden ingezameld binnen de door de gemeente vastgestelde venstertijden en conform de eventuele regels met betrekking tot de stadsdistributie;

    • b.

      de inzamelmiddelen mogen niet op of aan de openbare weg geplaatst worden anders dan voor onmiddellijke overdracht (maximaal een half uur voor lediging) aan de inzamelaar;

    • c.

      de gebruikte inzamelmiddelen dienen na lediging onmiddellijk (binnen een half uur) te worden teruggeplaatst in of op het perceel van de gebruiker overeenkomstig de daarvoor geldende regels;

    • d.

      de veiligheidseisen van de hulpdiensten moeten in acht worden genomen.

Artikel 13. Inwerkingtreding

Dit uitvoeringsbesluit treedt in werking op 1 april 2011.

Artikel 14. Citeerbepaling

Dit uitvoeringsbesluit wordt aangehaald als: Uitvoeringsbesluit Afvalstoffenverordening Breda 2009.