Besluit beschermd wonen en opvang gemeente Gorinchem

Geldend van 01-01-2015 t/m heden

Intitulé

Besluit beschermd wonen en opvang gemeente Gorinchem

BESLUIT BESCHERMD WONEN EN OPVANG GEMEENTE GORINCHEM

Het COLLEGE van BURGEMEESTER en WETHOUDERS van de gemeente Gorinchem

gezien het voorstel d.d. 16 februari 2015 inzake Besluit beschermd wonen en opvang gemeente Gorinchem;

gelet op de artikelen 2.8 lid 5, 2.10 lid 2 en 2.11 van de Verordening beschermd wonen en opvang gemeente Gorinchem

B E S L U I T :

vast te stellen: het Besluit beschermd wonen en opvang gemeente Gorinchem

Hoofdstuk 1 Begripsomschrijvingen

In dit besluit wordt verstaan onder:

Verordening de geldende Verordening beschermd wonen en opvang gemeente GorinchemWet de Wet maatschappelijke ondersteuning 2015

2.Alle begrippen die in dit besluit worden gebruikt en die niet nader worden omschreven hebben dezelfde betekenis als in de wet, het Uitvoeringsbesluit Wmo 2015, de Algemene wet bestuursrecht en de Verordening.

Artikel 1.1 Begripsomschrijvingen

  • 1. In dit besluit wordt verstaan onder:

    a. Verordening

    de geldende Verordening beschermd wonen en opvang gemeente Gorinchem

    b. Wet

    de Wet maatschappelijke ondersteuning 2015

  • 2. Alle begrippen die in dit besluit worden gebruikt en die niet nader worden omschreven hebben dezelfde betekenis als in de wet, het Uitvoeringsbesluit Wmo 2015, de Algemene wet bestuursrecht en de Verordening.

Hoofdstuk 2 Maatwerkvoorzieningen

Paragraaf 1 Verantwoording pgb

Artikel 2.1 Controle en verantwoording PGB

  • 1. De cliënt voert een deugdelijke administratie in verband met de verantwoording.

  • 2. Iedere cliënt legt verantwoording af over (de besteding van) het persoonsgebonden budget.

  • 3. De controle van de door de cliënt aan het college afgelegde verantwoording van het persoonsgebonden budget vindt steekproefsgewijs plaats waarbij de omvang van de steekproef aan de hand van een risico inschatting wordt bepaald.

Paragraaf 2 Beschermd wonen

Artikel 2.2 Criteria

De cliënt kan in aanmerking komen voor beschermd wonen, indien hij, onverminderd de in de Wet en Verordening genoemde voorwaarden, voldoet aan alle volgende voorwaarden:

a.

De cliënt heeft psychische of psychosociale problemen.

b.

Er is een noodzaak tot bescherming van de cliënt of zijn omgeving, waarbij die noodzaak direct voortkomt uit de psychische en psychiatrische problemen.

c.

De cliënt beschikt niet over alternatieven die de noodzaak voor beschermd wonen kunnen opheffen.

d.

De cliënt slaagt er vanwege psychische of psychosociale problematiek niet in om zelfstandig te wonen zonder de directe nabijheid van 24 uur per dag toezicht of ondersteuning.

e.

De cliënt is minimaal vier etmalen per week aangewezen op beschermd wonen.

Artikel 2.3 Persoonsgebonden budget

  • 1. Het persoonsgebonden budget voor beschermd wonen wordt per pakket vastgesteld op maximaal het volgende bedrag:

    a.

    GGZ C3 € 30.264,94

    b.

    GGZ C4 € 42.509,12

    c.

    GGZ C5 € 44.796,83

    d.

    GGZ C6 € 56.998,00

  • 2. In afwijking van lid 1 wordt het persoonsgebonden budget tot 1 januari 2016 voor cliënten van wie in 2015 de AWBZ-indicatie afloopt en die daarna in aanmerking komen voor een maatwerkvoorziening vastgesteld op basis van het in 2014 voor deze cliënt geldende AWBZ-tarief.

