Beleidsregels gereserveerde gehandicaptenparkeerplaats 2017

Geldend van 23-06-2017 t/m heden

Intitulé

Beleidsregels gereserveerde gehandicaptenparkeerplaats 2017

Nijverdal, 11 mei 2017 Nr. 17INT01551

Burgemeester en wethouders van Hellendoorn;

gelet op artikel 15 en 18, eerste lid onder d van de Wegenverkeerswet 1994, artikel 12 van het Besluit administratieve bepalingen inzake het wegverkeer (BABW), artikel 26, eerste lid aanhef en onder c van het Reglement verkeersregels en verkeerstekens 1990 (RVV 1990), artikel 4:81 van de Algemene wet bestuursrecht en artikel 1 van de Regeling gehandicaptenparkeerkaart;

b e s l u i t e n:

vast te stellen de

Beleidsregels gereserveerde gehandicaptenparkeerplaats 2017

Artikel 1 Begripsbepaling

In deze beleidsregels wordt verstaan onder:

  • a.

    gehandicaptenparkeerplaats: een individuele parkeerplaats, nabij de woning of werklocatie van de aanvrager, voorzien van het verkeersbord E6, zoals bedoeld in bijlage 1 van het RVV 1990 en een onderbord met vermelding van het kentekennummer, voor één motorvoertuig van een persoon die in het bezit is van een bestuurders- of passagierskaart;

  • b.

    gehandicaptenparkeerkaart: een parkeerbewijs met speciale rechten voor gehandicapte weggebruikers. Op de gehandicaptenparkeerkaart wordt met een hoofdletter B aangegeven of het een gehandicapte bestuurder betreft en een hoofdletter P of het een gehandicapte passagier betreft. Een combinatie van beide is mogelijk;

  • c.

    aanvrager: degene ten behoeve van wie een gehandicaptenparkeerplaats wordt aangevraagd;

  • d.

    motorvoertuigen: alle gemotoriseerde voertuigen behalve bromfietsen en gehandicaptenvoertuigen, bestemd om anders dan langs de rails te worden bewogen;

  • e.

    bestuurder: degene die het motorvoertuig bestuurt;

  • f.

    passagier: een inzittende die niet actief deelneemt in het verkeer;

  • g.

    parkeren: het laten stilstaan van een voertuig anders dan gedurende de tijd die nodig is voor en gebruikt wordt tot het onmiddellijk in- of uitstappen van passagiers of voor het onmiddellijk laden of lossen van goederen;

  • h.

    parkeerdrukmeting: gegevens uit het rapport Parkeeronderzoek gemeente Hellendoorn.

Artikel 2 Doel

Een gereserveerde gehandicaptenparkeerplaats is bedoeld om gehandicapten de mogelijkheid te bieden dicht bij de woning of het werkadres te parkeren.

Het huidige beleid over de criteria van een gereserveerde gehandicaptenparkeerplaats is niet formeel vastgesteld door het college van burgemeester en wethouders. Er is wel geldend beleid op basis van jarenlang genomen besluiten.

Om een gereserveerde gehandicaptenparkeerplaats op kenteken te realiseren dient er op basis van voornoemde artikelen uit de verkeersregelgeving een verkeersbesluit te worden genomen. Een verkeersbesluit dient te beantwoorden aan één van de doelstellingen zoals geformuleerd in de Wegenverkeerswet en aan besluitvorming gaat een belangenafweging vooraf mede met het oog op aspecten als uitvoerbaarheid, naleefbaarheid en handhaafbaarheid. Dat veronderstelt een zekere mate van beoordelingsruimte van de zijde van het bevoegd gezag. Deze beleidsregels hebben tot doel duidelijkheid te verschaffen over de wijze waarop het college de uitvoering van de wet toepast, en het voorkomen van rechtsongelijkheid.

Artikel 3 Indicatiecriteria

  • 1.

