Regeling vervallen per 23-07-2019

Verordening rechtspositie wethouders, raads- en commissieleden gemeente Edam-Volendam 2016.

Geldend van 22-12-2017 t/m 22-07-2019 met terugwerkende kracht vanaf 01-01-2016

Intitulé

Verordening rechtspositie wethouders, raads- en commissieleden gemeente Edam-Volendam 2016.

Voorstel no. 114-2017

Agenda no. 18

De raad van de gemeenteEdam-Volendam;

Gelezen het voorstel van het college van burgemeester en wethouders van 7 november 2017;

gelet op de artikelen 95, eerste en tweede lid, 96, eerste en tweede lid, en 97, 99 en 147 van de Gemeentewet;

de artikelen 22, eerste lid, 23, eerste lid, 27a, vijfde lid, van het Rechtspositiebesluit wethouders, en

de artikelen 4, 7a, vierde lid, 13, tweede lid, 14, eerste lid en 15 van het Rechtspositiebesluit raads- en commissieleden;

besluit:

vast te stellen de volgende verordening:

Verordening rechtspositie wethouders, raads- en commissieleden gemeente Edam-Volendam 2016.

§ 1. Algemene bepalingen

Artikel 1. Begripsbepalingen

In deze verordening wordt verstaan onder:

  • -

    commissie: commissie ingesteld op grond van de artikelen 82, 83 of 84 van de Gemeentewet;

  • -

    raads- en commissieleden;

  • -

    steunlid: een door in de raad vertegenwoordigde fractie aangewezen burgerlid, niet zijnde raadslid.

§ 2. Voorzieningen voor raads- en commissieleden

Artikel 2. Vergoeding voor de werkzaamheden voor raadsleden

  • 1. De vergoeding voor de werkzaamheden bedoeld in artikel 2, eerste lid, van het Rechtspositie-besluit raads- en commissieleden, is gelijk aan het bij ministeriële regeling voor gemeente-klasse 4 vastgestelde maximum, vermeld in tabel I van het Rechtspositiebesluit raads- en commissieleden.

  • 2. Van de vergoeding, bedoeld in het vorige lid, kan de gemeenteraad besluiten dat 20% wordt uitgekeerd op basis van het aantal bijgewoonde raadsvergaderingen

Artikel 3. Vergoeding voor het bijwonen van commissievergaderingen

  • 1. Aan commissieleden wordt een vergoeding voor het bijwonen van de vergaderingen van een commissie en haar subcommissies toegekend die gelijk is aan het in gemeenteklasse 4 vastgestelde bedrag in tabel IV van het Rechtspositiebesluit raads- en commissieleden, onder voorwaarde dat het betreffende commissielid namens de fractie is aangewezen als woord-voerder tijdens de betreffende vergadering.

  • 2. In afwijking van het eerste lid ontvangt geen vergoeding degene die zitting heeft in een commissie uit hoofde van dan wel als rechtstreeks uitvloeisel van een functie bij een instelling die grotendeels van overheidswege wordt gesubsidieerd.

Artikel 4. Reis- en verblijfkosten

  • 1. Aan raadsleden en commissieleden worden de ten behoeve van de gemeente gemaakte reis- en verblijfkosten in verband met reizen buiten het grondgebied van de gemeente ter uitvoering van een beslissing van het gemeentebestuur vergoed.

  • 2. De vergoeding voor reis- en verblijfkosten als bedoeld in het eerste lid is:

    a. voor wat betreft de reiskosten gelijk aan het overeenkomstig in artikel 4, onderdeel a en b, van de Regeling rechtspositie wethouders bepaalde;

    b. voor wat betreft de verblijfkosten gelijk aan het overeenkomstig in artikel 4, onderdeel c, van de Regeling rechtspositie wethouders bepaalde.

  • 3. In afwijking van het eerste lid ontvangt geen vergoeding degene die zitting heeft in een commissie uit hoofde van dan wel als rechtstreeks uitvloeisel van een functie bij een instelling die grotendeels van overheidswege wordt gesubsidieerd.