Paragraaf 3 Opvang

Artikel 2.4 Criteria 24 uur opvang

  • 4. De cliënt komt in aanmerking voor 24 uur opvang indien hij, onverminderd de in de Wet en Verordening genoemde voorwaarden, voldoet aan alle volgende voorwaarden:

    a.

    de cliënt heeft geen onderdak;

    a.

    de cliënt heeft problemen op minimaal 3 van de volgende leefgebieden: huisvesting, financiën, sociaal functioneren, psychisch functioneren, zingeving, bewegen en verplaatsen (mobiliteit), activiteiten dagelijks leven, persoonlijke zorg, voeren van een huishouden, dagbesteding, justitie en verslaving;

    b.

    de cliënt heeft minimaal de leeftijd van 18 jaar bereikt;

    c.

    de cliënt beschikt over inkomen (uit werk of uitkering);

    d.

    de cliënt verschaft inzicht in de financiële situatie (incl. schulden) en brengt het financieel beheer onder bij een budgetbeheerder of bewindvoerder;

    e.

    de cliënt werkt actief mee aan eigen hulpverleningstraject;

    f.

    de cliënt stemt in met de op de 24 uur opvang geldende (huis)regels;

    g.

    de cliënt heeft dagbesteding of zet zich ervoor in tenminste 20 uur per week zinvolle dagbesteding te hebben;

    h.

    de cliënt werkt actief mee aan het verkrijgen van een urgentie voor doorstroom naar een eigen woning.

  • 5. Een persoon die voldoet aan de in lid 1 genoemde voorwaarden, heeft geen toegang tot de 24 uur opvang indien sprake is van:

    a.

    verslavingsproblematiek waaraan de cliënt niet wil werken terwijl de verslaving het dagelijks functioneren sterk beïnvloedt, of

    b.

    een psychiatrische zorgvraag die het dagelijks functioneren en zijn/haar omgeving sterk negatief beïnvloedt, of

    c.

    een medische zorgvraag die vragen om (verpleegkundige)zorg en specifieke aanpassingen in de woon- en leefomgeving.

Artikel 2.5 Begeleid zelfstandig wonen

De cliënt komt in aanmerking voor begeleid zelfstandig wonen indien hij, onverminderd de in de Wet en Verordening genoemde voorwaarden, voldoet aan alle volgende voorwaarden:

  • a.

    de cliënt heeft problemen op minimaal 3 van de volgende leefgebieden: huisvesting, financiën, sociaal functioneren, psychisch functioneren, zingeving, bewegen en verplaatsen (mobiliteit), activiteiten dagelijks leven, persoonlijke zorg, voeren van een huishouden, dagbesteding, justitie en verslaving;

  • b.

    de cliënt heeft minimaal de leeftijd van 18 jaar bereikt;

  • c.

    de cliënt beschikt over inkomen (uit werk of uitkering);

  • d.

    de cliënt verschaft inzicht in de financiële situatie (incl. schulden) en brengt het financieel beheer onder bij een budgetbeheerder of bewindvoerder;

  • e.

    de cliënt werkt actief mee aan eigen hulpverleningstraject, waarbij detoxificatie alleen onvoldoende is.

  • f.

    de cliënt heeft een verslavingsproblematiek ten aanzien van een of meerdere middelen of een complexe verslavingsproblematiek ten aanzien van het gedrag.

  • g.

    een langere vorm van bescherming, een periode van tot rust komen en loslaten van het oude patroon zijn nodig.

  • h.

    er is sprake van structurele beperkingen en beperkte groeimogelijkheden, die het herstel negatief beïnvloeden.

  • i.

    er is sprake van structurele persoonlijkheidsproblematiek waarbij de cliënt nog is aangewezen op externe structuur omdat de cliënt nog onvoldoende, zelfcontrole, impulscontrole en frustratietolerantie heeft ontwikkeld.

Artikel 2.3.5.1 Ambulante begeleiding - Blijf van mijn Lijf (Safegroup)

  • 1.

    • De cliënt komt in aanmerking voor ambulante begeleiding (Blijf van mijn Lijf via Safegroep of Bouman (V103) of H153 – Leger des Heils) in aanmerking indien hij, onverminderd de in de Wet en Verordening genoemde voorwaarden, voldoet aan alle volgende voorwaarden:

    • a.

      de cliënt heeft geen onderdak meer ten gevolge van huiselijk geweld, in welke vorm dan ook.

    • b.

      de cliënt heeft problemen op minimaal 3 van de volgende leefgebieden: huisvesting, financiën, sociaal functioneren, psychisch functioneren, zingeving, bewegen en verplaatsen (mobiliteit), activiteiten dagelijks leven, persoonlijke zorg, voeren van een huishouden, dagbesteding, justitie en verslaving.

    • c.

      de cliënt heeft minimaal de leeftijd van 18 jaar bereikt.

    • d.

      de cliënt beschikt over inkomen (uit werk of uitkering).

    • e.

      de cliënt verschaft inzicht in de financiële situatie (incl. schulden) en brengt het financieel beheer onder bij een budgetbeheerder of bewindvoerder;

    • f.

      de cliënt werkt actief mee aan eigen hulpverleningstraject;

    • g.

      de cliënt stemt in met de geldende (huis)regels;

    • h.

      de cliënt heeft dagbesteding of zet zich ervoor in tenminste 20 uur per week zinvolle dagbesteding te hebben;

    • i.

      de cliënt werkt actief aan het verkrijgen van een urgentie voor doorstroom naar een eigen woning.