    Het college besluit tot het aanwijzen van een gereserveerde gehandicaptenparkeerplaats voor bestuurders indien:

    • a.

      de aanvrager inwoner is van de gemeente Hellendoorn en

    • b.

      in het bezit is van een minimaal nog zes maanden geldig rijbewijs en

    • c.

      de aanvrager in het bezit is van een geldige Europese Gehandicaptenparkeerkaart met bijbehorend medisch advies dat minimaal zes maanden geldig is op de datum van aanvraag en

    • d.

      uit de parkeerdrukmeting blijkt dat er binnen de loopafstand in de woonomgeving van de aanvrager, er een dusdanig hoge parkeerdruk  gemeten is waardoor er geen parkeermogelijkheid is en

    • e.

      er geen eigen parkeergelegenheid dan wel gelegenheid tot huren van een parkeergelegenheid is, of het terrein daarvoor ongeschikt is gelet op de handicap en het terrein niet geschikt kan worden gemaakt en

    • f.

      er geen verkeersonveilige situatie ontstaat of de belangen van derden niet onevenredig worden benadeeld en

    • g.

      de aanvrager betaalt voor de aanleg van een gehandicaptenparkeerplaats op kenteken.

  • 2.

    Het college besluit tot het aanwijzen van een gereserveerde gehandicaptenparkeerplaats voor passagiers indien:

    • a.

      de aanvrager inwoner is van de gemeente Hellendoorn en

    • b.

      de aanvrager in het bezit is van een geldige Europese Gehandicaptenparkeerkaart met bijbehorend medisch advies dat minimaal zes maanden geldig is op de datum van aanvraag en

    • c.

      uit de parkeerdrukmeting blijkt dat er binnen de loopafstand in de woonomgeving van de aanvrager, er een dusdanig hoge parkeerdruk gemeten is waardoor er geen parkeermogelijkheid is en

    • d.

      er geen eigen parkeergelegenheid dan wel gelegenheid tot huren van een parkeergelegenheid is, of het terrein daarvoor ongeschikt is gelet op de handicap en het terrein niet geschikt kan worden gemaakt en

    • e.

      de passagier is voor vervoer van deur tot deur continu afhankelijk van hulp van de bestuurder (passagier kan niet alleen gelaten worden, ook niet voor korte tijd en

    • f.

      er geen verkeersonveilige situatie ontstaat of de belangen van derden niet onevenredig worden benadeeld en

    • g.

      de aanvrager betaalt voor de aanleg van een gehandicaptenparkeerplaats op kenteken.

  • 3.

    Het college besluit tot het aanwijzen van een gereserveerde gehandicaptenparkeerplaats voor aanvragers die werken in de gemeente Hellendoorn indien:

    • a.

      de werknemer voor wie de plaats wordt aangevraagd, in dienst is bij het bedrijf dat de aanvraag doet en

    • b.

      de aanvrager blijkens een uittreksel van de Kamer van Koophandel gevestigd is in Hellendoorn op het adres waarvoor de plaats is aangevraagd en

    • c.

      de arbeidsovereenkomst van de werknemer, voor wie de plaats wordt aangevraagd niet van tijdelijke aard is en

    • d.

      de werknemer voor wie de plaats wordt aangevraagd tenminste drie dagen per week, 15 uur aanwezig is op de werklocatie en

    • e.

      de werknemer voor wie de plaats wordt aangevraagd in het bezit is van een minimaal nog zes maanden geldig rijbewijs en

    • f.

      de werknemer voor wie de plaats wordt aangevraagd in het bezit is van een gehandicaptenparkeerkaart voor bestuurders en

    • g.

      uit de parkeerdrukmeting blijkt dat er binnen de loopafstand in de werkomgeving van de aanvrager, er een dusdanig hoge parkeerdruk  gemeten is waardoor er geen parkeermogelijkheid is en

    • h.

      er geen eigen parkeergelegenheid dan wel gelegenheid tot huren van een parkeergelegenheid is, of het terrein daarvoor ongeschikt is gelet op de handicap en het terrein niet geschikt kan worden gemaakt en

    • i.

      er geen verkeersonveilige situatie ontstaat of het belangen van derden niet onevenredig worden benadeeld en

    • j.

      de aanvrager betaalt voor de aanleg van een gehandicaptenparkeerplaats op kenteken.

