Regeling vervallen per 17-11-2022

Besluit van Gedeputeerde Staten van de provincie Fryslân houdende regels omtrent voucherregeling Voucherregeling MKB Fryslân

Geldend van 20-03-2018 t/m 16-01-2020

Intitulé

Besluit van Gedeputeerde Staten van de provincie Fryslân houdende regels omtrent voucherregeling Voucherregeling MKB Fryslân

Gelet op het bepaalde in art. 1.3 van de Algemene Subsidieverordening 2013 van de provincie Fryslân;

gelet op de verordening (EU) Nr. 1407/2013 van de Commissie van 18 december 2013 betreffende de toepassing van artikelen 107 en 108 van het Verdrag betreffende de werking van Europese Unie op de-minimissteun.

Stellen Gedeputeerde Staten van Fryslân de volgende regeling vast:

Voucherregeling MKB Fryslân

Artikel 1. Definities

In deze regeling wordt verstaan onder:

  • a.

    Mkb onderneming: een onderneming zoals is opgenomen in bijlage I van de verordening (EU) Nr. 651/2014 van de commissie van 17 juni 2014, waarbij bepaalde categorieën steun op grond van de artikelen 107 en 108 van het Verdrag met de interne markt verenigbaar worden verklaard;

  • b.

    HR taken: taken die gericht zijn op de werving en selectie, belonen, beoordelen en opleiden van werknemers binnen een organisatie;

  • c.

    deskundige: iemand die op grond van opleiding of ervaring gekwalificeerd moet worden geacht om een opdracht uit te voeren in het kader van een op grond van deze regeling gesubsidieerde activiteit. De deskundige is onafhankelijk en ingeschreven in het handelsregister.

  • d.

    de-minimis: steun die voldoet aan de voorwaarden voor vrijstelling van aanmelding als opgenomen in Verordening (EU) Nr. 1407/2013 van de Commissie van 18 december 2013 betreffende de toepassing van de artikelen 107 en 108 van het Verdrag betreffende de werking van de Europese Unie op de-minimissteun;

  • e.

    SNN: Samenwerkingsverband Noord-Nederland

Artikel 2. Doel van de regeling

De subsidieregeling heeft als doel innovatie, bedrijfsontwikkeling en/of strategisch HR te stimuleren bij mkb ondernemers in provincie Fryslân, waarbij de effecten van het te subsidiëren project direct neerslaan in provincie Fryslân.

Artikel 3. Doelgroep

Subsidie wordt verstrekt aan een mkb-onderneming die op het moment van aanvragen een vestiging heeft in de provincie Fryslân en daar ondernemingsactiviteiten uitvoert.

Artikel 4. Subsidiabele activiteit

Subsidie wordt verstrekt voor activiteiten die zien op:

  • a.

    bedrijfsontwikkeling: het opstellen van een financieringsplan, procesoptimalisatieplan of bedrijfsplan;

  • b.

    innovatie-advies: het inwinnen van advies ten behoeve van voor de onderneming nieuwe kennis met betrekking tot nieuwe producten, productieprocessen of diensten, of de vernieuwing daarvan;

  • c.

    het opstellen van een strategisch HR beleidsplan en/of de implementatie hiervan;

  • d.

    deskundigheidsbevordering bij medewerkers met HR taken en/of medewerkers die HR taken gaan uitvoeren, niet zijnde professionele HR functionarissen.

Artikel 5. Openstelling

  • 1. Gedeputeerde Staten stellen een openstellingsbesluit vast.

  • 2. Het openstellingsbesluit bevat ten minste een aanvraagperiode en een subsidieplafond.

  • 3. In het openstellingsbesluit kunnen nadere regels gesteld worden met betrekking tot:

    • a.

      de subsidiabele activiteiten;

    • b.

      het indienen van een aanvraag;

    • c.

      de kring van subsidieontvangers;

    • d.

      toetsingscriteria;

    • e.

      de hoogte of berekeningswijze van de subsidie;

    • f.

      de subsidiabele kosten

  • 4. Voor zover door verstrekking van subsidie voor aanvragen die op dezelfde dag zijn ontvangen, het subsidieplafond wordt overschreden, wordt de onderlinge rangschikking van die aanvragen vastgesteld door middel van loting.

