Beleidsregels Verordening leerlingenvervoer gemeente De Ronde Venen 2015

Geldend van 15-02-2017 t/m 21-05-2019

Intitulé

Beleidsregels Verordening leerlingenvervoer gemeente De Ronde Venen 2015

Het college van burgemeester en wethouders van de gemeente De Ronde Venen;

overwegende dat:

-het ten behoeve van een praktische uitvoering van het leerlingenvervoer wenselijk is beleidsregels

vast te stellen;

-enkele bepalingen van de Verordening leerlingenvervoer gemeente De Ronde Venen 2015 nadere

uitleg behoeven;

gelet op de Verordening leerlingenvervoer gemeente De Ronde Venen 2015 (verder: Verordening leerlingenvervoer);

besluit:

vast te stellen de Beleidsregels Verordening leerlingenvervoer gemeente De Ronde Venen 2015

Artikel 1. Algemeen

Dit zijn de beleidsregels die behoren bij de Verordening leerlingenvervoer Gemeente De Ronde Venen 2015.

Ouders zijn primair verantwoordelijk voor het schoolbezoek van hun kinderen. Het leerlingenvervoer is niet bedoeld ouders te ontlasten van hun verantwoordelijkheid voor een goede schoolgang van hun kinderen. De gemeente heeft uitsluitend de wettelijke zorgtaak een passende regeling te verstrekken, waarmee in de vervoerskosten van de leerling, en zo nodig een begeleider, kan worden voorzien. Ouders kunnen hun verantwoordelijkheden niet op- of overdragen aan de gemeente. De wettelijke regeling, noch de gemeentelijke verordening doet hier iets aan af.

De gemeente bepaalt op welke wijze leerlingenvervoer wordt toegekend aan aanvragers. Uitgangspunt is een vergoeding openbaar vervoer en als de leerling niet zelfstandig met het openbaar vervoer kan reizen komt daar vergoeding van de reiskosten voor een begeleider bij.

Als de gemeente het vervoer verzorgt, wordt er geen vergoeding betaald. De leerling wordt in dit geval in de gelegenheid gesteld gebruik te maken van de taxi van de gemeente.

Voor de beoordeling van de reisduur van het openbaar vervoer wordt gebruikt gemaakt van de website www.ov9292.nl.

Als er twijfel bestaat of een kind in staat is zelfstandig of onder begeleiding de school te bezoeken, dan wordt door de gemeente een onafhankelijk medisch onderzoek aangevraagd en bekostigd.

Artikel 2. Alleen onderwijs

  • 1. Leerlingenvervoer is alleen bedoeld voor vervoer van en naar school op de in de schoolgids vermelde schooltijden.

    Er wordt niet vervoerd van en naar:

    • -

      schoolreisjes, sportdagen, zwembad, (huiswerk) clubs en dergelijke;

    • -

      vervoer tijdens de vakanties;

    • -

      kinderdagverblijf of buitenschoolse opvang.

  • 2. In afwijking van het eerste lid kan het college besluiten vervoer naar een buitenschoolse opvang adres voor en/of na schooltijd toe te kennen indien wordt voldaan aan onderstaande voorwaarden:

    • a.

      er dient bij het opvangadres iemand aanwezig te zijn die het kind opvangt;

    • b.

      de leerling maakt gebruik van aangepast vervoer op grond van artikel 12 van de verordening;

    • c.

      het opvangadres ligt binnen de gemeente De Ronde Venen;

    • d.

      het betreft één vast adres naast het feitelijk woonadres op een vast aantal dagen;

    • e.

      het vervoer leidt niet tot een langere reistijd voor de overige kinderen in de bus en leidt niet tot meer kosten voor de gemeente;

    • f.

      het vervoer vindt plaats in aansluiting op de normale schooltijd.

  • 3. Indien in afwijking van het eerste lid vervoer is toegekend naar een buitenschoolse opvangadres en er niet meer wordt voldaan aan één of meer voorwaarden uit het tweede lid wordt de vervoersvoorziening herzien. Vanaf het moment van verzending van het herzieningsbesluit geldt een overgangstermijn van één maand.

