Regeling vervallen per 01-01-2017

Subsidieregeling Cultuur

Geldend van 01-01-2016 t/m 31-12-2016

Intitulé

Subsidieregeling Cultuur

Het college van burgemeester en wethouders van de gemeente Capelle aan den IJssel;

gelet op de Algemene subsidieverordening Capelle aan den IJssel 2015 (ASV);

overwegende dat:

  • -

    het college op basis van artikel 3 van de ASV bij subsidieregeling vaststelt welke activiteiten in aanmerking kunnen komen voor subsidie;

  • -

    het college op basis van artikel 3 van de ASV bij subsidieregeling tevens kan bepalen welke doelgroepen in aanmerking komen voor subsidie;

  • -

    de ASV op het verstrekken van subsidies van toepassing is, voor zover daarvan niet bij subsidieregeling wordt afgeweken;

  • -

    de ASV op onderdelen bij subsidieregeling kan worden aangevuld.

Besluit vast te stellen de Subsidieregeling Cultuur Capelle aan den IJssel 2015.

Artikel 1. Toepassingsbereik

Het bepaalde in deze subsidieregeling is alleen van toepassing op de verstrekking van subsidies door het college voor de in artikel 2 bedoelde activiteiten.

Artikel 2. Activiteiten

  • 1.

    Subsidie kan uitsluitend worden verstrekt voor activiteiten op stedelijk (bovenwijks) niveau die gericht zijn op:

    • a.

      Beeldende kunst

      • i.

        het toegankelijk maken of tentoonstellen van beeldende kunst en/of;

      • ii.

        het ondersteunen en stimuleren van beeldende kunstenaars.

    • b.

      Podiumkunsten

      • i.

        het verlevendigen van het stadshart door middel van het aanbieden van podiumkunsten en het organiseren van activiteiten in of rondom het theater.

      • ii.

        het programmeren, uitvoeren, instuderen of faciliteren van podiumkunsten in Capelle aan den IJssel

    • c.

      Muziekeducatie

      • i.

        kennismaking van Capelse jongeren tot en met 18 jaar met muziek door middel van methodisch onderwijs, kennismakingscursussen, binnenschoolse muziekeducatie en/of samenspel en/of;

      • ii.

        actieve of passieve participatie van alle Capellenaren op het gebied van muziek.

    • d.

      Bibliotheek, erfgoed, media

      • i.

        Het bijdragen aan de persoonlijke ontwikkeling en kennis van Capellenaren en/of;

      • ii.

        het verzamelen en toegankelijk maken van informatie; vorming van een voor de Capelse bevolking relevante collectie en/of;

      • iii.

        bijdragen aan het historisch bewustzijn over Capelle.

    • e.

      Nieuwe culturele initiatieven

      i.Het realiseren en/of uitvoeren van een nieuw initiatief dat past binnen de kaders van de missie, visie en/of doelstellingen van de gemeentelijke Cultuurnota en door middel van een niet-structurele bijdrage gerealiseerd en/of uitgevoerd kan worden.

  • 2.

    De activiteiten dienen:

    • a.

      aan te sluiten bij de missie en visie en/of doelstellingen van de gemeentelijke Cultuurnota en

    • b.

      kunst en cultuur toegankelijk te maken voor alle Capellenaren en/of

    • c.

      een bijdrage te leveren aan de persoonlijke ontwikkeling, dialoog, ontmoeting en/of onderling begrip van en tussen Capellenaren door middel van kunst- en cultuur en/of

  • d .

    gericht te zijn op cultuureducatie van kinderen en jongeren tot en met 18 jaar.

Artikel 3. Prestatieafspraken

Met subsidieontvangers worden in de subsidiebeschikking afzonderlijke afspraken gemaakt over de specifiek te verrichten activiteiten en de in dat kader te leveren exacte prestaties.

Artikel 4. Subsidieontvanger

Subsidie wordt uitsluitend verstrekt aan een bij notariële akte opgerichte rechtspersoon.

Artikel 5. Kosten die voor subsidie in aanmerking komen

Voor subsidie komen alleen in aanmerking de redelijkerwijs te maken kosten die direct verbonden zijn met de uitvoering van een activiteit als bedoeld in artikel 2.

Artikel 6. Aanvraagtermijn

  • 1. Een aanvraag om een subsidie die niet per kalenderjaar wordt verstrekt wordt, in afwijking van artikel 7, tweede lid, van de ASV, ingediend vanaf 1 oktober van het jaar voorafgaand aan het gemeentelijke begrotingsjaar waarop de aanvraag betrekking heeft tot uiterlijk tien weken voordat de aanvrager voornemens is te beginnen met de activiteiten waarvoor de subsidie wordt aangevraagd.

  • 2. Aanvragen ingediend voor of na de termijn genoemd in het eerste lid worden niet in behandeling genomen.

