Marktverordening

Geldend van 31-07-2009 t/m heden

Intitulé

Marktverordening

HOOFDSTUK I

MARKTVERORDENING GEMEENTE HEERLEN 2009”.

ALGEMENE BEPALINGEN

Artikel 1.

Begripsomschrijvingen

In deze verordening en de daarop berustende nadere regels wordt verstaan onder:

  • a.

    markt: de door het college ingestelde warenmarkt;

  • b.

    marktterrein: de gehele oppervlakte in de openbare ruimte of voor het publiek vrij toegankelijke grond, die bij besluit van het college voor het uitoefenen van de markthandel is of wordt aangewezen;

  • c.

    standplaats: de ruimte die voor de duur van de markt is aangewezen voor het uitoefenen van de markthandel;

  • d.

    vaste standplaats: de standplaats die voor onbepaalde tijd ter beschikking is gesteld aan een vergunninghouder;

  • e.

    dagplaats: de standplaats die per marktdag beschikbaar wordt gesteld aan een vergunninghouder, omdat deze niet als vaste standplaats is toegewezen dan wel ingenomen;

  • f.

    standwerken: de activiteit waarbij de vergunninghouder publiek om zich heen verzamel, over het door hem te verkopen artikel een aansprekende uiteenzetting houdt en ten slotte tracht een aantal personen gelijktijdig tot aankoop van dat artikel te bewegen;

  • g.

    standwerkerplaats: de standplaats die per marktdag ter beschikking wordt gesteld om te standwerken;

  • h.

    vergunninghouder: degene aan wie door het college vergunning is verleend voor het innemen van een standplaats;

  • i.

    wachtlijst: de lijst van gegadigden voor een vaste standplaats;

  • j.

    anciënniteitlijst: de lijst van vergunninghouders van een vaste standplaats;

  • k.

    brancheringslijst: de lijst met artikelen(groepen) of branches;

  • l.

    marktbeheerder : de persoon die als zodanig is aangewezen door het college;

  • m.

    seizoenplaats: de standplaats die tot wederopzegging beschikbaar wordt gesteld en waarin een seizoengebonden artikel wordt verkocht;

  • n.

    marktcommissie: de door het college ingestelde commissie van advies, die tot taak heeft het college te adviseren inzake marktaangelegenheden.

  • o.

    college: college van burgemeester en wethouders

Artikel 2.

Dag, tijd, plaats en inrichting van de markt

  • 1.

    Het college kan ten aanzien van de markt bepalen:

    • a.

      op welke locaties de markt wordt gehouden

    • b.

      het aantal standplaatsen;

    • c.

      de afmetingen van de standplaatsen;

    • d.

      de opstelling en indeling van de markt;

e. welke plaatsen op het marktterrein worden aangewezen als vaste standplaats en als standwerkerplaats;

  • f.

    welke gedeelten van het marktterrein bestemd zijn voor het verhandelen van bepaalde artikelen;

  • g.

    welke gedeelten van het marktterrein bestemd zijn voor het plaatsen van verkoopwagens;

  • h.

    welke gedeelten van het marktterrein bestemd zijn voor frituren, bakken en braden.

    • 2.

      Het college kan voor de markt vaststellen:

  • a.

    een lijst met artikelengroepen of branches;

  • b.

    een maximum aantal standplaatsen per branche.

    • 3.

      Het college kan, om bijzondere of dringende redenen, bepalen dat:

  • a.

    geen markt wordt gehouden dan wel op een andere dag wordt gehouden;

  • b.

    een markt tijdelijk geheel of gedeeltelijk op een andere locatie wordt gehouden;

  • c.

    een wijziging wordt aangebracht in het aanvangs- en/of sluitingsuur van de markt.

Artikel 3.

Instelling Marktadviescommissie

  • 1.

    Er is een commissie van advies die het college adviseert inzake aangelegenheden met betrekking tot de weekmarkten en de ambulante handel.

  • 2.

    Het college kan nadere regels stellen met betrekking tot de samenstelling en werkwijze van deze commissie.

Artikel 4.

Nadere regels

Het college is bevoegd nadere regels te stellen betreffende het bepaalde in deze verordening.

Artikel 5.

Voorschriften en beperkingen

  • 1.

    Het college kan voorschriften en beperkingen verbinden aan een krachtens deze verordening verleende vergunning of ontheffing.

  • 2.

    Degene aan wie krachtens deze verordening een vergunning of ontheffing is verleend, is

    verplicht de daaraan verbonden voorschriften en beperkingen in acht te nemen.

HOOFDSTUK II

VERGUNNINGEN

Artikel 6.

Standplaatsvergunning

Het is verboden een standplaats op een markt in te nemen zonder vergunning van het college.

Artikel 7.

Vereisten verlening standplaatsvergunning

Voor verlening van een standplaats komt uitsluitend in aanmerking een handelingsbekwaam natuurlijk persoon die:

  • 1.

    de leeftijd van 18 jaar heeft bereikt, en

  • 2.

    een aanvraag voor een vergunning heeft ingediend bij het college, en

  • 3.

    een geldig legitimatiebewijs toont, en

  • 4.

    ingeschreven staat bij de Kamer van Koophandel, en

  • 5.

    ingeschreven staat bij het Centraal Registratiekantoor bij het Hoofdbedrijfschap Detailhandel.