Artikel 4 Aanvraagprocedure

  • 1.

    Een aanvraag voor een gereserveerde gehandicaptenparkeerplaats dient schriftelijk of via het Eloket ingediend te worden bij het college.

  • 2.

    De aanvrager dient een hiervoor bestemd aanvraagformulier volledig in te vullen. Dit formulier dient volledig ingevuld te zijn en voorzien van een handtekening van de aanvrager.

  • 3.

    Bij het aanvraagformulier dienen de volgende documenten te worden overgelegd:

    • a.

      een kopie van beide zijden van de gehandicaptenparkeerkaart;

    • b.

      een kopie van het kentekenbewijs (zowel deel I als IB tenaamstellingbewijs).

  • 4.

    Voor een aanvraag van een gereserveerde gehandicaptenparkeerplaats nabij de werklocatie dient een verklaring van de werkgever meegezonden te worden waaruit blijkt dat de werknemer voor tenminste 15 uur bij het bedrijf in dienst is, dat het om een arbeidsovereenkomst voor langere tijd gaat, wat de werktijden van de aanvrager zijn, een uittreksel van de Kamer van Koophandel en waarom het reserveren van een parkeerplaats op het terrein van het bedrijf redelijkerwijs niet mogelijk is.

  • 5.

    Het college kan nadere regels stellen over de inhoud, vorm en wijze van indienen van de aanvraag en de benodigde gegevens zoals bedoeld in het eerste, tweede en derde lid.

  • 6.

    Indien de aanvraag niet voldoet aan de bij of krachtens het tweede en derde lid gestelde eisen, stelt het college binnen 4 weken na ontvangst van de aanvraag de aanvrager in gelegenheid deze binnen 4 weken aan te vullen of te verbeteren.

  • 7.

    Het college kan besluiten de aanvraag niet te behandelen indien de aanvrager niet binnen de in het zesde lid genoemde termijn de aanvraag heeft aangevuld of verbeterd.

Artikel 5 Vervolgstappen

  • 1.

    De aanvraag wordt voor advies voorgelegd aan de politie, waarbij onder andere toetsing plaatsvindt aan de gronden genoemd in artikel 3.

  • 2.

    Slechts na positieve advisering van de politie kan het college besluiten tot het aanleggen van een gereserveerde gehandicaptenparkeerplaats, waarna het besluit op de gebruikelijke wijze bekend wordt gemaakt.

  • 3.

    Na afloop van de bezwaartermijn van 6 weken na de bekendmaking van het besluit wordt de individuele parkeerplaats aangelegd.

Artikel 6 Weigering tot aanleg van een gereserveerde gehandicaptenparkeerplaats

Een aanvraag tot aanleg van een gereserveerde gehandicaptenparkeerplaats wordt geweigerd indien:

  • a.

    de aanvrager niet voldoet aan de in artikel 3 gestelde indicatiecriteria;

  • b.

    de oorzaak van het niet kunnen parkeren niet is gelegen in de hoge parkeerdruk maar in (tijdelijke) werkzaamheden aan de weg of aan gebouwen of geplaatste obstakels in de directe woonomgeving;

  • c.

    de verkeersveiligheid op de plaats van aanvraag in gevaar komt;

  • d.

    belangen van derden onevenredig benadeeld worden;

  • e.

    er geen parkeerbeperkingen zijn, bijvoorbeeld een parkeerverbod;

  • f.

    het technisch niet mogelijk is binnen een loopafstand van 100 meter of minder van de woning een nieuwe parkeerplaats aan te leggen;

  • g.