Artikel 7. Beslistermijn

  • 1. In afwijking van artikel 8, eerste lid van de ASV, beslist het college op een aanvraag om een subsidie die per kalenderjaar wordt verstrekt, binnen acht weken nadat de uiterste aanvraagdatum, te weten 1 april, is verstreken.

  • 2. Het college kan de termijn genoemd in het eerste lid eenmaal met ten hoogste acht weken verdagen.

Artikel 8. Subsidieplafond en wijze van verdeling

  • 1.

    • Jaarlijks wordt door de gemeenteraad de programmabegroting vastgesteld met daarin een verdeling van de beschikbare middelen per subsidieregeling. De aldus in de programmabegroting opgenomen middelen gelden voor deze subsidieregeling als subsidieplafond in de zin van artikel 4:22 van de Awb.

  • 2.

    • De verdeling van het subsidieplafond vindt voor subsidies die per kalenderjaar worden verstrekt plaats op basis van een vergelijking van de subsidieaanvragen die voor toewijzing in aanmerking zouden komen als hierdoor het subsidieplafond niet zou worden overschreden. De subsidieaanvragen die voor de voorgeschreven aanvraagdatum zijn ontvangen en die voldoen aan de eisen van artikel 6 van de ASV, worden eerst getoetst aan de overige artikelen van de ASV. Als de beoordeling op grond van de ASV geen aanleiding geeft om de aanvraag af te wijzen, wordt de aanvraag getoetst aan deze subsidieregeling. Indien het totaalbedrag van de aanvragen die na deze toetsing voor toewijzing in aanmerking komen het subsidieplafond overschrijdt, worden deze aanvragen met elkaar vergeleken. De aanvragen die op basis van de uitkomsten van deze vergelijking het meest bijdragen aan het realiseren van het gemeentelijk beleid, worden in volgorde van de uitkomsten van de vergelijking gehonoreerd tot het niveau van het subsidieplafond.

    • 3.

      De verdeling van het subsidieplafond vindt voor andere aanvragen om subsidie plaats op basis van de volgorde van binnenkomst van de aanvragen die voldoen aan de eisen van de ASV en deze subsidieregeling, te rekenen vanaf 1 oktober van het jaar voorafgaand aan het gemeentelijke begrotingsjaar waarop de aanvraag betrekking heeft. Indien op de dag dat het subsidieplafond wordt bereikt meer dan één aanvraag wordt ontvangen, wordt de onderlinge rangschikking van de aanvragen vastgesteld door middel van loting.

Artikel 9. Verplichtingen

  • 1. Subsidieontvangers die activiteiten ontplooien met en/of voor kinderen dienen een beleid te voeren, gericht op het waarborgen van een veilige omgeving voor kinderen.

  • 2. Bij de subsidieverlening kunnen aan de subsidieontvanger nog andere dan de in het vorige lid vermelde verplichtingen worden opgelegd.

Artikel 10. Aanvraag vaststelling subsidie

Onverminderd het bepaalde in artikel 15 van de ASV dient een aanvraag tot vaststelling van een subsidie vanaf € 5.000,- tot € 50.000,- naast een inhoudelijk verslag ook een financiële verantwoording te bevatten.

Artikel 11. Slotbepalingen

  • 1.

    Deze subsidieregeling treedt in werking op 1 januari 2015.

  • 2.

    Deze subsidieregeling wordt aangehaald als: Subsidieregeling Cultuur.

Capelle aan den IJssel, 9 december 2014.

Het college van burgemeester en wethouders voornoemd,

de secretaris, de burgemeester,

drs. A.R. Ruijmgaart RA MGA, loco. J.F. Koen.

Artikelsgewijze toelichting

Algemeen

Deze regeling bevat op onderdelen specifieke aanvullingen of wijzigingen op de ASV.

Artikel 1. Toepassingsbereik

Dit artikel spreekt voor zichzelf.

Artikel 2. Activiteiten

Activiteiten moeten aansluiten bij het gemeentelijk beleid. In het geval van deze subsidieregeling is dit beleid verwoord in de Cultuurnota van de gemeente Capelle aan den IJssel. In deze nota staan onderstaande missie en visie:

-Missie

Wij voelen ons medeverantwoordelijk voor het behoud en de ontwikkeling van cultuur als kracht van de samenleving. Wij vinden het daarom belangrijk om iedereen op een laagdrempelige manier toegang te bieden tot het veelzijdige kunst- en cultuuraanbod en het culturele leven in de gemeente.

-Visie

Wij willen met ons kunst- en cultuurbeleid stimuleren, faciliteren en de participatie bevorderen. Wij willen meer kansen scheppen voor eigen ontwikkeling, dialoog en ontmoeting en willen het onderlinge begrip vergroten, ook tussen mensen met een verschillende etnische en culturele achtergrond.