  • 5. Aanvragen worden elektronisch ingediend in het subsidieloket van het SNN.

Artikel 6. Weigeringsgronden

De subsidie wordt, onverminderd het bepaalde in artikel 2.7 van de Algemene Subsidieverordening provincie Fryslân 2013, in ieder geval geweigerd indien:

  • a.

    het project niet voldoet aan het bepaalde in deze regeling;

  • b.

    het project niet in overeenstemming is met het doel van deze regeling;

  • c.

    één onderneming reeds tweemaal subsidie heeft gekregen op grond van deze regeling, waarbij voor de toepassing van dit artikelonderdeel één onderneming alle rechtspersonen omvat die de volgende band met elkaar onderhouden:

    • 1°.

      de meerderheid van de stemrechten van de aandeelhouders; of

    • 2°.

      de meerderheid van vennoten van een andere onderneming;

  • d.

    niet wordt voldaan aan de voorwaarden van de De-minimisverordening.

Artikel 7. Minimale subsidiabele kosten, subsidiepercentage en maximale subsidie

  • 1. Het bedrag aan subsidiabele kosten per project bedraagt minimaal € 500,00.

  • 2. De subsidie bedraagt 50% van de subsidiabele kosten.

  • 3. De subsidie per project bedraagt maximaal € 2.500,00.

Artikel 8. Subsidiabele kosten

  • 1. Als subsidiabele kosten, voor zover die betrekking hebben op de activiteiten als genoemd in artikel 4 sub a t/m c, komen in aanmerking het inschakelen van een deskundige.

  • 2. Als subsidiabele kosten, voor zover die betrekking hebben op de activiteiten als genoemd in artikel 4 sub d, komen in aanmerking het deelnemen aan (incompany) opleiding, training, seminar of cursus. De (incompany) opleiding, training, seminar of cursus wordt gegeven door een deskundige.

Artikel 9. Niet subsidiabele kosten

In aanvulling op artikel 1.10 van de Algemene Subsidieverordening provincie Fryslân 2013 zijn de volgende kosten niet subsidiabel: kosten die worden gefinancierd met andere subsidies dan op grond van deze regeling.

Artikel 10. Verplichtingen van de subsidieontvanger

  • 1. bij de subsidieverlening wordt in elk geval de verplichtingen opgelegd dat het het project binnen een termijn van 6 maanden vanaf de datum van de subsidieverlening wordt gerealiseerd;

  • 2. de subsidieontvanger dient feiten en omstandigheden die moeten worden gemeld of medegedeeld op grond van artikel 2.13 van de Algemene Subsidieverordening provincie Fryslân 2013 te melden aan het SNN;

  • 3. kosten komen slechts voor subsidie in aanmerking voor zover deze worden gemaakt en betaald na ontvangst van de volledige aanvraag en binnen de termijn zoals gesteld in artikel 10 lid 1.

Artikel 11. Bevoorschotting en vaststelling

Binnen drie weken na de verleningsbeschikking wordt de subsidie voor 100% bevoorschot. De subsidie wordt 6 maanden na subsidieverlening ambtshalve vastgesteld.

Artikel 12. Wijzigings- of intrekkingsgronden

De subsidie kan onverminderd het bepaalde in de artikelen 4:48 en 4:50 van de Algemene wet bestuursrecht worden ingetrokken of ten nadele van de subsidieontvanger worden gewijzigd, indien:

  • a.

    het project niet wordt uitgevoerd in overeenstemming met het doel of de voorschriften van deze regeling;

  • b.

    de aanvrager niet de minimale subsidiabele kosten per project heeft gemaakt en betaald, die zijn vastgesteld conform artikel 7 lid 1;

  • c.

    tegen de uitvoering van het project overwegende bezwaren bestaan.

Artikel 13. Afkondiging en inwerkingtreding

  • 1. Deze subsidieregeling wordt in het provinciaal blad bekendgemaakt en treedt in werking op 20 maart 2018.

  • 2. Deze subsidieregeling werkt terug tot en met 20 maart 2018 voor zover de bekendmaking plaatsvindt na 20 maart 2018.