Artikel 3. Dichtstbijzijnde toegankelijke school (artikel 3 lid 3 van de verordening leerlingenvervoer)

De gemeente verstrekt slechts bekostiging naar de dichtstbijzijnde toegankelijke school. Sinds 1 augustus 2014 oordelen de samenwerkingsverbanden over de toelaatbaarheid van leerlingen tot speciaal onderwijs. Om scholen/ samenwerkingsverbanden en ouders al voor zij hun schoolkeuze gemaakt hebben op de hoogte te kunnen brengen van de mogelijkheden voor leerlingenvervoer zijn met de samenwerkingsverbanden in onze regio, Passenderwijs (primair onderwijs) en VO RUW (voortgezet onderwijs) afspraken gemaakt. Uitgangspunt van zowel gemeente als samenwerkingsverband is dat er gestreefd wordt naar thuisnabij passend onderwijs. Het Samenwerkingsverband neemt bij de voorbereiding van de plaatsing van een leerlingen op speciaal onderwijs contact op met de gemeente om in de afweging voor de schoolkeuze de mogelijkheden voor leerlingenvervoer te betrekken. Indien het samenwerkingsverband niet verwijst naar de dichtstbijzijnde voor de leerling toegankelijke school toont het samenwerkingsverband gemotiveerd aan waarom de dichterbij gelegen school en/ of onderwijs aanbod onvoldoende toegankelijk is voor de leerling. De gemeente kan hier zo nodig aanvullend advies aan derde over inwinnen.

Artikel 4. Vervoersadvies (artikel 9.4 en 16.2. van de verordening leerlingenvervoer)

Bij elke aanvraag voor leerlingenvervoer dienst een vervoersadvies te worden aangeleverd. Dit vervoersadvies wordt gegeven door ofwel de school ofwel bij een eerste plaatsing op een school voor speciaal (basis) onderwijs het samenwerkingsverband. Met de samenwerkingsverbanden van het onderwijs zijn richtlijnen afgesproken waaraan het vervoersadvies moet voldoen:

Het vervoersadvies gaat uitsluitend in op de mogelijkheden en beperkingen van het kind bij het zelfstandig reizen met openbaar vervoer of de fiets ende groei die daarin mogelijk is. De (on) mogelijkheden van de ouders om hun kind te begeleiden dienen in het vervoersadvies buitenbeschouwing te blijven.

Artikel 5. Afstandscriterium (artikel 1 lid b van de verordening leerlingenvervoer)

In de verordening leerlingevervoer wordt gemeld dat de afstand gemeten wordt langs de kortste voor de leerling voldoende begaanbare en veilige weg. De afstand wordt bepaald via de ANWB routeplanner. Uitgangspunt is “de kortste route”.

Artikel 6. Stagevervoer (artikel 1 lid r, van de verordening leerlingevervoer)

Het is in beginsel mogelijk om in aanmerking te komen voor een vergoeding voor vervoer naar een stageadres mits:

  • -

    De leerling al voor een vergoeding voor leerlingenvervoer in aanmerking komt;

  • -

    De stage onderdeel is van het onderwijsprogramma

  • -

    De tijden van de stage overeenkomen met de schooltijden zoals die in de schoolgids zijn

  • -

    vastgelegd;

  • -

    Het adres van de stage op de route ligt van de school.

Artikel 7. Richtlijnen toekennen aangepast vervoer bij onmogelijkheid van begeleiding (Artikel 12 lid 1 sub c en artikel 18 lid 1 sub c van de verordening leerlingevervoer)

(Artikel 12 lid 1 sub c en artikel 18 lid 1 sub c van de verordening leerlingevervoer)

De volgende omstandigheden kunnen voor ouders aanleiding zijn om aan te geven dat begeleiding van hun kind met het openbaar vervoer niet mogelijk is dan wel tot ernstige benadeling van het gezin zou leiden:

a.Werk

Ouder werkt en kan werktijden niet zodanig aanpassen dat begeleiding van de leerling mogelijk is. (werkgeversverklaring waaruit blijkt dat begeleiding niet mogelijk is moet worden overlegd)

b.Zorg

Ouder heeft de zorg voor andere kinderen onder de 9 jaar, waardoor begeleiding naar school niet mogelijk is.

c.Duur reistijd begeleider

De ouder/ verzorger/ begeleider is voor de begeleiding met openbaar vervoer minimaal 4 x 1 uur onderweg (beoordeling reisduur op basis van www.9292ov.nl)

d.Functiebeperking

De ouders hebben functiebeperkingen waardoor het niet mogelijk is om het kind te begeleiden met het openbaar vervoer (een doktersverklaring moet worden overlegd).