De niet-structurele subsidie (als bedoeld in artikel 2, lid 1 sub e) voor nieuwe culturele initiatieven komt uit het aanjaagbudget voor culturele initiatieven. Deze subsidie kan niet structureel worden aangevraagd of toegekend. Voor het initiatief waarvoor de subsidie wordt aangevraagd, zal dan ook niet structureel aanspraak kunnen worden gemaakt op het aanjaagbudget.

Artikel 3. Prestatieafspraken

In de subsidiebeschikking kunnen de te verrichten activiteiten nader worden gespecificeerd. Hierbij kan worden gedacht aan het maken van afspraken over te bereiken aantallen, maar ook aan afspraken over de samenwerking met andere partijen en cofinanciering (zie ook artikel 9).

Artikel 4. Subsidieontvanger

Op grond van artikel 3 van de ASV bepaalt het college voor zover van toepassing in een subsidieregeling tevens welke doelgroepen voor subsidie in aanmerking komen. In dit artikel wordt voor de Subsidieregeling Cultuur vastgelegd aan welke partijen een subsidie kan worden verstrekt.

Artikel 5. Kosten die voor subsidie in aanmerking komen

Dit artikel spreekt voor zichzelf.

Artikel 6. Aanvraagtermijn

Dit artikel spreekt voor zichzelf.

Artikel 7. Beslistermijn

Dit artikel spreekt voor zichzelf.

Artikel 8. Subsidieplafond en wijze van verdeling

De raad stelt met het vaststellen van een subsidieplafond een maximum aan het bedrag dat voor bepaalde subsidies uitgegeven mag worden. Als het totaal van de aanvragen die voor toewijzing in aanmerking komen het subsidieplafond overschrijdt, moet dit bedrag worden verdeeld. Deze verdeling vindt voor subsidies die per kalenderjaar worden verstrekt plaats op basis van een vergelijking van de aanvragen die voor toewijzing in aanmerking zouden komen als het subsidieplafond hierdoor niet zou worden overschreden. Dit betekent dat eerst wordt onderzocht of de aanvragen op tijd zijn ingediend en compleet zijn, alsmede of zij voldoen aan de overige eisen die in de ASV worden gesteld. In dit kader wordt ook afgewogen of er een reden is om de aanvraag af te wijzen op grond van een van de afwijzingsgronden van artikel 9 van de ASV. Vervolgens worden de aanvragen getoetst aan deze subsidieregeling. Daarbij wordt onder meer beoordeeld of de aanvraag activiteiten betreft die op grond van de subsidieregeling in principe kunnen worden gesubsidieerd en of de aanvrager behoort tot de doelgroep van de subsidieregeling. Als het totaalbedrag van de aanvragen die na deze procedure zouden kunnen worden toegewezen het bedrag van het subsidieplafond overschrijdt, vindt een vergelijking van de aanvragen plaats. Daarbij wordt bezien welke te subsidiëren activiteiten het meest zullen bijdragen aan de beleidsdoelen die met de subsidie nagestreefd worden. De volgorde van de aanvragen wordt bepaald door de mate waarin de activiteiten relevant zijn voor het bereiken van de beleidsdoelen. In deze volgorde komen de aanvragen voor het volledige bedrag tot het niveau van het subsidieplafond voor toewijzing in aanmerking. Gezien deze systematiek van verdeling van het subsidieplafond is het voor aanvragers van belang om ervoor te zorgen dat het college op de uiterste aanvraagdatum beschikt over een complete aanvraag.

Voor de andere aanvragen om subsidie wordt het subsidieplafond verdeeld op basis van de volgorde van binnenkomst van de aanvragen, waarbij de aanvragen kunnen worden ingediend vanaf 1 oktober van het jaar voorafgaand aan het gemeentelijke begrotingsjaar waarin de gesubsidieerde activiteit zal plaatsvinden. Als een aanvraag niet compleet is, wordt de aanvrager in de gelegenheid gesteld om zijn aanvraag aan te vullen. In dat geval geldt de datum waarop de aanvraag is gecompleteerd als ontvangstdatum.

Artikel 9. Verplichtingen

Een belangrijk aspect van het creëren van een veilige omgeving voor kinderen is het voorkomen van seksueel grensoverschrijdend gedrag. Bij de invulling van het beleid, dat erop gericht is om een veilige omgeving voor kinderen te waarborgen, kan gedacht worden aan het vragen van een Verklaring omtrent het gedrag (VOG) van medewerkers die met kinderen werken. Tevens kan gebruik worden gemaakt van de toolkit en het stappenplan zoals omschreven op de website www.inveiligehanden.nl.

Artikel 10. Aanvraag vaststelling subsidie

Dit artikel spreekt voor zichzelf.

Artikel 11. Slotbepalingen

Dit artikel spreekt voor zichzelf.