Artikel 14. Citeertitel

Deze subsidieregeling wordt aangehaald als: Voucherregeling MKB Fryslân.

Ondertekening

Toelichting Voucherregeling MKB Fryslân

Met de regeling wordt beoogd het kennisniveau op het gebied van bedrijfsontwikkeling, innovatie en strategisch HR van het MKB in de provincie Fryslân te stimuleren waardoor op de korte en lange termijn een bijdrage wordt geleverd aan de versterking van de economische structuur binnen de provincie Fryslân.

Bij bedrijfsontwikkeling gaat het om activiteiten die gericht zijn op (door)ontwikkeling van een MKB-onderneming op de lange termijn.

Artikel 1 sub c Deskundige

De deskundige dient op grond van opleiding en ervaring gekwalificeerd te zijn de opdracht uit te voeren of de (incompany) opleiding, training, seminar of cursus te geven.

Voor de beoordeling kan worden gekeken naar de ondernemingsactiviteiten van het bedrijf dat wordt ingehuurd en/of de aantoonbare kennis en ervaring van de persoon die de opdracht uitvoert of de (incompany) opleiding, training, seminar of cursus geeft.

De deskundige die ingehuurd wordt moet ingeschreven zijn bij het Handelsregister van de Kamer van Koophandel, of vergelijkbare handelsregisters in andere staten. Particulieren kunnen daarmee niet optreden als onafhankelijke deskundige.

Een kennisinstelling kan overigens wel optreden als onafhankelijke deskundige.

Een deskundige dient tevens onafhankelijk te zijn. Dit houdt in dat de deskundige onafhankelijk de gegeven opdracht dient uit te kunnen voeren of de (incompany) opleiding, training, seminar of cursus te kunnen geven. Waarbij er geen sprake mag zijn van enige vorm van belangenverstrengeling. Het gaat er ook om dat de schijn van belangenverstrengeling moet worden vermeden. In dit kader wordt onder andere in de volgende situaties geoordeeld dat er geen sprake is van onafhankelijkheid:

  • de deskundige heeft een (financieel) belang in de onderneming van de aanvrager;

  • de aanvrager heeft een (financieel) belang in de onderneming van de deskundige;

  • een bestuurder of directeur van de onderneming van de aanvrager is ook bestuurder of directeur van de onderneming van de deskundige;

  • de onderneming van de aanvrager heeft met de deskundige samen een ander bedrijf, zijn vennoten in dat bedrijf, zijn collega’s in een ander bedrijf, zijn getrouwd/levenspartners en/of zijn tegelijkertijd in een andere setting gelijkwaardige zakenpartners;

  • in het geval er sprake is van familierelaties in de eerste en tweede graad (ouder/kind/broer/zuster) of een gezinsrelatie aanwezig is.

Deze opsomming is niet limitatief.

Artikel 4 sub a Bedrijfsplan

Een bedrijfsplan, ook wel ondernemingsplan of businessplan genoemd, brengt de haalbaarheid van de plannen van de onderneming van de aanvrager in kaart. Het ondernemingsplan is een essentiële routekaart voor succes. Het levende document plant in de regel 3 jaar vooruit en beschrijft de route die de onderneming wil nemen om de visie te realiseren. Bij de inhoud van een bedrijfsplan kan gedacht worden aan: 1. De ondernemer, 2. De onderneming, 3. Marktanalyse, 4. Marketingplan, 5. Financieel plan. Deze opsomming is niet limitatief.

Artikel 4 sub a Financieringsplan

Het financieel plan is een hulpmiddel om te bepalen of uw bedrijfsplan financieel haalbaar is. Ook heeft u het plan nodig om potentiële financiers te overtuigen om geld in uw bedrijf te investeren. Het levende document plant in de regel 3 tot 5 jaar vooruit en laat de financiële haalbaarheid zien voor de onderneming inzake de te realiseren visie. Bij de inhoud van een financieringsplan kan gedacht worden aan: 1. Investeringsplan, 2. Balans, 3. Solvabiliteit, 4. Exploitatiebegroting, 5. Kasritme 6. Liquiditeitsbegroting.

Deze opsomming is niet limitatief.