  • 4. De reis- en verblijfkosten worden alleen vergoed als deze gedeclareerd worden overeenkomstig de bepalingen in deze verordening.

Artikel 5. Scholing

  • 1. Raads- of commissieleden die aan scholing als bedoeld in artikel 13, eerste lid van het Rechtspositiebesluit raads- en commissieleden willen deelnemen, die niet door of namens de gemeente wordt aangeboden of verzorgd, dienen daartoe vooraf een gemotiveerde aanvraag in bij de griffier.

  • 2. De aanvraag bedoeld in het eerste lid gaat vergezeld van inhoudelijke informatie en een kostenspecificatie.

  • 3. Kosten van scholing die wordt georganiseerd door de beroepsvereniging van raadsleden of door de Vereniging van Nederlandse Gemeenten komt altijd voor vergoeding door de gemeente in aanmerking als voldaan wordt aan de voorwaarden genoemd in het eerste lid.

  • 4. De kosten van niet onder lid 3 georganiseerde scholing kunnen geheel of gedeeltelijk voor rekening van de gemeente komen als deelname van algemeen belang is in verband met de vervulling van het raadslidmaatschap, c.q. de invulling van het commissielidmaatschap.

  • 5. Het verzoek van de onder lid 4 bedoelde scholing moet de instemming hebben van de voorzitter van de fractie waarvan de betrokkene deel uitmaakt.

  • 6. De bijdrage in de kosten als bedoeld onder lid 4 bedraagt per fractielid € 750,-, inclusief btw, met een maximum van € 4.500,-, inclusief btw per fractie over een periode van een kalender-jaar.

  • 7. Aanvragen die niet overeenkomstig de bepalingen in deze verordening worden ingediend komen niet voor vergoeding in aanmerking.

  • 8. In voorkomende gevallen beslist de vergadering van fractievoorzitters van alle in de raad vertegenwoordigde politieke groeperingen.

Artikel 6. Computer en internetverbinding

  • 1. Aan het raadslid wordt gedurende zijn raadsperiode een iPad met een door de gemeente geïnstalleerd softwarepakket ter beschikking gesteld. Het raadslid sluit hiervoor een bruik-leenovereenkomst met de gemeente.

  • 2. In het geval aan het raadslid op diens aanvraag ook eventuele randapparatuur wordt verstrekt welke uitsluitend in combinatie met de iPad en ten behoeve van het raadslidmaatschap wordt gebruikt, wordt de bruikleenovereenkomst als bedoeld in het 1ste lid daarop aangepast.

  • 3. De aanvraag als bedoeld in het 2e lid wordt eerst ter beoordeling voorgelegd aan de griffier.

  • 4. De kosten van de iPad en software en eventuele randapparatuur komen voor rekening van de gemeente.

  • 5. Na afloop van de raadsperiode of bij tussentijdse beëindiging van het raadslidmaatschap levert het raadslid de iPad en eventuele randapparatuur in bij de gemeente.

  • 6. Op aanvraag ontvangt het raadslid voor de duur van het raadslidmaatschap een tegemoet-koming van € 10,- per maand voor de aanleg- en abonnementskosten voor de internet-verbinding van de in lid 1 bedoelde apparatuur die voor het raadslidmaatschap wordt gebruikt.

  • 7. Aan een steunlid kan ten behoeve van fractiewerkzaamheden ook een iPad met een door de gemeente geïnstalleerd softwarepakket en eventuele randapparatuur ter beschikking worden gesteld. In voorkomende gevallen beslist de griffier op een daartoe ingediende en gemotiveerde aanvraag.