Artikel 8.

Intrekking vaste standplaatsvergunning

  • 1.

    Het college trekt een vaste standplaatsvergunning in:

    • a.

      op schriftelijk verzoek van de vergunninghouder, met inachtneming van een opzegtermijn van een kalendermaand;

    • b.

      bij overlijden van de vergunninghouder, tenzij met inachtneming van het bepaalde in het marktreglement de vergunning wordt overgeschreven.

  • 2.

    Het college kan een vaste standplaatsvergunning intrekken:

    • a.

      indien ter verkrijging daarvan onjuiste dan wel onvolledige gegevens zijn verstrekt;

    • b.

      indien de vergunninghouder niet meer voldoet aan de in artikel 7 genoemde vereisten;

    • c.

      indien een vergunninghouder zich voor een periode van gedurende twee jaren wegens ziekte heeft laten vervangen.

  • 3.

    Indien degene op wie een vergunning ingevolge lid 1 sub b van dit artikel wordt overgeschreven reeds vergunning heeft voor een andere vaste standplaats op dezelfde markt, wordt laatstgenoemde vergunning ingetrokken.

HOOFDSTUK III

STRAF-, OVERGANGS- EN SLOTBEPALINGEN

Artikel 9.

Intrekking en schorsing vaste standplaatsvergunning

Onverminderd artikel 8 kan het college een vergunning voor een vaste standplaats, al dan niet voorwaardelijk, intrekken dan wel telkens voor ten hoogste vier achtereenvolgende marktdagen schorsen indien de vergunninghouder of een persoon die hem/haar bijstaat:

  • 1.

    het bepaalde bij of krachtens deze verordening of de voorschriften van de vergunning overtreedt;

  • 2.

    zich schuldig maakt aan wangedrag of bedrog;

  • 3.

    niet of niet tijdig het verschuldigde marktgeld voldoet dat wordt geheven op grond van artikel 229 van de Gemeentewet;

  • 4.

    niet meer voldoet aan de in artikel 7 genoemde vereisten;

  • 5.

    de marktbeheerder belemmert in de uitoefening van diens taak dan wel de door de marktbeheerder gegeven aanwijzingen niet naleeft.

Artikel 10.

Uitsluiting dagplaatshouder of standwerker

Het college kan een vergunninghouder van een dagplaats of een standwerkerplaats van de toewijzing van een dagplaats of een standwerkerplaats uitsluiten voor ten hoogste vier marktdagen, indien deze:

  • 1.

    onjuiste of onvolledige gegevens heeft verstrekt ter verkrijging van de vergunning;

  • 2.

    het bepaalde bij of krachtens deze verordening overtreedt;

  • 3.

    zich schuldig maakt aan wangedrag of bedrog;

  • 4.

    niet als standwerker actief is op een hem/haar toegewezen standwerkerplaats;

  • 5.

    niet of niet tijdig het verschuldigde marktgeld voldoet dat wordt geheven op grond van artikel 229 van de Gemeentewet;

  • 6.

    de marktbeheerder belemmert in de uitoefening van diens taak dan wel de door de marktbeheerder gegeven aanwijzingen niet naleeft.

Artikel 11.

Onmiddellijke verwijdering

Onverminderd het bepaalde in artikel 125 van de Gemeentewet kan het college een vergunninghouder gelasten zich onmiddellijk van de markt te verwijderen indien deze:

  • 1.

    het bepaalde bij of krachtens deze verordening of de voorschriften van de vergunning overtreedt;

  • 2.

    zich op de markt schuldig maakt aan wangedrag of bedrog.

Artikel 12.

Strafbepaling

Overtreding van het bepaalde bij of krachtens deze verordening en/of nadere regels wordt gestraft met een geldboete van de tweede categorie of hechtenis van ten hoogste drie maanden en kan bovendien worden gestraft met openbaarmaking van de rechterlijke uitspraak.

Artikel 13.

Dagelijkse leiding, toezicht

Met het toezicht op de naleving van het bepaalde bij of krachtens deze verordening zijn belast de marktbeheerders alsmede de bij besluit van het college aangewezen personen.

Artikel 14.

Intrekking oude regeling

De Marktverordening gemeente Heerlen vastgesteld op 3 oktober 2000 wordt ingetrokken op de dag van inwerkingtreding van deze verordening.

Artikel 15.

Overgangsbepalingen

  • 1.

    Besluiten van het college die genomen zijn krachtens de in artikel 14 genoemde verordening gelden als besluiten genomen krachtens deze verordening.

  • 2.

    Indien voor het tijdstip van inwerkingtreding van deze verordening een aanvraag om vergunning op grond van de in artikel 14 genoemde verordening is ingediend en voor het tijdstip van inwerkingtreding van deze verordening niet definitief op de aanvraag is beslist, wordt daarop deze verordening toegepast.

Artikel 16. Inwerkingtreding

Deze verordening treedt in werking op de achtste dag na die waarop zij bekend is gemaakt.

Artikel 17. Citeertitel

Deze verordening wordt aangehaald als: Marktverordening gemeente Heerlen 2009.

Aldus besloten tijdens de vergadering van de raad der gemeente Heerlen van 7 juli 2009.