In overweging nemende dat het een één of twee ouder gezin betreft. Bij een twee ouder gezin zullen beide ouders de onmogelijkheid van begeleiding moeten kunnen aantonen.

Het college kan indien er sprake is van “onmogelijkheid van begeleiding” in plaats van aangepast

vervoer (taxi) ook kiezen voor de inzet van begeleiding van derde.

Artikel 8. Drempelbedrag (Artikel 14 lid 1)

Aan de ouders van een leerling die een school voor basisonderwijs of een speciale school voor basisonderwijs, zoals bedoeld in de Wet op het primair onderwijs bezoekt, van wie het inkomen tezamen meer bedraagt dan € 24.300,-- wordt slechts bekostiging verstrekt voor zover de kosten van het vervoer van die leerling de kosten van het openbaar vervoer over de in artikel 10 bepaalde afstand te boven gaan.

Artikel 9. Ontzegging toegang tot vervoer

Het college kan een leerling aan wie een vervoersvoorziening in de vorm van aangepast vervoer is verstrekt, tijdelijk of voor de rest van het schooljaar de toegang tot dit vervoer ontzeggen indien bij herhaling is gebleken dat de leerling door agressief gedrag of anderszins de orde in de bus verstoort of de veiligheid van bus en inzittenden in gevaar brengt.

Artikel 10. SBO de Dolfijn aangemerkt als dichtstbijzijnde Speciaal Basis Onderwijs school binnen het samenwerkingsverband

Vergoeding wordt verstrekt naar de dichtstbijzijnde school voor Speciaal Basis Onderwijs (SBO) in het samenwerkingsverband. Dit is voor leerlingen uit de kernen Abcoude en Baambrugge SBO de Kristal in Maarssen en voor leerlingen uit de overige kernen SBO de Keerkring in Woerden. Vanwege de afspraken die het samenwerkingsverband Passenderwijs

heeft gemaakt met de buiten het samenwerkingsverband liggende SBO school de Dolfijn, wordt bij aanvragen naar deze school deze school ook aangemerkt als school binnen het samenwerkingsverband. Voor andere dichter bij de woning gelegen SBO scholen buiten het samenwerkingsverband geldt dat slechts vergoeding wordt verstrekt op basis van openbaar vervoer naar deze dichter bij de woning gelegen school.

Artikel 11. Overgangsregeling SBO de Kristal

SBO de Kristal in Maarssen wordt als dichtstbijzijnde school in het samenwerkingsverband benoemd tot uiterlijk schooljaar 2015-2016 voor leerlingen waarvoor op 18 december 2013 (datum van besluit van toeziend bestuur om tot samenvoeging over te gaan) SBO De Vijverhof de dichtstbijzijnde school in het samenwerkingsverband was.

Artikel 12. Inwerkingtreding

Deze beleidsregels treden in werking op de datum waarop ook de verordening leerlingenvervoer De Ronde Venen 2015 in werking treedt.

Artikel 13. Intrekken oude beleidsregels

De volgende beleidsregels worden ingetrokken:

  • -

    Beleidsregel Praktische bezwaren leerlingenvervoer

  • -

    Beleid Overgangsregeling leerlingen Vijverhofschool te Breukelen

  • -

    Beleidsregel kosten openbaar vervoer gelijk aan die van de openbaarvervoer kosten naar

de dichtstbijzijnde school (prof. Van Houteschool vergoeden

  • -

    Beleidsregel reistijd Prof. Van Houteschool

  • -

    Overgangsregel dichtstbijzijnde toegankelijke school leerlingenvervoer

  • -

    Beleidsregel leerlingenvervoer artikel 5

Artikel 14. Citeertitel

Deze beleidsregels kunnen worden aangehaald als: Beleidsregels leerlingenvervoer gemeente De Ronde Venen 2015.

Mijdrecht, 5 februari 2015

Burgemeester en wethouders van De Ronde Venen,

De secretaris, De Burgemeester,

mr. A.S. Meijer M. Divendal