Artikel 7. Werkkostenregeling: aanwijzing als eindheffingsbestanddeel

  • 1. Als eindheffingsbestanddeel als bedoeld in artikel 31, eerste lid, onderdeel f, van de Wet op de loonbelasting 1964 worden aangewezen de vergoedingen, tegemoetkomingen en verstrekkingen,

    genoemd in artikel 13a van het Rechtspositiebesluit raads- en commissieleden

  • 2. Als eindheffingsbestanddeel als bedoeld in artikel 31, eerste lid, onderdeel f, van de Wet op de loonbelasting 1964 worden verder aangewezen de vergoedingen, tegemoetkomingen en verstrekkingen, genoemd in paragraaf 2 van deze verordening, voor zover deze worden gerekend

    tot een vergoeding, tegemoetkoming of verstrekking als bedoeld in artikel 31a, tweede lid, onderdelen a tot en met h, van de Wet op de Loonbelasting 1964.

§ 3. Voorzieningen voor wethouders

Artikel 8. Reiskosten woon-werkverkeer

Wethouders hebben aanspraak op een vergoeding van de kosten woon-werkverkeer, bedoeld in artikel 23, eerste lid, onderdeel a, van het Rechtspositiebesluit wethouders, overeenkomstig artikel 3 van de Regeling rechtspositie wethouders.

Artikel 9. Zakelijke reis- en verblijfkosten

Wethouders hebben aanspraak op een vergoeding van de reis- en verblijfkosten voor reizen gemaakt voor de uitoefening van het ambt, bedoeld in artikel 23, eerste lid, onderdeel b, van het Rechts-positiebesluit wethouders binnen en buiten het grondgebied van de gemeente, overeenkomstig artikel 4 van de Regeling rechtspositie wethouders.

Artikel 10. Computer en internetverbinding

  • 1. Aan de wethouder wordt een iPad met een door de gemeente geïnstalleerd softwarepakket ter beschikking gesteld. De wethouder sluit hiervoor een gebruikersovereenkomst met de gemeente.

  • 2. In het geval aan de wethouder op diens aanvraag ook eventuele randapparatuur wordt verstrekt welke uitsluitend in combinatie met de iPad en ten behoeve van de uitoefening van het wethouderschap wordt gebruikt, wordt de bruikleenovereenkomst als bedoeld in het 1ste lid daarop aangepast.

  • 3. De kosten van de iPad, software of randapparatuur komen voor rekening van de gemeente.

  • 4. Na afloop van het wethouderschap levert de wethouder de iPad en eventuele randapparatuur in bij de gemeente.

  • 5. Op aanvraag ontvangt de wethouder voor de duur van het wethouderschap een tegemoet-koming van € 10,- per maand voor de aanleg- en abonnementskosten voor de internet-verbinding van de in lid 1 bedoelde apparatuur die voor het wethouderschap wordt gebruikt.

Artikel 11. Communicatieapparatuur

De wethouder aan wie communicatieapparatuur in bruikleen ter beschikking wordt gesteld ondertekent hiervoor een bruikleenovereenkomst met de gemeente.

Artikel 12. Verhuis-, reis-en pensionkosten en tegemoetkoming dubbele woonlasten bij benoeming

  • 1. Wethouders die bij benoeming nog niet over woonruimte in de gemeente beschikken hebben aanspraak op een vergoeding van reis- en pensionkosten, dubbele woonlasten en verhuiskosten,

    bedoeld in artikel 22, eerste lid, onderdeel a en b, van het Rechtspositiebesluit wethouders, overeenkomstig de artikelen 1 en 2 en 4a van de Regeling rechtspositie wethouders.

  • 2. Wethouders die bij benoeming nog niet over woonruimte in de gemeente beschikken hebben aanspraak op een vergoeding van:

    a.reis- en pensionkosten, bedoeld in artikel 22, eerste lid, onderdeel a, van het Rechtspositiebesluit wethouders, overeenkomstig artikel 1 en 4a van de Regeling rechtspositie wethouders, en

    b.dubbele woonlasten en verhuiskosten, bedoeld in artikel 22, eerste lid, onderdeel b, van het Rechtspositiebesluit wethouders, overeenkomstig artikel 2 en 4a van de Regeling rechtspositie wethouders.

