Regeling vervallen per 01-01-2020

Onderwerp Beleidsregel uitstroompremie naar regulier werk

Geldend van 01-01-2018 t/m 31-12-2019 met terugwerkende kracht vanaf 01-01-2018

Intitulé

Onderwerp Beleidsregel uitstroompremie naar regulier werk

Burgemeester en wethouders van de gemeente Hof van Twente;

gelet op art. 31, lid 2 sub j van de Participatiewet;

gelet op het beleidsplan Re-integratie/participatie Hof van Twente en de Re-integratie-verordening Hof van Twente 2018;

besluiten:

vast te stellen de navolgende BELEIDSREGEL UITSTROOMPREMIE NAAR REGULIER WERK.

Artikel 1 Begripsomschrijving

Voor de toepassing van deze beleidsregel wordt verstaan onder:

a. College: college van burgemeester en wethouders

b. Arbeid: arbeidsovereenkomst als bedoeld in artikel 7:610 van het Burgerlijk Wetboek dan wel een aanstelling als ambtenaar als bedoeld in artikel 1, eerste lid van de Ambtenarenwet, dan wel het uitvoeren van arbeid als zelfstandige, dan wel het uitvoeren van arbeid op uitzendbasis;

c. IOAW: Wet inkomensvoorziening oudere en gedeeltelijk arbeidsongeschikte werkloze werknemers;

d. IOAZ: Wet inkomensvoorziening oudere en gedeeltelijk arbeidsongeschikte gewezen zelfstandigen;

e. Uitkering: algemene bijstand op grond van de Participatiewet of een uitkering op grond van de IOAW of de IOAZ;

f. Uitstroompremie: een eenmalige premie die verstrekt wordt bij het aanvaarden en het behouden van arbeid;

g. Uitkeringsgerechtigde: degene die een uitkering op grond van de IOAW, IOAZ of Participatiewet ontvangt;

h. Verordening: Re-integratieverordening Hof van Twente 2018

Artikel 2 Voorwaarden voor het verstrekken van een uitstroompremie

De uitstroompremie kan eenmalig toegekend worden aan de uitkeringsgerechtigde die:

1. vanuit de uitkering uitstroomt naar ongesubsidieerde arbeid of vanuit gesubsidieerde arbeid naar ongesubsidieerde arbeid uitstroomt en daarmee inkomen verwerft waardoor hij of zij niet meer afhankelijk is van de uitkering en;

2. deze baan ten minste zes maanden aaneen heeft behouden, en

3. in de periode direct voorafgaand aan de werkaanvaarding tenminste 12 maanden aaneengesloten recht had op een uitkering, en

4. in een periode van 4 jaar voorafgaande aan de werkaanvaarding niet eerder een uitstroompremie heeft ontvangen.

Artikel 3 Hoogte van de premie

1. De hoogte van de uitstroompremie bedraagt € 750,-.

2. Als de uitkeringsgerechtigde gezamenlijk met een partner een uitkering ontving, ontvangen beide partners gezamenlijk één uitstroompremie.

Artikel 4. Aanvraag en uitbetaling

1. De uitstroompremie wordt ambtshalve toegekend bij beëindiging van de uitkering.

2. De uitstroompremie wordt achteraf uitgekeerd, nadat betrokkene binnen maximaal 9 maanden na beëindiging van de uitkering bewijsstukken heeft overlegd dat hij gedurende de periode van minimaal 6 maanden na beëindiging van de uitkering ongesubsidieerde arbeid verrichtte of als zelfstandig ondernemer werkzaam was.

Artikel 5 Terugvordering

Het college vordert de uitstroompremie terug wanneer:

a. niet is voldaan aan de voorwaarden gesteld in de verordening of krachtens deze beleidsregel;

b. blijkt dat verstrekte gegevens onjuist waren, waardoor ten onterecht een uitstroompremie is betaald.

Artikel 6 Hardheidsclausule

1. Het college kan ten gunste van de persoon afwijken van de bepalingen in deze beleidsregel, indien toepassing van de beleidsregel leidt tot onbillijkheden van overwegende aard.

2. In gevallen, die de uitvoering van deze beleidsregel betreffen, waarin deze beleidsregel niet voorziet, beslist het college.

artikel 7 Inwerkingtreding en citeertitel

1. Deze beleidsregel treedt in werking op de dag na die van bekendmaking en heeft terugwerkende kracht tot 1 januari 2018.

2. Deze beleidsregel wordt aangehaald als: Beleidsregel uitstroompremie naar werk Hof van Twente

Toelichting beleidsregel uitstroompremie naar werk Hof van Twente

In de Re-integratieverordening Hof van Twente is opgenomen dat een uitstroompremie verstrekt kan worden aan een uitkeringsgerechtigde die arbeid aanvaardt waarmee geheel in de kosten van bestaan kan worden voorzien.

De noodzaak voor de inzet van dit instrument wordt door het college van B&W vastgesteld. De betrokken persoon wordt door inzet van een premie positief geprikkeld om aan het werk te komen of te blijven, of om als zelfstandige in zijn levensonderhoud te kunnen voorzien. De premie helpt belanghebbende tevens om tegemoet te komen aan het negatieve effect van het aanvaarden van werk in dienstbetrekking of het starten als zelfstandige: de armoedeval.

Het vaststellen van een beleidsregel is een bevoegdheid van het college van burgemeester en wethouders.

Ondertekening

Aldus vastgesteld in de vergadering van het college van burgemeester en wethouders van de gemeente Hof van Twente d.d. 6 maart 2018.

Burgemeester en wethouders van Hof van Twente,

de secretaris, de burgemeester,

drs. D. Lacroix drs. H.A.M. Nauta-van Moorsel MPM