  • 2. Een persoon die voldoet aan de in lid 1 genoemde voorwaarden, heeft geen toegang tot ambulante begeleiding indien sprake is van:

    • a.

      verslavingsproblematiek waaraan de cliënt niet wil werken terwijl de verslaving het dagelijks functioneren sterk beïnvloedt, of

    • b.

      een psychiatrische zorgvraag die het dagelijks functioneren en zijn/haar omgeving sterk negatief beïnvloedt, of

    • c.

      een medische zorgvraag die vragen om (verpleegkundige)zorg en specifieke aanpassingen in de woon- en leefomgeving.

Artikel 2.6 Vervolgopvang vrouwen

De cliënt komt in aanmerking voor vervolgopvang vrouwen indien zij, onverminderd de in de Wet en Verordening genoemde voorwaarden, voldoet aan alle volgende voorwaarden:

  • a.

    de cliënt is een vrouw van 18 jaar of ouder, al dan niet met kinderen.

  • b.

    de cliënt heeft geen veilig onderdak meer ten gevolge van huiselijk geweld, in welke vorm dan ook, en is hierdoor getraumatiseerd.

Artikel 2.7 Begeleiding Maatschappelijke Opvang

  • 1.

    • De cliënt komt in aanmerking voor begeleiding maatschappelijke opvang indien hij, onverminderd de in de Wet en Verordening genoemde voorwaarden, voldoet aan alle volgende voorwaarden:

    • a.

      de cliënt heeft problemen op minimaal 3 van de volgende leefgebieden: huisvesting, financiën, sociaal functioneren, psychisch functioneren, zingeving, bewegen en verplaatsen (mobiliteit), activiteiten dagelijks leven, persoonlijke zorg, voeren van een huishouden, dagbesteding, justitie en verslaving;

    • b.

      de cliënt heeft een psychiatrische diagnose heeft en/of psychosociale problematiek.

    • c.

      de cliënt heeft minimaal de leeftijd van 18 jaar bereikt.

    • d.

      de cliënt beschikt over inkomen of vermogen om eventueel de huur te betalen.

    • e.

      de cliënt verschaft inzicht in de financiële situatie (incl. schulden) en brengt het financieel beheer onder bij een budgetbeheerder of bewindvoerder.

    • f.

      de cliënt werkt actief mee aan eigen hulpverleningstraject.

  • 2.

    • Een persoon die voldoet aan de in lid 1 genoemde voorwaarden, heeft geen toegang tot de begeleiding maatschappelijke opvang indien sprake is van:

    • a.

      verslavingsproblematiek die het dagelijks functioneren sterk beïnvloedt en waarbij cliënt passende behandeling of begeleiding om de situatie te stabiliseren weigert, of

      • b.

        een psychiatrische zorgvraag die het dagelijks functioneren sterk beïnvloedt en waarbij cliënt passende behandeling of begeleiding om de situatie te stabiliseren weigert, of

      • c.

        een medische zorgvraag die het dagelijks functioneren sterk beïnvloedt en waarbij cliënt passende behandeling of begeleiding om de situatie te stabiliseren weigert.

Artikel 2.8 Persoonsgebonden budget opvang

  • 1.

    • Het persoonsgebonden budget voor opvang wordt vastgesteld op maximaal het bedrag van de goedkoopst passende voorziening bij verstrekking in natura.

  • 2.

    • In afwijking van lid 1 bedraagt een persoonsgebonden budget € 20,00 per uur indien de begeleiding wordt geboden door een persoon uit het sociale netwerk.

Hoofdstuk 3 Bijdrage in de kosten

Artikel 3.1 Bijdrage

De cliënt is een bijdrage verschuldigd voor ambulante begeleiding (H153 – Leger des Heils).

Hoofdstuk 4 Slotbepalingen

Artikel 4.1 Inwerkingtreding

Dit besluit treedt in werking met ingang van de dag na de bekendmaking en werkt terug tot 1 januari 2015.

Artikel 4.2 Citeertitel

Dit besluit wordt aangehaald als “Besluit beschermd wonen en opvang gemeente Gorinchem

Aldus besloten in de vergadering van 3 maart 2015

Het college van Burgemeester en Wethouders

de secretaris de burgemeester

Ondertekening

Aldus besloten in de vergadering van 9 maart 2015
Het college van Burgemeester en Wethouders
de secretaris de burgemeester