Artikel 13. Werkkostenregeling: aanwijzing als eindheffingsbestanddeel

  • 1. Als eindheffingsbestanddeel als bedoeld in artikel 31, eerste lid, onderdeel f, van de Wet op de

    loonbelasting 1964 worden aangewezen de vergoedingen, tegemoetkomingen en verstrekkingen

    genoemd in artikel 28a van het Rechtspositiebesluit wethouders.

  • 2. Als eindheffingsbestanddeel als bedoeld in artikel 31, eerste lid, onderdeel f, van de Wet op de loonbelasting 1964 worden verder aangewezen de vergoedingen, tegemoetkomingen en verstrekkingen, genoemd in paragraaf 3 van deze verordening, voor zover deze worden gerekend

    tot een vergoeding of verstrekking als bedoeld in artikel 31a, tweede lid, onderdelen a tot en met h, van de Wet op de Loonbelasting 1964.

§ 4. De procedure van declaratie

Artikel 14. Betaling vaste vergoedingen

De betaling van de vergoeding voor werkzaamheden, de bezoldiging voor de wethouders op grond van het Rechtspositiebesluit wethouders, de onkostenvergoedingen en declaraties geschiedt maandelijks of in maandelijkse termijnen als er sprake is van een vergoeding op jaarbasis, tenzij het Rechtspositiebesluit wethouders, het Rechtspositiebesluit raads- en commissieleden of de Regeling rechtspositie wethouders anders bepalen.

Artikel 15. Rechtstreekse facturering bij de gemeente

  • 1. De betaling van kosten die op grond van deze verordening voor vergoeding of tegemoet-koming in aanmerking komen vindt plaats door:

    • a.

      Betaling uit gemeentelijke middelen, op basis van een rechtstreekse aan de gemeente toegezonden factuur, of

    • b.

      Betaling vooruit uit eigen middelen.

  • 2. Verantwoording van de vergoeding door het raadslid, het commissielid respectievelijk de wethouder vindt plaats door een door het college vastgesteld formulier volledig in te vullen en te ondertekenen.

  • 3. Facturen komen alleen voor vergoeding in aanmerking als voldaan wordt aan de bepalingen in deze verordening

  • 4. Het formulier wordt ter goedkeuring ingediend bij de griffier, respectievelijk de gemeentesecre-taris.

Artikel 16. Declaratie van vooruit betaalde kosten

  • 1. De declaratie van de kosten die uit eigen middelen vooruit zijn betaald en de vergoeding van reiskosten met de eigen auto met eventuele verblijfkosten vindt plaats door gebruikmaking van een door het college vastgesteld formulier.

  • 2. Het formulier wordt binnen twee maanden na de betaling c.q. de datum van de gemaakte rit en/of het verblijf volledig ingevuld en ondertekend door het raads- of commissielid, respec-tievelijk de wethouder en ter goedkeuring ingediend bij de griffier, respectievelijk de gemeen-tesecretaris, onder bijvoeging van de bewijsstukken.

§ 5. Slotbepalingen

Artikel 17. Intrekking oude regelingen

De verordening rechtspositie wethouders, raads- en commissieleden gemeente Edam-Volendam 2010, laatstelijk vastgesteld op 24 april 2014 en de verordening betreffende de regeling van een onkostenvergoeding voor wethouders van de gemeente Zeevang, laatstelijk vastgesteld op 15 december 1992, worden ingetrokken.

Artikel 18. Inwerkingtreding

Deze regeling treedt in werking op de eerste dag na bekendmaking en werkt terug tot 1 januari 2016.

Artikel 19. Citeertitel

Deze verordening wordt aangehaald als: Verordening rechtspositie wethouders, raads- en commissieleden gemeente Edam-Volendam 2016.

Ondertekening

Aldus besloten door de gemeenteraad van
Edam-Volendam in zijn openbare vergadering
d.d. 14 december 2017.
De griffier, De voorzitter,
mr. M. van Essen L.J. Sievers