    het betreffende voertuig hoger dan 2.40 meter en/of langer dan 6.00 meter is, als opgenomen in de APV;

  • h.

    het doelmatig gebruik van de weg in het geding komt, bijvoorbeeld als de rijbaan niet meer voldoet aan de maatvoeringseisen of als de doorstroming van het verkeer wordt belemmerd;

  • i.

    de gehandicaptenparkeerplaats niet gerealiseerd kan worden op het bestaande verharde deel van de openbare weg;

  • j.

    het nodig is vrij toegankelijk groen te verwijderen ten behoeve van de gehandicaptenparkeerplaats.

Artikel 7 Intrekken verkeersbesluit

  • 1.

    Het verkeersbesluit voor de gereserveerde gehandicaptenparkeerplaats wordt ingetrokken indien:

    • a.

      de gehandicaptenparkeerplaats geen eigendom meer is van de gemeente;

    • b.

      blijkt dat de aanwijzing heeft plaatsgevonden op grond van onjuiste gegevens;

    • c.

      de verkeerssituatie dusdanig is gewijzigd dat de parkeerplaats op kenteken niet zou zijn toegewezen;

    • d.

      de aanvrager:

      • 1.

        is verhuisd;

      • 2.

        is overleden;

      • 3.

        zijn gehandicaptenparkeerkaart is niet meer geldig;

      • 4.

        niet meer in het bezit is van een motorvoertuig

      • 5.

        niet meer in het bezit is van een geldig rijbewijs;

    • e.

      de gehandicaptenparkeerplaats oneigenlijk gebruikt wordt.

  • 2.

    Indien één van de gevallen van het eerste lid zich voordoet dient de aanvrager of een verwant van de aanvrager dit bij de gemeente te melden.

Artikel 8 Wijziging kenteken

Als het kenteken van het motorvoertuig van de aanvrager verandert, wordt op zijn of haar verzoek zo spoedig mogelijk na ontvangst van het verzoek door de gemeente een ander onderbord geplaatst.

Artikel 9 Verboden

Het is verboden de gereserveerde gehandicaptenparkeerplaats te verhuren, te verkopen of zonder toestemming van het bestuursorgaan te verwijderen of te verplaatsen.

Artikel 10 Kosten van de gehandicaptenparkeerplaats

  • 1.

    De kosten voor aanvraag, aanleg en verplaatsing van een gereserveerde gehandicaptenparkeerplaats, inclusief het plaatsen, verplaatsen en vervangen van bebording zijn voor rekening van de aanvrager.

  • 2.

    Bij de in het eerste lid genoemde kosten zijn de leges inbegrepen, voor het indienen van de aanvraag, zoals genoemd in de tarieventabel behorend bij de voor het jaar van de aanvraag vastgestelde legesverordening.

  • 3.

    Als de aanvrager verhuist binnen de gemeente, zal voor de verplaatsing van de gereserveerde gehandicaptenparkeerplaats opnieuw een aanvraag moeten worden ingediend en behandeld worden door het college. Hiervoor is de aanvrager eveneens de leges en kosten genoemd in het eerste en tweede lid verschuldigd in overeenstemming met de dan geldende legesverordening.

  • 4.

    Indien de gemeente het opheffen of verleggen van de gehandicaptenparkeerplaats noodzakelijk acht, zullen de hiermee verband houdende kosten voor haar eigen rekening blijven.

Artikel 11 Overige bepalingen

  • 1.

    De aangevraagde gehandicaptenparkeervoorziening kan alleen worden verstrekt aan een natuurlijk persoon.

  • 2.

    Het college bepaalt op welke locatie de gehandicaptenparkeerplaats wordt aangelegd.

Artikel 12 Citeertitel

Deze beleidsregels worden aangehaald als “Beleidsregels gereserveerde gehandicaptenparkeerplaats 2017”.

Burgemeester en wethouders voornoemd,

de secretaris de burgemeester