Beleidsregel inzake vrijlating van giften

Geldend van 18-07-2015 t/m heden

Intitulé

Beleidsregel inzake vrijlating van giften

Definitie van ‘gift’

Een gift of schenking is een onverplichte betaling uit vrijgevigheid door een natuurlijke persoon of door een instelling.

Wettelijk kader

Volgens artikel 31 lid 2 onderdeel m van de Participatiewet worden giften niet tot de middelen van de belanghebbende gerekend, voor zover deze uit een oogpunt van bijstandsverlening verantwoord zijn.

Door giften (geheel of gedeeltelijk) vrij te laten, wordt voorkomen dat de Participatiewet eenontmoediging vormt voor de vrijgevigheid van instellingen of personen. Gelet op hetminimumbehoeftekarakter van de bijstand kan de vrijlating niet onbeperkt zijn. Als de gift zodanighoog is dat cumulatie ervan met de bijstand tot een bestedingsniveau leidt dat niet verenigbaar is met wat op bijstandsniveau gebruikelijk is, ligt het in de rede om de gift (volledig) als inkomen inaanmerking te nemen. Voor eventuele vrijlating van een gift dienen de hoogte van de gift en debestemming daarvan een bepalende rol te spelen.

Jurisprudentie

Bij de hoogte van het vrij te laten bedrag in geval van een eenmalige gift wordt aangesloten bij deuitspraak van de CRvB van 25-1-2012, nr. 09/5310 WWB, ECLI:NL:CRVB:2012:

BV1993. In deze uitspraak heeft de Raad overwogen dat beleid, inhoudende dat giften envergoedingen die bestemd zijn voor het algemenelevensonderhoud als middelen in aanmerkingworden genomen voor zover deze op jaarbasis de voor een belanghebbende toepasselijke

bijstandsnorm per maand overschrijden, niet onredelijk is. De hoogte van een gift is verantwoord als deze op jaarbasis beneden de voor die persoon geldende bijstandsnorm per maand blijft.

Het beleid betreffende periodieke giften is gebaseerd op TK 2002-2003, 28 870, nr. 3, p. 56-58. Hierin wordt vermeld dat bij de bestemming met name van belang is of de gift betrekking heeft op kosten die in de algemene bijstand zijn begrepen. Als dit het geval is, of als de gift ter vrije besteding is, kan dit aanleiding zijn om de gift volledig in aanmerking te nemen.

In deze lijn is ook de uitspraak van de CRvB van 30-12-2003, nr. 00/123 NABW, CLI:NL:CRVB:2003:AO6865, LJN:AO6865. In deze uitspraak heeft de Raad bepaald dat als de periodieke giften worden aangewend ter voorziening in denoodzakelijke kosten van het bestaan, dus ter vrije besteding zijn, dit aanleiding is om deze giften als inkomen aan te merken en op de bijstandsuitkering in mindering te brengen.

Eénmalige giften van Capels noodfonds, andere charitatieve instellingen of vannatuurlijke personen

Inwoners van Capelle aan den IJssel kunnen onder bepaalde voorwaarden bij urgente noodsituaties in aanmerking komen voor financiële hulp uit het Capels noodfonds. Een aanvraag wordt beoordeeld aan de hand van stringente criteria. Deze criteria zijn identiek aan die van het Fonds Bijzondere Noden Rotterdam. Aanvragen om een bijdrage uit het Capels noodfonds worden uitgevoerd door Stichting Capelle Werkt.

Aanvragen kunnen alleen door een hulpverlenende instelling worden ingediend, zoals hetmaatschappelijk werk en Schuldhulpverlening van Sociale Zaken. Daarbij moet ook altijd een plan zitten waaruit blijkt hoe de financiële problemen in de toekomst worden voorkomen. Een gift van het noodfonds heeft altijd een bestemming en is dus niet vrij besteedbaar. Daarbij kan worden gedacht aan een dreigende huisuitzetting vanwege hoog opgelopen schulden.

De gift bedraagt maximaal € 2.000,-- en wordt door het fonds rechtstreeks aan de hulpverlenendeinstantie of - indien nodig - aan de schuldeiser overgemaakt. De gift van het Capels noodfonds is in principe eenmalig.

Bij beoordeling van een aanvraag hanteert het Capels noodfonds de volgende uitgangspunten:

1. urgent: het fonds is gericht op het oplossen van urgente noodsituaties, waarin snelhandelen is vereist;

2. noodsituatie: het fonds richt zich op individuele probleemsituaties, waarbij de voorziening inbasisbehoeften in het geding is;

3. financieel: het fonds voorziet in eenmalige individuele financiële hulp;

4. in Capelle aan den IJssel verblijvend: de betreffende persoon dient aantoonbaar in Capelleaan den IJssel te verblijven;

5. toets aan voorliggende voorziening: indien er een andere passende voorziening bestaat,wordt daar eerst naar verwezen.

Eenmalige giften van het Capels noodfonds worden tot een bedrag van € 2.000,-- per kalenderjaar vrijgelaten.

Eenmalige giften van andere charitatieve instellingen, die dezelfde criteria als van het Capelsnoodfonds aanhouden, worden ook tot een bedrag van € 2000,vrijgelaten.

Bij charitatieve instellingen die niet dezelfde criteria hanteren, worden eenmalige giften tot een bedrag van € 1000,-- buiten beschouwing gelaten.