Artikel 4 sub a Procesoptimalisatieplan

Onder procesoptimalisatie wordt alles verstaan wat nodig is om processen/werkwijze van de organisatie efficiënter te laten werken, te verbeteren.

Door processen/werkwijze zoveel mogelijk te optimaliseren, te verbeteren kan een financieel voordeel worden behaald en daarmee een concurrentievoordeel. Voorbeelden zijn:

  • een plan met een advies voor nieuwe of sterk verbeterde methoden voor de productie van goederen of diensten;

  • een plan met een advies voor nieuwe of sterk verbeterde logistiek of leverings-of distributiemethoden;

  • een plan met een advies over supply chain management;

  • een plan met een advies over kwaliteitsmanagement;

  • een plan met een advies voor een nieuw systeem voor werknemersverantwoordelijkheden;

  • een plan met een advies om een keten gesloten te krijgen in het kader van Circulaire Economie.

Bij de inhoud van een procesoptimalisatieplan kan gedacht worden aan: 1. Huidige procesomschrijving, 2. Analyse en inventarisatie, 3. Voorstel procesomschrijving 4. Bedrijfseconomische voordelen bedrijf.

Deze opsomming is niet limitatief.

Artikel 4 sub b Innovatieadvies

Inzake innovatieadvies kan gedacht worden aan (niet limitatief):

  • 1.

    het in kaart brengen van de technische en/of economische haalbaarheid van een voorgenomen ontwikkeling van een product, dienst of proces;

  • 2.

    advies inzake de certificering van een nieuw product, dienst of proces;

  • 3.

    testen van een nieuw of verbeterd product, dienst of proces inclusief een advies met aanbevelingen.

Artikel 4 sub c Strategisch HR beleidsplan

Het HR beleidsplan is toegespitst op de strategische ontwikkelingen binnen het bedrijf, die gericht zijn op de lange termijn. Daarbij is er bijvoorbeeld aandacht voor de benodigde kennis en vaardigheden bij (toekomstige) werknemers gekoppeld aan scholing en ontwikkeling. Daarnaast kan het gaan over functievorming, belonen en beoordelen van personeel en werving/selectie

Artikel 4 sub d Deskundigheidsbevordering HR

Deelname aan een (incompany) opleiding, training, seminar of cursus mag geschieden voor 1 (of meer) medewerkers van de onderneming van de aanvrager. In geval van deelname door meer medewerkers kunnen de totale kosten van de deelname subsidiabel worden gesteld.

Zowel medewerkers die al HR taken uitvoeren als medewerkers die HR taken gaan uitvoeren kunnen deelnemen aan een (incompany) opleiding, training, seminar of cursus.

De (incompany) opleiding, training, seminar of cursus moet aantoonbaar gericht zijn op HR. HR taken zijn die taken gericht op de werving en selectie, belonen, beoordelen en opleiden van werknemers binnen een organisatie. Een (incompany) opleiding, training, seminar of cursus gericht op personeels- / salarisadministratie zijn hierop uitgezonderd.

Artikel 6 sub c Weigeringsgronden

Eén onderneming kan maximaal tweemaal subsidie ontvangen tijdens de gehele looptijd van de regeling.

Artikel 8 lid 2 Subsidiabele kosten

Uitsluitend de kosten voor deelname aan een (incompany) opleiding, training, seminar of cursus zijn subsidiabel. Loonkosten van de betreffende medewerker(s) die de (incompany) opleiding, training, seminar of cursus volgt zijn uitgesloten.

Artikel 10 lid 3 Verplichtingen van de subsidieontvanger

Een aanvraag is volledig wanneer bij de aanvraag in ieder geval de volgende documenten zijn meegestuurd:

  • a.

    een offerte van de in te schakelen onafhankelijke deskundige;

  • b.

    een de-minimis verklaring, waaruit blijkt dat het aangevraagde bedrag geheel of gedeeltelijk kan worden verleend zonder dat sprake zal zijn van overtreding van de geldende voorschriften van de Europese Unie ter zake van de verstrekking van overheidssteun;

  • c.

    model mkb-toets;

  • d.

    kopie bankafschrift ter verificatie van uw rekeningnummer.