Eenmalige giften van natuurlijke personen worden tot een bedrag van € 1000,-- buiten beschouwing gelaten.

Als de gift hoger is dan € 2.000,-- resp. € 1.000,--, wordt het meerdere als inkomen aangemerkt en in mindering gebracht op de maanduitkering waarin de gift is ontvangen.

Is dit bedrag zo hoog, dat dit niet gekort kan worden op de maanduitkering, dan dient het meerdere als vermogen van de belanghebbende te worden aangemerkt.

V

oorbeeld:

De klant heeft sedert 2 jaar een bijstandsuitkering naar de norm voor een alleenstaande. Hij heeft een vermogen van € 1.500,--. De klant ontvangt van zijn ouders op 5 december een eenmalige gift van € 5.000,-- en meldt dit bij zijn casemanager.

Het gevolg is dat een bedrag van € 1.000,-- wordt vrijgelaten van deze gift. Over de maand december ontvangt de klant geen bijstand, omdat de gift hoger is dan € 1.000,- en het meerdere als inkomen in mindering wordt gebracht op de maanduitkering. Aangezien het bedrag van de gift zo hoog is dat dit niet gekort kan worden op de maanduitkering, wordt het meerdere (dus de gift van € 5.000,--, minus de vrijlating van € 1.000,--, minus de van toepassing zijnde norm) toegerekend aan het vermogen van de klant. Het vermogen van de klant blijft onder de voor hem geldende vermogensvrijlating, zodat zijn uitkering niet wordt beëindigd.

Periodieke giften

1.Periodieke giften zonder specifieke bestemming

Periodieke giften zonder specifieke bestemming hebben het karakter van inkomsten. Dit betekent dat er sprake is van een besteedbaar inkomen dat structureel hoger ligt dan het bestaansminimum. Dit is uit het oogpunt van bijstandsverlening niet aanvaardbaar. Het betreffen immers bedragen ter vrije besteding die gebruikt worden voor levensonderhoud.

Dergelijke betalingen dienen dan ook verrekend te worden met de bijstand

2. Periodieke giften met een specifieke bestemming

a. Bij periodieke giften met een specifieke bestemming moet getoetst worden of de giftenbetrekking hebben op kosten die in de algemene bijstand zijn begrepen. Als dat hetgeval is, is dit aanleiding om de giften volledig in aanmerking te nemen (dus geenvrijlating).

b.Is de periodieke gift bestemd voor specifieke kosten die niet in de algemene bijstandzijn begrepen, dan worden de giften vrijgelaten tot een bedrag van € 1.000,-- perkalenderjaar.

c.Daarnaast kunnen periodieke giften voor specifieke kosten, bijvoorbeeld voor schulden,studiekosten of noodzakelijke aanschaf van een duurzaam gebruiksgoed, maar waarvoorgeen bijzondere bijstand kan worden verleend, vrijgelaten worden tot een bedrag van€ 1.000,-- per kalenderjaar.

Zijn de periodieke giften hoger dan € 1.000,--, wordt het meerdere als inkomen aangemerkt en moet dus in mindering worden gebracht op de maanduitkering waarin de periodieke gift is ontvangen. Als verrekening met de uitkering over deze maand niet mogelijk is, dient verrekening met de uitkering over de maanden daarna plaats te vinden.

Giften in natura

Ontvangen giften in natura moeten worden omgerekend naar de geldelijke waarde. Een uitzondering hierop is de bijdrage in natura vanuit de “Voedselbank”.

Bij een gift in natura kan bijvoorbeeld gedacht worden aan de schenking van een vliegticket. Daarvan kan € 1.000,-- worden vrijgelaten. Als de waarde van de gift in natura hoger is dan € 1.000,--, wordt het meerdere als inkomen aangemerkt en gekort op de uitkering. Als het bedrag zo hoog is dat dit niet op de maanduitkering gekort kan worden, dient het meerdere als vermogen van de belanghebbende te worden aangemerkt.

Handhavingsaspecten

De belanghebbende dient de afdeling Sociale Zaken op de gebruiktelijke wijze te informeren over het krijgen van een gift of schenking. Dit valt onder de inlichtingenverplichting als bedoeld in artikel 17 lid 1 van de Participatiewet. Heeft de klant niet aan de inlichtingenplicht voldaan, dient te worden teruggevorderd en wordt daarnaast mogelijk een boete opgelegd.

De informatieverplichting is niet van toepassing bij eenmalige giften vanuit het Capels noodfonds.

Dit,vanwege de nauwe samenwerking tussen dit noodfonds en Sociale Zaken.

Elk besluit over het al of niet vrijlaten van (een) gift(en) dient goed te worden gemotiveerd inrapportage én beschikking In het kader van de uitvoering van deze beleidsregel kan het noodzakelijk zijn dat de klant meewerkt aan het overleggen van documenten waaruit de bestemming van de gift van de schenker blijkt.

Belanghebbenden doen er goed aan om zich vóór het accepteren van een schenking goed te laten informeren door de afdeling Sociale Zaken.

Inwerkingtreding

Deze beleidsregel treedt in werking op de dag waarop zij op de voorgeschreven wijze wordtgepubliceerd.

Aldus vastgesteld door het Algemeen Bestuur van de Gemeenschappelijke Regeling IJsselgemeenten op 28 mei 2015